onderweg naar 2F: een ramp of ???

Onderweg naar 2F. Beste collega wiskunde- en rekendocenten. Op 16 november hebben we in Utrecht de conferentie “Onderweg naar 2F” o.l.v. het SLO gehad. Tijdens deze conferentie hebben we middels een aantal statistiekjes en cijfermateriaal kunnen zien wat de meer ervaren collegae eigenlijk al heel lang weten: de leerlingen in het VMBO, zowel basis, kader als TL leerlingen, komen met aanzienlijk achterstanden vanuit het PO bij ons binnen. Vooral bij basis- en LWOO- leerlingen is een Didactisch Leeftijd Equivalent (DLE) van 35 of minder eerder regel dan uitzondering. Oftewel ergens halverwege groep 6 of lager van het PO zijn ze blijven steken in hun progressie m.b.t. rekenen. Onderzoek op onze school heeft geleerd dat ruim 75% van de ingestroomde basis 1e klassers zich op of onder dat niveau bevindt. Maar zelfs kader en TL leerlingen komen met aanzienlijke achterstanden binnen. (Zo’n 66% tot 45%) Toevallig kreeg ik vandaag via een collega een mailtje van een directrice van een basisschool met de vraag waaraan leerlingen eigenlijk moeten voldoen om op voldoende niveau in te stromen in het VMBO. Ondanks al dit soort signalen, welke ook vandaag weer luid en duidelijk zijn geventileerd door nagenoeg alle collegae, heeft ons “Mysterie van Onderwijs” in haar wijsheid besloten dat al deze leerlingen in 2014 een rekentoets dienen af te legen op het niveau 2F. En, mochten ze dit niet kunnen halen, dan krijgen ze eigenlijk simpelweg geen diploma. Theoretisch is het zelfs mogelijk dat een leerling uit bv. Zorg en Welzijnbreed, die niet heeft gekozen voor wiskunde omdat ze daar nu eenmaal zwak in, summa cum laude zou kunnen slagen op grond van al haar cijfers maar vervolgens géén diploma kan krijgen omdat ze niet in staat is de rekentoets met goed gevolg te maken!!! Dit is werkelijk de waanzin ten top! Temeer omdat ons Mysterie deze eis oplegt aan het VO terwijl gemakshalve het onderliggend probleem pas later (hopelijk) wordt aangepakt. In bouwvakkertermen: het Mysterie begint ergens halverwege het huis op te bouwen maar de fundering is een zak lucht. Voor de goede orde: ik ben zeker voor een gedegen rekenkennis van al onze leerlingen, of ze nu in het VMBO of het VWO zitten. Maar jarenlang is verzuimd hiervoor een goed fundament te leggen. Het PO kreeg allerlei zaken opgelegd die ertoe hebben geleid dat de leerlingen het VO instromen met beduidende achterstanden op zowel reken- als taalgebied. Ook voor Havo leerlingen dreigt het 3F niveau een uitermate lastige klus te worden. Onderzoek van het AD afgelopen tijd heeft aangetoond dat, mochten de rekentoetsen reeds afgelopen examen zijn afgenomen, 15.000 leerlingen zouden zijn gezakt voor hun toets en dus geen diploma zouden hebben gehaald. Ik kan me niet voorstellen dat er collegae zijn die onze leerlingen trachten een goede opleiding te geven met in het achterhoofd het idee dat een aantal daarvan toch geen diploma krijgt omdat het nu eenmaal een dusdanige achterstand heeft opgelopen dat het nagenoeg onmogelijk aan de 2F eisen kan voldoen. En deze achterstand is bijna onmogelijk in te lopen. Het zou betekenen dat wij als VMBO docenten én zo’n 2 ½ jaar of meer basisonderwijs rekenen dienen aan te bieden én ook nog 4 jaar VMBO rekenkennis om van 1F naar 2F te komen. Oftewel 7 jaar rekenonderwijs proppen in 4 jaar aan, met alle respect, niet de meest hoogbegaafde leerlingen in het onderwijs. Kortom, het zoveelste Mysterie van Onderwijs legt het eveneens zoveelste koekoeksei in het inmiddels ernstig bevuilde nest van het VO. Waarop wij vervolgens, als dit onzalige plan uitdraait op een rampenplan, zoals het er nu naar uitziet, straks worden afgerekend omdat het aantal geslaagden dramatisch zal dalen. Waarbij overigens aangetekend dat op een eerdere conferentie luid en duidelijk werd vermeld dat aan de normering van de niveaus nooit zal worden getornd terwijl vandaag door een medewerker van het Steunpunt Rekenen en Taal al de suggestie werd gewekt dat bij teveel gezakten de normering wel zou worden aangepast. Waarom dit schrijven zult u zich wellicht afvragen. Ik ben van mening dat we nú met alle reken- en wiskundedocenten tegen dit onzalige plan in opstand dienen te komen. En niet eens zozeer voor onszelf maar eerst en vooral voor onze leerlingen. Met name een groot deel van onze VMBO leerlingen heeft het grootste deel van hun onderwijskundig verleden al aan de achterste mem gehangen en dreigt nu ook nog eens een schop na te krijgen. Simpelweg doordat onze leerlingen hun VMBO opleiding niet kunnen afsluiten met een diploma omdat het systeem heeft gefaald. Als we inderdaad willen dat deze leerlingen een betere kennis van rekenen gaan krijgen, en daar zal denkelijk iedereen het wel mee eens zijn, dan dient eerst en vooral er een goede basis te worden gelegd. Pas als een leerling voldoende kennis (1F niveau) heeft zullen wij in het VMBO er met enige kans op succes in kunnen slagen deze leerlingen op 2F te laten uitstromen. Hoe verder te handelen? Ik denk dat eenieder die haar/zijn stem tegen dit plan wil verheffen, moet proberen zoveel mogelijk collegae- en collega-scholen hierbij te betrekken. Dit kan door dit initiatief door te mailen aan alle scholen in jullie omgeving en/of naar alle reken- en wiskunde collegae. Vervolgens zouden al die collegae naar gelang hun politieke voorkeur, deze mail door kunnen sturen naar de onderwijsspecialist van de Kamerfractie van hun partij. Wellicht is de redactie van de Wiskunde E-brief bereid een en ander in petitievorm te gieten om langs die weg te proberen het Mysterie te overtuigen dat de nu ingeslagen weg een heilloze weg is. Ook zouden dagbladen in den lande met deze mail overstelpt kunnen worden zodat ook daar de aandacht nog eens extra op dit probleem wordt gericht. Erop vertrouwend dat jullie in grote getale hieraan jullie medewerking zullen geven. Met collegiale groet. H. Spoor

