De docent stemt……..

Het duurde even voordat ik dit kon schrijven, omdat ik eerst toestemming heb gevraagd de naam van de school te mogen vermelden. Die toestemming is er.

Het betreft een actie van het Daltoncollege uit Voorburg. Daar ik vermoed dat dit soort acties zich in rap tempo over het land verspreiden, kijken we er eens rustig naar.

Het Daltoncollege moet bezuinigen. Dat is geen verrassing. De manier waarop het wordt beschreven is boeiend.

Er wordt minimaal vier keer benadrukt dat "het niet anders kan".

Er wordt keer op keer duidelijk gemaakt, dat als er niet voldoende meerderheid komt "er (voor anderen) heel vervelende dingen gaan gebeuren". Onder andere "het schrappen van alle taakuren". ???

De deels al uitgevoerde maatregelen worden allemaal onderbouwd met: Weet je wel hoe duur dit is voor de school. ( trekkingsrecht, Bapo, etc)

Er wordt onvolledige informatie verstrekt: de "investering "in het rekenonderwijs werd betaald door een apart potje van de overheid. Het kan kloppen dat het pijnlijk is dat het in de normale lessentabel moet,  maar er wordt op zijn minst de indruk gewekt dat de school zelf er een potje voor vrij had gemaakt.

Er wordt gegoocheld met getallen die weliswaar kloppen, maar die wel enigszins uit hun verband zijn gerukt:

De opgesomde vergoedingen van de overheid worden al jarenlang  elk schooljaar tussentijds bijgesteld. De tekst zegt daar echter niets over, maar doet voorkomen alsof deze cijfers definitief zijn.

Er wordt, keurig volgens FOLETA, geschrapt in de vaste voet, omdat het niet deeltijdgevoelig is.

De opslagfactor blijft gelijk, maar er wordt niets gezegd over enige wijziging van de inhoud van die factor.

 

Zo gaat het maar door. Ik wil helemaal niet ontkennen dat er een grondige schrobbeurt nodig is in de begroting van de scholen. Helaas is en blijft het voorspelbaar: bijna alle bezuinigingen dienen bij de docenten vandaan te komen en de druk die daarvoor wordt uitgeoefend wordt steeds groter.

Volgens de brief is de enige oorzaak van alle problemen de tekort schietende vergoeding van de overheid. Vervolgens wordt dat gehanteerd als een vaststaand feit.

Waarom wordt er nergens gewag gemaakt van een krachtig protest van schoolbestuurders richting overheid?

Waarom wordt niet in kaart gebracht of de vergoeding inderdaad tekort schiet? De actie die op dit moment in die richting plaatsvindt, is door de heer Slagter al in een bepaalde hoek geduwd: volgens hem was er geen mogelijkheid op empirische gronden conclusies te kunnen trekken over schoolbegrotingen. Men moest de door hem aanbevolen cijfers maar nemen.

Waarom, collega's, is jullie antwoord niet heel simpel:

Het mag wel kloppen wat er allemaal staat, maar ik heb genoeg bijgedragen. Als het onderwijs alsnog te duur is, dan zal of het aanbod moeten veranderen of de vergoeding ervoor moeten stijgen.

Stem tegen en kijk wat er dan gebeurt. Waarom zouden de docenten weer eens verantwoordelijk zijn voor het al dan niet in stand houden van het huidige systeem? Docenten zijn aangenomen om lessen te verzorgen, niet om een falend  systeem te rechtvaardigen. Dus verzorg die lessen en laat je verdorie niet al die troep op je bord schuiven.

Als je voor stemt, houd je de hele ellende in stand, dat is zeker. Want blijkbaar kan er nog wel meer bij en menen jullie niets van het gepiep over werkdruk.

 

Persoonlijk noot: ik heb mijn werkgever een compleet uitgewerkte planning voor optimaal afgestemd rekenonderwijs gegeven.  Daar is niet eens naar gekeken en is de prullenbak ingegooid. Op zo'n manier, wordt er niet de minste moeite gedaan om efficient te werken, maar houdt de leiding de inefficientie in het systeem zelf in stand en dumpt vervolgens de rekening op jullie bord.

11 Reacties

  1. Een korte samenvatting voor

    Een korte samenvatting voor de niet ingewijden. In de CAO staat dat een leraar maximaal (als ik me de cijfers goed herinner) 25 lesuren van 50 minuten per week mag geven. In de CAO staat ook dat hiervan kan worden afgeweken als tweederde van de docenten van een school hiermee instemt. Het Dalton College Voorburg gaat nu zo een stemming onder de docenten houden. De school wil het maximale aantal lesuren (van 50 minuten) verhogen tot 27 per week.

