Martin Minnema pleit voor herstel NT2-onderwijs

In de Volkskrant van 9 september (2015) pleit Martin Minnema voor herstel van het NT2-onderwijs: bouw weer op wat is afgebroken

Nederlands leren

Het onderwijs in Nederlands als tweede taal door professionals is afgebroken. Bouw het nu weer op.

Het ziet ernaar uit dat Nederland de komende tijd plaats zal moeten bieden aan heel veel nieuwe vluchtelingen. Dat brengt vraagstukken met zich mee op het gebied van huisvesting en werk. Er zal ook goed onderwijs nodig zijn, voor kinderen en volwassenen. Het gaat dan in de eerste plaats om Nederlands als tweede taal (NT2), taal is immers de sleutel tot alle onderwijs, tot integratie en werk. 

Hoe goed is Nederland voorbereid op het geven van NT2 aan de vele anderstalige volwassenen die hieraan grote behoefte hebben?

Eerst even terug in de tijd: begin jaren negentig nam het NT2-onderwijs een hoge vlucht. Nederlandse taal voor gastarbeiders (deze naam gebruikten we toen nog) was lange tijd het domein van goedbedoelende vrijwilligers.

Maar toen verscheen volwasseneneducatie op het toneel. Eerst werd dit aangeboden door losstaande instituten, al snel werden die onderdeel van de nieuw opgerichte regionale opleidingscentra (roc's). Ze vormden de sector educatie en groeiden snel uit tot professionele organisaties. Ze boden goed onderwijs op maat aan, want de vraag was heel divers. Op de Taalschool, zoals de afdeling educatie waaraan ik in Almere leiding gaf heette, zaten naast analfabeten die niet konden lezen en schrijven en ook geen woord Nederlands spraken, ook academici die snel Nederlands wilden (en konden) leren om een baan op hoog niveau te kunnen aanvaarden.

Omdat we snel groeiden, konden we aparte leerlijnen formeren. Ervaren onderwijzers leerden de analfabeten lezen en schrijven, wat niet makkelijk is als mondelinge instructie voorlopig zeer beperkt mogelijk is.

Eerstegraads docenten Nederlands moesten alle zeilen bijzetten om de hoogopgeleide allochtonen bij te houden. Niet zelden kregen zij grammaticale vragen waarop zij in eerste instantie zelf het antwoord schuldig moesten blijven.

Mooie nieuwe taalmethoden verschenen op de markt: schriftelijke, maar ook met behulp van de computer. Op de pabo's zou een aparte leergang volwasseneneducatie worden aangeboden. Terecht was men de mening toegedaan dat integratie pas kon plaatsvinden als men de taal meester was. Als volwassenen de taal goed leerden, zouden ze beter werk kunnen vinden, betere burgers zijn en het zou ook voor hun kinderen beter zijn als pappa en mamma Nederlands spraken.

Op het hoogtepunt telde de Taalschool Almere 1.400 cursisten die les kregen van 60 docenten. Elke drie maanden leverden we een gekwalificeerde groep cursisten af, waarvan er velen de weg naar werk vonden.

Toen sloeg de politiek toe: in hoog tempo werd het prachtige NT2-bouwwerk afgebroken. Nederlands als tweede taal werd weggehaald bij het ministerie van Onderwijs en kwam terecht bij Vreemdelingenzaken en Integratie. Dit departement werd toentertijd geleid door Rita Verdonk.

Het ging om inburgering, NT2 moest als contractonderwijs worden aangeboden en kwam terecht bij inderhaast opgerichte bureautjes die met ongekwalificeerde docenten en inferieur materiaal werkten. Zij konden ver onder de prijs gaan zitten van roc's, die met een cao te maken hadden.

Het resultaat was navenant, maar dit werd natuurlijk pas duidelijk na verloop van tijd. Veel goed gekwalificeerde NT2-docenten werden ontslagen of moesten een plek vinden in het mbo. Menselijk kapitaal ging op deze wijze verloren. In Almere werken nu nog maar enkele docenten op de afdeling educatie.

NT2 is weer voornamelijk het domein geworden van buurthuizen en vrijwilligers. Anderstaligen moeten veel geld betalen voor cursussen of zijn aangewezen op de goodwill van amateurs.

Veel mensen zijn bang dat de vluchtelingen die Nederland gaat opnemen onvoldoende zullen integreren. Goede taallessen zouden een heel belangrijke rol hierin kunnen spelen.

Het lijkt me dat hier een belangrijke taak ligt voor de overheid: bouw weer op wat afgebroken is en zorg er op deze manier voor dat vluchtelingen snel een plaats kunnen verwerven in de Nederlandse maatschappij. Misschien een idee om hier een gedeelte van de 5 miljard die ter beschikking komt aan te spenderen?