Dronkers: zijn er werkelijk zo weinig zeer zwakke scholen?

Dronkers_450x200DSC_5182rs.jpg

Prof. Jaap Dronkers betwijfelt of de redelijk spectaculaire afname van het aantal zeer zwakke scholen zoals de onderwijsinspectie in zijn jaarverslag meldde wel overeenkomt met de werkelijkheid. In Dronkers termen: is de onderwijsinspectie te soft of gebruikt zij andere kwaliteitsindicatoren?

Dronkers raakt met zijn berekeningen een gevoelige snaar bij velen die menen dat berekeningen over de kwaliteit van het onderwijs uberhaupt een uiterst onzekere aangelegenheid is en de discussie naar aanleiding van Dronkers artikel op website stukroodvlees.nl wordt dan ook fel gevoerd. 

6 Reacties

  1. “Meten is weten” ???

    "Meten is weten" ???

    Het Nederlandse onderwijs is van hoge kwaliteit; alleen merk je daar niks van in de klas. (Jeanette).

  2. De kwaliteit is zo hoog dat

    De kwaliteit is zo hoog dat het boven de wolken zweeft.

    Jammer genoeg zie je er niet zoveel van.

  3. Nomenklatuurproblemen

    Nomenklatuurproblemen

    K1 = kennis bij binnenkomst van de school

    K2 = kennis bij het verlaten van de school

    ΔK  = K2 – K1 is kennistoename

    ΔK* = gewenste gemiddelde kennistoename in een klas van gegeven samenstelling

    ΔK =  werkelijke gemiddelde van een klas van de gegeven amnstelling

    ΔΔK = ΔK – ΔK* is de leeropbrengst van een bepaalde klas van de gegeven samenstlling

    Als voor een school het gemiddelde van ΔΔK van alls klassen negatief is is de leeropbrengst van de school negatief. De school heeft dan onvoldoende leeropbrengst.

    Leeropbrengst is het eerste megakriterion waarop een school beoortdeeld wortdt

    K1 = kennis bij binnenkomst van de school

    K2 = kennis bij het verlaten van de school

    ΔK  = K2 – K1 is kennistoename

    ΔK* = gewenste gemiddelde kennistoename in een klas van gegeven samenstelling

    ΔK =  werkelijke gemiddelde van een klas van de gegeven amnstelling

    ΔΔK = ΔK – ΔK* is de leeropbrengst van een bepaalde klas van de gegeven samenstlling

    Als voor een school het gemiddelde van ΔΔK van alls klassen negatief is is de leeropbrengst van de school negatief. De school heeft dan onvoldoende leeropbrengst.

    Leeropbrengst is het eerste megakriterion waarop een school beoortdeeld wortdt

    K1 = kennis bij binnenkomst van de school

    K2 = kennis bij het verlaten van de school

    ΔK  = K2 – K1 is kennistoename

    ΔK* = gewenste gemiddelde kennistoename in een klas van gegeven samenstelling

    ΔK =  werkelijke gemiddelde van een klas van de gegeven amnstelling

    ΔΔK = ΔK – ΔK* is de leeropbrengst van een bepaalde klas van de gegeven samenstlling

    Als voor een school het gemiddelde van ΔΔK van alls klassen negatief is is de leeropbrengst van de school negatief. De school heeft dan onvoldoende leeropbrengst.

    Leeropbrengst is het eerste megakriterion waarop een school beoortdeeld wortdt  K1 = kennis bij binnenkomst van de school

    K2 = kennis bij het verlaten van de school

    ΔK  = K2 – K1 is kennistoename

    ΔK* = gewenste gemiddelde kennistoename in een klas van gegeven samenstelling

    ΔK =  werkelijke gemiddelde van een klas van de gegeven amnstelling

    ΔΔK = ΔK – ΔK* is de leeropbrengst van een bepaalde klas van de gegeven samenstlling

    Als voor een school het gemiddelde van ΔΔK van alls klassen negatief is is de leeropbrengst van de school negatief. De school heeft dan onvoldoende leeropbrengst.

    Leeropbrengst is het eerste megakriterion waarop een school beoortdeeld wortdt

    ΔK* hangt af van het percentage achterstandskinderen in een klas, vanaf een bepaald percentage achterstandskindern, neem het af met het percentage ervan

    ΔK* hangt niet af van het percentage voorstandskinderen

    het tweede megakriterium is het onderwijsleerproces.

    Betreffende een klas hangen de qualificaties slecht en zeer slecht of van ΔΔK en het aantal onderdelen van ht onderwijproces waarvoor de inspecteur een onvoldoende uitdeelt

    Over de precieze kriteria die de onderwijsinspectie aanlegt is Dromkers onzeker. In elk geval lijkt hem het oordeel van de inspectie te rooskleurig.

    Dronkers is meer geporteerd voor het eerste kriterion.

    Naar als alleen op grond van het eerste kriterion geoordeeld zou worden zouden waarschijnlijk geslaaagde fraudepogingen de betrouwbaarheid van meten is weten ondermijnen.

  4. Je verkent de onderwijswereld

    Je verkent de onderwijswereld en dreigt iets te ontdekken dat ongewenst is. Tot je verbazing worden je landkaarten vervangen. Is er nu echt iets veranderd? Of hebben ze alleen je informatie aangepast aan de gewenste realiteit? Dronkers, besef wel dat je met de onderwijswereld te maken hebt. Daar zijn landkaarten gedrukt op kauwgum.

  5. Als de resultaten tegenvallen

    Als de resultaten tegenvallen dan verander je toch gewoon de norm? Dat wordt ook met examens zo gedaan. Bij dreigende slechte examenresultaten wordt de N-norm gewoon opgekrikt. 

    Even goed nadenken, wie heeft er belang bij een afname van zwakke scholen. Het zal niet de eerste keer zijn dat de resultaten van (wetenschappelijk) onderzoek aangepast worden naar de wensen van de beleidsmakers. Ik stond er bij en keek ernaar…….

  6. Om ook over na te denken:

    Om ook over na te denken:

    "Zijn er werkelijk zo weinig  zeer zwakke leerlingen?"

Reacties zijn gesloten.