    Als reden wordt opgegeven dat de overheid in 2012 per FTE € 75.017 betaalde, maar dat dit in 2013 teruggaat naar € 74.160. Er wordt gesteld dat de kosten voor deze school per FTE € 74.901 zijn. In 2013 zit deze school dus 1% boven de betalingsnorm. Maar de school stelt voor 9% boven de MAXIMALE urennorm te gaan zitten.

    Als de docenten niet instemmen met de verhoging van 25 naar 27 lesuren per week, dan heeft de school andere maatregelen in petto. De eerste daarvan is klassenvergroting (in plaats van 8 brugklassen van 28 leerlingen het vormen van 7 brugklassen van 32 leerlingen). Een maximum aantal leerlingen per klas staat blijkbaar niet in de CAO of de wet (of deze school blijft daar met zijn 32 onder). De tweede is het schrappen van taakuren. Ik neem aan dat ze hiermee bedoelen dat leraren die nu door taakuren beneden de 25 lesuren hebben, meer lesuren zullen moeten geven. Daarnaast worden genoemd: “het schrappen van vakken in de onder- en bovenbouw” en “het terugbrengen van lesuren per vak”. Als deze school boven de urennorm (voor leerlingen) zit, dan kan dit natuurlijk, maar slechts tot een bepaald niveau.

  2. Een opmerking terzijde:

    Een opmerking terzijde:

    In het VWO moetem geen rekenlessen gegeven worden en tot het VWO moeten alleen maar leerlingen toegelaten worden die daarvoor volgens de BONse normen voldoende inzicht en vaardigheid in rekenen hebben. Een leerling die slaagt voor een dergelijk toelatingsexamen rekenen voor het VWO heeft daarmee aangetoond dat er een interessante kans in dat hij het VWO-eindexamen kan halen. Dat geld dat nu ook op VWO-afdelingen van scholen gebruikt wordt voor rekenonderwijs zou goed gebruikt kunnen worden in een zomerkamp waar leerlingen opgeleid worden voor een (her)toelatingsexamen rekenen. Een groot bijkomend voordeel daarvan zou zijn dat leerlingen die zo’n voorbereidingsmogelijkheid benutten over een minimale intentie beschikken om van het VWO iets te maken. Het kunnen selecteren van leerlingen op gedrevenheid en capaciteiten maakt het beter mogelijk om met echte homogene VWO-eerste-klassen te starten. De overheid moet er eindelijk eens mee ophouden de productie van academici te vergroten door het niveau van het VWO te laten dalen. Overigens zou een toelatingsexamen zinsontleding ook een goed selectiemiddel zijn. Het kunnen ontleden van zinnen wijst op een redelijk denkvermogen. Meer nog dan een toelatinsexamen spelling die slechts een fout noteert als een kind vacantie in plaats van vakentie schrijft. Een kind dat het eerste doet omdat hij begrijpt dat vakante samenhangt met vacant lijkt mij eerder toelaatbaar dan een kind dat het woord vakantie goed spelt maar niet op de hoogte is van het bestaan en de betekenis van het woord vacant.

  3. Ik ben al lang uit het

    Ik ben al lang uit het onderwijs weg en ik was nimmer werkzaam in het secundair onderwijs. Aan wat ik voorstel zou ik maar weinig kunnen meewerken. Maar er zijn, denk ik, wel enige BONners die een paar monsters voor een takenpakket zouden kunnen maken (niet alle docenten hoeven hetzelfde takenpakket te hebben). Uit die monsters blijkt dan wat volgens die BONners het belangrijkste is en de tijd die zij menen dat daarvoor noodzakelijk of mogelijk is. Uiteraard geen belachelijke bijscholing want goed opgeleide leraren hebben die zelden nodig en van het goed opgeleid zijn moet altijd worden uitgegaan. Verder een minimale registratieverplichting want dat papierwerk gaat af van de tijd en energie die leraren in het doceren kunnen stoppen.

  4. mark79,
    mark79,
    behalve de gegevens waarover gestemd moet gaan worden, gaat het mij om de verpakking.
    Er wordt helemaal niet voorgesteld eens op een andere manier tegen de kwestie aan te kijken. Andere, wellicht moeilijke , oplosingen te vinden.
    Er is ”begrip” voor de docenten die werkdruk ervaren.
    Maar er wordt geen enkel alternatief geboden.
    Tunnelvisie?

  5. Denise, over welke collegae

    Denise, over welke collegae gaat het die "niet eenvoudig zeggen moeten"? Als dat alleen voor collegae op het Daltoncollege bestemd is vraag je van hen een irrealistische beslissing. Het niet meegaan met de directie door leraren moet op meerder scholen gelijktijdig gebeuren. Dan is er pas impact te verwachten. De AOB zou het op zich moeten nemen dat dat gebeurt.

