Geef mensen keuzevrijheid in ‘wiebelend’ pensioenstelsel

In de afgelopen weken bleek dat het hard nodig was om de discussie over de pensioenleeftijd te heropenen (Onderhandeling pensioenakkoord hervat na nieuwe toezegging kabinet, 31/05). Vakbonden vragen terecht om vervroegde pensioenen voor de zware beroepen, maar het voorstel om de pensioenleeftijd te bevriezen is nogal arbitrair. Ik mis in het debat de keuzevrijheid: iedereen zou moeten kunnen kiezen wanneer hij of zij met pensioen wil. Begrijp me goed, ik hoor en zie in mijn omgeving ook de nodige signalen om, als het kan, op 65-jarige leeftijd te willen stoppen, sommigen liefst nog eerder. Maar er zijn ook mensen die graag langer willen werken en pas later met pensioen willen gaan. Daarnaast hebben veel mensen een jaar of vier geleden hun pensioenvooruitzichten, ook in financiële zin, moeten bijstellen. Het voorstel om de pensioenleeftijd nu weer te bevriezen, heeft wederom gevolgen voor deze groep. Ze worden voor de tweede keer ‘slachtoffer’ van dit wiebelende pensioenbeleid. Bovendien is het niet meer van deze tijd dat een overheid zijn mondige en zelfregulerende burgers voorschrijft wanneer zij met pensioen dienen te gaan. Het kan anders. Ik zie graag dat de uitkomst van het pensioendebat leidt tot een keuzevrijheid; mensen moeten kunnen kiezen of ze op 65-, 66- of 67-jarige leeftijd met pensioen gaan. Dit sluit prachtig aan bij de wensen van de jongere generaties en de inhoudelijke discussie over ons pensioenstelsel.

Geef als eerste een reactie

Laat een reactie achter