Nood maakt noodplan nodig

Ronald Zwiers probeert in de Volkskrant van 30 januari 2007 de spellingsproblemen te relativeren: www.beteronderwijsnederland.nl/?q=node/1265 De taaltoets zelf die hij noemt, ken ik niet; ik heb slechts het uittreksel ervan op enkele krantensites gezien. Wat ik daar zag viel mij mee: niet al te gemakkelijk, maar zeker niet moeilijker dan het toelatingsexamen dat ik in 1966 heb moeten doen voor de middelbare school. Er valt vast wel te twisten over de verdeling van de vragen over de verschillende deelvaardigheden en de formuleringen kunnen ongetwijfeld nog beter. Zelf had ik meer last van de foutieve feedback onder in het beeldscherm, maar misschien was dit een eigenaardigheid van de krantenversie. Dit alles laat onverlet dat van een beginnend Pabo-student verlangd mag worden dat zij/hij een voldoende resultaat behaalt voor een toets als deze. En eigenlijk vind ik dat dit geldt voor iedereen die hoger onderwijs wil volgen.

Al geruime tijd ben ik docent aan wat vroeger een HEAO heette en ik zie dus nogal wat schriftelijk werk van studenten. Het aantal studenten dat taalfouten maakt, het aantal fouten per student en de ernst van de fouten nemen gestaag toe; het lijkt wel de wet van Moore. Hoe vaak ik niet ‘het onderscheidt’ lees, of ‘hij bedoeld’! Afgelopen donderdag kreeg ik dit e-mailbericht van een propedeusestudent:

“geachte meneer jongeling

Bij deze wouden wij u vragen of het cijfer van de herkanzing van adv2 al
bekend is(onderdeel org)? zo ja zou u dit dan kunnen mailen of door willen
geven aan onze tutor,Dhr XXXX.

Alvast bedankt.
groep X XXX-XXX.”

Een aardige student en ook beleefd, maar qua taalbeheersing niet echt een ‘high potential’. Helaas is deze student geen uitzondering: teksten als deze en nog ergere kom ik vaak tegen. Veel van deze studenten zien de noodzaak van foutloos taalgebruik ook niet in. Als ik wat zeg van de taalfouten, krijg ik regelmatig antwoorden in de trant van: ‘Ja, ik ben hier nu eenmaal niet goed in, maar wat maakt dat uit? Als de bedoeling maar overkomt.”

De heer Zwiers heeft gelijk dat het probleem al vele jaren bestaat. Het noodplan is nodig omdat er al die jaren niets aan het probleem is gedaan, terwijl het ondertussen wel steeds erger is geworden. Dat is wel vaker zo met noodplannen.

Ik zou er een groot voorstander van zijn als in het hele hoger onderwijs iedere eerstejaarsstudent op de eerste dag dat zij/hij de hogeschool of universiteit betreedt, een gestandaardiseerde (en gevalideerde!) taal- en rekentoets moet maken. Laat die toets vooral extern ontwikkelen, bijvoorbeeld door het CITO. Wie de toets haalt, is er van af. Wie de toets niet haalt, krijgt na een half jaar de toets nogmaals aangeboden en wie dan nog steeds niet een voldoende heeft voor beide onderdelen, krijgt een bindend negatief studieadvies. Wel moeten de studenten die de toets niet in één keer halen, gedurende dat half jaar goede, intensieve taal- en rekencursussen worden aangeboden: gratis, maar buiten het reguliere studieprogramma. Als HBO-raad en VSNU samen binnen enkele weken zouden besluiten om dit vanaf september 2008 in te voeren en de tussenliggende anderhalf jaar zouden gebruiken voor een intensieve publiciteitscampagne, heeft iedere toekomstige student de tijd om haar/zijn taal- en rekenvaardigheden op het vereiste niveau te brengen, al dan niet met hulp van de middelbare school. Het schakeljaar van Terpstra kan achterwege blijven.

