Heeft verzet tegen CGO nog zin?

Onlangs had ik een gesprek met collega’s van andere scholen over het CGO. Heeft verzet tegen CGO op dit moment nog zin? Ik speel nu even advocaat van de duivel, maar ik word graag tegengesproken.

Hoewel veel verstandige mensen vinden dat dit een gedrocht is, zijn inmiddels al veel collega’s met het spel mee gaan doen. Ze kunnen ermee uit de voeten en doordat zij het CGO met veel energie hebben moeten aanpassen aan de werkelijkheid zijn ze ook een soort van medeplichtig geworden.

Het CGO is zo goed als overal ingevoerd. Terugdraaien betekent op dit moment opnieuw een ‘vernieuwing’. Daar zit niemand op te wachten.

Ondanks het CGO is er ook een tegentrend naar meer kennis zichtbaar. Doorlopende leerlijnen taal en rekenen zijn daarvan een voorbeeld. Als deze trend kan worden omgezet naar de eis voor Centrale landelijke examens, dan zijn we er ook. Dan bepaalt de overheid weer het ‘wat’ (objectief en meetbaar, zoals b.v. het Cito doet) en bepalen de schoolteams (dus niet de directies) het hoe. Vergelijkend warenonderzoek doet dan de rest.

Laat je mening eens horen!

31 Reacties

  1. Reaktie
    Laat ik maar eens de spits afbijten. Als verzet tegen het cgo als zodanig weinig zin meer heeft kun je als docenten bij de uitvoering ervan misschien nog veel doen. 1. Dwing inspraakmogelijkheden af. 2.Aanhangers van het cgo roepen altijd dat dit niet hetzelde is als “het nieuwe leren”. Probeer het cgo zo veel mogelijk te ontdoen van de onzinelementen van dat nieuwe leren. 3. Onderwijskundige Marijke (ik ben haar achternaam even vergeten) riep op het eerste BON congres dat het een misverstand is te denken dat het nieuwe leren geen kennisoverdracht zou inhouden. Probeer het kenniselement zo veel mogelijk te versterken. De door jou genoemde doorlopende leerlijnen bieden daarbij wellicht een goed aanknopingspunt. 4. Laten we ons sterk blijven maken voor landelijke examens.

    • Buig cgo om in je voordeel
      Ik ben het met b.verkroost eens. Mijn (leraren)opleiding is oppervlakkig gezien competentiegericht, maar we waren wel mooi de eerste universitaire lerarenopleiding die een kennistoets invoerde.

      Wat het idiote is van competentiegericht leren, hoef ik hier nauwelijks te bepleiten. Dat het concept door zijn elasticiteit (en misschien wel oneigenlijk gebruik) ook gelegenheid biedt tot echt goed onderwijs, is wat ik wil bepleiten.

      Algemeen gangbaar is de opvatting dat competenties bestaan uit kennis, vaardigheid en attitude.

      Het risico is dat we die ‘vaardigheid’- en áttitude’-component zien als hoofdmoot, en dat we daarom volstaan met leuke opdrachtjes (waarin leerlingen een ‘vaardigheid’ demonstreren) en reflectieopdrachten (waarin leerlingen een ‘positieve attitude’ tentoon spreiden).

      De kans bestaat hierin dat we de kenniscomponent van de ‘competentie’ serieus nemen en daartoe een valide toetsing bepleiten. Voilá: kennistoetsing.

      Van de ‘vaardigheidstoets’ moeten we niet niet een simpel opdrachtje maken waar leerlingen tijdens de lessen (of studenten tijdens hun colleges) gemakkelijk de hand mee kunnen lichten. Maak een serieuze transfertoets waarin leerlingen/studenten hun kunnen demonstreren. En stel de prestatienormen hoog.

      Meet de attitudes – en beschouw ze als feedback op het onderwijsproces. Geef ze wegingsfactor 0,1. We leiden leerlingen niet op om positief te denken over ons onderwijs, maar om er de vruchten van te plukken.

      • Attitude is niet aan te leren
        Je kunt leerlingen wijzen op een acceptabele beroepshouding, maar je kunt het niet aanleren, zoals je het machinaal verspanen, het spellen van de werkwoorden of het uitrekenen van het noodzakelijk draagvermogen van een balk kunt aanleren.

        Wij hebben altijd aandacht besteed aan de werkhouding van de leerlingen. Beleefd zijn, op tijd komen, niet met je handen in je zakken, kijk mensen aan als je met ze praat, wees zuinig op je gereedschap, maak eens een praatje met collega’s enz. enz. Het is alleen ondoenlijk op die houdingsaspecten als geïntegreerd onderdeel van de beoordeling op te nemen. De vraag dient zich dan aan: als iemand niet kan samenwerken (trouwens uiterst subjectief!) mag hij dan geen loodgieter/ICT-er of kassajongen worden????