51 Reacties

  1. Welkom op dit forum Hans, hoe ruimen we de augiasstal?
    Welkom op dit forum Hans,

    Je schets een beeld dat veel collega’s zullen herkennen. Of het nu gaat om wiskunde, Nederlands of geschiedenis en of het nu de overgang van PO naar VO betreft of de studenten aan hbo en universiteit. Overal herkennen serieuze collega’s dat de binnenkomende leerlingen te weinig kunnen en kennen om aan de opleiding te beginnen. Overal worden noodverbanden gelegd en wordt de lat jaar na jaar verlaagd. Overal ook verdienen allerlei organisaties van de kleilaag miljoenen voor projecten die pretenderen het probleem op te lossen of verdienen marketingmensen aan het bakken van lucht, bedoeld om de mensonterende ellende te ontkennen.

    Je hebt gelijk: het begint in het basisonderwijs. Niet toevallig de plaats waar allerlei onderwijsvernieuwingen over de hele linie al sinds jaar en dag zijn ingevoerd. Zelfstandig en in groepjes werken, ieder kind op eigen niveau, compleet met handelingsplannen: in het PO is het gemeengoed.

    Desastreus in mijn ogen het de facto beleid om het zittenblijven af te schaffen. Zo komen kinderen bij jou binnen die het niveau van groep 6 amper hebben gehad. Ik weet dat onderwijskundigen ons bombarderen met onderzoeken waaruit zou moeten blijken dat zittenblijven kindermishandeling is en ook nog eens averechts werkt, maar ik ben blijven vertrouwen op mijn boerenverstand, precies zoals de zogenaamde onderzoeken die zouden moeten aantonen dat Nederlandse kinderen geweldig kunnen rekenen me er niet van af hebben kunnen brengen mijn eigen ervaringen serieus te nemen. De veranderde didactiek van het rekenonderwijs, het realistisch rekenen van het Freudenthal Instituut, is 30 jaar geleden begonnen bij de lagere school. Bij taal ging het bij het PO al decennialang er om toch vooral creatief te zijn of een powerpoint te kunnen rappen, in welke “taal” dan ook, in plaats van spelling, serieuze zinsopbouw en grammatica. In het VO heeft deze ontwikkeling ook plaatsgevonden. Je zult er alles van af weten.

    Het onderwijs is zo langzamerhand verworden tot een augiasstal, daar was ook, ik meen zelfs dertig jaar lang, iets fout gegaan. Bij BON zijn we nu zes jaar bezig, en we hebben eindelijk bereikt dat de roze wolk van de marketing is doorgeprikt. Er zijn werkelijk wat zaken veranderd, maar het gaat veel en veel te langzaam: in die zes jaar hebben miljoenen kinderen inadequaat onderwijs gehad: een ramp waarbij de eurocrisis in het niet valt.

    De vraag is wat we daaraan doen. Het liefste zou ik Hercules inhuren of BONman, al dan niet met Robin, BONcave en BONmobiel van stal halen. Maar we beschikken helaas niet over vergelijkbare superkrachten.

