ACTIE PRIKKLOK (doelmatigheid in ons voordeel)

ACTIE PRIKKLOK

Jaren lang heb ik minzaam geglimlacht als ouders tijdens een tien-minuten-gesprek het nodig vonden mij te wijzen op mijn luizenbaan met lange vakanties. Jarenlang heb ik gevonden dat mijn leerlingen belangrijker zijn dan mijn gezin, ook als mijn partner mij boos vroeg of ik nu echt élke avond lessen moest voorbereiden of toetsen nakijken. Jaren lang heb ik gevonden dat mijn middagpauze niet zo belangrijk was en dat zwakke leerlingen recht hadden op toezicht zodat ze niet het hoofd werden ingeslagen door de medeleerlingen. Jarenlang heb ik met lede ogen gezien hoe mijn manager het taakbeleid dankbaar misbruikte om mij en mijn collega’s alle door hem verzonnen taken toch uitgevoerd te krijgen. Jarenlang, jarenlang, jarenlang. De beste jaren van mijn leven. En daar komt morgen een einde aan. HET IS GENOEG GEWEEST!

Vanwaar die ommekeer zo ineens. Tijdens het nakijken van een toets heb ik ter verstrooiing de radio op Nederland 1. Vanmiddag na het potsierlijke onderwerp over de watercanon, jawel de watercanon, of hoe we straks moeten omgaan met het water, “goedemorgen kraan, past het als ik jouw hendel even naar rechts draai, zodat ik kan genieten van een verfrissende douche” denk ik dan. Maar eerlijk, deze malloten zorgen voor de sjeu en doet een beetje de boosheid zakken over de slecht gemaakte toets. Maar ik dwaal af. Daarna kwam ene A. Slob van de christenunie melden dat hij het een geweldig plan vond, de woorden ‘onderwijs’ en ‘vakantie’ vielen en door de radio kon ik de grijns op de man zijn gezicht zien. Even wat beter geluisterd en toen… ik durf het hier niet te herhalen maar ik weet zeker dat ons Heer een aantekening gemaakt heeft in zijn hele dikke boek waardoor het bij Sint Pieter peentjes zweten zal zijn alvorens ik door de hemelpoort binnen mag, áls ik er nog inkom.

Een of ander commissie heeft zich gebogen over de lesuren van het voortgezet onderwijs en is op het fantastische idee gekomen om één week minder zomervakantie voor de leraar en de leerling. Die voor de leerling gecompenseerd wordt met vijf roostervrije op voorhand vastgelegde dagen. De docent levert gewoon een week vakantie in wat gelijk staat met de docent levert gewoon loon in. Blijkbaar schijnt in dit land niemand op de hoogte te zijn wat het is om docent, onderwijzer of leraar te zijn. Dan wordt het de hoogste tijd dat wij met zijn allen dat laten weten. We starten de ACTIE PRIKKLOK.

Wij eisen van onze managers een prikklok, zo een ding waar je een kartonnetje in duwt bij binnenkomst, het registreert de binnekomtijd en als je weer weggaat doe je dezelfde handeling en dan registreert het de buitenga-tijd. Het verschil tussen deze twee tijden is de gewerkte werktijd. Kind kan de was doen. Wij EISEN zo een klok, bij het begin van het nieuwe jaar zodat alle tijd die de docent op school doorbrengt, netjes genoteerd wordt. Verder géén toetsen meer mee naar huis, nakijken op school. Dit wil zeggen dat de school dus ook de eerste dagen van elke vakantie open moet zijn om de docent de kans te geven op zijn werkplek het nakijken mogelijk te maken. Ouderavond, tjingggg zei de klok, tien-minuten-gesprekken, tjinggg zei de klok, leerlingenfeestavond, tjinggg zei de klok, vergaderingen, tjinggg zei de klok, vult u verder maar aan, tjingggg zei de klok. Nee we hebben geen baan van negen tot vijf en dat zullen we bewijzen ook, dank zei de prikklok.

Ik roep de vakbond op om de liezen in het vet te gooien, en hun meest rechtskundige juristen nu al te scholen want er zal beroep op gedaan worden. Immers als de klok op 1659 uur staat houden we er mee op, dan hebben we de uren waarvoor we betaald worden uitgevoerd. Dan zit het werk er op en kunnen we met vakantie. Aangezien Cornielje rekent met een schooljaar van 37 weken en er nu 16 weken opzitten ( voor het Noorden van het land) hebben we nog 21 weken te gaan of te wel nog 941 uur, moet lukken vóór eind mei, en dan leggen we de riem er af, klaar, de taak zit er op, dat was het dan, zoek de rest zelf maar uit meneer de manager en steek dat taakbeleid maar in het deel van de rug, waar hij net van naam verandert.

