Pesten

Pesten

Of ik geschrokken ben van de zelfmoord? Niet echt. Ook niet nadat duidelijk werd dat de jongen jarenlang gepest was? Ook niet. Ho, Waarom niet? Gewoon, omdat ik weet dat je niet kan bedenken wat mensen elkaar aan kunnen doen. Verder schrik ik er niet van omdat wat nu bekend is waarschijnlijk het topje van de ijsberg is. Bob van der Meer, pestexpert, zal er waarschijnlijk wel meer van weten maar ook deze man is jaren niet serieus genomen. Pesten zal wel eens voorkomen denkt de goegemeente en denkt er dan vooral bij dat het wel voor het grootste deel aan het lijdend voorwerp zelf ligt. Want zeg nou zelf iemand met rood of raar haar, een beetje bochel op de rug, een raar loopje of misschien wel een beetje te dik, die vraagt er toch om?

Trouwens, een beetje afwijkende mening is tegenwoordig al genoeg om met haat-mail, kogelbrieven, intimidatie of dreigtelefoontjes geconfronteerd te worden. Leve de vrijheid van meningsuiting, zolang het maar onze mening is, anders zwaait er wat.

Ik weet het, het overgrote deel van de gepesten is doorgegaan met zijn leven, hebben op een bepaalde manier hun draai gevonden en hebben de wereld ingedeeld in ‘te vertrouwen’ en ‘niet te vertrouwen en dat eerste deel is heel, hééééél klein, maar vooral overzichtelijk. Het tweede deel is te rekenen tot de ‘grote boze buitenwereld’ en wordt op zo groot mogelijke afstand gehouden.

En soms gebeurt het dat een jonge man van twintig, met nog zijn hele leven voor zich, kiest om uit dat leven te stappen. Niet verbazingwekkend eigenlijk na vijftien jaar nutteloos bestaan of het zou moeten zijn dat het gepest worden nut heeft. Voor diegene die pest waarschijnlijk wel en die is al op zoek naar het volgende slachtoffer, wat ik je brom.

Al bij al heeft het mij er toe gedwongen om in een uigebreid gesprek met mijn beste vriend en ex-collega Ton om de tafel te gaan zitten. Ton is namelijk ook gepest en niet zo een klein beetje. Al jaren ben ik voor Ton iemand uit dat héééél klein deeltje mensen dat te vertrouwen valt en al jaren hebben we regelmatig contact over zijn wel en wee. De laatste jaren meer over het wee dan over het wel. Al dikwijls heb ik hem gevraagd om zijn dagboeken te mogen publiceren en al jaren weigert Ton. Zoals elke gepestte vind hij zijn eigen persoontje te miezerig en te klein om ook maar een woord over vuil te maken. Gelukkig voor al diegene die van deze aardige, vriendelijke begeesterde en bevlogen leerkracht een zielig hoopje ellende hebben gemaakt.

Ton was wel geschrokken van de zelfmoord, het herinnerde hem aan zijn diepste dalen van de afgelopen acht jaar. Dalen waarin hij zich afvroeg welk een waaier van spetters zijn hersens op de muur achter zouden achterlaten als hij zich met zijn karabijn en één hagelpatroon door de mond schoot. Of die keren dat hij met zijn ogen dicht over de kleine onbewaakte overweg ergens in een ver land door het rode licht reed en verbaasd om zich heen keek omdat die trein toch minder snel reed als eerst gedacht. Hoe dikwijls hij aan een ‘van Breukeltje’ dacht als hij het woordje ‘dreef’ las. Ton weet wel wat er door die jongen heen is gegaan, het is ook door hem heen gegaan maar Ton is er nog en weet ook niet waarom.

Het mag, ik mag zijn dagboeken publiceren, samen met hem. Dit weekend bespreken we hoe we een en ander gaan aanpakken en op de blog van mijn website ( www.jeronimoon.nl) plaatsen. Maandag beginnen we er mee in een nieuwe rubriek op mijn website. Een titel hebben we al “Geen regenboog achter de kim” en maandag begin ik met een voorwoord. Tot dan.

 

Jesse Jeronimoon