Compedinges.

Compedinges.

Vraag aan honderd willekeurig uitgekozen personen van tussen de pakweg 30 en 45 jaar wat ze verstaan onder het woord ‘competenties’ en je krijgt honderd verschillende meningen. Vraag daarna aan vijftig willekeurig gekozen onderwijsgevenden wat ze onder het woord ‘competenties’ verstaan en je krijgt vijftig verschillende antwoorden. Zoek dan twintig lerarenopleiders, stel ze dezelfde vraag en ook hier krijg je twintig verschillende antwoorden. Aangezien er nog geen duidelijkheid is omtrent het simpele woord ‘competentie’ richten we onze aandacht naar de bron van alle wijsheid het alleswetende Google. Helaas breng ook dit geen soelaas, een stuk of tien verschillende definities zijn al snel gevonden.

En toch worden er jaarlijks honderdduizenden jeugdige onderwijsdeelnemers begiftigd met het ‘competentie gericht opleiden’ oftewel afgekort het CGO. Het is de meest rare vorm van onderwijs die ooit is ontstaan. Sommige CGO sites geven aan dat middels het CGO een ‘gedragsverandering’ bij de deelnemer teweeg moet worden gebracht alsof het CGO een soort van therapie is. Anderen menen dat CGO er uiteindelijk zal voor zorgen dat de werknemer van de toekomst niet alleen zijn vak uitoefent maar ook op ‘meerdere disciplines inzetbaar zal zijn’. Wat met ‘meerdere disciplines’ bedoeld wordt? Daar mag iedereen naar raden en zelf een invulling aan geven. Al bij al blijkt het CGO, volgens de CGO volgelingen, een multidisciplinaire medewerker van de toekomst af te leveren. Niets is minder waar natuurlijk.

Het CGO voorziet in ‘competenties’ en ‘kerncompetenties’, wat het verschil is en waarom een gewone competentie geen kerncompetentie is of andersom wordt nergens duidelijk gemaakt of de uitleg daaromtrent moet voetstoots worden aangenomen want anders heb je er niets van begrepen. Het grote voordeel van deze competenties en kerncompetenties is ‘je hebt ze of je hebt ze niet’ en als je ze niet hebt hoef je daar niet voor te leren of kennis te vergaren, nee je moet ‘aantonen’ of ‘bewijzen’ dat je door de jaren heen de competentie hebt ‘verworven’. Hoe? Legio mogelijkheden. Het bijhouden van een fotoboek van de hobby, dat heet ‘een portfolio’. Aan de buurt, ouders, grootouders, liefste, enz… een verklaring vragen, met handtekening en datum, waarop staat dat je in een bepaalde situatie zus en zo hebt gereageerd, of dat specifiek gedrag dat in de (kern)competentie vereist is, vertoond hebt. Een echte assessor, is een docent met certificaat van twee dagdelen cursus assessor, ‘weegt’ de bewijzen en beslist of de competentie aanwezig is, het beroemde groen vinkje.

Zo kan het zijn dat onderwijsassistenten een diploma MBO niveau 4 verkrijgen en niets, maar dan ook niets weten van de ontwikkeling van een kind, pedagodiek, didactiek, de dagelijkse onderwijspraktijk en daarbovenop kunnen rekenen en schrijven op een niveau dat lager ligt dan het niveau van groep 8. Onderwijsassistenten zijn dus inderdaad alleen maar goed om de lijmpotten te vullen en de vingerverfschortjes op te vouwen, ook al vinden ze zelf van niet. Maar dat geldt niet alleen voor de onderwijsassistenten maar ook voor alle andere beroepsgroepen. Weinig vakkennis, veel competenties en de nodige kerncompetenties.

Uiteindelijk zorgen al die competenties er voor dat wij allen gelijk zijn aan de bedenkers van deze ongein; nullen die zich voordoen als een negen in de hoop dat ze aanzien worden voor een zesje.

