Ach ja…BON

Ach ja…BON

Vrijdagochtend kwart voor negen, telefoon. Aan de andere kant van de ether hing een BONner waarmee ik in de afgelopen jaren regelmatig het wel en wee van BON en het onderwijs evalueerde. Effe teuten over wat er zoal gebeurde in onderwijsland, de reacties op het forum van BON, lachen met de protserige proleten van de verschillende onderwijsraden, schelden op de zelfbenoemde onderwijsdeskundigen en nog zo van die dingen die bij een telefoongesprek ter tafel komen en die nu door de debatpolitie bestempeld worden als ‘hufterig’, heerlijke gesprekken dus.

Maar nu was het ernst. Ik wist wel dat hij al een tijdje mocht genieten van een ww –uitkering, dat heb je met mensen die hun mond niet dichthouden als de voorzitter van de raad van bestuur rood aanlopend roept ‘zwijg, je bevuilt het eigen nest!’ Als je dan ook nog lid bent van BON dan is de weg naar de deur al snel gewezen. Geloof me vrij, zoiets gaat zonder exit-gesprek. Enfin, een beetje fluisterend vroeg hij wat ik zou doen in zijn geval. Dat ‘geval’ was kennis dragen of hebben van diplomafraude bij een groot ROC. Volgens mij ging het maar om een ‘klein’ gevalletje fraude. Er waren namelijk diploma’s uitgereikt waarop stond dat de deelnemer ook de Engelse taal machtig was zonder dat de deelnemer ooit één les Engelse taal laat staan een docent Engels hadden gezien. Ja, ik weet ook wel dat de diploma’s dan onterecht zijn uitgereikt en ja ik weet ook dat het ROC dan ettelijke duizenden euro’s ‘diplomavergoeding’ krijgt, maar wie maalt daar nog om. Binnen BON al helemaal niemand meer, er zijn belangrijker zaken aan het handje dan een groot ROC die een InHollandje doet.

Maar er was meer aan de hand. Niet alleen waren er onrechtmatig diploma’s uitgereikt, ook was er door het ROC creatief omgegaan met de aanvragen ESF gelden waardoor het ROC zich verrijkt had met een paar miljoen Europese eurietjes die het eigenlijk niet toekwam. Dit was een ernstig ‘gevalletje’ en wat moet je daar mee?

Het eigenaardige was dat ik mezelf ineens hoorde zeggen, zomaar uit het niets, het was of een ander praatte: “Wat jij moet doen, is genieten van jouw uitkering met suppletie, voor die drie jaar dat je nog moet, en zwijgen als het graf. Niemand is geïnteresseerd in fraude.” Het bleef even stil aan de andere kant van de ether. “Meen je dat nou?” hoorde ik na een tijdje. Ik meende het, in alle ernst.

Nederland is fraudemoe en zeker als de fraude zich voordoet in het onderwijs. Dat scholen zich miljoenen toeëigenen door waardeloze diploma’s weg te geven is al lang geen nieuws meer. Dat er gesjoemeld wordt met de aanvragen van ESF gelden onder het motto ‘we zijn geen dief van onze eigen portemonnee’ is schering en inslag en erg gewoontjes geworden, herverzekeraars van ziekte- en verzuimkosten die worden opgelicht zorgen al lang niet meer voor een opgetrokken wenkbrauw en docenten die er wat van zeggen en daardoor hun baantje op het spel zetten zijn domme onnozelaars, losers die beter af zijn buiten het onderwijs en als het even kan zonder uitkering want daar hebben de instellingen hun ‘UWV vrindjes’ voor.

“Ja, maar… en BON?” hoorde ik nog. En ik kon alleen nog antwoorden “Ach ja….BON.”

Jesse Jeronimoon

9 Reacties

  1. Nederland is probleemmoe
    Het is een algemeen verschijnsel: te lang, te vaak geconfronteerd worden met problemen die je zelf niet kunt oplossen werkt verlammend. Je wil het niet meer horen. En van uit het persoonlijk gezichtspunt is dat wellicht nog een verstandige reactie ook.
    In het huidige tijdgewricht zijn de problemen zo gigantisch en zijn we door de ICT zo op de hoogte van alle ellende die van waar dan ook op ons afkomt dat je snel moedeloos wordt en ervoor kiest je maar mee te laten gaan met de stroom.

    Om mensen betrokken te krijgen/houden moet je perspectief laten zien en daarmee aannemelijk maken dat alle inspanningen wel degelijk effect hebben. Maar dat is niet altijd gemakkelijk. De onderwijsellende is nog steeds enorm. Toch blijf ik trots op die (too little, too late) dingen die we wel bereikt hebben. Laten we dat maar vieren.

