de 1040 uren

Het lerend vermogen van de politiek is alarmerend klein

Het ministerie van onderwijs moet stoppen voor te schrijven hoe het onderwijs zijn werk organiseert. Prestaties voorschrijven is prima.

De parlementaire commissie Dijsselbloem concludeerde in 2008 dat het onderwijs verdronk in vernieuwingen die door een drammerige overheid werden bedacht en doorgevoerd. De vraag is of ons ministerie van onderwijs de lessen van Dijsselbloem ter harte namen. Als we naar de maatregelen van deze week kijken luidt het antwoord volmondig NEE.
Het leek zo goed te gaan. Geheel in overeenstemming met de gedachte die Dijsselbloem uitdroeg, worden de exameneisen voor het middelbaar onderwijs opgeschroefd, terwijl de scholen zelf mogen bepalen hoe ze dit doel bereiken.

Het is dan ook niet te begrijpen dat het minister Van Bijsterveldt nu –afgedwongen door coalitieafspraken een maatregel treft die de school de facto beperkingen oplegt over hoe de nieuwe exameneisen over de schooljaren heen te bereiken. Immers, juist nu er behoefte bestaat aan flexibiliteit, legt de minister op hoe het moet in het onderwijs. Die flexibiliteit zou eruit moeten bestaan dat scholen naar eigen inzicht uren toekennen. Zo moet een school op eigen gezag afwegingen kunnen maken tussen het aantal contacturen en de grootte van de klas. Laten we het vak Nederlands nemen. Voor dit vak moeten alle leerlingen volgend jaar een voldoende scoren op het schriftelijk eindexamen. Als een school nu besluit dat het beter is drie of twee contacturen 15 leerlingen naar het eindniveau kan brengen dan met vier contacturen 30 leerlingen in een klas te bedienen, wat kan daarop tegen zijn? Wel de 1040 norm.

Deze norm geeft een grote prikkel om veel leerlingen over veel uren bij elkaar te zetten. Dit komt vaak neer op “ophokken” omdat men leraartijd te kort komt. Dat wil zeggen: leraren worden voor de klas gezet maar hoeven geen les te geven. Dat zijn voor de school goedkopere lesuren dan uren die daadwerkelijk moeten worden gegeven. Daarmee is de maatregel ineffectief en betuttelend naar de school. Dagelijks worden schoolbesturen en leraren geconfronteerd met signalen die hen in verwarring brengen in termen van wat van hen wordt verwacht. De rector van een succesvol gymnasium zei bij de introductie van nieuwkomers in 2008 zich van de 1040-urennorm niets aantrekken maar dat in plaats daarvan alle inspanningen zijn gericht op leren. Hiermee geeft hij twee signalen af. Hij beschermt zijn lerarenkorps tegen onverstandig Haags beleid en hij geeft aan dat in elke les veel moet worden geleerd! Dit is wat anders dan de rector die netjes voldoet aan de 1040-norm en het aan de leraar overlaat hoe deze in te vullen en hem ook nooit aanspreekt op de invulling. Ondertussen liepen de boetes voor de school zo hoog op dat men het beleid heeft moeten stoppen. Het betreft hier wel een van de best presterende scholen van Nederland!

Zolang de overheid niet afleert de wet voor te schrijven aan het onderwijsveld is niet moeilijk om aan te duiden wat de conclusie zal zijn volgende parlementaire onderwijsenquête! Hopelijk kan de eerste kamer nog goed werk doen.

Jan Bouwens

3 Reacties

  1. Let op,
    het gaat om 2 zaken:

    1040

    en

    een week afpakken van het zomerreces.

    Het laatste is dodelijk voor de presterende leraar.

  2. uitspraak van Naema Tahir
    „Meer toezicht en controle is het standaardrecept van politici tegen ongeveer alles wat er misgaat in Nederland.”

    Naema Tahir, columniste van Buitenhof (AVRO/VARA/VPRO), 18 december. (BRON: NRC)

    Jamm dat zo weinig politici dat zich realiseren!!

    Seger Weehuizen

    • Merkwaardig
      Opvallend is, dat dit vaak dezelfde politici zijn die steeds roepen om meer eigen verantwoordelijkheid, minder regels, slankere overheid, “minder betutteling”, deregulering en privatisering.

Reacties zijn gesloten.