hoogopgeleide docenten

De onderstaande discussie werd een beetje te lang om nog overzichtelijk te zijn. De discussie wordt hier voortgezet.
____________________________________________________
Beste BON-ners,

Een terugkerende discussie in onze fora is die over de academisch opgeleide docent. Voor de duidelijkheid: BON wil dat onderwijs gegeven wordt door hoogopgeleide docenten. In de gangbare definitie kunnen dat personen zijn met een hbo- en wo-achtergrond. BON onttrekt zich niet aan die definitie.

Centrale vraag: Wat voor docenten willen we voor de klas?
Als we de omschrijving ‘hoogopgeleide docenten’ gebruiken, ontstaat er steeds een discussie tussen academici en niet-academici. Dat is begrijpelijk. Het is momenteel echter zo dat zowel hbo- als wo-opleidingen eerstegraadsleraren afleveren. Als we een beetje realistisch naar aantallen kijken, dan kunnen simpelweg niet alle leraren academisch gevormd worden in de toekomst. In de meeste Europese buitenlanden is dat echter wel zo. De oorzaak voor dat verschil is gelegen in het feit dat eerstegraadsopleidingen daar per definitie alleen door universiteiten verzorgd mogen worden. Dat geldt in veel van die landen overigens voor bijna alle onderwijsgerelateerde opleidingen. Moeten we ook in Nederland naar die situatie? Of moeten we juist, heel pragmatisch, in dit opzicht universitaire lerarenopleidingen laten samenwerken met hbo-instellingen? De TU/e en Fontys doen dit momenteel en dat zou een positief effect kunnen hebben op de uitstroom van het vakinhoudelijke niveau van de eerstegraadsleraren.

Ik zou deze discussie in dit draadje willen toespitsen en daarbij (voorlopig) een aantal gerelateerde onderwerpen verbieden (de strenge schoolmeester spreekt). Niet vanwege censuur, maar ik vermoed dat we dan stap voor stap dichter bij een breedgedragen standpunt komen.

Voorlopig “verboden” zijstappen:

  • vergelijking met betaling in de marktsector en de daar aan gekoppelde marktwerking van in-en uistromende leraren
  • betalingsdifferentiatie naar opleidingsniveau binnen een school
  • anekdotes: deze dragen in de regel niet bij aan een algemeen standpunt. Bijvoorbeeld: “Ik heb een academisch opgeleide collega en die kan geen lesgeven.”
  • Wie begint?

    77 Reacties

    1. Ik begin wel
      Op het VWO wil je een academisch gevormde docent (minstens vanaf het moment dat het VWO afsplitst van de andere stromen zoals HAVO, maar liever vanaf klas 1; dus ook in een HAVO/VWO brugklas).

      Eerstegraads lerarenopleiding in het HBO zouden wat mij betreft afgeschaft moeten worden. Het bestaan van deze opleiding wekt de illusie dat deze gelijkwaardig zijn aan een academische opleiding. Ook sommige HBO 1e graders lijken te denken dat zij een opleiding gevolgd hebben die gelijkwaardig is aan een academische opleiding.

      Universiteiten moeten heel erg oppassen dat hun lerarenopleiding niet ook van een bedenkelijk niveau wordt. Met het bachelor-master systeem hebben sommige universiteiten in sommige vakken ervoor gekozen om een aparte master ‘educatie in …’ op te richten. Dit betekent dat de student na zijn bachelor een lerarenopleiding gaat doen. Deze staat organisatorisch los van de vakinhoudelijke opleiding en bestaat voor een groot deel uit stages en didactiek. Dit betekent dat de 1e graadsleraar met zo een masterdiploma vakinhoudelijk slechts een bachelor heeft. Vaak moet als ingangseis voor de educatie master tijdens de bachelorfase ook nog een speciaal voortraject gevolgd worden. Dit betekent nog minder vakinhoudelijke kennis voor de aanstaande leraar.

      • tweede alinea
        In reactie op jouw tweede alinea: het is wettelijk zo dat beide opleidingen eerstegraadsleraren afleveren. Juridisch zijn die ook gelijkwaardig. Ik zou de discussie willen toespitsen op jouw derde alinea: de inhoud van de opleiding. Misschien is het nuttig als we eerst een kort objectief overzichtje maken van de paden die kunnen leiden tot het eerste- en tweedegradersschap (per vak?).

        Wil iemand iets vertellen over de eigen gevolgde opleiding? Geef daarbij ook aan wanneer die opleiding gevolgd is.

        • Juridisch gelijkwaardig
          Inderdaad zijn de twee varianten van de 1e graadsopleidingen op de beroemde bevoegd/onderbevoegd/onbevoegd schaal gelijkwaardig. Inhoudelijk zijn ze dat (mijns inziens) zeker niet. Omdat ze inhoudelijk niet gelijkwaardig zijn zouden ze dat op de bevoegd/onderbevoegd/onbevoegd schaal dat volgens mij ook niet moeten zijn. Als je aan het VWO les wilt geven zul je mijn inziens een academische opleiding moeten hebben. Natuurlijk zouden scholen hun HBO opgeleide docenten moeten faciliteren die opleiding te doen (dat is pas ‘groeien in het onderwijs’!). Jammer genoeg gebeurt dat niet.

          • gelijkschakelen
            Wat je dus eigenlijk zegt is, dat je vindt dat de hbo- en wo-opleiding inhoudelijk gelijkgeschakeld moeten worden? Gevolg zou zijn dat er één type eerstegraadsleraar ontstaat. Ben je dat me eens?

            • Ja, min of meer
              Wat ik vind is dat als je een 1e graads bevoegdheid wil dat je dan naar een universiteit moet. Je moet dan aan dezelfde eisen voldoen als alle anderen: dus universitaire bachelor en daarna de 1e graads opleiding aan de universiteit. Liever had ik nog: eerst universitaire bachelor, dan vakinhoudelijke universitaire master en dan 1e graads opleiding aan de universiteit, maar dat hoeven universitaire studenten tegenwoordig ook niet meer.

              Wat ook kan (en ik geloof dat het vroeger bij de MO akten zo ging, but correct me if I’m wrong): er is een bepaalde voorgeschreven stof, daar leg je een staatsexamen over af en dan krijg je de akte. Dit zou voor zowel tweede als eerste graads kunnen. Wie de lessen aanbied is dan irrelevant. Dan ben je ook van het gelazer af met instellingen die zelf diploma’s mogen uitdelen, per diploma betaalt worden, en daarom de eisen steeds maar verlagen. Iedereen kan dan zien wat er vakinhoudelijk ge-eist wordt van leraren en dit is uniform over het hele land. Wel zo duidelijk.

              Eigenlijk denk ik dat dit tweede beter is, want universiteiten lijken langzaamaan qua betrouwbaarheid de kant van HBOs op te gaan.

            • ‘Liever had ik nog: eerst
              ‘Liever had ik nog: eerst universitaire bachelor, dan vakinhoudelijke universitaire master en dan 1e graads opleiding aan de universiteit, maar dat hoeven universitaire studenten tegenwoordig ook niet meer.’
              Hoeft dat niet meer? Waarom bewandel velen deze weg dan? Even een voorbeeld van een vriend van mij die een jaar verder is. Enkel uit volledigheid.