ACTIE PRIKKLOK, is het enige wat nog rest om de politiek, de managers en de goegemeente duidelijk te maken dat het docentenbestaan géén luizenleven is met veel vakantie en een beetje ouwehoeren met leerlingen. Actie prikklok is nog de enige mogelijkheid om duidelijk te maken dat het afgelopen moet zijn met de man of vrouw voor de klas weg te zetten als een stelletje sukkelaars die álles pikken, zelfs het afpakken van vakantiedagen of het inleveren van loon. En wees gewaarschuwd collega’s, diegene die tegen deze actie is, is diegene waarvan iedereen weet dat hij altijd te laat komt, altijd te vroeg naar huis gaat, je nooit tegenkomt op een vergadering, ouderavond, scholierenfeestje en in elk lokaal dat deel van het boek liggen heeft dat hij daar moet behandelen.

Ik weet het, het is de hardste actie die wij, de slaven van het krijtje, kunnen voeren, maar wat moet, moet. Eis die prikklok, NU en op naar de 20 weken vakantie per jaar, want dát verdienen we.

Men zegge het voort, Maile het door, Hange het op in de koffiekamer, Prikke het op de deur van de manager, Schrijve het in de krant, enz…

Sjeekspier

16 Reacties

  1. Mooi stuk
    En natuurlijk een schitterend plan. Wat mij betreft verspreidt dit stuk zich over de Nederlandse scholen en media en komt er een prikklokbeweging op gang.

    Al wil ik wel de kanttekening maken dat de werkdruk hem niet alleen zit in de aantallen uren, maar vooral ook in het SOORT uren. Een uurtje achter de PC in mijn vorige baan op kantoor, of een uur lesgeven aan dertig pubers, dat is me nogal een verschil. Misschien maakt de gemiddelde Nederlandse leraar wel helemaal geen 1659 uren. Maar hard werkt ie wel.

  2. ad absurdum gaan
    Je kunt op twee manieren tegen de taak van de leraren aankijken”
    1. Een leraar is een hooggekwalificeerd deskundige die zijn taak naar eigen inzicht kan en moet vervullen. Natuurlijk is er een lesrooster waar hij zich aan moet houden en zijn er een aantal verplichte vergaderingen maar voor de rest doet het er niet toe of hij voor het goed vervullen van zijn taak 30 uur per week of 60 uur per week nodig heeft. Als de meeste leraren gemiddeld meer dan 40 uur per week nodig hebben om hun taak naar behoren te vervullen is de taak die de leraren opgedragen wordt of te zwaar of zijn de meeste leraren niet voor hun taak berekend.
    2. De leraar is een productiemedewerker met vaste werktijden en een 40-urige werkweek. Als de directie de leraar langer wil laten werken moet de directie hem volgens een overwerktarief voor de extra uren betalen

    Door het inschuiven van een bestuurslaag tussen de directie en de leraren op de werkvloer en het introduceren van een taakbelastingschema hebben het bestuur en de directie manier 2 tot de feitelijke manier gemaakt.
    Voorheen stemde manier 1 overeen met de realiteit onderwijs en het zou fijn zijn als we een regering zouden hebben die terug wil naar de vroegere situatie.
    Er zijn echter geen tekenen die er op wijzen dat dat zal gebeuren. Daarom lijkt mij het werken met de prikklokmethode waarbij een leraar gedurende een vastgesteld aantal uren per week alleen op school werk voor de school verricht op dit moment voor de leraren een verstandige wens.
    De resultaten van het het invoeren van de prikklokmethode zouden bovendien de politici duidelijk kunnen maken dat manier 1 toch echt beter is.
    Seger Weehuizen

