Analyse broers Depla overeenkomstig BON

In de Volkskrant van 25 oktober schrijven Staf en Paul Depla (PvdA) over het bestuurlijk falen van de (semi) publieke sector. Zij komen tot aanbevelingen die in grote lijnen overeenkomen met de al jarenlang door BON betoogde standpunten. Het is goed dat er in de PvdA nu een richting gekozen lijkt te gaan worden die meer en meer in onze lijn ligt. 

Hier hun betoog.

 

 

Nieuw kabinet behoeft een sterke bondgenoot

Bestuurlijk falen De (semi-)publieke sector zal aan gezag winnen als de menselijke maat weer centraal wordt gesteld.

Het gezag van de politiek staat onder druk. Politici die gisteren door kiezers op het schild zijn geplaatst, moeten vandaag weer vechten voor het vertrouwen van diezelfde kiezers. Waar burgers gezag per definitie wantrouwen, wordt het moeilijk om maatschappelijk lastige besluiten te nemen. Bestuurlijke verlamming ligt dan op de loer. Samenspel met een krachtig maatschappelijk middenveld kan een antwoord zijn.

Maar ook dat middenveld wordt gewantrouwd. De woningcorporatie Vestia, de mbo-instelling Amarantis (roc) en zorgmoloch Meavita laten dit zien. Net als banken, zijn het instellingen die nauwelijks nog te controleren zijn. En ze kunnen niet zo maar omvallen: het onderwijs van te veel leerlingen of de zorg voor te veel ouderen komt dan in gevaar. Dus krijgen bij mismanagement of roekeloos gedrag de belastingbetaler, de huurders en zustercorporaties de rekening. Terwijl de verantwoordelijken vaak met een gouden handdruk worden bedankt voor bewezen diensten.

Dit wekt terecht woede in de samenleving. Die woede ondermijnt het gezag van de totale (semi-)publieke sector. Om die woede te keren, bepleiten wij:

1. De menselijke maat centraal.

Organisaties in de publieke sector moeten weer een publieke eigenaar krijgen. Huurders moeten weer binding krijgen met hun corporatie, ouders met de school van hun kinderen, cliënten met hun zorginstelling. Dat gevoel ontstaat alleen als bij organisaties de menselijke maat centraal staat. Daarom moet de werking van de fusietoets bij het onderwijs worden uitgebreid. En pleiten we voor het opknippen van systeemorganisaties. Zeker omdat deze vaak de totale sector gijzelen. Het voorbeeld van Vestia laat dit goed zien: Vestia mag niet omvallen vanwege de gevolgen voor de rest van de sector.

Dit ‘Griekenlandscenario’ is ook zichtbaar bij roc’s. Door de brede horizontale concentraties zijn roc’s grote onderwijsfabrieken, waar leerlingen, ouders en leerkrachten verdwalen en managers de dienst uitmaken. Beter is het om te kiezen voor verticale integratie van mbo en hbo. Daardoor onstaan herkenbare opleidingen die beter aansluiten bij de beroepspraktijk en beroepstrots.

2. Macht voor mensen.

De wijze waarop geëmancipeerde burgers machteloos staan ten opzichte van de aanbieders in de publieke sector wringt steeds meer. De pgb’s laten zien dat het anders kan. Collectief wordt het recht op voorzieningen gegarandeerd, maar mensen bepalen zelf hoe ze daarvan gebruik maken.De sport draait voor een groot deel op verenigingen en vrijwilligers. Waarom kan dit niet op andere terreinen? Waarom zo moeilijk doen over overdracht van meer verantwoordelijkheden aan buurtorganisaties? Waarom stimuleren we actief burgerschap zo beperkt als het gaat over veiligheid in buurten? Waarom zoveel belemmeringen om gezamenlijk energie op te wekken?

3. Betrokken bestuurders.

De organisaties in de publieke sector moeten weer van mensen worden. Dit stelt eisen aan het aantal functies dat iemand kan vervullen als toezichthouder en eisen aan de samenstelling van raden van commissarissen waarom geen plaats voor huurders, ouders of cliënten?

4. Inhoudelijke kwaliteit.

De publieke organisaties zijn ooit met een maatschappelijk doel opgericht. Bestuurders en toezichthouders verliezen dat te vaak uit het oog. Men richt zich vaak op juridische en financiële eisen, terwijl de kwaliteit van de zorg, het wonen of het onderwijs centraal zou moeten staan. Organiseer toezicht met mistery guests die kijken naar geleverde kwaliteit. En maak politieke ruimte om zwakke broeders te sluiten of raden van toezicht naar huis te sturen.

Als het nieuwe kabinet maatregelen neemt die de positie van het maatschappelijke middenveld bevordert, schept het de voorwaarden voor een krachtige bondgenoot. En die bondgenoot is in deze moeilijke tijd hard nodig om gezaghebbend te besturen.

Staf Depla is wethouder van Financiën, Dienstverlening & Organisatie in Eindhoven, zijn broer Paul Depla is burgemeester van Heerlen.

Bij Vestia, Amarantis en Meavita is het Griekenlandscenario duidelijk zichtbaar

 

5 Reacties

  1. Mooie woorden, heel mooie

    Mooie woorden, heel mooie woorden. 
    Zoals een groeiend aantal politici hebben ze het licht gezien. Maar weet hun partij ook waar ze het lichtknopje moet vinden?