    Ik denk echter wel dat de toets waar je begrijpelijkerwijze tegen protesteert ons kan helpen. Niet omdat die commissie Meijerink nou zulk goed werk heeft verricht en zeker ook niet omdat dezelfde veroorzakers van de ellende door deze toets ongetwijfeld weer markt voor cursussen en projecten zullen kunnen ontginnen, maar omdat ik hoop dat deze toets de stal in beweging brengt in een andere richting dat die van competenties, portfolio’s, presentaties en samenwerkend leren. Dat is allemaal niet eerlijk tegenover de kinderen die die toets moeten maken: zijn hebben slecht onderwijs gehad en dreigen daar nu op te worden afgerekend. Aan de andere kant hoop ik dat de toets ook voor deze kinderen zal initiëren dat er serieuzer onderwijs zal worden gegeven. Het is nog minder eerlijk voor die kinderen om ze steeds door te laten gaan zonder fouten uit het verleden te proberen te verbeteren. De eerste paar jaren is dat een probleem, maar het zet in ieder geval iets in beweging en volgens mij ook de goede richting op. Als we die toets zouden uitstellen totdat er op het basisonderwijs (zonder de druk van die toets) iets zal veranderen, dan liggen Hercules en BONman al onder de groene zoden voordat er ook maar iets is veranderd.

  2. Mijn zoon moet nu leren rekenen.
    Mijn zoon (VSO 3 VMBO-TL) had bij de CITO-eindtoets voor rekenen/wiskunde een percentielscore 10. Met ingang van vorig schooljaar wordt er op zijn school 1 uur rekenles per week gegeven, leerlingen zonder wiskunde krijgen 2 uur rekenles per week. Inmiddels is er een tussentoets geweest; mijn zoon is het 1F-niveau gepasseerd en de docente verwacht dat hij aan het einde van dit jaar 3/4 van het niveau-verschil tussen 1F en 2F heeft overbrugd. In 2013 schijnen er pilot-toetsen te zijn en er wordt naartoe gewerkt dat mijn zoon daaraan kan meedoen en niveau 2F kan halen. Omdat mijn zoon op het VSO zit en er bij een paar belangrijke vakken vertraging is opgelopen zal hij zijn VMBO afronden in 2014. Ook als hij in 2013 2F heeft gehaald wordt voortgegaan met de rekenlessen om het niveau nog verder te verhogen. Tijdens de rekenlessen is het de bedoeling dat de verkorte algoritmen worden gehanteerd. Er komt nog aandacht voor de staartdeling. Ik ben heel blij dat er nu serieuze aandacht wordt besteed aan het reken-niveau op het VMBO en ik denk dat die examens daarvoor nodig zijn. Het lijkt mij beter dat u uw energie in het verbeteren van de rekenvaardigheden van uw leerlingen steekt. Ik vind het wel raar dat bij de vaststelling van het vereiste niveau (2F) VMBO BB, KB en GL/TL over een kam worden geschoren.

    • Sterker nog
      Sterker nog Kersje; ook MBO niveau 2 hoeft alleen aan F2 te voldoen. Er zit dus een brede marge in die niveaus. In de praktijk blijken de toetsen voor TL toch aanmerkelijk moeilijker te zijn dan voor Basis.

  3. Vanuit het MBO bekeken
    Beste Hans, ik kan me de wanhoop geheel voorstellen. Ook ik denk soms dat het misschien allemaal wat langzamer ingevoerd had moeten worden. Aan de andere kant is VMBO tegenwoordig géén eindonderwijs meer. Als je pleit voor een zachtere aanpak voor degenen die het nooit zullen halen, verplaats je de problemen gewoon.

    F2 wordt gezien als het MINIMALE niveau voor maatschappelijke redzaamheid. Dat zegt echt wel iets!

    Tevens vind ik dat het VMBO echt tot nu toe veel steken laat vallen. Hoe is het mogelijk dat wij leerlingen (mét een VMBO-diploma!!!!!!!) binnen krijgen die zowel voor Nederlands als voor rekenen onder (herhaal ONDER) 1F scoren……………….

    Ga ik praten op een toeleverend VMBO dan zie ik dat ze een enorm AVO-lokaal hebben waar een heel grote groep (tot wel 60-70 man) leerlingen zelfstandig aan zijn AVO-vakken moeten werken. Ze zijn allemaal hartstikke tevreden en o, wat werken ze lekker. Ik geloof er geen hout van gezien het niveau wat wij bij Techniek binnen krijgen (gediplomeerd op het VMBO !!!! Weliswaar niveau Basis, maar ook dat zou wat moeten betekenen).

    – Wat is een werkwoord? Bloem? Sneeuw? Auto? Géén idee!
    -11-4: Even mijn rekenmachine halen (opleiding Techniek!!!!)

    Ik begrijp heel goed dat het al in het basisonderwijs mis gaat, niet alleen bij rekenen, maar ook bij taal (mijn vak).Toch is de belangrijkste vraag hoe je zo’n desastreuze ontwikkeling een stevig halt toe roept. Het zielig vinden als zo’n lief zorgzaam meisje niet kan rekenen, of zo’n lekkere stoere boy niet kan lezen, is niet de oplossing.