  3. Ik wil géén prikklok
    Wat aan het beroep van leraar juist zo mooi is (of zou moeten zijn) is de vrijheid en de zelfstandigheid ervan. Een prikklok is geïnstitutionaliseerd wantrouwen van een werkgever jegens werknemers die hij principieel niet kan vertrouwen. Daarom gaat hij ze als kleine kinderen behandelen en laat hij ze prikken.
    Omdat een docent allemaal werk heeft dat hoe dan ook voltooid moet worden, heeft een verstandige geest ooit ingezien dat die docent dat dan wel naar eigen inzicht mocht indelen, omdat hij mag worden geacht volwassen en goed opgeleid te zijn. Die verstandige geest heeft óók begrepen dat je verschillen tussen docenten onderling nooit met behulp van primitieve tijdregistratiesystemen kunt honoreren. Vandaar dat men voor het huidige systeem heeft gekozen: een weerspiegeling van de opvatting dat een docent een volwassen en zelfstandig mens is.
    Inmiddels wordt de werkdruk door het management behoorlijk opgevoerd, door oneigenlijke eisen te gaan stellen aan de lesgebonden en niet-lesgebonden taken. Dit gaat gepaard met (althans op mijn eigen school) een schromelijke verwaarlozing van hun eigen faciliterende en ondersteunende taken, zodat de docent van twee kanten zwaarder belast wordt. Wat wij nodig hebben is een commissie-Cornielje die haar werk goed doet; een commissie met een paar docenten erin; een commissie die de oorzaken van de werkdruk analyseert, in historisch perspectief beschouwt en niet een commissie van buitenstaanders die haar oplossing al heeft klaarliggen nog voordat het werk begint.
    Als actiemiddel voor een paar maanden zou zo’n prikklok best leuk zijn, maar ik moet er niet aan denken dat het definitief zou worden. Dan heeft de infantilisering van het onderwijs zijn eindstadium bereikt: dan worden ook de docenten geheel als kleine kinderen behandeld.

    • Prikklok als valkuil voor de managers
      Je hebt, Bernard Wijntuin, een heel helder verhaal geschreven dat nauwelijks te verbeteren is en waar ik het vrijwel eens mee ben op één belangrijk punt na. Het idee van het instemmen met een prikklok is namelijk dat je achteraf duidelijk maakt aan de managers die alles tot in de details willen regelen alsmede aan hun opdrachtgevers dat zoiets niet werkt. Leraren, die zich volledig aan de prikklok houden zullen niet altijd bijtijds hun cijfers kunnen inleveren of anderszins ergens te laat mee zijn. Het aanzien van het leraarschap gaat zo sterk achteruit dat alleen nog maar kneusjes leraar willen worden. Het initiatief om het prikkloksysteem op te heffen moet van de schoolleiding komen die in de gaten krijgt dat ze zichzelf daarmee in de vingers gesneden heeft. Door de prikklok een actiemiddel te noemen ontstaat de indruk dat het niet om de prikklok zelf gaat en dat de docenten zelf de prikklok willen en kunnen afschaffen zodra hun actie voorbij is. Maar als het prikkloksysteem voor de leiding vervelender is dan voor de docenten moet die prikklok een ruilobject worden bij geven en nemen.Seger Weehuizen

    • Die tijd is toch al voorbij
      Bernard, je schetst een ideealbeeld dat vroeger inderdaad normaal was, maar nu al lang niet meer. Nu hebben we het slechtste van twee werelden: georganiseerd wántrouwen en geen enkele manier om te bewijzen dat er veel werk op ons bordje ligt.
      Ik ben ervan overtuigd dat als echt zichtbaar en bewijsbaar kan worden wat we allemaal moeten doen, de heren op hun schreden terugkeren. Ook de collega’s die de kantjes eraf lopen kunnen op die manier een wat grotere bijdrage leveren.

      Laat de prikklokken (plus het schrijven van uren) maar komen!

      • Over de Heren
        Op ons ministerie van onderwijs zijn twee Dames de baas. Ook op mijn school wordt de dienst voor meer dan de helft door Dames uitgemaakt. Of Dames, zoals u over Heren schrijft, op hun schreden terugkeren betwijfel ik. Het bewijs ligt al jaren op de diverse schoolleidingsbureaus opgestapeld, maar het interesseert ze niks. Stel dat een zekere B. Wijntuin om half zes nog op school bezig is om na te kijken. Dan loopt er een of ander middelbaasje langs en die zegt: ‘Nog bezig? Dat doe je helemaal verkeerd. Waarom doe je het niet als collega X, die geeft alleen maar meerkeuzevragen. Die is zó klaar met nakijken. Of neem collega Y, die is pas vernieuwend bezig: hij neemt al zijn toetsen af via internet en hij laat al ze door de computer nakijken. Neem collega Z, die laat zijn leerlingen in groepjes werken en laat ze zelf hun toetsen nakijken. Ben jij eigenlijk wel tegen je taak opgewassen?’. Of collega’s X, Y en Z überhaupt nog wel les geven, of die toetsen überhaupt iets voorstellen, of collega’s X, Y en Z ergens voor bevoegd zijn, of ze niet toevallig gymles geven, dat is voor het middelbaasje niet van belang.
        Zo kan, en zo zal die prikklok voor ieders gemak ingezet worden. Aangezien de machtsverhoudingen onveranderd blijven zullen de mensen die nu misbruik van hun macht maken dat straks ook doen, prikklok of geen prikklok.
        Ik zie mijn eigen management overigens altijd met twee zaken in de weer. Óf ze zitten naar een beeldscherm te staren, óf ze zitten om een tafel tegen elkaar (en soms anderen) aan te kletsen. Van beide activiteiten, die je ook heel goed met een prikklok zou kunnen registreren, is het rendement voor de school volledig duister. Mijn eigen duistere vermoeden is, dat deze lieden héél hard werken, meer dan 40 uur per week. Ik denk alleen dat ze meer dan 40 uur per week aan de ondergang van het onderwijs werken.