    • Onderschat die kleine
      Onderschat die kleine effecten niet.
      Een tijd terug sprak ik een lerares van een Jenaplanschool die uitlegde voor de traditionele rekenmethodes te kiezen omdat juist de zwakkere leerlingen behoefte hebben aan 1 methode die altijd werkt.
      Een paar weken later las ik het artikel wat jij samen met Jan van de Craats hebt geschreven voor het blad van Jenaplanscholen. Het kan toeval zijn maar laten we maar even optimistisch zijn en uitgaan van een causale relatie.
      De rekenmethode Reken Zeker lijkt mij een belangrijke doorbraak, parlementariërs dienen een wetsvoorstel in om het gebruik van rekenmachientjes te beperken, de lage kwaliteit van bepaalde HBO-opleidingen is aan het licht gekomen, Fontys is weer meer klassikaal les gaan geven in plaats van haar leerlingen alleen maar competentiegericht te laten werken, steeds meer hoor je weer het pleidooi voor traditioneel onderwijs…
      De succesjes zijn er, gedeeltelijk omdat anderen dezelfde problemen constateren en gedeeltelijk omdat enkele individuen met een grote intensiteit de problemen blijven aankaarten.

      Ik sluit me aan bij BWijntuin die opmerkte dat vroeg of laat de wal het schip zal keren. De vraag is ofdat er wel of niet schipsbreuk wordt geleden, ik heb goede hoop dat we op tijd wakker zijn geworden en dat het probleem nu vooral is dat bepaalde groepen die een erg comfortabele positie hebben gekregen niet zonder slag of stoot zich van hun troon zullen laten stoten.

  2. Moe…
    Uit beiden, post en reactie, klinkt een zekere vorm van moeheid. Moeheid van een aantal jaren strijd.
    De minister die niets of in ieder geval te weinig doet, omdat ze niet wil of niet weet waar te beginnen, zal er niets van merken. De tegenpartij lacht in zijn vuistje en dringt er nog een borrel op.
    De leraar gaat verder met zijn werk en denkt:’Jammer, Want die BONners waren toch wel leuk.’
    Ik voor mijzelf denk:’Het is winter, de donkere dagen van het jaar. In de lente, als de blaadjes weer aan de bomen komen, zal het wel weer over zijn’.
    Ondertussen denk ik verder over het kader waarin we ons bevinden, het neo-conservatisme van BON.

    • Niet juist
      Je vergist je. Dat is niet het kader van veel BONners.
      De politiek-ideologische of politiek-filosofische richtingen zijn hier gelukkig van allerlei soort.
      De korte discussie die je zo graag wilt Hals, heeft mij aangetoond dat het etiket neoconservatisme op veel manieren valt uit te leggen. Ik betwijfel of ook maar een Bonner zich aangesproken zou voelen door de ‘neo-cons’ uit de VS die zoveel ellende in de wereld hebben gebracht.
      Maak er geen halszaak van.

      • Ik las toch echt in een reactie…
        …dat onze voorzitter en oprichter van BON ook een neo-conservatief moet zijn. Daar sta ik niet gek van te kijken, want, Philippens, het gaat hier over het huidige neo-conservatisme, vrolijk progressief met behoud van het goede (Baudet).
        Verder maak ik er geen halszaak van, maar interessant is het wel. Zeker om over na te denken. Sommigen willen dat niet en blijven zitten in het schuttersputje waar ze zich jaren geleden hebben ingegraven. Je zou van een docent meer verwachten.
        (Niet aan jou gericht, Philippens.)

      • fraudeonverschilligheid en neoconservatisme
        Alles goed en wel, beste medebonners, maar als we ons niet meer interesseren voor “where did the money go?”, hoe gaan we dan die beter opgeleide docenten en die focus op kwaliteit realiseren? Neo-conservatisme, SP, PVV, allemaal heel interessant, maar gaat de “where did the money go” discussie daaraan niet ver vooraf?

        Wie we wel heel erg blij maken met onze gepassioneerde discussies over neo-conservatisme en optimale rekenmethodes, dat zijn natuurlijk de bestuurders en politici uit de meer respectabele partijen die zich door ons steeds minder bedreigd weten. Kloppende rekenmethodes of niet, zij verstaan de kunst van het rekenen en de gratuite gebaren uitstekend en draaien hun hand niet om voor het bedenken van maatregelen die onze invloed minimaliseren en hun macht consolideren.

        Aux armes, amis!

        • Te wapen, maar hoe?
          Wat gebeurt er in het ideale geval dat fraude openbaar wordt én erkend wordt. Het intelligentste wat onze minister kan bedenken is ‘boetes voor de school’.

          En dan?

          Er denkt toch niemand dat onze colleges van bestuur die boete van hun bonussen gaan betalen? Welnee! Er gaat een oekaze naar beneden om te bezuinigen, want we hebben een boete.

          Wij krijgen voortdurend van die bezuinigingsopdrachten: grotere klassen, nog meer administratieve lasten voor docenten, geen RT voor probleemgevallen. Meer ‘afdracht’ per vierkante meter voor je lokalen. Iedereen bedenkt was docenten er allemaal nog bij moeten doen. We worden uitgeperst als een citroen en -erger nog- we pikken het in de hoop heelhuids ons pensioen te halen.

Reacties zijn gesloten.