Een politieke partij als vriend van BON?

“Angst voor eurocrisis stuwt SP naar grote hoogten” schrijven Cyntha van Gorp en Ingrid Weel – op 26/01/12 n.a.v. een verkiezingsprognose van Maurice de Hond. “De mensen zouden met name bang zijn voor de gevolgen van de recessie en de aangekondigde bezuinigingen op de eigen financiële positie”. De verbondenheid met Europa begint te knellen en een anti-Europa partij zoals de SP plukt daar de vruchten van.
Maar hoe komt het dat de katastrophale toestand waarin een belangrijke erkende bron van onze welvaart, het onderwijs, verkeert de mensen niet benauwt? Zowel BON als de SP zouden baat bij benauwenis kunnen hebben en BON zou er belang bij hebben als de SP daar garen bij spint. Immers, veel opvattingen van de SP over goed onderwijs liggen dicht tegen het betere onderwijs waar BON naar streeft aan.
Om te beginnen moeten we vaststellen dat veel ouders het vooralsnog belangrijk vinden dat hun kinderen het op school “leuk” hebben. Daarom zijn er nog steeds te weinig ouders die klagen dat hun kind op school zo weinig leert. Bovendien zeggen de scholen dat de ouders zich verkijken. Hun kind leert nog steeds veel maar andere dingen dan vroeger en dat zijn dingen waarmee kinderen later zich beter in het leven staande kunnen houden dan met de oude basisvaardigheden zoals (op de basisschool) rekenen en taal. De meeste ouders denken bovendien dat alle kinderen gelijkelijk getroffen worden door de veranderingen in het onderwijs en menen daarom zou het niet eens zo erg zou zijn als het wél waar is dat de kinderen minder leren dan vroeger En daarin hebben ze het mis. Slecht onderwijs benadeelt kinderen van goeden huize minder. Iets dat de SP niet aanstaat.
Waarvan de ouders en andere Nederlanders nog onvoldoende van doortrokken zijn is dat de tijd van de koloniale wereld definitief vervangen is door een globalistische wereld. Je kunt je weliswaar losser maken van Europa maar je blijft midden in die wereld zitten voor zover je dat op een globe zou kunnen. De Nederlanders hebben het verlies van hun Indië goed opgevangen door steeds meer mensen goed op te leiden. Maar de leiders van de voormalige Europese kolonieën in het verre oosten hebben het kunstje afgekeken. En de Nederlandse onderwijskundigen probeerden lang het sprookje te verkopen dat de mensen in het verre oosten in het onderwijs gedrild worden en daarom niet creatief kunnen zijn en hoewel daar, zoals in alle sprookjes, een kern van waarheid in zit durven ze dat sprookje gelukkig niet meer te vertellen. Nu moeten ze ook nog eerlijk vertellen dat dat sprookje ook voor Nederland niet opgaat.
De SP en de PVV zijn als nieuwkomers nog niet verstrengeld met het educa-politieke complex en kunnen daarom in onderwijsland gemakkelijk dissideren. Laatstgenoemde partij heeft echter onlangs laten zien dat zij onderwijsverbetering ziet als simpel boekhouden. Hoe meer lessen leerlingen krijgen des te meer leren ze. Daar kunnen wij dus weinig van verwachten. Maar de SP is bij uitstek een partij van schone handen. En een partij die overal op lokaal niveau actief is dus heel geschikt is om de burgers bewust te maken van het gevaar van slecht onderwijs voor onze welvaart. Zouden wij de SP, mocht zij daaraan beginnen, niet op onderwijsgebied niet moeten steunen in het deprogrammeren van de door de andere partijen misleide burgers?

6 Reacties

  1. Néééééééééé!
    Iedere steun van BON aan specifieke partijen lijkt me verkeerd. Laten we standpunten steunen, geen partijen of politici.

    ALs concreet voorbeeld: ik ben een fan van veel onderwijsstandpunten van Jasper van Dijk, maar als BON de SP zou steunen, of Jasper zou steunen, dan ben ik weg (al was het alleen maar door zijn oproep om kinderen kleurplaten te laten inkleuren en dat als politiek drukmiddel te gebruiken in de strijd tegen passend onderwijs).
    Daar waar SP staat mag je iedere andere politieke partij invullen.

    Nauwe banden met politieke partijen zullen ons gegarandeerd uit elkaar spelen. Laten we dat niet doen.

    • Samenwerken met aangeschoten onwilligen?
      Heeft het wel zin om veel energie te stoppen in politieke partijen die:
      1. schuldig zijn aan aan beslissingen die het onderwijs geschaad hebben, derhalve niet graag hun ongelijk willen bekennen en niet zo gauw de beuk in het huidige onderwijsstelsel willen stoten?
      2. sterke banden hebben met personen en organisaties die zich met onderwijs bezig houden, daar belangen gekregen hebben en geen belang hebben bij het veranderen van de status quo?
      Ondanks de commissie Dijsterbloem lijken de oude politieke partijen weinig zin te hebben om hun koers bij te sturen, laat staan terug te koersen. Wat kun je dan nog bereiken? Hopen dat als veel Nederlanders stik genoeg hebben van het onderwijs de oude politieke partijen WEL bereid zijn om gezichtsverlies te lijden? Dan zul je dus de mening van de burgers over de onderwijsconstellatie moeten veranderen onder tegenwerking van de oude partijen en zonder te kunnen profiteren van een samenwerking met partijen die hetzelfde willen als BON! Zou zo de kans op beter onderwijs in Nederland het grootst worden?
      Seger Weehuizen