    Volgens mij zit er maar één ding op: Leerlingen hun tekortvakken laten inhalen. Dan maar een extra jaar op het VMBO, met dank aan de zachte heelmeesters in het basisonderwijs. Je wilt je gediplomeerde leerlingen toch niet als maatschappelijk gehandicapten de wereld in sturen. En gehandicapt ben je, als je slecht bent in rekenen en taal.

    • Zo is dat Hinke,
      Sjoerd heeft jarenlang lopen roeptoeteren dat het VO moest gaan over de invulling van het ‘hoe’ en de minister over ‘het wat’. Nu is de minister duidelijk F2 en blijkt er al jarenlang wat mis te gaan met het ‘hoe’. Wat is de reactie? niet het ‘hoe’ moet worden aangepakt maar het ‘wat’. Ga toch weg. schei toch uit, zowel het PO als het VO moeten maar eens diep gaan nadenken hoe ze het ‘hoe’ gaan invullen om aan het’wat’ te kunnen voldoen en daar is geen enkel Mysterie bij.

      • Sjoerd=Sjoerd Slagter
        Maar laten we wel wezen: OC&W heeft het “wat” niet duidelijk gedefinieerd. Nergens niet.

        • Ho nee?
          Dat lijkt me onmogelijk. Als je het wat niet definieert kan je onmogelijk een toets bij elkaar sprokkelen. Bestaan er dan geen ‘eindtermen’ meer. F2 lijkt me zo een eindterm te zijn. Misschien kan je niet akkoord gaan met de inhoud van die eindterm maar dat let niet dat het wel degelijk gedefinieerd is.
          Is natuurlijk voor Sjoerd om huilie huilie te doen over het wat, hoeft hij zich ook niet te verantwoorden over het hoe.

          • Het gaat dus
            over de inhoud van de toets en dus niet over de eindterm 2F. Het gaat er bij jou dus over het toetsen an sich ( wat blijkbaar niet zou mogen). Bij mij gaat het om hoe de leerling wordt voorbereid op de toets. Enfin, vind Sjoerd wel lekker dat niet toetsen hoeft hij zich ook niet druk te maken over de voorbereiding en kan het VO gewoon verder gaan met de on- en onderbevoegde wiskundedocent voor de klas.

          • Beste Jesse
            als je over Sjoerd wil praten dan kan dat beter in je eigen huilie huilie draad.
            De problematiek in deze draad staat daar wat mij betreft los van. Het probleem zit hem in zowel in de voorgestelde inhoud van de rekentoets als in de omschrijvingen van Meijerink.

          • beste joost
            Wat ben ik blij dat we op dit forum eindelijk een ‘draadbeheerder’ hebben die iedereen vertelt in welke draad welke reactie past. Het maakt er mijn vrijwillige baantje van moderator een beetje gemakkelijker op. Verder wil ik in deze draad kwijt dat het mij geen moer kan schelen wat de inhoud is van de toets. Ik proef alleen maar dat het niet om de inhoud van de toets gaat maar om de toets zelf en dat is meer dan te laken. Het is onder ander dank zij de zogenaamde drempelloze instroom ( lees: de leerling hoeft geen VMBO diploma, dus examen gedaan te hebben, om in het MBO in te stromen, begint hij gewoon een niveautje lager) van het VMBO naar het MBO dat gezorgd heeft voor een desastreuze verlaging van het niveau in het MBO. Het CGO bracht uitkomst om de niveaudaling te maskeren. Tot de dag van vandaag, nu roepen dat er te weinig technici zijn is een gotspe. Ben ik toch nog in de huilie huilie draad.
            Als docent in VMBO en MBO heb ik een toets altijd gezien als een tussenstap bij de leerstof, toetsen of alles door iedereen begrepen is en als dat zo is dan hoeft geen enkele rechtgeaarde docent bang te zijn dat zijn leerling op een eindtoets die selectie in zich heeft, bang te zijn dat die leerling afgaat als een gieter.
            Voor mij geldt dat diegene die tegen een toets is, of het nu een tussentoets is of een eindtoets, dat diegene bang is dat niet de leerling door de mand valt maar hij of zij zelf. Immers als een representatief deel van de leerlingen niet slaagt voor een toets dan ligt het meestal niet aan de leerlingen, niet aan de leerstof, niet aan de toets maar aan de docent, die heeft dan gewoon slecht les gegeven. ( een wijze les van mijn oud leraar vakdidactiek) En laat dat nou net aan de hand zijn met de on- en onderbevoegden.

          • Inhoud van de toets
            De inhoud van de toets doet er natuurlijk wel toe. Die inhoud is niet goed. Dat hebben we hier op de BONsite besproken. Deze rekentoetsen zijn een coup van het Freudenthal Instituut. In de oproep van Hans Spoor zie ik dat bezwaar echter niet terug.