              4 jaar bachelor op Hogeschool Windesheim
              1 jaar bachelor (middeleeuwen) op de VU Amsterdam.
              1/2 jaar master medische geschiedenis op de VU Amsterdam.
              1 jaar master Middeleeuwen.

              Inmiddels bezig met 3 maanden Docent in Opleiding.

              Historia vitae magistra

            • Alweer wiskunde, geen geschiedenis
              Alweer, bij geschiedenis is het misschien anders. Bij de beta wetenschappen is de lerarenopleiding een aparte masteropleiding (in ieder geval op sommige universiteiten). Toegang geeft een universitaire bachelor in de relevante discipline. Je hoeft dus niet eerst een vakinhoudelijke master te volgen.

            • Prima.
              Prima, dat wist ik niet. Ik zit bij de Letteren. Weer wat geleerd.
              Historia vitae magistra

      • vernieuwde universitaire Masters met een hoog PABO gehalte?
        Mark 79 heeft een punt. De universitaire lerarenopleidingen zijn vernieuwd.

        Ik heb voor mij zelf uit laten zoeken dat ik op basis van mijn HTS-E diploma (uit 1979) toelaatbaar tot de universitaire Master opleiding voor 1e graads leraar Natuurkunde. De vakinhoudelijke component van deze Master was teleurstellend mager, er zaten wel verontrustend veel PABO-achtige dingetjes in, dus daar heb ik niet lang over na hoeven te denken, dat was niets.

        • Master of Education
          Zoals mi schrijft “De vakinhoudelijke component van deze Master was teleurstellend mager, er zaten wel verontrustend veel PABO-achtige dingetjes in.” Dit ‘Master of Education’ programma voor de beta lerarenopleiding op universiteiten is mijns inziens echt een groot gevaar. Het staat volledig los van de vakinhoudelijke opleiding. De didactici/onderwijskundigen hebben het er voor het zeggen: toelating, curriculum, toetsing etc.. En dit alles over alle vakken heen. Of je nu je bevoegdheid wiskunde, natuurkunde of biologie wilt halen: zelfde opleiding, zelfde vakken.

    2. Overcompleet: bevoegdheid
      Lang leve Em 70! Het Onderwijsblad van deze week besteedt maar liefst TWEE pagina’s aan de (niet erg goed op gang gekomen) actie waarin Bonners hun bevoegdheid op Marktplaats aanbieden. Em’s advertentie staat er integraal in.
      Dit is een erg mooie publiciteit en het hele artikel gaat over de teloorgang van niveau!

      • Bedankt simon, zou ik zeggen
        Overigens even voor de goede orde: ik was zelf niet de bedenker van deze actie: dat was simon (schuilnaam). Nooit gedacht dat we dit er mee zouden kunnen bereiken; bedankt simon!

        Em70

    3. commentaren BT de Jong
      BT de Jong plaatste drie zinvolle teksten achter elkaar. Vanwege tekenbeperking paste dat niet in één bericht. De tekst van BT de Jong staat onverkort in dit bestand.

      :: Ralph

    4. Wiskunde Fontys-Sittard
      Ik vond het volgende in de studiegids van de 2e graadslerarenopleiding Fontys-Sittard (opgehaald van de deze site):

      “Het aanbod van de opleiding Wiskunde bestaat uit: Analyse, Meetkunde, Statistiek en Lineaire Algebra – op VWO-examenniveau te beheersen. Studenten met VWO-Wiskunde B12 kunnen daarom, in overleg, het studietempo versnellen. Deze onderdelen worden vooral in propedeuse en hoofdfase aangeboden.”

      Vakinhoudelijk is deze lerarenopleiding dus niet meer dan VWO wiskunde. Misschien dat het bij geschiedenis anders is, maar voor wiskunde is Fontys-Sittard voor zover ik het kan beoordelen hierin zeker geen uitzondering.

      • Van geschiedenis weet ik dit
        Van geschiedenis weet ik dit : de tweede graads opleiding is vakinhoudelijk minder dan een propedeuse WO.

        • aanvulling
          Sorry, ik was te beknopt. Voor geschiedenis vergelijk ik mijn doctoraal + onderwijsbevoegdheid (oude stijl 5j+4mnd) met de huidige tweede graads opleiding van collega’s en stagaires (EFA). Zij leerden vakinhoudelijk minder dan ik in mijn eerste studiejaar.
          Voor de goede orde ik ben niet aan het HBO-ertje afkatten.
          Ik heb zelf ooit ook een HBO-opleiding gedaan, die toen nog onder de wet op het middelbaar onderwijs viel. Daarna gewoon in het eerste jaar op de universiteit begonnen en toegelaten op mijn VWO-diploma, want HBO met HAVO betekende voor anderen toen nog een toelatingsexamen. Raar dat er nu wel allerlei instroommogelijkheden zijn terwijl ik het niveau bij stagaires heb zien dalen. De HBOers zelf zijn van niveaudaling het meest de dupe.
          Vanuit een faculteit economie (jaren gewerkt en in OR gezeten) weet ik dat HEAO-instroom naar bedrijfeconomie om een titel te halen voor de BAMA al aanleiding tot zorgen gaf voor niveaudaling bij die afstudeervariant.
          HBO-ers die een universitaire titel halen is mooi. In het eerste jaar beginnen zoals in mijn tijd hoeft ook niet. Maar er moet wel een verrekt goed aansluitingsprogramma zijn en dat kost geld en moeite (=menskracht)

          • Intelligenter
            De vraag die bij mij al enige tijd leeft is of dat je van langer studeren ook intelligenter wordt. Dit omdat je nu met HAVO plus HBO ook een academische opleiding kunt voltooien terwijl voorheen je een betere VWO-er moest zijn om de academische norm te halen.
            Of zijn het, die nu via het Hbo naar de universiteit gaan, toch voornamelijk VWO-ers?
            Corgi

            • Meestal wel. Toch zijn er
              Meestal wel. Toch zijn er zelfs MBO-ers die via het HBO op de universiteit komen, en een universitaire master halen.
              We moeten als BON oppassen dat we niet in de hokjesgeest terugvallen. Het gaat om de onderzoekende geest. Het willen oplossen van vraagstukken waar de meeste mensen nog nooit van gehoord hebben. Je haalt niet zomaar een master, je komt niet zomaar op een universiteit.

              Historia vitae magistra

          • Ter aanvulling
            Voor wat betreft vakinhoud staat vier jaar HBO geschiedenis (opleiding tweedegraads) ver onder één jaar studie geschiedenis aan de universiteit, qua hoeveelheid, maar veel meer nog wat betreft diepgang.

            De HBO-opleiding concentreert zich bovenal op didactiek en (zelf)reflectie. Nu moeten deze onderdelen natuurlijk meer op een lerarenopleiding aanwezig zijn dan op de veel algemenere studie geschiedenis, maar hier slaat het HBO lelijk door. Het draait alleen nog maar om, vaak erg algemene, didactiek. Dat betekent dat op de lerarenopleidingen tweedegraads het vak steeds minder belangrijk wordt.