      • Ik heb eerder deze visie
        Ik heb eerder deze visie hierop gegeven, betrokken leraren, docenten, studenten en wetenschappers zouden misschien beter kunnen uitleggen waarom het onderwijs zo belangrijk is. Ik vrees dat bij velen dat belang onvoldoende uitgekristalliseerd is, zij denken dat je niet zoveel hebt aan al die boekwijsheid. Aan ons misschien een schone taak om erop te wijzen hoe dat tot zieken, doden, ongevallen en kosten leidt. Denk aan verkeerd toegediende dosissen door verpleegkundigen, verkeerde diagnoses van artsen, instortende balkons, het verliezen van werkgelegenheid doordat we te weinig technologische innovatie hebben (nu kunnen we nog staan op de schouders van reuzen) enz.
        Dat verder een goede algemene en academische vorming erg waardevol is is prachtig maar daarmee overtuig je helaas allicht niet de modale Nederlander.

  2. Stemmen OK
    Op de SP stèmmen lijkt me erg OK, structurele verbanden met BON juist niet. Laten we de zaken gescheiden houden. De SP handelt vanuit een maatschappijvisie, BON vanuit een onderwijsvisie. Resultaten zijn hetzelfde, achtergrond helemaal anders. Ik kan me bovendien ook voorstellen dat men een partij kiest om méér redenen dan alleen het onderwijs.

  3. “Beurspaniek” en overschatting van samenwerkingsgevaar
    1. Nog even mijn uitspraak “De meeste ouders denken bovendien dat alle kinderen gelijkelijk getroffen worden door de veranderingen in het onderwijs en menen daarom het niet eens zo erg zou zijn als het wél waar is dat de kinderen minder leren dan vroeger”. Ruime belangstelling voor of een succes van een experimentele BBS kan misschien dat “denken” omverstoten. De vrees om ergens naast te grijpen is bij veel mensen immers sterk ontwikkeld. En hen is vaak verteld dat nieuw altijd beter is; zij voelen niet zoals ik de Romeinse afkeer van res novae. Misschien willen dan plotseling veel mensen hun kroost naar een BBS sturen en moet de overheid een parallelle onderwijsstructuur tolereren.
    2. Ja het is waar, omdat men vaak een partij kiest om méér redenen dan alleen het onderwijs en die meer redenen soms zwaarder wegen dan onderwijs zouden nauwe banden van BON met politieke partijen ons uit elkaar kunnen spelen, namelijk als successen van BON bij een samenwerking met politieke partijen de aantrekkelijkheid van zo’n politieke partij voor de kiezers vergroot. Zelf geloof ik niet dat dat uit elkaar spelen van ons in noemenswaardige mate zal gebeuren zo lang BON en politieke partijen alleen samenwerken op het gebied van onderwijs en BON geen politieke partij bij andere issues helpt.
    Seger Weehuizen

  4. Politieke neutraliteit
    Als BON de politieke neutraliteit opgeeft, wordt voor alle leden van BON besloten dat de kleur voortaan rood* is (die kleur bedoel je toch?). Heel democratisch opkomen ‘voor iedereen’, en zeer goed voor de vrijheid van meningsuiting [not]. Veel leden zullen denken dat er niet naar hen geluisterd wordt. Daarnaast breng je met de keuze voor één politieke partij een andere agenda binnen, die het manifest voor beter onderwijs – ook voor de buitenwacht – geen goed zal doen. Een politieke partij of vakbond gaat niet per definitie enkel voor ‘kwaliteit’ en ‘goed onderwijs’. De sociale agenda staat veelal hoger in de rangorde. Onderwijs, een actie-agenda en politiek zijn ongelukkig met elkaar verweven geraakt. Onderwijs vertegenwoordigt een algemeen belang. Onderwijsvertegenwoordigers vergeten wel eens dat het onderwijs niet slechts van één politieke partij, vakbond of dies meer zij is. Vakbonden en politieke partijen (bijvoorbeeld PvdA, ‘de’ onderwijspartij / overheidspartij / OCW-partij uit het verleden) zijn aan elkaar gelieerd. Ouders en andere belanghebbenden vinden waarschijnlijk geen vertegenwoordiging bij hen. Hoe belangrijk iemand onderwijs ook vindt, men is vrij op welke politieke partij dan ook te stemmen naar gelang de persoonlijke afweging. Dát wordt wel eens vergeten als er over een – al dan niet idealistische – onderwijspartij wordt gepraat. Mensen zijn machteloos tegen het onderwijsgeweld dat over hun hoofden wordt uitgestort. Daarom is het zo belangrijk dat BON als onafhankelijke vereniging is opgericht. We hebben toch uit het verleden geleerd? Voor mij dus een onbegrijpelijk voorstel. Privé heb je eigen vrienden. 😉
    D66* had toch de pretentie ‘de’ onderwijspartij te zijn?! Arme PvdA* met haar idealisme. Of toch de VVD* en het CDA*? PVV* enz. [De Europese sociale onderwijspartners* hebben *kwaliteit* hoog op de agenda staan. Naast Lifelong learning* overigens. Prima belangenbehartiging voor het onderwijs. 😉 ]

Reacties zijn gesloten.