Ik heb me vergist.

 

Ik heb me vergist.

Het begon allemaal twee weken geleden. Op een vrijdagochtend rinkelde de telefoon. Ik nam op en een wat barse vrouwenstem vroeg of ze de schrijver Jesse Jeronimoon aan de lijn had. Na mijn bevestiging begon ze te ratelen zoals een vrouwelijk bestuurder betaamt. Om een lang verhaal kort te maken, ze had mijn boeken gelezen en was eigenlijk een beetje boos over mijn sarcastische opmerkingen omtrent ‘de beroepen van de toekomst’. Toen ik haar vroeg of zij wist welke die beroepen waren omdat ik niet zo een visionair en Jomanda-adept ben, vertelde ze me met trots in de stem dat ze nu al drie jaar bijna driehonderd personen opleidde voor de beroepen van de toekomst. Het bleef waarschijnlijk te lang stil aan mijn kant van de lijn want ze vroeg of ik er nog was en zonder op antwoord te wachten nodigde ze mij uit om een kijkje te nemen in haar opleidingsinstituut. Volledig flabbergasted stemde ik toe in een rondleiding. Haar voorwaarde was echter volledige geheimhouding van adres en gebouw. Ik stemde toe en we spraken een datum af. Vandaag 9 april 2013 heb ik een blik mogen werpen in de toekomst.

Het enige wat ik kwijt kan is Amsterdam, een hoog gebouw ergens op de Zuid-as, vier bovenste etages. Het was een hartelijke ontvangst en bij de koffie vooraf werd mij op het hart gedrukt de nieuwe technologieën waar ik kennis zou van nemen niet te vernoemen, iets met patenten, auteursrechten, bedrijfsspionage enzomeer. Na het tekenen van een geheimhoudingsverklaring werd ik rondgeleid onder supervisie van mevrouw de bestuurder en het hoofd ‘opleidingen in de toekomst’.