            De opleidingen veranderen in algemene lerarenopledingen waarin bijna geen onderscheid meer tussen de verschillende vakken bestaat. Een groot deel van de vakken die de studenten volgen, worden dan ook samen met studenten van andere lerarenopleidingen gevolgd (aardrijkskunde en maatschappijleer bijvoorbeeld). Die vervlakking heeft een onderwijskundige naam gekregen, namelijk vakoverstijgend onderwijs. Die ‘vakoverstijging’ (feitelijk vakontkenning) grijpt lustig om zich heen in het HBO.

            Maar daarmee is de kous niet af. In de onderbouw van het voortgezet onderwijs gaat dit verder in de oprichting van het vak Mens & Maatschappij (een beetje-van-alles-alles-van-niets vak), een vakoverstijgend vak van geschiedenis, economie en aardrijkskunde. Op de school waar ik de verhalen van weet, resulteerde Mens & Maatschappij in een volledige samenvoeging van aardrijkskunde, 2-uurs vak, en geschiedenis, 2-uursvak, tot één groot 3-uurs (!!!!) vak.

            Tot slot wil ik opmerken dat ik niet tegen vakoverstijgend werken ben (dat kan soms erg nuttig en leuk zijn), maar dan wel op gezonde schaal en niet als dekmantel voor bezuinigingen.

            Even terzijde: ligt het aan mij of is het ontzettend lastig een bericht te schrijven doordat het tekstvak buiten het scherm valt?

            • Terzijde: het tekstvak
              Hier geplaatst en niet als private mail, omdat het bij anderen misschien ook voorkomt.
              Ik ben niet de beheerder van deze website, maar ik vermoed dat het aan uw beeldscherminstelling ligt. Het tekstvak is namelijk 682 pixels breed. Als uw schermresolutie in de breedte minder is, zal er dus een stukje van het venster buiten het beeld vallen.

            • Internet Explorer
              We zijn op de hoogte van deze fout. Het gaat mis als u als internetbrowser Internet Explorer gebruikt. U tikt dan soms enige woorden buiten het scherm. Ik geloof niet dat dat met een andere resolutie te verhelpen is. Ik kan me echter vergissen.

              Een andere gratis browser, Mozilla Firefox, heeft dat probleem in elk geval niet. Deze browser is hier te downloaden. U kunt Internet Explorer gewoon naast Firefox blijven gebruiken. Het is niet de één of de ander.

              Ralph
              co-webmaster

            • IE
              Ralph heeft gelijk! In Explorer treedt het probleem ook op bij hoge resoluties.
              Ik heb Explorer wel, maar gebruik die alleen als het echt niet anders kan. Firefox is vele malen prettiger.

      • 2e graads Fontys Sittard
        Ik ben er niet in thuis maar heb ik het goed dat je als 2e grader opgeleid wordt voor de onderbouw van HAVO/VWO en dat hier staat dat je als VWO-er al een heleboel vrijstellingen kunt krijgen. Is het verder al niet zo dat de lerarenopleidingen gemiddeld zo’n 50% halen van de inhoud van niet Hbo-lerarenopleidingen. Als dat allemaal zo is dan leer je niet veel wiskunde meer bij op PABO na het VWO.
        Corgi

        • terug naar de vraag
          We dwalen een beetje af. Ik zou graag over een tijdje een gezamenlijk standpunt formuleren over wat we vinden wat een eerstegraadsleraar zou moeten zijn en zou moeten kunnen. Welke vooropleiding heeft hij nodig? Laat de huidige instellingen en opleidingsvormen even los en probeer een ideale maar zo realistisch mogelijke situatie te creëren. Hoe moet een tweedegraadslerarenopleiding (mooi woord) daar op aansluiten?

          Ik zou willen komen tot een opsomming van eisen. Vervolgens kunnen we kijken of dat een hbo- of wo-opleiding zou moeten zijn (of combinatie) en hoe dat vorm zou moeten krijgen.

          • Staatsexamen voor leraren
            Ralph heeft gelijk, we dwalen af.

            Wat vinden jullie van mijn suggestie van een staatsexamen voor leraren? (Uitsluitend voor het vakinhoudelijke deel uiteraard; het pedagogisch/didactisch deel is een ander verhaal).

            En: kan iemand bevestigen of het met MO akten inderdaad in die vorm ging?

            • vroeger
              Naar mijn weten stond het vakinhoudelijke deel geheel losvan het didaktische gedeelte en werd het als staatsexamen afgenomen. het vakinhoudelijke deel was heel zwaar en bij de talen was het vaak gemakkelijker om een doctoraal examen te doen dan een MO-B acte te halen.

            • Staatsexamen lijkt mij heel
              Staatsexamen lijkt mij heel goed. Een grote algemene toets over alles en iedereen. Zo weet je tenminste dat de docent over de vereiste kwaliteiten beschikt.
              Daarnaast een twee -of drietal stages op scholen en je krijgt puike docenten.

              Historia vitae magistra

            • historie opgezocht
              Sinds de Middelbaar Onderwijswet van 1863 waren er twee wegen naar het leraarschap: de universiteit en het staatsexamen voor de bevoegdheid tot het geven van les in het middelbaar onderwijs, de zogenaamde MO-akte. Omdat het gemis aan een systematische voorbereiding op het zware MO-examen steeds nadrukkelijker werd gevoeld, stichtten particuliere instanties vanaf 1912 MO-opleidingen, die gelegenheid boden tot het volgen van deeltijdcursussen. Hiervan werd vooral gebruik gemaakt door onderwijzers werkzaam in het lager onderwijs. Gedurende een groot deel van hun bestaan van 1912 tot hun incorporatie in het HBO in 1987 leverden de MO-opleidingen bijna de helft van de docenten in het voortgezet onderwijs. Daarmee bepaalden ze in kwantitatief en kwalitatief opzicht mede het beeld en de betekenis van het leraarschap en van het sterk expanderende onderwijs in de twintigste eeuw.

            • Historie
              Beste Seeger,
              Dank voor dit overzicht. Het probleem is dus feitelijk ontstaan na 1987 toen het in handen van het Hbo kwam.
              Terug naar 1987 dan?
              Corgi

            • Niet rectionair
              Corgi wij willen niet terug naar 1987!!!!!!

              Wij willen vooruit, we zijn toch niet reactionair?

              BON komt met een geweldig nieuw idee, nog nooit eerder vertoont…

              NIEUW, NIEUW, NIEUW: centrale toets voor aanstaande leerkrachten! NIEUW, NIEUW, NIEUW.

            • Eisen voor de centrale toets?
              Volledig mee eens. Centrale toetsing zorgt voor een algemeen niveau. Maar nu de vraag, aan welke eisen zou zo’n toets moeten voldoen?

              Historia vitae magistra

            • Canon
              Ieder vak heeft een zekere canon, die moet je toetsen. In Nederland is na alle vernieuwingen (ook op universiteiten) veel vernield of tenmiste onduidelijk geworden. In Amerika is nog echter veel van de traditie behouden gebleven. Als je de programma’s van de verschillende ‘goede’ universiteiten naast elkaar legt, dan is er nauwelijks verschil (alweer: mijn overzicht over de beta vakken is een stuk beter dan die over de alpha vakken). Dat moet ook wel, want bijna iedereen die doorleert switcht van universiteit tussen zijn undergraduate en zijn graduate periode.