  6. Van binnenuit zien docenten

    Van binnenuit zien docenten het gevecht niet zitten. Je werk verwaarlozen is gemakkelijker. En schoolleiders zitten ook allemaal op elkaar te wachten: wanneer gaat er als eerste een school (bijna) failliet, zodat de minister wakkerschrikt en met geld over de brug moet komen? Allemaal de weg van de minste weerstand.

     

    Ik moet steeds denken aan Buurtzorg, die organisatie die het zzp-zorgwerkers mogelijk maakt in kleine, platte teamverbanden goeie zorg te verlenen, naar volle tevredenheid van alle betrokkenen, en om de grote zorgmolochen heenwerkend. Kan zoiets in het onderwijs? Hoe zou je te werk gaan? Hoe begin je met andere docenten een coöperatie? Hoe kom je aan een schoolgebouw? Docenten die het helemaal beu zijn in de huidige sector, hebben geen perspectief; ze weten niet waar te beginnen, zien de ontsnappingsroute niet. Waar blijft het boek "Hoe begin ik met andere docenten mijn eigen school?"

     

     

  7. Ja, Em70! Daar heb ik ook

    Ja, Em70! Daar heb ik ook weleens met andere leraren in de kroeg over gemijmerd. Tot daden is het nooit gekomen, ontsnapping lijkt slechts mogelijk door een andere sector te kiezen. Zouden enkele pioniers het voor elkaar krijgen iets buurtzorg-achtigs van de grond te krijgen, dan zouden zij zeker op veel plaatsen navolging krijgen.

  8. De reden waarom, wat jij en

    De reden waarom, wat jij en ik willen, er geen docenten ouders of ouders en docenten een gesubsidieerde school op te richten (bij voorbeeld geleid door een maatschap of met zzp-ers in dienst of met een uit ouders samengesteld bestuur) is, komt mij voor, dat de nieuwe onderwijselite en hun politieke vriendjes het bestaande onderwijs goed hebben dichtgetimmerd en zorgvuldig bewaken. Je kunt het onderwijs alleen maar verbeteren als het je lukt om die politieke vriendjes en vriendinnetjes weg te jagen. En daarvoor zul je steun bij een politieke partij moeten zoeken of zelf een partij oprichten. Geen enkele partij gelooft blijkbaar dat je als politieke partij van de niche van het onderwijs vetter kunt worden. Zelfs een partij als D66 met relatief veel hoogopgeleide kiezers ziet er niets in om van onderwijs een issue te maken. Als BON zich zou inzetten als een politieke partij voor vrijheid van onderwijs is er een beetje kans om het onderwijs beter te maken. Als er eenmaal vrijheid van onderwijs is zou BON BONscholen kunnen oprichten.

  9. Je kunt er ook op gokken dat

    Je kunt er ook op gokken dat er nog voldoende politci in de tweede kamer zitten die werkelijk goed onderwijs willen. Dan zou een voorstel voor een experimentele school misschien een mogelijkheid kunnen zijn. Een school die werkt met maatschappen en de scholen van vóór de Mammouthwet moet evenaren op het gebied van de cognitieve prestaties van de leerlingen. Alle leraren die hetzelde leervak geven zitten dan in een maatschap en de school zelf is een maatschap van vaksecties die ook maatschappen zijn. Een leraar, die lid is van zo'n schoolmaatschap neemt dan de taak op zich om in twee jaar een bepaalde klas op een bepaald niveau te brengen. Zoals een arts een patiënt aannneemt om hem optimaal te behandelen. Laten wij een VWO-opleiding als voorbeeld nemen. Het VWOmaatschap neemt na het afnemen van een een toelatingsexamen leerlingen aan om die in 2 jaar zo ver op te leiden dat ze op een gewone school met VWO redelijkerwijze toelaatbaar zijn tot de vierde klas van elk VWO-profiel. De overheid moet dan zorgen voor een betrouwbaar afsluitend examen VWO-onderbouw. In de bovenbouw leidt het VWOmaatschap leerlingen in 2 jaar op voor het staatsexamen VWO. Zo wordt de eindbeoordeling van leerlingen helemaal losgemaakt van schoolbeoordelingen. Omdat er geen overgangsbeoordeling van leerlingen in de onder- en boven-bouw plaats vindt voert de leraar slechts diagnostische toetsen uit en ontstaat de het gevoel dat leraren en leraren samenwerken om zo veel mogelijk leerlingen te laten slagen. Essentieel voor de experimenteerschool is dat zij leerlingen die niet hard willen werken en leerlingen die die andere leerlingen en hun docent hinderen van school kan verwijderen. Leerlingen moeten er plezier in hebben om hun tijd op school efficiënt te gebruiken en zo in 2/3 van de tijd die er normaal voor staat de school te doorlopen. Dat is een voor velen haalbare prestatie omdat de efficiëntie van het gewone onderwijs laag geworden is. Agis quod agis! moet hun leiddraad zijn.

