Van procescontrôle naar resultaatcontrôle

Pogingen om te borgen dat een school van goede kwaliteit is kan op twee manieren gebeuren. Het contrôleorgaan stelt regels op en controleert of een school zich daaraan houdt. De andere mogelijkheid is er op toe te zien dat aan het eind het resultaat van het gegeven onderwijs goed gemeten wordt. In het laatste geval hoef je weinig regels vast te stellen waaraan de school of de leraren zichzouden moeten houuden. Momenteel spannen de onderwijsraden van de verschillende schooltypen zich in om het lesprogramma zo te maken dat er veel onderdelen in zitten waarvan het resultaat van de daaraan bestede tijd moeilijk te meten is. Zulke onderdelen zullen dus uit het curriculum gesmeten moeten worden wanneer je de kwaliteit van een school geheel en al wilt bepalen uit resultaatmetingen. In de tijd dat er naast het Gymnasim een HBS bestond was het voor hun vwo-diploma zwakste punt bij een resultaatmeting de zwaarte van het toelatingsexamen en de strengheid bij de beoordeling ervan. De resultaatmeting was het eindexamen waarvan het niveau en de beoordeling gecontroleerd werden door rijksgecommitteerden. Ingrijpende veranderingen hebben de contrôle op de prestaties van de scholen veel moeilijker gemaakt. Leerlingen die tot een zelfstandig gymnasium worden toegelaten hebben gemiddeld en minimaal een hogere cito-score dan leerlingen die tot de vwo-afdeling van een scholengemeenschap worden toegelaten. Dus bij eenzelfde onderwijskwaliteit zouden er op dat gymnasium procentueel meer leerlingen moeten zijn die zonder vertraging of met goede eindcijfers eindexamen vwo doen. Een scholengemeenschap heeft te maken met op- en af-stromers en voor alle scholen geldt dat slagen of zakken voor het eindexamen niet enkel en alleen maar afhangt van de resultaten op het centraal schriftelijk deel van het eindexamen. Als VWO-scholen zouden gaan opleiden voor de overeenkomende staatsexamens zou dat probleem verholpen zijn. Door de mogelijkheid van een staatsexamen zou de overheid het door aanpassingen in de lesstof vrije gsubsidieerde scholen kunnen toestaan wier prestaties door resultaatmeting worden vastgesteld en waarvan de subsidiëring afhankelijk wordt gemaakt van het resultaat van de prestatimetingen. De scholen en daarmee de leraren zouden daardoor een enorme vrijheid kunnen krijgen op het gebied van het HOE in het onderwijs. Door het leerlingenaantal van de HOE-scholen  klein te houden en HOE-scholen onafhankelijk van elkaar te maken nemen de mogelijkheden voor ouders en leraren om bij de gewenste soort school terecht te komen toe. Ik hoop dat BON veel aandacht zal besteden aan manieren om de efficiency van scholen te controleren door resultaatmeting en zo bijdraagt aan het de pas afsnijden van de regelzuchtige  onderwijswinstmakers.

1 Reactie

  1. Als je een goede meetmethode

    Als je een goede meetmethode kunt bedenken om de door de school gegenereerde toegevoegde waarde te bepalen en die wordt ingevoerd en er bovendien vrijheid van schoolkeuze is kan het verdere toezicht op het onderwijs sterk gereduceerd worden. De HBS en het toenmalig gymnasium bezaten die structuur. De leerlingen kwamen binnen door de zeef van het toelatingsexamen en bij het eindexamen kon je nagaan hoe een cohort het er af gebracht had. Dat kwam door de leervakkenstructuur van het onderwijs en de daarop gerichte examinering. De gecommitteerden waren in het systeem een grote kostenpost maar die zinken in het niet bij de gemiddelde onderwijsuitgaven per leerling in het huidige onderwijs. Je zou het zo weer willen terughebben.

    De komende volksraadpleging van 6 april is een verschrikking omdat het echte doel is de bureaukratie in Brussel een opdonder te geven en het belang van de Oekraïners waarover zij gaat volkomen irrelevant blijkt te zijn. Maar het afdwingen van een referendum blijkt veel gemakkelijker dan de bedenkers ervan bevroedden.

    Het is moeilijk om ouders in actie te krijgen voor beter onderwijs. Ze realiseren zich pas hoe veel er mis is als hun kinderen de school voor het eerst binnenkomen en weten dat als aan hun wensen tegemoet gekomen zou worden hun kinderen al weer de school voor het laatst uitgekomen zijn.

    Het uitbrengen van een stem vereist veel minder tijd en energie dan de opbouw van een antilichaam van ouders zoals een beweging, een vereniging, een stichting of een stroming.

    Zou het iets zijn om een volksraadpleging te organiseren over ouderrechten in de vorm van uitbreiding van school- en schoolsoort-keuze?

Laat een reactie achter