              Dit kun je zien als de canon. Deze is zelfs al handig in stukjes geknipt van oplopend niveau: lower-division, upper-division, graduate.

            • Canon? Ja, graag.
              Bij geschiedenis zijn ze al vele jaren bezig met de Canon. Onder leiding van de Rooij.
              Binnenkort is hier nog een debat over in Zwolle. Prof.dr. Maria Grever komt dan langs bij het Historisch Dispuut ‘Varias Vias’ op 20 november.

              Historia vitae magistra

            • Canon
              Een canon hoort langzaam te veranderen. Het probleem met de canon van De Rooij kan zijn dat het te NU is, als je begrijpt wat ik bedoel.

              Ik noemde Amerika omdat daar de canon aan de universiteiten al iets van een eeuw lang een zeer langzaam veranderend iets is. Het combineert de traditie met nieuwe inzichten en doet dit (over het algemeen) op een uiterst voorzichtige manier.

            • Al bevoegden
              Denk je niet dat het Canon de Rooy een slagveld wordt omdat de huidige lerarenopleidingen er absoluut niet op voorbereiden.
              Hoe veel procent van de historici, die nu actief zijn in het onderwijsveld denk je dat er voor slagen?
              Moeten we het examen eens bij wijze van proef afnemen bij een reprsentatieve groep geschiedenisdocenten? Wat voor schrikbarende resultaten zouden we te zien krijgen? Of ben ik te pessimistisch over mijn soortgenoten? wat denk je dat de maatschappelijke reactie is als er slecht gescoord wordt? In iedergeval kun je je salarisverhoging op je buik schrijven.
              Wat vindt De Rooy zelf als zijn canon een examen wordt (of Blom uit Cie van aanbeveling?)

            • Canon.
              In Utrecht is hier ook binnenkort een symposium over. Op vrijdag 10-11 over de toekomst van het geschiedenisonderwijs. Titel ‘Met of Zonder Canon?’

              Met o.a. prof. dr. Frits van Oostrom (kennen we als voorzitter van de commissie Nederlandse Canon. dr. Ed Jonker, U.U. (flying man, verwacht wordt dat hij binnenkort professor zal worden) Verder zullen prof.dr. Maria Grever, drs. Arie Wilschut en prof.dr. Willem Frijthof (VU) een lezing geven. Ook zal Peter Wester er zijn als voorzitter van de Geschiedenisdocenten. (VGN)

              Deelnemers ontvangen het boek ‘controverses rond de canon’ gratis. De kosten zijn €10,-.

              Verder met de vraag van Historica. De canon is bedoeld om aan te geven wat een gemiddelde Nederlander van de Nederlandse historie zou moeten weten. Dit gaat van de Batiavieren tot de onthoofding van Raadpensionaris Oldenbarnevelt. Van het ontzet in Leiden tot ‘Vadertje Drees’. Het is bijna ‘algemene’ ontwikkeling. Alles weten is onmogelijk. Een boel weten noodzaak.
              Onder mijn collegae zijn drie zeer erudiete docenten die de canontoets zonder problemen kunnen maken.

              Ik zal de Rooij 11 november er naar vragen, hoe hij er over denkt. Ik ben benieuwd.

              Historia vitae magistra

            • Ik weet wel wat er in het
              Ik weet wel wat er in het canon staat maar ben minder positief over de pas afgestudeerde tweede graads collega’s, helaas.
              Houd die bijeenkomst in gedachten. Goed initiatief.

            • Extra kosten.
              Kijk, now we’re talking. Ik ben ook erg bang dat we inderdaad een crisis krijgen als deze jonglieden de toets moeten maken. Behalve als deze, evenals ik, een paar boekenkasten vol heeft voor de zelfstudie. Ik noem dat tegenwoordig achterstalig-onderhoud-reperaties. Helaas kun je deze bijkomende kosten niet op de scholen/universiteten verhalen. Je mag wel 1400,- storten voor 3,5 contactuur per week.

              Historia vitae magistra

            • Maak ook gebruik van de
              Maak ook gebruik van de universitaire bibliotheken!
              Ik had als arme student een bijbaan in de boekhandel. Van mijn salaris bleef zo weinig over maar ik heb wel een mooie basiscollectie met korting opgebouwd. Ook geweldig als je kinderen naar de (middelbare) school gaan. Want, toegegeven bezitten is toch fijner dan lenen.
              Veel lees en zelfstudieplezier, het verrijkt in iedergeval je eigen leven!

            • Centrale toets
              De kern van dit verhaal is dan dat we weer terugkomen op het toetsen. Ergens na 1987 zijn instellingen in staat gesteld om hun eigen producten te gaan toetsen zonder afdoende toezicht hierop en daarmee zijn de problemen ontstaan. De instellingen blijken andere agenda’s te hebben en schromen niet om het product uit te kleden om geld vrij te spelen voor andere dingen. Het grote probleem hiervan is dat zij hierover niemand informeren of zelfs verkeerd informeren en daarmee gaan ze een grens over.
              Corgi

            • centrale norm
              Ik zag op mijn stokoude HBO-diploma (1981) nog een handtekening van een rijksgecommiteerde. Kennelijk was er in de tijd dat dit type onderwijs onder de Wet op het Middelbaar onderwijs viel nog wel een centrale norm. Nu kennelijk niet meer omdat men daar een soort universiteitje zit te spelen.

    5. Ik heb niet helemaal duidelijk wat je bedoelt.
      Misschien begrijp ik het verkeerd, maar wil je zeggen dat uiteindelijk het verschil tussen een HBO opgeleide en een universitait opgeleide docent voornamelijk ligt in de route die hij heeft genomen (HBO-er eerst praktijkkennis en andere kennis door les te geven, universitair opgeleide docent eerst theorie en praktijkkennis door lesgeven).
      Als je wilt zeggen dat het verschil tussen een HBO opgeleide docent en een universitair opgeleide docent voornamelijk ligt in de volgorde waarin hij vakkennis en praktijk (les)ervaring opdoet, dan ben ik het heel erg oneens met je. Een HBO opleiding (lerarenopleiding) is vakinhoudelijk op geen enkele manier te vergelijken met een Universitaire opleiding in dat vak. De afgestudeerde 2e graads wiskunde leraren van de lerarenopleding waar ik werkte waren echt niet in staat om de 1e jaars tentamens van de universitaire studie te maken. Verreweg de meesten zou dat ook niet gelukt zijn na het volgen van de 1e jaars college’s op de universiteit. Deze mate van diepgang van vakkennis is van geen kanten te bereiken door zelf les te geven (in VO of zelfs HBO).
      Of de verschillen bij andere vakken vergelijkbaar zijn, weet ik niet uit eigen ervaring. Ik heb enkel wiskunde gestudeerd en op de 2e graads lerarenopleiding wiskunde gegeven, maar ik ken wel het vakinhoudelijk niveau van verschillende HBO lerarenopleidingen. Dat is relatief laag. Kan ook niet anders want ingangsniveau is HAVO en de tijd voor vakgericht onderwijs is zeer beperkt.
      Verder is er gewoon een redelijk groot verschil tussen een HAVO en een VWO leerling en dus tussen een HBO- en een WO-student. Heeft te maken met practische versus theoretische interesses en ook met capaciteiten. Niet voor niets eisen we voor een WO opleiding het VWO, terwijl voor HBO een HAVO diploma voldoet.