J.Jeronimoon

7 Reacties

  1. officiele willekeur
    De willekeur tot leidraad verkozen.
    Ik had nog nooit gehoord van dit verschijnsel tot ik het boekje ‘Het nieuwe leren van de keizer’ van Jeronimoon las.
    Ik kon nauwelijks geloven dat zoiets als dit CGO werkelijk bestond.
    Maar het bestaat dus.
    Het is de meest duidelijke vorm om een gebrek aan inhoudelijke kennis te verdoezelen met andere interessant lijkende competenties.
    Het is het volmaakte praktijkvoorbeeld van het sprookje van de kleren van de keizer.
    Iedereen kan met gemak compotenties bedenken. Ik zou zo een heel rijtje competenties kunnen vergaren en rubriceren voor politici. Makkelijk genoeg van achter je bureau. Maar laat mij a.u.b. geen politicus worden want ik zal kunnen worden opgehangen aan mijn eigen verzonnen competenties.
    Niets is gemakkelijker dan ideale persoonlijkheidsplaatjes te schetsen; inhoudelijke kennis van zaken is verder niet vereist.
    Aldus kunnen de nitwits zich belangrijk voordoen.
    Dat hele competentiegebeuren zal in historisch perspectief (ik weet het zeker) beschouwd gaan worden als de grootste waanzin, de grootste subjectiviteit en de grootste willekeur die een leerling in het onderwijs ooit heeft moeten ondergaan.
    Immoreel noem ik het.
    Kennis werd min of meer afgeschaft.
    De beoordeling van de persoonlijkheid kwam ervoor in de plaats.
    En dat ook nog vaak door lieden die je allerminst als voorbeeld zou willen nemen.
    Overgeleverd aan de subjectieve willekeur van toevallige voorbijgangers: hoe kan dat in ’s hemelsnaam een goed onderwijsdoel zijn.

  2. Beetje geruststelling
    De competenties zijn in het MBO echt op hun retour, al weten veel leidinggevenden dat nog niet. Bijsterveldt rept er zelf niet eens meer van.

    Het gaat nu om werkprocessen die weer onderverdeeld zijn in zichtbaar gedrag. Ik vind er stukken beter mee te werken dan de compedingels.

    Voorbeeld: werkproces: ‘bereid het werk voor’ heeft als indicatoren:
    – bekijkt de werktekening, vraagt wat niet duidelijk is
    – controleert of noodzakelijk materiaal aanwezig is
    – verzamelt gereedschap en materiaal
    – overlegt indien van toepassing met collega of leiding of aanpak

    Met zulke indicatoren is te werken. Wat lastig is te beoordelen of de werktekening dan bijvoorbeeld goed begrepen is.

    • Van de regen in de drup
      Werkprocessen en dergelijke zijn een concretsering van competenties, en hebben daarmee gemeen dat het alleen over houding en gedrag gaat, en niet over wat leerlingen moeten weten. Verder zijn de kwalificatiedossiers waar dit alles in staat een weerzinwekkende bureaucratische exercitie, en een weinig zinvolle vorm van werkverschaffing. In plaats van serieus beoordelen is het nog steeds een kwestie van afvinken. Er is ook geen centrale examinering, iedere school kan zijn eigen gang gaan bij de beoordeling, het niveau is dus niet gegarandeerd.
      Regen en drup dus.
      We zijn pas weer op de goede weg als vaagheden als kerncompetenties, werkprocessen en de hele rimram uit het raam gegooid worden en weer vervangen worden door duidelijke, inhoudelijke leerdoelen met een uitgebreide omschrijving van de te beheersen leerstof.
      En centrale examens waarin een en ander getoetst wordt.

    • Negatieve publiciteit
      Als iets veel negatieve publiciteit krijgt, dan pak je niet de oorzaak aan, maar verander je de naam van hetgeen de negatieve publiciteit krijgt. Dus CGO wordt ‘kwalificatiestructuur beroepsonderwijs’, maar echt iets veranderen zal er waarschijnlijk niet. Dat is hoe het in Nederland werkt….

  3. competenties
    Competenties bestaan helaas nog. In het onderwijs zijn ze alleen op hun retour, als het management dat wil (en dan werkt men bv. met werkprocessen). Officieel zijn ze niet afgeschaft, en dat schept nog meer onduidelijkheid.
    In het bedrijfsleven proberen ook allerlei adviesbureaus competenties aan te smeren. Last van de crisis, omzet lager? Probeer uw personeel eens met competenties te laten werken. Succes verzekerd. Wat ik zo bijzonder teleurstellend vind, is dat Harm Beertema afkomstig is uit het MBO en heel scherp leek te zien wat er mis was. Nu als kamerlid van de PVV dient hij moties in over U zeggen tegen de docent en ophokuren. Het kan verkeren….

Reacties zijn gesloten.