        • Beste Bernard
          Ik heb een aantal jaren “uitvoering mogen geven” aan het taakbeleid. Ik weet hierdoor dat het taakbeleid dé manier is om werkdruk te verhogen en docenten de meest schandalige &*^%klusjes in de maag te splitsen. Één jaar hebben mij collega’s het voor elkaar gekregen om geen veranderingen (lees verslechteringen in opslagfacoren voor nakijken en voorbereiden) voor elkaar te krijgen. In dat jaar hebben zowel de MR als de plenaire vergadering van docenten een prikklok geeist om de directie duidelijk te maken hoeveel uur er daadwerkelijk geïnvesteerd werd. Als gestoken door een bij was de reactie van het management onmiddellijk “in een school worden de beslissingen niet democratisch genomen” waardoor de plenaire vergadering onmiddellijk buiten spel werd gezet en het verslechterde taakbeleid er toch kwam. De reactie van de collega’s was heel kien. In de lerarenkamer ( dat heette toen nog zo) werd een groot urenbord opgehangen waarop iedere collega ( de genoemde uitzonderingen daar gelaten) zijn gewerkte uren schreef, per dag. Eerst werd er om gelachen door het management. Na twee weken werd het bord verwijderd door het management om de dag daarop reeds een nieuw bord te vinden. Binnen de maand werd mij de opdracht gegeven om het taakbeleid aan te passen. Het moet gezegd, het jaar daarop een reorganisatie, en verschuivingen van veel collega’s naar andere scholen binnen de fusie. Instroom van onbevoegden en zij-instromers die niet eens wisten wat taakbeleid was hebben nieuwe pogingen teniet gedaan. Ik heb wel geleerd dat managers ontzettend bang zijn voor alles wat maar enigszins ruikt naar objectieve urenregistratie. Het is natuurlijk ook ontzettend leuk om eind mei tegen de buurman te zeggen, “zo, dit was het voor dit jaar, mijn uurtjes zitten er op, ik ga morgen voor 4 maand naar Frankrijk.”

          • Ervaring boven vermoeden
            Misschien ben ik te somber. Ook op mijn school vindt er een permanente taakbeleid-discussie plaats (waar ik mij, tot nu toe, uit afschuw van het bureaucratisch jargon en de kommaneukerij, verre van heb gehouden). U heeft ervaring met een schoolleiding die terugschrikt voor een zekere sociale druk; misschien is die van ons daar ook gevoelig voor. Het zal in elk geval niet uit de goedheid huns harten zijn als ze een stapje terug doen. Als het zo werkt zijn de mensen die nu die discussie over het taakbeleid aangaan de frontsoldaten en verdienen zij onze hulde.

          • beste Bernard
            Jazeker verdienen zij onze hulde. Jammer genoeg is er te weinig plaats hier op het forum om vier jaar ervaring met het ‘chinese rekenen met taakbeleid’ uit de doeken te doen. Misschien in feuilleton vorm, wordt dan wel een horrorverhaal. Het is een schande hoe met het taakbeleid in de hand de werkdruk alsmaar opgeschroefd wordt en ook de vakbonden hier aan meewerken, maar ja zij hebben ingestemd met het taakbeleid en zoals bij het realistisch rekenen duurt het een tijdje om fouten toe te geven. Maar een klein voorbeeldje spreekt boekdelen. Het eerste jaar van het taakbeleid kregen de vakken wiskunde en Nederlands een opslagfactor van 1 voor nakijk en voorbereidingswerk. De gewonde docententaak was dus 750 uur en de factor zorgde voor nog eens 750 uur. samen 1500 uur gecaluleerd over (toen nog) 38 weken is dit 39,47 uur per week. Let op KLOKUREN. Blijven dus nog over 159 uur of 4,1 uur per week. Samen al 43,5 uur per week. In die 159 uur werd dan ook alles gepropt. Mentoruren, sectieverantwoordelijke, wettelijke scholingstijd, enz.. Er waren collega’s die (volgens het management ‘virtueel’) ongeveer 300 klokuren per jaar over de volledige taak gingen of wel nog eens 7 tot 9 klokuren per week te veel werden ingezet. ( een werkweek van 50 tot 52 klokuren). Als dank voor de inzet werd het jaar daarna de opslagfactor teruggebracht naar 0,8 ne het jaar erna naar 0,5. De berekening is heel gemakkalijk kloppend te maken, stoeien met opslagfactoren en inkrimpen van werkelijk te investeren tijd en klaar is Kees. Er is maar één probleem, op papier is het kloppend, in werkelijkheid verdwijnt het werk niet. Dit is alleen maar inzichtbaar te maken door een PRIKKLOK.