      • Het gaat om het classificeren
        Het gaat om het classificeren van de ‘hoog opgeleide’ docent. Mijn ervaring is dat er onder HBO-studenten een enorme differentiatie is. Er zitten ontzettend domme studenten tussen. Maar ook heel bekwame. Dat zal in het WO niet anders zijn. En is ook niet anders. Ikzelf heb het aan den lijve ondervonden. Ik weet dat het niet mag, maar toch een anekdote. Tijdens een hoorcollege vroeg de professor aan de studenten ‘Wat is de definitie van een staat?’ de derde jaars studenten met een universitaire achtergrond wisten het niet. De vier HBO-ers echter wel, met hun vier jaren HBO. Pas op met generalisaties.
        En het is natuurlijk zo dat sommigen eerst HBO doen om andere redenen dan hun eigen cognatio. Bij mij was dat ook zo. Misschien ben ik dan ook geen typische HBO-er geweest. Misschien lag het niveau op deze HBO hoger. Wie zal het zeggen?
        Verder zei ik absoluut niet dat de HBO-lerarenopleiding gelijk is aan die van de universiteit. Ik zei dat de 1e graadsopleiding op een HBO niet wezenlijk verschilt van die op de universiteit. Dit komt omdat de Hogeschool waar ik over sprak een samenwerkingsverband heeft met een universiteit.
        En natuurlijk verschilt een HBO-opleiding inhoudelijk gezien enorm. Ik zal de laatste zijn die onderkent dat het niet zo is.

        Historia vitae magistra

    6. Hoogopgeleide
      Het gaat hier over werk- en denkniveau. Naast de diploma-eis kun je nog aanvullende eisen stellen zoals een didactische aantekening.
      Spits de discussie vooral toe op zij-instromers want daar gaat het onderwijs op draaien de komende jaren. Gezien de krapte op de arbeidsmarkt en het beperkte budget zullen de instellingen vooral lager willen inzetten qua eisen, dit uit pragmatisme.
      Corgi

    7. Hoogopgeleide docent
      Over die leraren ‘opleidingen’: ik wil er voor pleiten het vakinhoudelijke gedeelte helemaal los te koppelen van het pedagogisch/didactische gedeelte.
      Zelf heb ik alleen dit laatste enkele jaren geleden (gehoorzaam) ondergaan, omdat ik mijn doctoraal natuurkunde al in 1980 had behaald. Ik vond die zogenaamde eerstegraadsopleiding knap infantiel en vooral onvoorstelbaar tijdrovend.
      In de lespraktijk werk ik met mijn vakkennis en mijn langzamerhand opgebouwde ervaring en heb ik NIETS aan die dure eerstegraads flauwekul.
      Dus wat betreft dat P/D gedeelte (zie boven): inkorten tot EEN maand met een handige syllabus die je eventueel uit je hoofd kan leren om de docenten te gerieven.

      • diplomabijgeloof
        Mij is een native speaker bekend met een natuurtalent voor het geven van onderwijs, ook aan VMBO-kinderen, die van het begin af aan uitstekend les gaf. Ik heb gezien hoe haar het leven zuur werd gemaakt met op didaktiek gerichte colleges en werkstukken. Vele verloren uren met als enig lichtpuntje de zwart op wit toezegging dat ze na het verkrijgen van een tweedegraadsbevoegdheid een vaste aanstellingzou krijgen. Eigenlijk was ze dus al geslaagd.

        [Seger, binnen deze discussie proberen we niet anekdotisch te werk te gaan (zie hoofdbericht). Jouw bericht is dat wel. Ik laat jouw bericht nu staan, maar graag in deze draad even aan de lokale regels blijven voldoen :: Ralph]

      • Didactiek
        Beste S. Stevin,
        Ik ben het in hoofdlijn met je eens. Ik vind wel dat je hierbij een onderscheid moet maken naar niveau en leeftijd van de leerling .
        Hoe hoger het niveau en hoe ouder de leerling hoe belangrijker inhoud wordt t.o.v. didactiek. In het Hbo zou een maand volstaan en zou er niet meer dan een onderwijskundige per 100 docenten toegelaten moeten worden.
        Corgi

        • Onderwijskunde en
          Onderwijskunde en vakdidactiek vieren hoogtij. Onterecht. In de stages leer je meer dan in die zinloze uurtjes in een bankje. Normaal bereik je meer met kennis, dit is de uitzondering die de regel bevestigd. Lesgeven leer je in de praktijk, niet door een mislukte docent(e) die onderwijskunde heeft gestudeerd. Om eerlijk te zijn, het heeft mij nooit geholpen. Een Havo drie klas lesgeven op mijn twintigste met twaalf zittenblijvers (ze bestaan nog) wel.

          Historia vitae magistra

        • Onderwijskunde en didactiek niet onderschatten
          Je had het van mij kunnen verwachten. Ik vind het belangrijk dat mensen een goede inhoudelijke kennis hebben. Dat alleen is onvoldoende. Natuurlijk zijn er soms natuurtalenten, maar daar ga je in het onderwijs niet vanuit.
          Om als goede leraar opgeleid te worden moet je:
          – een uitgebreid didactisch instrumentarium hebben (veel werkvormen kennen, verschillende manieren van uitleg kunnen bedenken, aan de reacties vanleerling kunnen zien of het is gesnapt)
          – een goede onderwijskundige scholing hebben. Einddoelen (kennis, houding én vaardigheden) kunnen formuleren in waarneembaar gedrag. Een traject kunnen uitzetten van een beginsituatie naar een gewenste eindsituatie
          – hebben uitgevonden hoe JIJ orde kunt creëren, als voorwaarde voor goed onderwijs. Dat is voor iedereen anders.
          – Een visie hebben op het belang van je vak voor jouw leerlingen. Een visie op een goede school en goed onderwijs.
          Een maand lijkt me daarvoor veel te kort.

    8. Ad Fundum.
      Zoals een goed historicus betaamt; terug naar de bron. ‘Ad fundum’. Wat voor docenten willen we nu voor de klas? Welke kwalificaties hanteren Hogescholen en universiteiten bij het begrip ‘Hoogopgeleid’. Kijk nog even naar mijn post, welke door Ralph is ‘gepdft’. Dat is de kwalificatie van een HBO. Maar wat zijn onze kwalificaties? Concrete voorstellen? Iemand?

      Historia vitae magistra

      • Goed plan
        Deze discussie is al erg lang. Misschien is het tijd voor een nieuwe start?
        Mijn antwoord
        Een goede leraar (m/v) moet:
        – Veel vakkennis hebben,
        – houden van zijn zijn vak
        – en dat enthousiasme kunnen overdragen aan leerlingen.

        Een goede leraar moet ook:
        – houden van kinderen/jongeren en
        – het echt belangrijk vinden dat die jongere (van zijn vak) veel weet.
        Wat vakkennis inhoudt verschilt per schoolsoort. In het basisonderwijs: brede interesse en goede basiskennis, creatief en ‘zorgend’, het voorgezet onderwijs vraagt (hoe hoger hoe meer) specialistische kennis. Het beroepsonderwijs vraagt daarnaast ook verdieping in de beroepssector waarvoor opgeleid wordt.