  2. Het is verontrustend hoe ook

    Het is verontrustend hoe ook Asscher aanschoof bij dat CBE-gedoe. Op het ogenblik ben ik betrokken bij een linkedin-discussie waarin iemand met CBE-achtergrond (met dezelfde achternaam als die meneer die het over 'bruinhemden' had) die volstrekt warrige en dus onbegrijpelijke verhalen schrijft. Daarin is na veel gepeuter te vinden dat het allemaal een hoog constructivistisch gehalte heeft. Zijn profiel meldt dat hij adviseur was van alles en nog wat, tot het ministerie toe. 

  3. Mooi maar onbruikbaar

    “de publieke organisaties zijn ooit met een maatschappelijk doel opgericht”. En dat is precies het punt waarmee de gebroeders Depla hun beschouwing hadden moeten beginnen. Op dit moment domineren 2 ideeën:  Goed onderwijs is nodig om onze welvaart in stand te houden en Mensen volgen zo hoog mogelijk onderwijs om er later financieel en maatschappelijk beter van te worden. Dit zijn nooit de ideeën die bij de PvdA gedomineerd hebben. De linkse partijen spraken vroeger over “de verheffing des Volks” en “alle arbeiderskinderen naar het Gymnasium”. Dat betekent niet dat de linksen zo naïef waren om te niet te begrijpen dat artsen en notarissen hun kinderen mede of vooral naar het Gymnasium stuurden om het hun kinderen mogelijk te maken hen in hun beroepen op te volgen. De bedoeling van de socialisten was ook dat de arbeiderskinderen via het Gymnasium betere levensomstandigheden zouden kunnen bereiken.

    De PvdA zal dus eerst duidelijk moeten maken wat OP DIT MOMENT de doelstellingen van gesubsidieerd onderwijs moeten zijn. Ongetwijfeld is het zeker stellen van onze welvaart er één van. Meer sociale en financiële gelijkheid is beslist een andere doelstelling. Dat is gemakkelijker te bereiken door het Gymnasium af te schaffen en slechts een middenschool toe te staan dan alle arbeiderskinderen voor het vroegere eindexamen Gymnasium te laten slagen.  Pas als de gebroeders Depla onomwonden verklaren dat elk kind zich optimaal op basis van zijn aangeboren capaciteiten moet kunnen ontwikkelen vóór de vorming van een egalitaire maatschappij gaat kunnen de ideeën van de gebroeders ons verblijden.

    Maar dan, wie mag bepalen hoe de ontwikkeling van een kind mag of moet plaats vinden? De overheid of de ouders? Of allebei wat? Op dit moment zitten ouders in de MR´s van schoolconglomeraten maar hebben ze niets te vertellen over zaken die er werkelijk toe doen. Mogen ze rekenonderwijs eisen volgens de opvattingen van lonesomejoe? nee! Mogen ze kiezen voor ouderwets klassikaal onderwijs voor hun kinderen? nee! Mogen ze kiezen voor een opleiding voor het internationale baccalaureaat of voor afstandsonderwijs? Nee, de politici verwarren leerplicht met aanwezigheidsplicht en beweren dat hoe meer tijd leerlingen opschool doorbrengen, des te meer leren zij! Mogen ouders hun kinderen naar een VWO-school sturen die hogere eisen stelt als het normale VWO? Alleen maar naar het Gymnasium dat een zachte dood had moeten sterven!

    Ik hoef geen binding met de school van mijn kinderen te hebben als ik op wezenlijke punten niets in de melk te brokkelen heb. Ik schaf misschien een rechtsbijstandverzekering aan om in de aanval te kunnen gaan. Een persoonsgebonden budget voor alle scholieren, ook voor de hoogbegaafde, lijkt mij fantastisch. Maar ik zie de PvdA nog niet de strijd aangaan tegen de onderwijskongsi. Ook veel PvdA-ers maken daar deel van uit. Maar ik moest wel watertanden toen de gebroeders over pgb in het onderwijs schreven!

    Je krijgt beslist geen ouders met grote bekwaamheden in de schoolbesturen en toezichtorganen als “Den  Haag” iets anders met het onderwijs wil dan de meeste ouders.

    Het lijkt heel wat wat de Depla’s opgeschreven hebben maar bij nadere beschouwing kun je er wat onderwijs betreft weinig mee.

    Seger Weehuizen

  4. Toch spreekt uit het verhaal

    Toch spreekt uit het verhaal van de heren Depla weer een `dadendrang'. Horizontale integratie in ROCs is een probleem, inderdaad. Maar verticale integratie van MBO met HBO is zeer waarschijnlijk geen oplossing.

     

    Een breder perspectief over deze dadendrang van politici wordt gegeven door de ombudsman Brenninkmeijer (zie hier in de NRC voor een samenvatting van zijn verhaal). Een typerend voorbeeld dat ik vanochtend in de NRC las: in het regeerakkoord is blijkbaar afgesproken provincies af te schaffen en te vervangen door 5 landsdelen, ook moeten gemeenten samengevoegd worden om alleen maar gemeenten met meer dan 100.000 inwoners te hebben. Als dit inderdaad zo is dan zal de plaatselijke overheid de komende jaren alleen maar met zichzelf bezig zijn. Parallelen met de ROC-vorming operatie lijken mij duidelijk….

Reacties zijn gesloten.