            Hans Spoor heeft wel gelijk dat het falen van het basisonderwijs nu bij het voortgezet onderwijs gedropt wordt. Hartstikke oneerlijk natuurlijk. Maar het alternatief is dat we een hele generatie leerlingen op rekengebied afschrijven. Lijkt me nog veel oneerlijker. Dus we moeten maar voor het minder erge alternatief kiezen: reparatie rekenonderwijs in het voortgezet onderwijs (het hoger onderwijs heeft de afgelopen jaren ook de wiskunde rotzooi van het voortgezet onderwijs mogen opruimen; dus het voortgezet onderwijs moet niet al te hard zeuren dat het nu op zijn beurt de rekenrotzooi van het basisonderwijs op moet ruimen). Wel moet er hard aan gewerkt worden dat dit tijdelijk is: het rekenonderwijs op de basisschool moet weer op orde komen. Daar zie ik nog te weinig van.

          • Hans1
            spreekt voor het VMBO. De rotzooi die in hoger onderwijs moet worden opgeruimd is in ieder geval niet zijn rotzooi. Maar waarom zou hijzelf de vinger richting het FI moeten wijzen? Niet zo makkelijk hoor binnen de NVvW met haar huidige bestuur. Ik vind dit al moedig genoeg.

          • Re: VMBO
            Het ging mij om het ‘rotzooi van het voorbereidend onderwijs opruimen’ in het algemeen. De klacht van Hans1 lijkt vooral te zijn dat het VO de rotzooi van het PO op rekengebied niet wil/kan opruimen. Dat het HO nu al jaren de rotzooi van het VO op wiskunde gebied op moet ruimen is denk ik dus wel relevant. Ook in de discussie PO-VMBO rekenen.

            Wie schuld heeft is vraag 1; vraag 2 is hoe we leerlingen leren rekenen. Als ze het niet in het PO hebben geleerd dan zal het VO dat toch echt moeten doen; we kunnen immers niet een hele generatie op rekengebied afschrijven.

          • @Mark79
            Mag ik hier aan toevoegen beste Mark dat ik zolang ik in het onderwijs sta en dat is al heeeel lang het VO vond dat het PO geen goede rekenleerlingen afleverde, en het MBO zei hetzelfde over het VO, ondanks alle vergaderingen die ik als brugklasdocent met het PO voerde en de besprekingen die ik met het MBO voerde als docent eindejaarsklassen in het VMBO, veranderde er niets. Wat dat betreft niets nieuws onder de zon.
            Ik wil niet twijfelen aan de woorden van de heer Spoor, maar als ik de criteria voor instroom in het praktijkonderwijs ( wat betreft leerachterstanden) leg naast wat hij schrijft over de instroom van leerlingen moet ik concluderen dat het hele VMBO bevolkt wordt met leerlingen die normaliter in het praktijkonderwijs moeten zitten. Ten minste wat betreft leerachterstand rekenen en taal.

          • @jeronimoon
            Dat klachten van alle tijden zijn wil niet zeggen dat ze af en toe niet terecht zijn….

            Ik kan alleen maar vanuit mijn eigen ervaring spreken: 5 jaar geleden toen ik uit Nederland wegging was het echt zo dat binnenkomende studenten op wiskunde gebied niets konden behalve knoppen op hun grafische rekenmachine indrukken. Dat was een jaar of 10 geleden (toen ik voor het eerst les gaf) wel anders.

            Gezien de gigantische en overduidelijke problemen met het rekenonderwijs op de basisschool kan ik me goed voorstellen dat qua rekenen het VO nu met hetzelfde probeem zit: instromende leerlingen die werkelijk niets kunnen op rekengebied.

          • Precies Mark79,
            knoppen drukken, en het is alleen maar erger geworden. Dirk Siersma, voorzitter van cTWO, zei dat een rekenmachinevrije onderbouw politiek niet haalbaar was, voordat hij me afwees voor cTWO. Iedereen kan zo zien wie de uitverkoop aan de rekenmachinefabrikanten heeft gestart. Wat Wilbrink Freudenthal ook (terecht mag) verwijten over zijn didactiek, Freudenthal zou dit nooit gesanctioneerd hebben. Als er niemand opgelet had was er nu een door TI gefinancierde leerstoel voor Technology Enhanced Learning op het FI geweest.

          • Overigens, met betrekking tot
            de toetsen van de Commissie Schmidt, ik heb de VO-raadrepresentant die aanwezig was op 12 april op de feiten gewezen. Hij verwees me door naar de vakinhoudelijke verenigingen, en die gaven (op bestuursniveau) vervolgens niet thuis. PVVVO, NVvW en VECON.

  4. Onbeperkt herkansen
    Een groot gedeelte van de pijn kan worden weggenomen door de scholier onbeperkte gelegenheid tot herkansen te geven, net zoals bij het theorieexamen voor je rijbewijs
    (Wilbrink & Hulshof, in reactie op Zwitser en Béguin, Examens, Tijdschrift voor de Toetspraktijk, eerstvolgende nummer). Op de promotie plechtigheid (www.beteronderwijsnederland.nl/node/7997) van Marian Hickendorff heb ik bij de CITO experts wederom een lans gebroken om dit idee de ondersteunen. Goede rekentoetsen worden met een druk op de knop gegenereerd met random gekozen getallen (en bestaan vanzelfsprekend ook niet uit multiple choice opgaven, gewoon antwoord invullen, klaar), dus technisch is er geen enkel probleem.

