De dictatuur van het onderwijsproletariaat

In een onlangs verschenen rapport van de Onderwijsraad concluderen de onderzoekers dat het bar en boos gesteld is met het huidige kennisniveau van de hedendaagse leerling. Vooral de vakken wiskunde en Nederlands springen er wat dat betreft bovenuit. Tot zover eigenlijk niets nieuws onder de zon. Dat het kennisniveau al jaren dalende is, merken we in alle geledingen. Ontleedt u maar eens geschreven dan wel gesproken teksten van de verscheidene vertegenwoordigers van overheids- en onderwijs(!)instanties of vraagt u de kassajuffrouw maar eens even iets uit haar hoofd te rekenen.
Allerlei onderwijskundige commissies, pseudo-didactici, pedagogische instituten en andere betweters laten al jaren hun meest wilde fantasieën en visioenen los op dit probleem, variërend van negentiende-eeuwse lokalen waarin met harde hand, stok en zweep de kennis er wordt ingeramd tot en met speeltuinen waar iedereen vrolijk van alles doet, behalve iets leren. De waarheid zal, zoals zoveel waarheden, wel weer ergens in het midden dobberen.
Het grote probleem is echter niet zozeer de manier waarop je met leerlingen omgaat, het probleem ligt hem bij degene die die leerling iets probeert bij te brengen. Vroeger noemde men die persoon leraar of lerares, tegenwoordig spreekt men liever van coach. Deze leraar of lerares werd opgeleid om leerlingen iets bij te brengen, en hoe meer de leraar of lerares geleerd had, des te meer kon hij of zij de leerlingen iets bijbrengen. Dat een gestudeerd, geleerd of zelfs geletterd iemand een kind iets leert en het goede voorbeeld geeft, is uiteraard zeer belangrijk. Een kind leert namelijk pas goed te praten door eerst te luisteren naar iemand die de taal goed beheerst. Deze leraar of lerares was over het algemeen zo’n gestudeerd iemand en werd daar ook navenant voor betaald. Die tijd is voorbij.
Het ministerie van Onbenulligheden, Chaos en Wanorde, verantwoordelijk voor de al jarenlange chaos in het onderwijs, ontwikkelde met behulp en onder goedkeuring van een vrachtlading zichzelf rijkelijk belonende bestuurders en de immer naïeve onderwijsbonden het zogenaamde functiegebouw (wie bedenkt toch die woorden?). Een gedrocht van een betalingssysteem waarin er niet meer wordt beloond naar bevoegdheid, maar naar geschiktheid en/of bekwaamheid. U leest het goed. Binnen dit functiegebouw dient een docent, wil hij in een hogere salarisschaal terechtkomen – nooit zo hoog als een manager; maar dit even terzijde –, aan bepaalde eisen te voldoen. Zo moet men zich bijvoorbeeld aantoonbaar bezighouden met de ontwikkeling op verschillende leergebieden, inzet tonen op het gebied van onderwijsontwikkeling, enzovoorts. Als je je als docent wilt onderscheiden – want dat is de eigenaardig achterliggende gedachte – volstaat enkel goed lesgeven niet meer. Daarbij moet je als docent aan zoveel criteria voldoen, dat je aan die prímaire taak, het overbrengen van die broodnodige kennis waar het kinderen volgens gememoreerd rapport zo aan ontbreekt, niet eens meer toekomt. Enkel een diploma voldoet niet meer. Ook het soort diploma met de daaraan gekoppelde kwalificatie casu quo bevoegdheid doet er niet meer toe; men moet beschikken, zo stellen de bedenkers van dit rare gebouw, over de nodige competenties (braak). Het negeren van een duur behaalde kwalificatie of bevoegdheid zegt veel zo niet alles over hoe belangrijk men het opdoen van kennis vindt. Niet dus. Zie hier de toegevoegde waarde voor het onderwijs van dit volslagen idiote idee.