6 Reacties

  1. Eindexamen
    We hebben natuurlijk al een gestandaardiseerde (en gevalideerde) taal- en rekentoets. Nog wel ontwikkeld door het CITO ook. Deze heten ook wel eindexamen Nederlands en wiskunde.

    In het eindexamen wordt nu alleen de stof uit zeg de laatste 2 jaar getoetst. Er wordt vanuit gegaan dat de stof die daaraan vooraf ging dan ook beheerst wordt. Dat blijkt een gruwelijke misvatting. Ik zou zeggen: ook spelling op het eindexamen Nederlands en ook breuken optellen op het eindexamen wiskunde (naast de stof uit de latere jaren).

    • eindexamen
      Lijkt me geen overbodige luxe meer! Hoe bizar het ook mag zijn…

      “Modern onderwijs is georganiseerd geheugenverlies. Wie niets meer uit zijn hoofd leert, vernietigt het verleden.”

  2. Eigenlijk een absurde discussie
    Wanneer je echt wil bewijzen dat we steeds beroerder zijn gaan spellen, dan moet dat vlot uit te zoeken zijn door vergelijking van brieven / notulen / teksten / boeken van vroeger en vergelijkbare zaken van nu. Ik twijfel niet aan de uitslag, maar zuiver meten is zeker weten.

    Dat er echter ook mensen zijn met wie je een discussie moet voeren over het nut van zorgvuldig taalgebruik is ronduit absurd. Zoiets is op zichzelf al een teken aan de wand. Zijn er nog andere landen waar de minachting voor eigen taal (en cultuur) zo groot is als bij ons?

    • Heeft iemand tijd?
      Natuurlijk een goed idee. Heeft iemand tijd om zoiets op kleine schaal (zo wetenschappelijk mogelijk) uit te zoeken? Artikel in de krant met verzoek om grootschaliger onderzoek. Moet lukken. Nu blijven we maar discussiëren.
      Zelfde kan ook toegepast worden voor exacte vakken.

  3. Ger Jongeling, Noodplan
    Ger heeft gelijk met zijn pleidooi voor een herstelplan aan het begin van het hoger
    onderwijs om de ravage die de vooropleidingen hebben aangericht aan te pakken.
    Maar ik maak twee kanttekeningen:

    (1) De kosten daarvan moeten ten laste komen van het voortgezet onderwijs, niet van
    hbo en wo. Het voortgezet onderwijs heeft zijn werk slecht gedaan, dan moet die sector
    dus voor de schade opdraaien.

    (2) Dan hebben we alleen nog maar gerepareerd, dus symptomen gecorrigeerd.
    De wortel van het kwaad hebben we niet uitgerukt, en die is: slecht voortgezet onderwijs.
    Ik hoorde laatst op tv hoe een leraar Nederlands van de havo zich verweerde tegen
    de kritiek: “Wij werken juist erg verrijkend doordat we onze leerlingen helpen hun communicatieve vaardigheden te ontwikkelen, dat is voor de praktijk veel belangrijker dan spelling en
    grammatica.” Zo’n man weet dus echt niet wat hij zegt. Wie niet goed kan spellen kan
    niet goed formuleren, kan niet goed denken en kan niet goed lezen. Het falen van de
    neerlandici vernielt de kansen van onze jeugd op een opleiding en functie op
    hoger niveau.

    Ik vind dus dat we verder moeten gaan dan symptoombestrijding, en de eisen aan het
    onderwijs in de Nederlandse taal fors moeten optrekken. Dus ook de eisen aan de
    bekwaamheden van neerlandici in het voortgezet onderwijs. Als uit het bedrijfsleven
    overgewaaide praktijken als functioneringsbeoordeling en prestatiebeloning in het onderwijs
    worden ingevoerd, waar ik in principe niets op tegen heb, dan ben ik ervoor dat de
    neerlandici van ons voortgezet onderwijs er het eerst aan worden onderworpen.
    En wie dan onder de maat blijkt mag vertrekken.

Reacties zijn gesloten.