Vraagteken.

Vraagteken.

Er zijn van die momenten dat mijn gedachten hun eigen weg gaan en ik zelf mijn gedachtengang maar moeilijk kan volgen. Ze springen over horden, nemen een afslag waarvan ik niet het minste vermoeden had dat die ook bestond, blijven een tijdje hangen op een rotonde om dan ineens dezelfde weg in te slaan als waar ze vandaan kwamen. Eindpunt is dan ook altijd een vraagteken, hoe kan het ook anders met dit soort weggetjes? Aanleiding tot deze rollercoaster was het opruimen van mijn computer door ‘overbodige bestanden’ te prullebakeren. En zo kwam ik bij een bestand dat ik ooit eens van het net heb geplukt met als inhoud een pleidooi voor het competentie gericht onderwijs, waarin natuurlijk de halfwaardetijd van de kennis als uitgangspunt werd genomen. Mijn hersenen maakten een sprongetje.

Jarenlang heeft de overheid en onderwijsbestuurder geloof gehecht aan de uitspraak ‘kennis heeft een halfwaardetijd van drie jaar’. Daardoor heeft ons onderwijs op alle niveau’s een hervorming kunnen doormaken die er op neerkomt dat wij leerlingen hebben opgeleid met de gevleugelde uitspraken ‘zoek het eens op’ bij Google en ‘tik het eens in’ op de rekenmachine. Wat ons ten zeerste in dank is afgenomen door onze pupillen. Want wat is er makkelijker om een schijnbaar alleswetende machine het werk te laten doen. Werkstukken werden bij elkaar gegooled, hoe dicht komt het woord bij ‘gegoocheld’, en er werd ‘geknipt en geplakt’ dat het een lieve lust was. Gedrag, vooral presenteren en feedbacken werden belangrijke componenten in ‘het nieuwe leren’. Evenzo belangrijk, om niet te zeggen wat nog belangrijker werd, was het opstellen van plannen. Een leerplan, een persoonlijk ontwikkelingsplan, een persoonlijk actieplan, een persoonlijk handelingsplan, een stageplan noemt u ze maar op. Er wordt wat afgepland in dit land, dat van de meeste plannen niets terecht komt, omdát het een plán is, oftewel een voornemen tot…, blijkt niet door te dringen. Aan het woordje ‘kennis’ kwam een vieze, muffige spruitjeslucht te hangen.

En plots vroeg ik mij af wat de halfwaardetijd van kennis betekent voor de toekomst van onze jeugd. Probeert u mijn hersenspinsels te volgen. Aangezien het voor de gemiddelde Nederlandse leerling doodzonde is om tijd te verspelen aan iets te leren, zo u wil kennis van iets op te doen, omdat een en ander toch gemakkelijk is op te zoeken op het internet, ontstaat er bij de gemiddelde Nederlandse leerling op den duur een wat ik dan maar noem status quo in zijn kennisontwikkeling. Hij weet dat er wel een eerste en een tweede wereldoorlog is geweest bijvoorbeeld maar de data van dit wereldgebeuren zoekt hij op omdat dit kleine gegeven een overbelasting is van zijn mogelijke geheugencapaciteit en hij er toch niets mee opschiet. Temeer daar zo stilaan en sluipenderwijs de Vaderlandsche geschiedenis gesubsidieerd vervangen wordt door de Europese geschiedenis. Een gevolg hiervan is dat 4 en 5 mei op den duur abstracte begrippen worden zonder inhoud, of het zou moeten zijn dat ‘vrije dag’ inhoud is. Geen hond die er ook maar aan zal denken om op Google op te zoeken wat de betekenis ooit is geweest van de 4 en 5 mei viering.

En zo gaat het met heel veel zaken die vallen onder de halfwaardetijd en dus niet nodig om op te slaan in het geheugen, laat staan in het collectief geheugen. Na verloop van tijd geven we ons over aan de machinewijsheid die fragmentarisch en in veelvoud informatie genereert, verbanden tussen de informatie, wat te bestempelen is als ‘kennis’, is niet meer aanwezig, en nog erger er zijn dan nog weinig over die de verbanden aan kunnen brengen, mensen zoals leraren bijvoorbeeld. En boeken, boeken waarin zin na zin, langzaam maar zeker, argument na argument, mening na mening, kritiek na kritiek kennis wordt opgebouwd. Maar ja, te lang, te vervelend, te saai, en vooral op Google is het samengevat op één hooguit twee pagina’s en direct in het werkstuk te plakken, als het werkstuk maar een zesje opbrengt, het gemiddelde waar de Nederlander best tevreden mee is. Blijkbaar leren we onze jeugd niet meer dat luiheid ook het oorkussen van de duivel is en de duivel in dit geval staat gelijk aan domheid.

Ik heb gelachen met de uitspraak dat het licht zou uitgaan als we in 1999 onze computers, printers, videoapparatuur en al de rest waar een chip in zat niet zouden aanpassen aan het millenium. Eerlijk waar bij mij brandt al meer dan 11 jaar het licht nog gewoon, doet mijn hele oude PC het nog steeds en mijn printer heb ik weggegeven aan iemand die hem nodig had en geen geld. Alles prima in orde zonder enige milleniumaanpassing. Gebulderd heb ik met Timmermans die met uitgestreken gezicht beweerde dat niet alleen het licht zou uitgaan maar ook nog een derde wereldoorlog voor de deur zou staan als ik in het referendum tégen Europa zou stemmen. Niks aan de hand dus.

Maar wat zal er straks gebeuren als onze wijsheid, ons nationaal en sociaal geheugen, zich ergens draadloos in een wolk bevindt, een wolk die de eigendom is van ‘iets’ die de wolk-alleenheerschappij heeft, ook als je een kijkje wil nemen in jouw eigen bestanden?

Zie je wel, het eindigt altijd met een ?.

J. Jeronimoon

1 Reactie

  1. Prachtig!
    Ongekend weer Jeronimoon. Ik haal er één zin uit. Ik zal proberen die te onthouden: “En zo gaat het met heel veel zaken die vallen onder de halfwaardetijd en dus niet nodig om op te slaan in het geheugen, laat staan in het collectief geheugen”

    De koppeling van het individuele geheugen met het collectief geheugen is een inzicht waar ik wijzer van ben geworden. Het ontmantelen van dat collectieve geheugen doet me ernstig vrezen voor de toekomst. Dat het onderwijs daaraan instrumenteel is geweest maakt me woest.

Reacties zijn gesloten.