    • Onbeperkt herkansen heeft ook nadelen
      Hoe meer kansen mijn studenten hebben om een toets te maken, hoe slechter ze presteren. Reden: uitstelgedrag op twee niveaus. Op de eerste plaats stellen ze leren voor de toets uit, missen soms bewust de eerste toets of zien die toets als een probeerseltje om eens te kijken hoe de toets er uit ziet. In het verlengde daarvan is er uitstelgedrag bij het leren, ze missen lessen of zijn daar minder geconcentreerd. Verplicht meedoen aan extra lessen is maar gedeeltelijk een oplossing, ze moeten daar ook actief zijn en zonder direct pruber eigenbelang is dat maar de vraag.

      De vergelijking met theorie voor het rijbewijs gaat natuurlijk niet op. Voor een rijbewijs moeten de meeste kandidaten heel hard werken (en dan bedoel ik bij de supermarkt of de telemarketing). Leren voor het examen zelf kost daarentegen relatief weinig tijd, zeker in vergelijkng met leren rekenen. Theorie-examens zijn duur en schaars en naarmate de doorlooptijd dat voor het halen ervan langer is, lopen ook de kosten voor de rijlessen enorm op. Verder heeft dat theorie-examen heel direct en voor de kandidaat uiterst aanlokkelijke gevolgen: ze mogen autorijden, en wat is er leuker voor de gemiddelde puber dan dat (retorisch).

      Ik zie een dergelijke gretigheid nog niet ontstaan voor een rekentoets die op zn best garandeert dat je over een half jaar (of tig pogingen later) mag meedoen aan het VO-examen.

      • Het gaat mijns inziens niet om
        zo maar ’n toets maar om een rekentoets die vaardigheden toetst die op de basisschool al hadden moeten zijn bijgebracht. We weten allemaal hoe het komt dat dat niet gebeurd is. De rekentoets kan goedkoop worden ingericht. Je moet hem een keer halen en royaal de gelegenheid krijgen om dat te doen. Ik heb niets voorgesteld over toetsen voor andere vakken of vaardigheden en dat ga ik ook niet doen.

        • algemene bezwaren gelden ook in specifieke situaties
          Natuurlijk zeg je niets over andere toetsen (behalve het rijbewijs;-), maar natuurlijk gelden algemene bezwaren, juist omdat ze algemeen zijn, ook in specifieke situaties. Ik zie geen reden waarom deze specifieke situatie een uitzondering zou zijn. Misschien vergis ik me en zijn er wel degelijk argumenten waarom mijn bezwaren niet relevant zouden zijn, dan hoor ik t graag natuurlijk.

          Concreet: ik denk dat het aanbieden van veel herkansingen in deze situatie wel eens zou kunnen zorgen voor minder rekenkennis bij de kinderen, zowel voor degene die de toets halen als voor hen die uiteindelijk niet halen. Ook denk ik dat er bij veel kansen meer energie en geld wordt gebruikt, zelfs als de toets geautomatiseerd is. Dat geldt voor de kinderen alsook voor de docenten en de scholen. Ergens is een optimum. Eén kans lijkt me te weinig. Vijf lijkt me te veel.

          • Beste 1_1_2010,
            De reden dat dit wel een uitzondering is heb ik al gegeven. Ik laat het hierbij, ook omdat het wat mij betreft niet de zaak is waar het in de draad omgaat. Een concreet getal als compromis is waar ik in discussie met de CITO-mensen al op aanstuurde.

          • Aanvulling: Examens, november 2011, NR 4 pag. 26
            bevat een weerwoord op de reactie van de CITO-mensen op het eerdere artikel van Wilbrink en Hulshof in nummer 3 van hetzelfde blad. Daarin wordt een concreet voorstel gedaan. Ik weet niet of dit tijdschrift on-line beschikbaar is.

          • Online
            Ja, het tijdschrift is online (hier), maar alleen oude jaargangen zijn te downloaden. Het artikel van Wilbrink en Hulshof is overigens hier te downloaden van de website van Wilbrink.

          • Als een bruggetje naar wat hieronder komt
            is deze bijdrage in

            beteronderwijsnederland.net/node/8060

            interessant:

            “Het realistisch rekenen verpakt rekenen en wiskunde in betekenisvolle contexten. Deze zijn vaak talig en gecompliceerd. Er is een grote mate van intelligentie nodig om de kale bewerking uit de onoverzichtelijke wirwar van belangrijke en onbelangrijke informatie te halen. Dit weerhoudt zwakke rekenaars ervan om voldoende te kunnen oefenen met de rekenbewerkingen: de context zit het oefenen in de weg.
            Opmeer liet zich in 2005 kritisch uit over een aantal aannames die achter het realistisch rekenen schuilgaan. Hij stelt dat er te weinig aandacht is voor standaardprocedures en de interne structuur van de wiskunde. Ook heeft hij kritiek op de vele contextopgaven die veel algemene kennis en veel minder wiskundige kennis veronderstellen. Hij beweert dat hierdoor de realistische rekendidactiek in wezen discriminerend is, omdat het vooral geschikt is “de blanke middenklasse” en veel minder voor de zwakke of juist betere rekenaars.”

