Elites hebben het moeilijk

De argumenten van BON en andere critici van de onderwijsvernieuwingen werden niet zo lang geleden door de “onderwijselite” afgedaan als populistisch.
De Groene Amsterdammer wijdt deze week een dubbeldik themanummer aan “ de aanval op de elite”. Bijzonder interessant. Het onderwijs komt er niet expliciet in aan bod. Meindert Fennema geeft in zijn boeiende bijdrage de chaos in het onderwijs wel aan als een van de thema’s van de Fortuynrevolutie. Een analyse van de strijd van BON voor beter onderwijs tegen het gevestigde “educatief-politieke complex” (Bart Tromp, 1994) zou een leerzame casus hebben kunnen opleveren. Misschien een volgende keer.
Dit gedegen en zeer leesbare dubbelnummer is m.i. eigenlijk een must voor iedereen die in deze problematiek is geïnteresseerd.

5 Reacties

  1. Symposium
    Afgelopen vrijdag was er een symposium ter ere van het afscheid van Bert Zwaneveld van het Ruud de Moor Centrum. Daar was een lezing van Jan van Maanen, directeur van het Freudenthal Instituut, met als samenvatting:

    Didactiek heeft voor de docenten in de scholen lastige kanten. Door wie zullen ze zich laten leiden? Door het voorbeeld van hun eigen wiskundeleraar uit de jaren ’60 en ’70? Door de wetenschappers die hun aanbevolen onderwijsmethoden staven met onderzoeksresultaten? Door de lobby die zegt dat je bij wiskunde vooral moet oefenen en dat het begrijpen later wel komt? Is dit een thema in de professionalisering van de wiskundedocent? Of staat die voor hetere vuren?

    De argumenten van BON en andere critici worden nu dus afgedaan als ‘lobby’ en de onderwijsvernieuwlers blijven zichzelf aanprijzen als ‘wetenschappers’ (terwijl de KNAW rekencommissie onlangs hun ‘onderzoek’ ongenadig gekraakt heeft).

    • Zwaneveld
      Bert Zwaneveld heeft zelf ook gesproken. Over het rekenonderwijs, in de aankondiging:

      • Rekenonderwijs: minder nadruk op regels leren
        Bij het rekenonderwijs komen de doorlopende leerlijnen en de referentieniveaus aan de orde. Zwaneveld bepleit hierbij een grotere regierol voor de overheid en meer aandacht voor de bijbehorende professionalisering. Omdat de verschillen tussen leerlingen bij rekenen groot zijn moet er veel meer werk van het leren van de individuele leerling gemaakt worden. Hij spreekt zich uit tegen de grote aandacht voor het leren van de rekenregels, die door de komende rekentoetsen alleen maar wordt vergroot. Dat gaat ten koste van de achterliggende wiskundige denkprocessen.

      Dat maakt mij nieuwsgierig: wat bedoelt hij met komende rekentoetsen waarin basale rekenvaardigheden weer aan de orde zijn? Heeft iemand de hele rede van Zwaneveld?

      Het ‘leren van de rekenregels’ is veertig jaar lang belachelijk gemaakt door de werkers van het realistisch rekenen, v/h wiskobas, op gezag van Hans Freudenthal (o.a. zijn 1978 Weeding and Sowing), zonder een snipper ter zake doende empirische evidentie (de KNAW-commissie-Lenstra heeft niet verder teruggezocht dan 1990, maar ook in de decennia ervoor is vrijwel geen empirisch toetsend onderzoek te vinden waarin de ideeën van Freudenthal en de zijnen over die ‘echte wiskundige denkprocessen’, en dan nog wel in het basisonderwijs, op de wetenschappelijke pijnbank zijn gelegd. Vindt Zwaneveld echt dat Nederland met die zelfvernietiging moet doorgaan? Tegen de overduidelijke resultaten in van de PPON-peilingen en het door Van Putten en anderen gedane secundaire onderzoek op de PPON-toetsen (zoals o.a gepresenteerd op de rekenconferentie van BON in Driebergen)?

      • Zwaneveld: onwerkbaar
        Ik heb het gedaan met een aparte leergang hoofdrekenen en een aparte leergang cijferen, dat op eigen tempo laten werken waardoor er ‘meer aandacht’ voor de individuele leerling zou ontstaan. Het werd totaal onwerkbaar. Voortdurend rijen kinderen met vragen terwijl je op individueel niveau tijdens dezelfde les soms vele malen dezelfde som aan het uitleggen was. Daarbij was er steeds minder tijd beschikbaar om iets degelijk en grondig uit te leggen, vanwege al die individuele kinderen die niet verder konden omdat ze een som niet begrepen.
        Klassikaal onderwijs slaagde veel beter: er was meer tijd beschikbaar om de stof grondig uit te leggen (want dat ging klassikaal), en er was meer tijd beschikbaar om de zwakkeren extra te helpen aangezien ‘de rest’ in staat was de aangeleerde stof zelfstandig te verwerken.
        En als we kinderen de rekenregels niet leren, dan leren ze deze dus nooit meer. De kindertijd is de beste tijd om elementaire regels goed aan te leren. Onder die regels versta ik de tafels van vermenigvuldiging, maar ook de foefjes die je bij het cijferen en hoofdrekenen gebruikt.
        Er zijn veel regels: het gebruik van de nul, de punt en de komma in het decimale stelsel, regels bij het rekenen met breuken, klokkijkregels, regels voor de berekening van oppervlakte, omtrek en inhoud, regels voor de maten van snelheid, oppervlak, gewicht en inhoud, enz.
        Wie dit wil afschaffen omdat kinderen ‘denkprocessen’ zouden moeten leren, schaft het rekenonderwijs in de traditionele zin van het woord dus af. En is er de oorzaak van dat kinderen de rest van hun leven blijven stuntelen als ze met een rekenopgave worden geconfronteerd.

    • Lobby
      Waarom gaat Van Maanen niet inhoudelijk in op de kritiek van Jan van de Craats, Gerard Verhoef en de KNAW ? Lobby wil zeggen dat het in de eerste plaats gaat om toegang te krijgen tot centra van invloed, macht en geld en niet om inhoud. Ik krijg toch sterk de indruk dat het Freudenthal Instituut zich zelf bedreigd voelt. En dat niet zo zeer door de lobbykwaliteiten van genoemden maar om de kwaliteit van de argumenten van deze critici.
      Het zou niet zo moeten zijn dat wetenschap ondergeschikt wordt gemaakt aan gevestigde belangen. Niet geheel toevallig stuitte ik op een uitspraak van de deze dagen veel aangehaalde Jacques de Kadt, inhoudende dat politiek zo veel mogelijk wetenschap en zo weinig mogelijk ideologie zou moeten bevatten.( Roland Havenaar, “De tocht naar het onbekende”, pag. 206).
      In de praktijk moeillijk te verwezenlijken want politiek is nu eenmaal lobbyen, netwerken, jezelf promoten, publiciteit, vlotte babbels etc. Niemand ontkomt eraan dat de wereld maar doordraait, maar het zou toch wel prettig zijn als het spel een beetje eerlijk gespeeld werd. Dat zou een zorg voor de elites moeten zijn en een toetssteen van de democratie.

      • Re: Lobby
        We weten natuurlijk niet wat Van Maanen in zijn lezing gezegd heeft. Wellicht is hij daar inhoudelijk ingegaan op de kritiek.

Reacties zijn gesloten.