Succes in Zwitserland

Aan Valeer van Achters DIROO (België) waar men zich dezelfde zorgen maakt over de kwaliteit van het onderwijs, ontleen ik met toestemming het volgende bericht over Zwitserland

"De echte experten terug een stem geven om een uitweg uit de reformitis te vinden

door Ralph Fehlmann
In: Vierteljahrschrift für wissenschaftliche Pädagogik, Sonderheft 2013, p. 174-185.
Ralph Fehlmann rapporteert over de ervaringen in Zwitserland: het project ‘Fach’. Ik maak een samenvatting van zijn  tekst.
Hij brengt het verhaal van de pogingen  om in Zwitserland (CH) de democratie buitenspel te zetten, volledig gesteund door internationale organisaties als de OESO en de EU-commissie. In een tweede deel rapporteert hij over poging van ‘Forum Allgemeinbildung Schweiz’, kortweg ‘Fach’ genoemd,   om de democratie te herstellen. Het gaat hier om een groep gymnasiumleraren in zijn visie de echte experts.

Fehlmann waarschuwt: er is moed nodig om niet in een typisch intellectuele houding van cynische rede te volharden; m.n. men beseft heel goed wat de ernst van de situatie is, en bovendien weet men wat te doen staat, maar men doet niets. Zo zijn we het eens over de analyse  van de fatale gevolgen van deze onderwijshervorming in CH en  samen onderkennen we ook het gevaar voor de kwaliteit van Bildung. Als echter het daadwerkelijk reageren uitblijft, rest alleen nog een onvruchtbaar cynisme. Bepaalde specifieke groepen willen zeer bewust de democratie buitenspel zetten. Het is ook duidelijk dat het hier gaat om een formalistische opvatting van democratie. Doch de echte democratie is een voortdurende opgave om de vrije meningsuiting te  waarborgen, tevens de wil van vrije mensen om zelf initiatieven te nemen. Alleen deze democratie maakt van de leraren zelfverantwoordelijke personen, die deelnemen aan het politieke debat.  Zo te zien is democratie geen toestand, maar een  opgave.
Op welke wijze is deze ware democratie inzake de onderwijspolitiek de laatste 20 jaar buitenspel gezet? Antwoord van Fehlmann: door bureaucratisering, standaardisering en economisering. Bureaucratisch gaat het om de invoering vanuit het bedrijfsleven van een top-down-structuur die de bestaande collegiale overleg- en beslissingsstructuur moet vervangen, met als gevolg dat scholen hun autonomie verloren hebben en voortaan van bovenaf gestuurd worden. Ook het zelfbewustzijn van de leraren wordt getroffen omdat deze bureaucratisering de leraren berooft van het meest essentiële van hun leraarschap, met name expert te zijn inzake goed onderwijs. Door de invoering van standaardisering woekert er voortdurend een test- en rankingscultuur, welke een  ‘teaching to the test’ tot gevolg heeft, waarbij de leraar wordt gereduceerd tot een trainingscoach om de voorgeschreven normen te halen. Door de economisering is er sprake van een radicale omwenteling van de idee van Bildung: men wil alleen jongeren een passende ‘Ausbildung’ geven voor de noden van de markt.
De studies omtrent PISA en Bologna krijgen een wetenschappelijk aureool, maar zijn niets anders dan strategiehandboeken. Door goed uitgebouwde netwerken ondergaat heel Europa deze reformitis, geleid door de OESO en de EU-commissie.

Hoe is nu de situatie in CH, geen lid van de EU?   Het onderwijs in CH is van een bijzonder hoog niveau. De leraren in CH genieten  een hoge graad van vertrouwen van de hele bevolking. Traditioneel worden de minimale leerplannen door de leraren zelf opgesteld. Waarom zo’n goed systeem veranderen? De OESO en de EU-commissie zijn zich bewust van het feit dat CH een hoog aantal ‘veto-players’ kent, wat maakt dat het bijzonder moeilijk zal zijn van buitenaf hervormingen op te dringen. En toch heeft men het aangedurfd dat goede onderwijssysteem te willen veranderen. De start daartoe is 15 jaar geleden gegeven door Ernst Buchor, toenmalige rector van de scholen van het kanton Zurich. Hij heeft de principes van ‘New Public Management’ uit Nieuw-Zeeland geïmporteerd. In dat systeem worden de leerlingen ‘klanten’ genoemd binnen een PR-gestuurde marktplaats, ter vervanging van het bestaande gymnasium. Om deze hervorming te kunnen veralgemenen moet ook het federaal ministerie van onderwijs bewerkt worden. Daar CH geen EU-land is kunnen zich moeilijkheden voordoen. Daarom is de EU-commissie heel voorzichtig tewerk gegaan om ook de Bologna-akkoorden in CH aanvaardbaar te maken. Dat gebeurde door een ‘soft governance strategy’: een zachte implementatie die geruisloos voorbijgaat aan de bestaande politieke hiërarchie. Het gaat hier om aantrekkelijke aanbevelingen waarvan men hoopt dat de lokale school ze wel als bindend zal aanvaarden. Walter Zimmerli neemt dit voor zijn rekening, een man met ervaring in het bedrijfsleven (hij was mede-oprichter van de VW Auto-Universiteit in Wolfsburg en  was ook lid van de senaat van de Bussiness School in Hannover). Hij is de auteur van het rapport ‘Zukunft Bildung Schweiz’. Dat rapport heeft de druk op de leraren sterk opgevoerd. Daar staat o.a. de uitspraak in: ‘In het jaar 2030 leven we met z’n allen in een geglobaliseerde, geüniformeerde en  gestandaardiseerde wereld’. Daar moet het onderwijs op voorbereiden. Leraren voelen zich als opgejaagd wild. Men heeft niet in de gaten dat de macht zich verplaatst heeft van de wetgeving naar bepaalde uitvoerende organen, nadat men de minister van onderwijs zelf onder druk heeft gezet. Geen lange discussies meer in overlegorganen. Democratisch niet gelegitimeerde personen en groepen nemen de leiding. Kortom, men waant zich aan de top van een groot bedrijf. Leraren hebben geen toegang tot deze top.

