Vernis als onderwijsvernieuwer?

De media buitelden over elkaar heen. D’66 kwam, in de personen van Rob Jetten en Paul van Meenen, met de ultieme oplossing voor het onderwijs. Lees hier vooral voor het basis en voortgezet onderwijs.

Het plan bevat een aantal punten waarmee je het niet oneens, hoeft te zijn. De positie van de leraar versterken en niet meer dan 20 klokuren les, meer muziekles en sport op school.

Wat de positie van de leraar betreft, is het de allerhoogste tijd dat die wordt verstrekt. In een recent onderzoek van dr. Ton Bastings, werd ondubbelzinnig aangetoond dat het imago en de positie van de leraar buitengewoon slecht is.

Over het verstrekken van maaltijden en gratis opvang voor kinderen kun je redetwisten.  Veel middelbare scholen zijn meestal al uitgerust en voorbereid op de verstrekking van min of meer gezond voedsel en in basisscholen is buitenschoolse kinderopvang aanwezig. Toch zijn dit niet de revolutionaire oprispingen, die de positie van de leraar verbeteren en de kwaliteit van het onderwijs gaan verhogen.

Het plan beschrijft veel zaken die al gaande zijn en weinig soelaas bieden. Ze missen de kern en het hart van het onderwijs. Behalve de verbetering van de positie van leraar bevat het slechts een laagje vernis.

 

 

1 Reactie

  1. Natuurlijk heeft niemand tussen droom en daad de ultieme oplossing. de ideeën van D66 zijn sympathiek en prikkelend.
    In deze plannen gaat het geld niet meer naar de besturen maar rechtstreeks naar de scholen. Dat zou betekenen, dat niet meer van bovenaf wordt opgelegd hoe het besteed gaat worden. De beslissing daarover komt bij de schoolleiding te liggen. De medezeggenschapsraad krijgt instemmingsrecht over de begroting.
    Betekent dit nu het einde van het bestuursmodel waarin de besturen en raden van toezicht oppermachtig zijn? Dat lijkt me te vroeg gejuicht. Het bestuur blijft werkgever en in die functie verantwoordelijk voor het beleid inzake aanstelling en ontslag, benoeming en beloning, strategie en het “product”onderwijs Het heeft bij voorbeeld de macht om onwelgevallige medewerkers te schorsen zoals in het geval Paula van Manen. Dus blijft het maar de vraag of daarin veel zal veranderen. En de invloed van de medezeggenschapsraad wordt niet zo zeer bepaald door de formele bevoegdheden maar of zij zich tegenover een dominant bestuur weet
    te handhaven.

Laat een reactie achter