    Als de politici toehappen omdat hier een mogelijkheid tot bezuiniging met behoud van kwaliteit wordt onderzocht (eigenlijk verbetering van kwaliteit) en de besturen van de bestaande scholen met hun tengels van de experimenteerschool moeten afblijven kan een VWOmaatschap zich best waar maken. Maar de uitgestoten leerlingen zullen dan wel weer in het speciaal onderwijs moeten worden opgenomen. De politici moeten dus geen rotsvast vertrouwen hebben in de oplossing die onder de naam Passend Onderwijs inhomogene klassen kunnen bieden.

  10. Denise,

    Denise,

    In 1997 werd in het VO de lumpsum ingevoerd. Voortaan mochten schoolbesturen beslissen over de 'zak met geld' die vanuit Den Haag jaarlijks werd opgestuurd. Aanvankelijk nog met wat oormerken, maar die werden er al snel – op verzoek van die besturen – afgehaald.

    Tussen 1997 en 2010 groeide die zak met geld enorm. Hoewel het aantal leerlingen niet noemenswaard toenam, hoewel de klassen in het VO niet kleiner werden, hoewel er steeds minder eerstegraders voor de klas kwamen en de nieuwe eerstegraders goedkoper waren dan de oude eerstegraders, hoewel er meer dan 20.000 goedkope onbevoegden voor de klas zijn gezet, hoewel de begeleiding en leerresultaten van leerlingen niet toenamen, hebben schoolbesturen toch een twee keer zo groot budget als in 1997.

    De inflatie in deze periode bedroeg niet meer dan 30%.

    De enorme groei van de inkomsten van schoolbesturen – ook van het Dalton uit Voorburg – kun je in de tabellen van het CBS met eigen ogen zien:

    bit.ly/19i2uKS

    Als we conservatief stellen dat in 1997 zo'n 85% van het onderwijsbudget opging aan het salaris van leraren (en er dus maar 15% overhead was), Dat was dan in het VO ca. 5,3 miljard van de 6,3 miljard die in 1997 aan het VO werd besteed. 

    In de periode 1997-2010 namen de salarissen met niet meer dan 30% toe, en ze staan sindsdien stil. Die 5,3 miljard uit 1997 aan lerarensalarissen zijn daardoor gegroeid tot 7 miljard in 2010. Maar het VO-budget is intussen opgelopen tot bijn 14 miljard euro.

    Kan de VO-raad even uitleggen waaraan die *extra* 7 miljard wordt besteed? Niet aan leraren, dat is duidelijk. Tot op heden heeft geen mens, laat staan een schoolbestuurder, het raadsel van die verdwenen miljarden voor mij kunnen oplossen.

    Wat nodig is, is een vergelijking van financiële overzichten uit 1997 en 2010, en liefst ook uit 2013. Dan zien we wat er wérkelijk met de lumpsum gebeurd is en met de bestedingen door schoolbesturen. Ik breng even in herinnering dat bij Amarantis minder dan de helft van de ontvangen lumpsum werd doorgegeven aan de schooldirecteuren die er onderwijs van moesten verzorgen.

    Voor wie liever een figuur bekijkt dan tabellen: het volgende maakt ook e.e.a. inzichtelijk:

    bit.ly/12FzppI

     

  11. @Couzijn, @Denise

    @Couzijn, @Denise

    Het is wel te zien (op www.schoolvo.nl ) aan wèlke salarissen het Dalton geld uitgeeft, afgezet tegen het landelijk gemiddelde voor VO-scholen. Daar kun je zien (www.schoolvo.nl/?p_schoolcode=41298-00HI-000# ) dat leraren op het Dalton al jaren meer leerlingen ‘bedienen’ dan gemiddeld in Nederland en we weten dat de Nederlandse leraar al veel leerlingen ‘bedient’. (pas op: die 15,8 op het Dalton is niet de gemiddelde klassengrootte, leerlingen hebben immers meer lesuren dan leraren geven). Je ziet ook dat het Dalton veel minder indirect ondersteunend personeel heeft dan het landelijk gemiddelde (dan kàn natuurlijk deels komen omdat zij onder een grotere koepel vallen), maar…. zij hebben meer dan twee maal zoveel managers als de gemiddelde Nederlandse VO-school. Daar zou de PMR iets mee moeten kunnen.

     

Reacties zijn gesloten.