            Ik merk daar zelf nog bij op dat die realistische contexten vaak uit niet realistische duimen worden gezogen, zie

            beteronderwijsnederland.net/node/7883

            voor koffie en koeken in “realistische” context. Ook de reactie van Koeno Gravemeijer op Opmeer blijft de moeite van het lezen waard als het gaat om alle onzin betekenissen die aan het woord “realistisch” zijn toegekend. Redactie, is er een link?

          • Link
            Er is blijkbaar iets veranderd aan hoe de BONwebsite omgaat met links…… voorheen kon je ‘http’ gewoon weglaten, nu blijkbaar niet meer…

    • Ik krijg deze reactie:
      “Leerlingen die het slachtoffer zijn van slecht rekenonderwijs mag je daar niet voor laten boeten. Vandaar:
      – wie de rekentoets niet haalt zou recht moeten krijgen op gratis bijscholing.
      – wie de rekentoets niet haalt en toch een opleiding wil doen waar rekenvaardigheid een vereiste is heeft de plicht gebruik te maken van door de staat betaalde bijscholing.
      – overigens zouden ook leerlingen die de toets wel halen recht moeten hebben op gratis rekenscholing. Zij hebben voldoende gescoord bij de toets, maar dat betekent niet per se dat hun rekenvaardigheid op orde is.”

      Ik voeg daar zelf nog aan toe dat het feit dat het rekenonderwijs op de basisschool is uitgehold ook onder ogen gezien moet worden door de instanties die van OC&W de opdracht gekregen hebben om de tussendoelen voor de onderbouw in het VO opstellen, en ook door OC&W zelf bij het uitbesteden van zulke opdrachten in de toekomst. Zie in dit verband ook:

      www.beteronderwijsnederland.nl/node/7662

      Overigens, zeggen dat je iets net wil doen als in een andere situatie wil niet zeggen dat de problematiek in beide situaties hetzelfde is. Op discussies daarover ben ik hieronder verder niet ingegaan. De overeenkomst betreft de voorgestelde sine qua non regelgeving en het simpele feit dat er een voorbeeld is waarin onbeperkt toetsen kennelijk wel kan als het nodig is.

      Een gevaar dat nog wel vermeld moeten worden: het vroeg halen van de toets en het vervolgens afleren van de rekenvaardigheden door het gebruik van de rekenmachine. Gezien de verwevenheid van belangen is dit een serieus probleem. Een rekenmachinevrije onderbouw is immers niet haalbaar gezien de invloed van de fabrikanten.

      • Vroeg halen kan niet
        Want de houdbaarheid is beperkt: afhankelijk van de opleidingsduur variërend van 1 jaar (het minimum) tot (voor opleidingen die langer dan 2 jaar duren) de helft van de opleidingsduur. Bij een vierjarige opleiding kan de rekentoets dus op zijn vroegst in het derde jaar gemaakt worden, ander vervalt het resultaat voor het voltooien van de opleiding, en dan moet de toets opnieuw worden afgelegd.

      • Rekenmachine in de onderbouw kost niets
        Of bijna niets: een goede hoeft niet meer dan 10 euro te kosten, een goedkope merkloze met dezelfde functies (t/m log en sin etc) heb je al voor een paar euro. Daar worden de fabrikanten niet echt heel rijk van.

        Waar ze wel heel fors op verdienen zijn de grafische rekenmachines. De prijs daarvan wordt al jaren kunstmatig hoog gehouden, zo rond de 100 euro, met als enige verbetering een wat groter werkgeheugen, maar nog steeds bijna oneindig veel langzamer dan een beetje computer, terwijl praktisch alle andere elektronische apparaten in de loop ven de jaren na introductie een stevig dalende prijscurve vertonen, en bij computers daarnaast de snelheid exponentieel toeneemt.

        De grafische rekenmachine wordt evenwel niet in de onderbouw gebruikt.

        • Kunstmatig hoge prijs of gewoon vraag en aanbod?
          Ik denk dat de grafische rekenmachines zoals we die in Nederland gebruiken vrijwel alleen voor het VO worden gebruikt. Dus niet/nauwelijks in het hoger onderwijs en ook niet bij (technische) bedrijven.

          Die dingen veranderen ook nauwelijks. Allemaal ongekend in de wereld van de computers. Zou het niet zo kunnen zijn dat de blijvend hoge prijs en ontbrekende technische vooruitgang een signaal is dat ze verder, buiten de bovenbouw VO nutteloos zijn, en dat je je ook al om die reden kunt afvragen of een cursus TI of casio en officieel eindexamen (ik bedoel wiskunde A) wel enige zin heeft?