Een eerste besluit: men heeft het zo geregeld dat ouders, leraren, directies en schoolbestuurders niet meer in staat zijn de impulsen van de OESO en van de EU-commissie te dwarsbomen. Bildung gebaseerd op (traditonele) cultuur heeft voortaan afgedaan.

Fehlmann komt nu tot de vraag: “Was tun?”.  Met de groep ‘Fach’ geeft hij tegendruk en wel als volgt. Vooreerst moet ik zeggen dat deze groep op korte termijn uitgegroeid is tot een groep van 350 gymnasiumleraren. Het wordt een gevecht van David tegen Goliath op drie fronten.
Vooreerst via internet. Eén mail volstond om het hoogste gezag te doen nadenken over hun schuldige medewerking aan de plannen van de OESO en de EU. Vervolgens wordt een actie op het getouw gezet die ‘Aufklärung’ wordt genoemd: alle leraren worden uitgenodigd mee te discussiëren op de website  van ‘Fach’ om argumenten te verzamelen tegen deze reformitis. Het boek ‘Ware Bildung, Schule und Universität unter dem Diktat der Ökonomie’ (2007; Kreutzlingen, München, Hugendubel/Diederichs) van Jochen Krautz was daarbij een belangrijke impuls. Vele leraren beginnen te beseffen wat de OESO zinnens is  met het onderwijs, ook in CH. Als derde terrein komt een basisdemocratische actie: Er wordt een cataloog opgemaakt van kritische vragen over deze reformitis en  deze actie wordt ondertekend door 333 gymnasiumleraren (sommigen hebben niet gedurfd te ondertekenen door de enorme  druk van buitenaf!). Deze cataloog wordt gestuurd naar het SMAK of de interkantonale conferentie van onderwijsdirecties,  het meest invloedrijke politieke orgaan. Momenteel loopt er nog een andere actie: vermijden dat  de notie ‘competentie’ wordt ingevoerd in  het gymnasium. Het resultaat is dat het SMAK  zich voortaan voorzichtiger opstelt. Anderzijds verneemt het Verbond van gymnasiumpersoneel dat er blijkbaar vrijbuiterij aan de gang is. Dat Verbond is daar erg verbolgen over. Maar uiteindelijk is het Verbond bereid de acties van ‘Fach’ te ondersteunen.

Het voorlopig eindresultaat is dat de verantwoordelijken van de reformitis tot een gesprek bereid zijn. Dat is een overwinning van ‘Fach’. Eindelijk wordt de echte expert, de vakleraar, ernstig genomen.

2 Reacties

  1. Het is goed te lezen dat er

    Het is goed te lezen dat er anderen zijn die zich sterk maken voor het onderwijs.

    De teneur niet gekwalificeerd te zijn om commentaar te mogen leveren op het doen en nalaten van de beleidsmakers, is het begin en eind van alle ellende. Laat je de mond niet snoeren is de boodschap.

    Denise

  2. Het pleit zeer voor de

    Het pleit zeer voor de Zwitsers dat zij bij het minste vermoeden van machtusurpatie de betreffende daden en uitspraken toetsen aan het ideaal van de democratie en controleren of iedereen zijn recht op inspraak heeft kunnen uitoefenen. ”De echte democratie is een voortdurende opgave om de vrije meningsuiting te  waarborgen, tevens de wil van vrije mensen om zelf initiatieven te nemen. Alleen deze democratie maakt van de leraren zelfverantwoordelijke personen, die deelnemen aan het politieke debat.  Zo te zien is democratie geen toestand, maar een  opgave”. Maar dit geldt natuurlijk nog sterker voor ouders. Gehoord moeten worden en invloed kunnen uitoefenen binnen een commerciële of maatschappelijke organisatie of beroepenveld is één ding. Maar het recht om zelf het grootbrengen van je eigen kinderen te sturen is nog veel dieper in de fundamenten van een democratie verankerd.  Ik hoop daarom dat het bestuur van BON bij de verwachte herziening van haar Deltaplan voor het Onderwijs langer stil zal staan bij zowel ouderrechten als de “voortdurende opgave demokratie”.

Reacties zijn gesloten.