De nrc bericht vandaag dat wethouder Asscher van Amsterdam de Amsterdamse scholen wil verplichten alle vraag te accommoderen door zo nodig extra klassen te vormen.
Er is een onderwijsmarkt aan het ontstaan die tot allerlei on-Nederlnadse toestanden aan het leiden is. Als het voorstel van Asscher beleid wordt, dan zou het zomaar kunnen gebeuren dat de categoriale gymnasia aan hun eigen ‘succes’ ten onder gaan. Dan is aan het eind van de dag niemand wijzer geworden van de kwaliteitskaarten en hitlijsten.
Vraag mij waar dit toe gaat leiden: ik heb geen flauw idee. Het lijkt erop dat de geest uit de fles is en dat er een vrije markt gaat ontstaan van onderwijs. Dat is iets anders dan de overheidsgarantie van kwalitatief goed onderwijs voor iedereen die daarvan goed gebruik kan maken.
Ik zie hier geen goede oplossing voor. Ik ken geen politieke partij die hiervoor een goede oplossing heeft. Dan gaat het dus voor iedereen een race naar de top worden, zonder dat daardoor het aantal plaatsen aan die top groter wordt. Maar daar is het publieke onderwijs toch niet voor bedoeld?
Kan niet
Begrijpt Asscher niet dat het onmogelijk is voor scholen om maar willekeurig veel extra klassen te vormen?
Denkt Asscher de woningnood in Amsterdam op te lossen door woningbouwverenigingen te verplichten ‘alle vraag te accommoderen door zo nodig extra woningen te vormen’? De files op te lossen door rijkswaterstaat te verplichten ‘alle vraag te accommoderen door zo nodig extra wegen te vormen’? Waar moeten die woningen en wegen dan wel niet komen? Evenzo: waar moeten die klaslokalen dan wel niet komen? Waar moeten die vakkundige leraren dan wel niet vandaan geplukt worden?
bizar machtsgebruik
Het bizarre van het initiatief van Asscher is dat hij een oneigenlijke invulling geeft van de gemeentelijke taak om voor de huisvesting van de scholen te zorgen. Hij zou bij voorbeeld in plaats van de scholen te verplichten voldoende lokalen bij te bouwen om aan de aanvraag van leerlingen te voldoen ook als optie het opsplitsen van scholen kunnen aanbieden. Het is mij ook niet duidelijk of zelfstandige gymnasia zich tegen ongewenste groei zullen kunnen verzetten door de toelatingseisen te verzwaren. Die kunnen zo hun resultaten verbeteren en dat is nodig om naar proefvertalingen van voldoende niveau terug te keren. Voor brede scholengemeenschappen bestaat die mogelijkheid niet. Een vrije onderwijsmarkt is alleen wenselijk als zij goed zou kunnen functioneren. (Hier staat eigenlijk een contradictio in terminis). En dat kan pas als er naast de bestaande scholen nieuw opgerichte scholen kunnen komen die iets anders kunnen aanbieden. Een fabrikant moet aan kwaliteitsverbetering kunnen doen en dat geldt ook voor onderwijsinstellingen.
Seger Weehuizen