        • mee eens, maar niet concreet genoeg
          Dag Hinke,

          Ik ben het op alle punten met je eens, maar ik vermoed dat we daar niemand die zakelijk naar (en dat proberen wij ook) dit onderwerp kijkt, mee overtuigen. De onderliggende vraag is nog steeds: hoe moeten we onze lerarenopleidingen en -toetsing inrichten zodat we met een grote mate van waarschijnlijkheid goede eerste- en tweedegraadsleraren krijgen, die ook onderling vergelijkbaar zijn (de ene eerstegrader met een ander, en voor tweedegraders idem dito)? Ik geloof, dat ik begin volgende week een aardige samenvatting kan maken van alles wat hier besproken is. Alle commentaar (conform de lokale spelregels) blijft welkom. Blijf concreet!

          Als we hier een soort van concensus bereiken, dan voegen we straks wat nieuwe ingredienten (ik weet niet hoe ik een trema op een laptop kan maken :() aan de discussie toe.

          • Concrete eisen aan de docent
            In wezen hoef je alleen examen eisen die feitelijk bestaan of bestonden letterlijk te handhaven. Het wiel hoeft niet opnieuw uitgevonden te worden. Graaf de oude eisen op en leg die naast de huidige. Wees er alert op dat de huidige, buiten dat ze misschien niet volledig etc. zijn, vooral ook vaak niet gehandhaafd zijn.
            Corgi

    9. Dood stukje van de site reanimeren
      De vraag die Ralph stelt in het bovenstaande artikel is nog niet echt beantwoord denk ik. Nog eens een bijdrage van mij dan maar.

      Hoe zie ik een lerarenopleiding voor me. Ik denk dat we twee dingen goed uit elkaar moeten houden: inhoudelijke kennis en pedagogisch/didactische dingen (ik durf hier geen ‘kennis’ op te schrijven).

      De inhoudelijk noodzakelijke kennis moet wat mij betreft landelijk vastgelegd en getoetst worden. De pedagogisch/didactische dingen laten we geheel ter beoordeling over aan de school waar de docent komt te werken. Dit is dan de autonomie voor scholen.

      Waarschijnlijk zullen aankomende docenten les willen krijgen in de te toetsen inhoudelijke kennis. Wie die lessen geeft (HBOs, universiteiten, de LOI) is verder onbelangrijk. Het examen is landelijk en uniform. Ook graag 1 keer per jaar voor alle leraren en na het examen openbaar toegankelijk op het internet. Op deze manier is externe controle door burgers mogelijk.

      Dan moet er natuurlijk besloten worden wat de noodzakelijke inhoudelijke kennis is. Dit valt uiteen in 2 delen: algemene kennis en vakinhoudelijke kennis voor het vak dat je wilt gaan geven.

      Voor de algemene kennis zou je aan kunnen sluiten bij bestaande toetsen. Je laat ze de CITO toets voor het basisonderwijs maken en eist dat ze daarop een bepaalde score halen. Ook laat je ze eindexamens voor het voortgezet onderwijs maken. Voor iedere leraar minimaal HAVO en voor degenen die op een hoger niveau les willen geven minimaal VWO. Degenen die deze diploma’s en CITO score al hebben kunnen vrijstelling krijgen. Je voorkomt met dit systeem dat VMBOers via een jaartje MBO naar de PABO of de lerarenopleiding gaan. Het HAVO papiertje moet gehaald worden. In mijn optiek zouden alle HAVOers de CITO toets over moeten doen en aan moeten tonen dat (met wat ze hopelijk inmiddels bijgeleerd hebben) ze het niveau van VWO advies halen.

      Ik heb geen ruimte meer voor een beschrijving van de vakinhoudelijke kennis. Wie doet dit?

      • Net als voor de theorie ben
        Net als voor de theorie ben je voor de pedagogisch/didactisch praktijk geslaagd tijdens je opleiding voor de bevoegdheid. Een objectieve opleider heeft daar de verantwoordelijkheid voor gedragen.
        Al te veel BON-leden hebben moeten ondervinden dat vermeed gebrek aan capaciteiten op pedagogisch/didactisch terrein wordt aangevoerd bij conflicten en gebruikt wordt bij ontslagprocedures. Met dossiervorming en leugens moet dat alleen aannemelijk worden gemaakt bij een rechter en niet bewezen worden.
        Je begrijpt het, ik vind je voorstel bloedlink. Want je maakt de pedegogisch/didactische vaardigheden hiermee voledig context afhankelijk. De macht legt je weer bij schoolleidingen, die hem bewezen misbruiken.
        De opleiding moet door stagebeoordelingen e.d. ook garant staan voor de pedagogisch/didactisch component.
        Wat jij voorstelt betekend bijv. dat tegenstanders van HNL gedwongen worden de school te verlaten als ze iets zeggen/doen wat de bovengeschikten niet zint.

        • Probleem met de huidige lerarenopleidingen
          Jij heb waarschijnlijk nog een goede opleiding gehad historica. Het probleem met de huidige lerarenopleidingen is dat ze de bevoegdheid aan iedereen geven. De opleiders op deze lerarenopleidingen zijn ofwel niet objectief (de meesten zijn aanhangers van Het Nieuwe Leren) ofwel ze worden onder druk gezet door hun managers om iedereen maar een diploma te geven. Een diploma van een PABO of lerarenopleiding is niets, maar dan ook niets meer waard.

          De landelijke toets die ik voorsta moet daar een einde aan maken. Voor wat betreft het inhoudelijke deel zie ik daar goede mogelijkheden. De pedagogisch/didactische dingen zijn vrijwel niet objectief te toetsen.

          De machtsvraag is een andere. Die moeten we dan ook op een andere pagina bespreken (anders wordt schoolmeester Ralph boos). De macht zou moeten liggen bij de leraren, niet bij de managers. Dat is een andere noodzakelijke vernieuwing.

          • reanimatie
            Dag Mark79,

            Ik was dit stuk forum niet vergeten. Er is tot nu toe al veel gezegd hier en dat was ook de bedoeling natuurlijk. Ik wil een dezer dagen al de teksten proberen samen te vatten, zodat we daarna eens kunnen kijken of we vanuit de inhoudelijke eisen die we aan docenten willen stellen, kunnen komen tot een uitspraak over salarissen bijvoorbeeld. Ik begin daar dan een nieuw forum over. M.a.w. ik wil dan de nog “verboden” onderwerpen aan bod laten komen.