Zoals het een goede rondleiding betaamd werd ik onmiddellijk geconfronteerd met de opleiding die op dit moment het meeste studenten herbergt. Boven de deur van het opleidingslokaal een plaket met in gulden letters ‘opleiding windmolenaar’. Het hoofd zag mijn grimas maar opende onverstoorbaar de deur. Midden in het lokaal een maquette van een windmolen en daaromheen gaas gespannen. Mijn nieuwsgierigheid was meer dan gewekt. Het hoofd begon zijn uitleg: ‘Nieuwe technologie” begon hij en wees naar het gaas ‘maakt het mogelijk om de wind in bepaalde wervelingen te leiden, we noemen het voor het gemak ‘malen’, alvorens de wind de wieken bereikt. Door deze malingtechniek is het dan weer mogelijk om alle maar dan ook álle energie die de wind kan leveren te gebruiken”. Het hoofd keek mij aan als een tweedehands-autoverkoper die mij er van probeerde te overtuigen dat het  scharminkel dat met moeite auto genoemd kon worden van een oud dametje was geweest die er twee keer per week boodschappen mee deed. “Natuurlijk is het nodig dat de aankomende wind, ‘de voorwind’ geanalyseerd wordt door de vaklui die we hier opleiden de zogenaamde ‘windmolenaar’. Hij wachtte mijn vraag niet af. “de windmolenaar is de man die het hele systeem afstelt en op de hoogte moet zijn van elke soort wind die er bestaat. U mag niet vergeten dat we het hier vooral niet hebben over natte vinger werk, daar is de technologie te ingewikkeld voor’. Ik knikte belangstellend. ‘Wij leiden de windmolenaar op in het herkennen van windrichtingen, voorwinden, en nawinden.’ Hij bemerkte mijn opgetrokken wenkbrauwen, keek even naar de bestuursvoorzitter die met een korte knik aangaf dat hij verder kon gaan. ‘U moet begrijpen mijnheer Jeronimoon. Wind is niet zomaar wind. Er zijn verschillende soorten wind. Er is de droge wind, de natte wind, de wind voor het gaas, de wind na het gaas, en vooral de laatste de zogenaamde nawind is misschien wel de belangrijkste, ook voor onze instelling maar daar kom ik later op terug. De nawind of de wind ná de maalbewerking laat namelijk een aparte geur na en deze geur heeft dan weer verband met het maalproces. Onze windmolenaars zijn dan ook expert in windgeuren, omdat deze geuren aangeven in hoeverre het maalproces en het daarbijhorende electriciteitsproces effectief is geweest”. Het hoofd keek mij triomfantelijk aan en alvorens ik een vraag kon stellen begeleidde hij mij naar de deur en ging onverdroten verder met zijn exposé. ‘Nu is het zo dat de beste windmolenaars, geurexperts, worden doorgeselecteerd voor een ander beroep in de toekomst.’ Ondertussen waren we bij de volgende deur gearriveerd die door het hoofd bijna plechtig werd geopend. Een volstrekt leeg lokaal. ‘U denkt natuurlijk, hoezo een leeg lokaal?’ vroeg het hoofd. Ik nikte. ‘Mag ik u dan opmerkzaam maken op de twintig gaatjes aan de onderkant van het raam’. Toen zag ik het ook en geloofde het hoofd op zijn woord dat het twintig gaatjes waren. ‘Wel, de echte geurexperts van de windmolenaar, laten we ze maar het neusje van de zalm noemen, selecteren we door naar gasreukexpert. Ook een belangrijk beroep in de toekomst. Zeker nu, omdat er overal gas gevonden wordt. Het gewone aardgas heeft zijn langste tijd gehad en op dit moment experimenteert zowat de hele wereld met gassen. Noemt u maar, biogas, ijsgas, methaangas, moerasgas, aarsgas, zeewiergas, toendragas, u kunt het zo gek niet bedenken of er zit wel gas in. En elk gas heeft zijn eigen specifieke geur. Wij leiden de mensen op in het herkennen van de geuren. Belangrijk, omdat veel gas gevonden wordt op plaatsen waar geen enkele apparatuur kan komen. Denkt u daarbij aan ondoordringbare oerwouden, grote ijsvlakten, zuigende moerassen, hoog hooggebergte en zomeer.

Ik was totaal van de kaart. Ik had me dus inderdaad vergist, de beroepen van de toekomst zijn er wel degelijk en de opleidingen daarin zijn ook al begonnen. De hele rondleiding duurde de hele middag en de confrontatie met de nieuwe beroepen was zowel leerzaam als ontluisterend in zijn eenvoud. Ze allemaal beschrijven tot in detail zou te veel plaats vergen maar het zal niet zo lang meer duren alvorens honderden, misschien wel duizenden jongeren opgeleid zullen worden in beroepen zoals gleufjesvijler in de nieuwe koffieboon, kopspijkerteller, tuinoverkappingspecialist, 3D-verhalenverteller, netwerkverzamelaar, cyberslotenkraker, en windsnuffelaar dat een afgeleide is van de windmolenaar.

Na de rondleiding heb ik deemoedig het hoofd gebogen en toegegeven, ik heb me vergist, het beroep van de toekomst is niet zomaar een hersenschim ze bestaat echt en de verantwoordelijken voor de opleidingen schuimen stad en land af op zoek naar de echte talenten.

 

Jesse Jeronimoon 

1 Reactie

  1. Lachuh, Jeronimoon! Zeer

    Lachuh, Jeronimoon! Zeer treffend.

    Ik weet ook niet wat men bedoelt met die mysterieuze 'beroepen van de toekomst'. Toch leidt men daar alvast voor op. Leerlinggericht, ICT-gebonden, groepsprojecten, innoveren en creatief? Maar waarvoor?! Het stemt mij tevreden dat Jeronimoon een aantal toekomstige beroepsprofielen, nog wel op de Zuidas – residentie van de bancaire sector – in Amsterdam, achterhaald heeft. Dan moet het wel goed zijn! 😉

Reacties zijn gesloten.