          • de democratie van de prikklok
            ref : jeronimoon, hierboven

            Kijk (hieronder *), dat is nu precies waarom grote scholen verderfelijk zijn. Ze deugen niet, ze behoren te worden afgeschaft, hoe eerder hoe beter.

            De bijzondere aard van onderwijs verlangt dat docenten het laatste woord hebben, zij beslissen. Onderwijs, zeker in de PO en VO sectoren, kan alleen effectief zijn als het horizontaal is georganiseerd, de docenten beslissen hoe ze het werk zullen uitvoeren. Daar is hoogstens een faciliterende directeur bij nodig (doet ook lessen, zelfde loonschaal als seniore docenten).

            Afschaffen, hoe doe je dat ? Nou, gewoon : overtuigen. Druk van het docenten-collectief – al of niet samen met ouders. Of anders : het bestuur kapen. Ook mogelijk : leerlingen wegbietsen door een nieuwe school op te richten. Veel werk, veel achterklap, maar een mooi perspectief.

            * [quote, jeronimoon > beste Bernhard]
            – – uren verantwoording – – als gestoken door een bij was de reactie van het management onmiddellijk “in een school worden de beslissingen niet democratisch genomen” waardoor de plenaire vergadering onmiddellijk buiten spel werd gezet – –
            [unquote]

            maarten

        • reactie op “Over de Heeren”
          De beschrijving in de reactie van Bernard Wijntuin van wat het schoolmanagement kan doen zodra uit de invoering van de prikklok blijkt dat leraren binnen de gegeven tijd hun taak volgens eigen inzicht niet naar behoren kunnen doen brengt ons weer in herinnering hoezeer ook in het onderwijs alle problemen met elkaar samenhangen. De mogelijke reacties die hij beschrijft zijn goed voorstelbaar omdat er onvoldoende toezicht is op de kwaliteit van het geleverde product (om het maar eens in managerstaal te zeggen). De scholen meten tot en met het afsluitend examen geheel of gedeeltelijk zelf het resultaat van hun onderwijs. Als de overheid zou inzetten op extern meetbare resultaten en bij langere opleidingen ook tussentijds zou meten en de samenstelling en de kwaliteit van de instroom uit het basisonderwijs zou goed vastgesteld worden zouden de managers zulke fratsen niet kunnen uithalen. (Of moet ik zeggen minder gemakkelijk omdat door het ontbreken van vrije concurrentie veel scholen ongestraft lage kwaliteit kunnen leveren? Weer hangt van alles met elkaar samen.). Niet voor niets verheugen Slagter cum suis zich over de op handen zijnde marginalisering van de CITO-toets.
          Zeer goede externe contole op de resultaten van het onderwijs verandert de machtsverhouding tussen leraren en management ingrijpend. Het dwingt de schoolleiding om gebruik te maken van de goede kwaliteiten van de docenten en het verhindert het om de doenten te belasten met overbodige zaken of taken die ook door lager- of anders-geschoolden kunnen worden gedaan.
          Seger Weehuizen

    • Commissie Cornielje
      Ik heb even gekeken naar de samenstelling van de commissie Cornielje. Er zijn 5 leden: 1 politicus, 1 lid van de raad van state, 2 schoolleiders en een hoogleraar onderwijssociologie. Daar viel dus ook weinig van te verwachten.

  4. ja hoor, laat maar komen
    Het woord ‘prikklok’ doet dan misschien denken aan laagopgeleide productiemedewerkers, bij hogeropgeleiden is het net zo goed gangbaar dat er iets tegenover staat als de normale werkuren worden overschreden, en zeker als dat in avonden of weekends gebeurt.

Reacties zijn gesloten.