      • Inhoudelijke kennis
        Ik vind een eis van minimaal HAVO voor iemand die aan de bovenbouw HAVO zou moeten lesgeven absurd laag.
        In mijn vak (natuurkunde) kom je dan onvermijdelijk in de problemen zodra het curriculum ook maar even wijzigt (en dan gaan we er van uit dat er hier en daar ook wel eens een kleine verzwaring zou kunnen optreden). Zo’n minimumdocent moet dan in hevige paniek naar een cursus omdat hij het anders zelf ook niet meer weet.
        Ik geef op het VWO les in onderdelen die ik zelf nooit op de middelbare school heb gehad. Dat dit geen problemen oplevert komt omdat ik die stof, en nog veel meer dan dat, uitgebreid op de universiteit heb gehad. Daarbij komt dat ik de leerlingen ook kan voorbereiden op wat er in het W.O. van ze wordt verwacht. Vergelijk dit met de prettige situatie van een docent die zowel in de onderbouw als in de bovenbouw lesgeeft. Hierdoor kan hij/zij de onderbouwertjes alvast ‘naar de bovenbouw toe leiden’. Dit laatste noemt men geloof ik (al krijg ik het woord moeilijk de strot uit) doorlopende leerlijnen.
        U snapt dat ik er voorstander van ben dat een docent vakinhoudelijk op elk niveau flink méér weet dan hij/zij strikt genomen nodig heeft. Daarom was het oude systeem van M.O. aktes ook een goed systeem.

        • M.O.
          Beste S. Stevin,

          Zou je kort willen uitleggen (minder dan 2000 tekens ;)) hoe dat M.O.-systeem werkte? Was dat een universitaire (kop)studie?

          • Uitleg M.O.
            Toen ik studeerde had je in mijn vak de MO-B opleiding aan de universiteit.
            Dan was je eerstegraads bevoegd voor het Middelbaar Onderwijs.
            Inhoudelijk betekende dat bij ons (Fysica) dat je je kandidaatsexamen moest halen (geen idee hoe zoiets tegenwoordig heet met al die vreemde Engelse termen, maar het kwam er op neer dat je de halve academische studie had gedaan. Daar bovenop moest geloof ik nog het een en ander gebeuren, plus het pedagogisch-didactische stuk en dan was je er. Ik weet dat niet precies omdat ik zelf destijds gewoon de complete studie heb gedaan. Desondanks gingen de leraren in spé een heel groot gedeelte van de academische weg met ons mee. Dat gaf ze inhoudelijk een enorme voorsprong op hun toekomstige leerlingen.

        • Wacht even S. Stevin
          Voor dat dit een eigen leven gaat leiden en ik dingen in mijn schoenen krijg geschoven die ik niet bedoel.

          Ik eindigde met: “Ik heb geen ruimte meer voor een beschrijving van de vakinhoudelijke kennis”. Met mijn eis “voor iedere leraar minimaal HAVO en voor degenen die op een hoger niveau les willen geven minimaal VWO” doel ik op de ALGEMENE KENNIS. Als leraar natuurkunde moet je dus Nederlands, Engels, biologie en dat soort vakken op minimaal HAVO niveau machtig zijn (en als je les wil geven op HAVO/VWO wat mij betreft op VWO niveau). Van natuurkunde (het vak dat je geeft) moet je natuurlijk veel meer weten.

          Ik zal daarop verder gaan. Waar ik aan denk bij kennis van het vak dat je geeft is inderdaad zoiets als MO akten. Dus minimaal gelijkwaardig aan een halve academische studie om uberhaupt op welk niveau dan ook dit vak te mogen geven. En gelijkwaardig aan een hele academische studie om het op het VWO te mogen geven. Deze laatste leraren zouden ook nog gestimuleerd moeten worden om te promoveren (binnen het vak dat ze geven, dus niet op onderwijskundige/didactische ongein).

            • Het kandidaats is in ’82-’83
              Het kandidaats is in ’82-’83 afgeschaft en de propedeuse ingevoerd. Propedeuse is afsluiting van het eerste jaar.
              Kandidaats viel halverwege de oude stijl opleiding, die formeel 5-6 jaar duurde. Ik ben zo gelukkig geweest nog het laatste jaar van de oude stijl d.w.z. lange opleiding te mogen volgen. wat daar op volgde op de universiteiten (Nieuwe stijl en nu BAMA) zijn allemaal pogingen om de opleidingsduur en de feitelijke verblijfsduur van de student om financiele redenen in te perken. Dus geen kennis voortuitgang.
              Jullie vinden voor een VMBO-T leraar toch niet een algemene kennis op MAVO-niveau voldoende, hoop ik?!
              Ik vind dat dat een volledige HAVO moet zijn en niet een MAVO met 6 vakken HAVO-examen er boven op.

            • MAVO niveau niet voldoende
              Ook het eindexamen voor scholieren moet anders als je MAVO met 6 vakken HAVO-examen er boven op niet goed genoeg vindt. Nu krijgt zo iemand gewoon een HAVO diploma. Dan moet je naar een systeem toe waarin je examen doet in 10-12 vakken of iets dergelijks. Lijkt mij OK, maar dan moet dit ook voor het gewone eindexamen voor scholieren gelden vind ik. Dit is dus een ander verhaal.

      • Volledig eens. Behalve?
        Beste Mark 79,

        Uitstekend geformuleerd verhaal. Waar ik het dan ook op bijna alle punten mee eens ben. Vooral een landelijk en uniforme toets is van eminent belang.
        Ook dat deze uit twee delen behoort te bestaan is logisch en goed gevonden.
        Alleen in het laatste deel kan ik het niet in je betoog vinden. Dat iedere leraar minimaal Havo moet hebben prima. Een zekere basiskennis is van belang. Toch vind ik het kortzichtig om te zeggen dat studenten en leraren niet door mogen groeien. We moeten waken voor een aristocratische olichargie. Waar enkel de bevoorrechte student/leerling de mogelijkheid heeft om voor een 1e graads bevoegdheid te gaan. Er spelen soms ook andere dingen mee dan alleen de kennis van de student/docent/leraar, waardoor deze nou net niet dat ene VWO papiertje heeft kunnen halen.
        De Havo als minimaal vereiste kan ik mij beter in vinden. Met 6 jaar VO kan iedereen deze halen, VWO zou 8 jaar duren. Het lijkt mij daarom beter dat het niveau van dee lerarenopleidingen ‘gepimpt’ wordt, om een modieus woord te gebruiken. Dan wordt vanzelf wel het kaf van het koren gescheiden.
        Verder vind ik het enigszins kortzichtig om altijd te hameren op dat ene vehicle. Ik gruwel altijd van deze hokjesgeest. We moeten als BON leren te differentiëren. Ik ben een groot voorstander van veel kennis en vakinhoud. Hoogopgeleide docenten met extreme kennis en deze ook weten over te brengen. Als een Havist een graad weet te bemachtigen dan heeft hij het ongelijk van zijn CITO-toets aangetoont en de onmacht van zijn VO-school aangetoont. Niet andersom!

        Historia vitae magistra

          • Och.
            Extreem is weer eens een ander woordje dan veel of zeer vergaand.

            Historia vitae magistra

        • Doorgroeien van leraren
          Ik ben heeeel erg voor het doorgroeien van studenten en leraren. Ik vind bijvoorbeeld de weg VMBO-> 1 jaar MBO-> 1 jaar HBO -> universiteit echter geen goede. Dan krijg je ‘academische’ leraren die niet kunnen spellen en rekenen en als ze natuurkunde gestudeerd hebben niets van geschiedenis afweten (of andersom…).