Jawel, toekomstige studenten aan de universiteit en eerstegraadsopleidingen, jullie lezen het goed: de studiekosten kunnen jullie je nu al besparen, want een hoge en gedegen opleiding – als die dan nog bestaan, want ook daar komt logischerwijs langzaam maar zeker de klad in – heb je in de toekomst niet meer nodig. Een cursus koken, naaien of batikken volstaat. Als je je maar kunt onderscheiden. En als je achteraf ondanks je eenvoudige opleiding niet meer hogerop kan of wil, dan kun je altijd nog omhoog glibberen naar een staffunctie.
Dit dubieuze marxistische idee heeft dusdanig postgevat in het onderwijsbestel dat als je de redenering van het louter onderscheiden op basis van competenties doortrekt, diploma’s er binnen afzienbare tijd helemáál niet meer toe doen. Een turntrainer, de rattenvanger van Hamelen, een boze fee of een zich vervelende huisvrouw met vier kinderen, zij kunnen allen bij bewezen bekwaamheid voor (of in) de klas gaan staan. We schaffen alle opleidingen af, waardoor het onderwijs enkel nog financieel-economisch rendeert en de bestuurders alleen nog maar rijker worden. Het proletariaat juicht en ziet zijn kans schoon, want de concurrerende elite ligt op haar gat. Iedereen dom en tevreden. Zozo, jaja, hoera.
Met de achterliggende gedachte dat het voor íedere docent die iets extra’s brengt mogelijk moet zijn om beter beloond te worden is niets mis. Dat een eerstegraads docent of academicus per definitie een betere leraar is, is onjuist. Dat neemt niet weg dat een eerstegraads docent of academicus nog altijd wel hoger is opgeleid. En daar is op dit moment juist zo’n behoefte aan. Zie rapport. Ervan uitgaande dat scholen minstens in staat moeten worden geacht bekwame dan wel geschikte docenten aan te nemen, is het bij bijvoorbeeld twee docenten die iets extra’s brengen nog altijd – om in voetbaltermen te spreken; we heten nu immers coach – 2-1 in het voordeel voor de hoger opgeleide. Het is een niet al te moeilijk rekensommetje, maar zoals al is geconstateerd: rekenen is niet meer voor iedereen weggelegd.
Dat vakbonden sinds het einde van de negentiende eeuw opkomen voor de zieken, zwakken en minderbedeelden in onze samenleving is te prijzen. Dat zij ruim een eeuw later door dit bureaucratische en onzalige plan van het functiegebouw te ondersteunen echter juist een bijdrage leveren aan het in stand houden van de groep zichzelf ruim belonende bestuurders en managers en de verdere nivellering van het onderwijs, is niet alleen de omgekeerde wereld, maar vooral ook buitengewoon dom en naïef. Het wegjagen van hoogopgeleide en vooral échte leraren, het onthouden van kennis, het aldus ontnemen van het recht hierop, het bewust in stand houden van domheid en onwetendheid: het zijn vreselijk vals gezongen coupletten in een lof van zotheid dat schreeuwt om maar één oplossing: al deze mensen die dit plan bedacht hebben en steunen, moeten weer terug in de schoolbankjes en hun mond houden, totdat ze de beurt krijgen van de juf of meester.

3 Reacties

  1. Welkom!
    Je zult je vast thuisvoelen op deze site. Je betoog wordt denk ik door bijna iedereen op deze site (vrijwel) volledig onderschreven.

  2. Marx
    Over Marx gesproken, vraagt onze liberale, kapitalistische economie niet juist om een dom en kritiekloos consumerend volk? Ondanks alle ongeletterdheid gaat het goed met de economie!

    • Vakbonden
      Kan het soms zijn dat de vakbonden, kijkend naar de toekomst, bezig zijn om hun ledenaantallen veilig te stellen door generaties kansarmen te kweken die dan weer vakbonden nodig hebben om zich staande te houden in de wereld?

      Of ben ik nu helegaar paranoïdaal?

      Planeten Paultje

Reacties zijn gesloten.