          • Moderne jeugd
            Vorige week werd ik na een test boos aangesproken door een leerling (pardon, student) die mopperde dat wij geen grafische rekenmachine toestaan. Reden: de gelijkstelling 16.400 + 0,03x = 17.000 + 0,025x zou daarmee véél sneller te berekenen zijn. De achterliggende reden bleek te zijn dat hij nu opeens anders moest werken dan hij altijd gewend was. Hoe zat dat ook alweer met ‘moderne’ jeugd?

          • Oplossen
            Lineaire vergelijkingen zoals Marten die geeft oplossen, volgens de inkomende studenten in mijn laatste jaar in Nederland (5 jaar geleden) gaat dat als volgt: ‘calc’, ‘intersect’ (dat bleken de knoppen op de grafische rekenmachine die je in moet drukken te zijn).

  5. @1-1-2010, nadelen van herkansen
    Je kunt er ook een competitieve draai aan geven: op school een sfeer creëren dat een leerling eventueel kan herkansen, maar ook de extra toetsmomenten kan aangrijpen om op een hoger referentie-niveau te komen dan in principe voor het schooltype vereist is. Op de school van mijn zoon gaan ze in ieder geval voor niveau 2S voor de VMBO-TL-mensen. Prima!

  6. Hoe is het zo gekomen?
    De problemen zijn veroorzaakt door de realistische rekendidactiek, waarbij gepoogd wordt van alle kinderen probleemoplossers te maken, terwijl ondertussen de basisvaardigheden zijn afgeschaft. Zie bijvoorbeeld

    www.beteronderwijsnederland.nl/node/7883

    Een groot probleem bij het herstellen van de schade is dat het bestuur van de Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren veel te nauw verweven is met het Freudenthal Instituut en andere ideologen van de realistische rekenkerk die haar didactiek tot staatsdidactiek heeft weten te maken, met als uiteindelijke gevolg de noodkreet van Hans1. Juist het bestuur van de NVvW zou moeten constateren dat de door de rekenmachine gedomineerde toetsen van de Commissie Schmidt geen rekentoetsen zijn, en rekenvaardigheid al helemaal niet toetsen. Ook als evaluatieve toetsen om na te gaan hoe effectief ons rekenonderwijs is zijn ze zo volstrekt ongeschikt. Op het BON forum is hier uitgebreid over bericht in de blogs van Wilbrink. Een prima overzicht is te vinden via staff.science.uva.nl/~craats/#Wilbrink

    Joost

  7. Beste Hans: F2
    Je hebt heel wat losgemaakt bij het ter discussie stellen van F2. Ik ben wel benieuwd naar je reactie. Ben je teleurgesteld dat we het niet met je eens zijn, ben je misschien zelf van mening veranderd? Reageer alsjeblieft eens op de draad. De kwestie zit jou hoog en mij ook. De oplossing is/was alleen verschillend.

  8. Discussie in wiskundEbrief
    Er is over dit onderwerp ook een discussie in de wiskundEbrief (nummer 581). Er zijn 2 reacties. De eerste is van Henk Pfaltzgraff (die o.a. 1 van de gespreksleiders was op de BON rekenconferentie). De tweede is van Frans Ballering die op de website van de NVvW over zichzelf schrijft:

    Ik heb 30 jaar gewerkt (ben nu met pensioen) op een lerarenopleiding en lessen in rekendidactiek gegeven.

    U kunt met behulp van deze informatie vast al uittekenen wat hun mening in deze kwestie is zonder de wiskundEbrief te hoeven lezen…

    De ‘raden’ mengen zich ook in de discussie (zie hier). Daar staat onder andere:

    Geen selectieve eindtoets rekenen en taal voor het vmbo-bb (basisberoepsgerichte leerweg), maar diagnostische toetsen. Ook mbo 2-leerlingen die niet aan het niveau voldoen, moeten toch een diploma kunnen behalen. Daarvoor pleiten de VO-raad, AOC Raad, MBO Raad en de Stichting Platforms Vmbo in een brief aan minister Van Bijsterveldt op 21 november.

    Overigens de eerste keer dat ik Stichting Platforms Vmbo tegenkom. Weer een subsidieclubje…..

    • Je kijkt inderdaad niet goed
      De NVvW heeft een lange lijst met links, daar staat de wiskundEbrief tussen (de VU Amsterdam overigens ook, maar vreemd genoeg is de link naar de afdeling informatica en niet naar de afdeling wiskunde; nog een overblijfsel van de tijd dat deze 1 afdeling vormden?).

    • NVvW rekenen
      Nu ik op de site van de NVvW (Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren) zocht zag ik toevallig ook de ze een rekenproject hebben. Met subsidie van het ministerie en in samenwerking met het Freudenthal Instituut…..

Reacties zijn gesloten.