          Dat VWO diploma kun je later halen. Wat ik me voorstel is het volgende. Door omstandigheden (taalachterstand of iets dergelijks) doe je het op de basisschool niet zo goed. Je CITO score is dan ook laag en je gaat naar het VMBO. Daarna word je concierge op een school. Je wilt echter leraar worden (doorgroeien in het onderwijs). Dat zien we als maatschappij graag, dus dat faciliteren we. Je studeert voor je HAVO diploma. Het HAVO eindexamen toetst echter geen basisvaardigheden als spelling en rekenen (die je als leraar in wat dan ook wel moet beheersen). Dus doe je ook nog even de CITO toets om aan te tonen dat je dat nu wel kan (in tegenstelling tot wanneer je van de basisschool kwam). Daarna doe je de lerarentoets op het laagste niveau en mag je voor de klas. Wil je verder doorgroeien dan moet je aantonen dat je algemene kennis op VWO niveau hebt (nog verder bijspijkeren dus) en daarna ga je voor de lerarentoets op een hoger niveau. Dan mag je op HAVO/VWO lesgeven (en verdien je meer, maar dat is een ander punt….)

          • Doorstroming, overstroming?
            Beste Mark,

            De voorstelling die u maakt dat studenten/scholieren van één jaar mbo naar het hbo kunnen is onjuist. Dat men na drie of vier jaar MBO wel na één jaar HBO (mits ze hun P. halen) is wel juist. Als ze die P. tenminste weten te behalen.
            Eén van de weinig goede zaken in het huidige onderwijs is juist de doorstroming. Het probleem ligt niet aan de student/scholier die hier mee te maken heeft, maar het opleidingsniveau dat hij geniet. Al is dit de Mavo, Havo of een MBO, HBO. Het onderwijs heeft een grote devaluatie ondergaan de afgelopen jaren. Hier hebben de huidge studenten/scholieren weinig aan kunnen doen. Wij dienen het opleidingsniveau op te hogen. Dan stromen er uiteindelijk minder Mavisten door naar HBO’s en minder Havisten naar universiteiten.
            Herinneren wij ons de jaren ’70 nog? Toen wist je zeker dat je met een MBO-diploma een prima baan zou hebben. Tegenwoordig mag je blij zij met een baantje als hulpje in een slagerij. Dít is de kern van het huidige onderwijsprobleem!
            Doorstroming moet gewoon mogelijk blijven. In het bedrijfsleven is doorstroming de normaalste zaak van de wereld. Mits je jezelf hebt bewijzen. Zo zou het ook in het onderwijs moeten zijn. Wil je als Havist via het HBO naar de universiteit? Prima, maar dan wel graag een gemiddelde van een 7,5 of iets dergelijks. In mijn jaren kon je ook alleen maar van de Mavo naar de Havo, of van Havo naar Atheneum met gemiddeld een 7. Waarom deze zelfde methode niet bij het Hogere Onderwijs?

            Historia vitae magistra

            • Doorstroming
              Met de doorstroming MAVO->HAVO en HAVO->VWO heb ik niet zoveel problemen. In het hoger onderwijs ligt dat anders.

              In het hoger onderwijs wordt kennis in 1 bepaald gebied verdiept. De breedte wordt niet behandeld, dat is op het HAVO resp. VWO al gedaan. Voor een echte academiscus zijn zowel breedte als diepte echter belangrijk. De route MBO->HBO->universiteit ‘levert’ academici die misschien in de diepte wel ‘echte’ academici zijn (als het een serieuze opleiding is), maar in de breedte niet.

            • Toesplitsen
              Beste Mark,

              Op voorhand ben ik het met u eens.
              Een Mavist dient in eerste instantie geen academicus te worden. Waarom zou hij anders mavo doen? Een MBO-er dient in eerste instantie geen drs. of tegenwoordig ma. te worden. Voorheen schreven we drs. ook aan met zeer weledelgeleerde heer. Om even het niveau te duiden.
              Toch dient er gezien worden dat je tegenwoordig ook niet zomaar ma. wordt. Verslagen worden versnippert waar te veel spelfouten of ongrammaticaalheden in staan. Het niveau is natuurlijk drastisch verlaagt en soms domweg stuitend.
              Ik ben het wel eens met de redenering dat de breedte versmald is. Een natuurkundige dient op een goed niveau wiskunde gehad te hebben en vice versa. Een geschiedkundige moet fatsoenlijk frans, duits en engels spreken en lezen. Mediëvisten zelfs vakkundig Latijn. Maar om eerlijk te zijn, wat heeft een historicus aan wiskunde (behalve cijfers uitrekenen)? En wat moet een wiskundige met Latijn?
              Wat ik wil zeggen: ik ben voor een grote algemene vorming voor mensen die graag aan een universiteit willen studeren, maar deze dient wel toegesplitst te worden op zijn vakgebied.

              Historia vitae magistra

      • De betekenis van vakkennis?
        Het zal zo zijn dat de ene leraar nog niet het niveau haalt van de propedeuse van de andere, maar wat is de betekenis hiervan?

        Een poging:

        Voor mij is hét grote verschil tussen de leerlingen/studenten op verschillende niveaus niet de kennis zelf maar de betekenis die zij eraan geven. De leraar is hierin rolmodel. Veel vakkennis gaat niet persé gepaard met een hoog niveau van cognitieve vaardigheden noch is het omgekeerde het geval. In de praktijk van het oude systeem ging het wel vaak hand-in-hand.
        Daarnaast moet je over een vakinhoudelijke domein beschikken als context waarbinnen je met je studenten kunt communiceren. Een eerste ontmoeting tussen leraar en student op de inhoud van het vak is ook voorwaarde voor een relatie waarop onderwijs gebouwd wordt; het verschaft geloofwaardigheid.

        De eis aan een leraar is dus 2-ledig:
        – eis m.b.t. het niveau van cognitieve vaardigheden/houding in relatie tot het soort onderwijs (Iemand kwam al in de buurt met “een onderzoekende instelling”)
        – eis m.b.t. vakkennis om – in relatie tot het vorige punt voldoende context te kunnen aanreiken; én geloofwaardig te zijn voor leerlingen / studenten als leraar in het betreffende domein.

        • oproep
          Dit draadje, of zeg ondertussen gerust scheepskabel, lijkt te zijn uitgegroeid. Het was mijn voornemen om e.e.a. kort samen te vatten tot een één-pagina-samenvatting (EPS). Deze EPS zou gebruikt kunnen worden om tot een grootste gemene deler te komen. Op basis daarvan zou ik de discussie weer willen uitbreiden. Op basis daarvan kunnen we dan wellicht een BON-standpunt formuleren.

          U voelt het al aankomen: ik kom er niet toe de samenvatting te maken. Is er iemand die hier energie in zou willen steken? Alleen al vanwege de hoeveel reacties dit een belangrijk onderwerp. Een groepje EPS-ers is ook mogelijk natuurlijk.

          Ralph

          • EPS van de scheepskabel
            Ik ben best bereid een één-pagina-samenvatting (EPS) te maken van dit draadje. Misschien is het echter beter als iemand die zich niet in de discussie heeft gemengd dat doet. Als niemand zich binnen afzienbare tijd meldt hiervoor doe ik het.

    Reacties zijn gesloten.