  2. Ja, Ja en nog eens Ja
    Vergis je niet. Het CGO is het vehikel waarmee de onderwijsbestuurder een deel van het MBO in de uitverkoop doet. Binnen enkele jaren is niveau 1 en 2 overgeheveld naar het bedrijfsleven die druk bezig is zich te organiseren in de nieuwe bedrijfsscholen, sla de geschiedenis van de uitbuiting in de oude bedrijfsscholen er maar op na om te weten wat onze leerlingen dan te wachten staat. We hebben zelf kunnen horen dat het MBO niveau 4 wil opwaarderen naar een flauw aftreksel van het HBO, wat de volgende stap is. Ga voor de gekkigheid eens op de stoel zitten van de bestuurder. Die lastige en dure niveau 1 en 2 leerlingen weg ( praktijklokalen weg, sociaal en maatschappelijke problemen weg, minder spijbelaars en voortijdige schoolverlaters, lokalen die leegkomen en die kunnen verhuurd worden als kantoorruimte enz…)
    Op veel scholen is er nu de tendens om de kennisfactor te vergroten, alleen moet dat nu gebeuren in de helft van de tijd wegens de verplichte stages, en het management doet alsof het CGO is, een val waar we niet in moeten trappen. Wat geruisloos door ons wordt goedgekeurd is uiteindelijk met veel moeite misschien te keren, het mooiste voorbeeld vinden we terug in het basisonderwijs eerst WSNS dan de brede school en nu het passend onderwijs, en wat gedacht van het realistisch rekenen? Ja het verzet moet blijven want CGO is GEEN beter onderwijs

    • Heeft dat met CGO te maken?
      Ik deel je zorg Jeronimoon. Ook ik zie de tendens dat de MBO’s best afwillen van de leerlingen in niveau 1 en 2. Ook de ontwikkeling naar bedrijfsscholen zie ik met angst en beven tegemoet, want op die scholen is echt geen plaats voor de lieverdjes die zich bij ons melden voor de BOL 2. Wat dat betreft is de economische crisis nog enigszins een zegen.

      Wat ik niet zie is de link tussen deze tendens en het CGO. Je bent als school vrij om het CGO invulling te geven. De verplichte stages zijn bijvoorbeeld bij mij op school niet langer geworden en het concrete aanbod aan lesuren is zelfs hoger geworden. Wel is er bij de BBL een nauwer contact met de bedrijven. Ik vind dat wel positief. Nog steeds ben ik een tegenstandster van CGO, maar wij hebben wel een werkbare modus gevonden. Beter onderwijs ondanks het CGO zou ik het graag noemen.

      Mijn grootste bezwaar tegen het CGO nu is het feit dat de diploma’s volstrekt ongelijkwaardig zijn. Centrale examinering zou dat kunnen oplossen.

      • Het verband
        5 jaar geleden gaf ik les aan zowel niveau 2 BBL als niveau 4 BOL. De jongens en meisjes van de BBL gingen 4 dagen werken en 1 dag naar school. De laatstejaars van niveau 4 liepen 2 maal 3 weken stage. Om het CGO goed in te kunnen voeren moest de stagecomponent omhoog. Ondertussen is de stage voor de hele BOL vnaf het eerste jaar minimaal 40% van de lestijd ( 2 volle dagen per week). Ik heb toen gewaarschuwd dat wij de opleiding van onze leerlingen in de handen van het bedrijfsleven legden wat wel eens funest zou kunnen als de markt in zou zakken. En zie zo geschiedde. Wat er in de scholoen nu ook gebeurt omtrent kenniscomponent ik hou mijn hart vast. De bestuurder gaat er vanuit dat het CGO is ingevoerd volgens de regeltjes van de lobbyisten, de vinger van het bedrijfsleven is ondertussen een hele hand in de pap geworden en gaat alsmaar door nog even en het MBO als “schoolse opleiding” bestaat niet meer en ook een centraal examen zal daar niets aan verhelpen. Elk conglomeraat van bedrijven zal door de samenwerking met een ROC (crebo-nummer) zelf deze examens op de werkvloer kunnen organiseren. Onder hun werknemers loopt er wel iemand rond die een uurtje wiskunde en taal per week kan verzorgen. En als de exameneis even ‘zwaar’ wordt zoals omschreven in de profielen is een half uurtje per week ook wel genoeg om de leerling binnen het bedrijf goed voor te bereiden op het examen. Jawel ik ben pessimistisch, het MBO is op sterven na dood, en dat dank zij het CGO

  3. polderland of tolerantieland
    Bij mijn terugkomst van een vakantiereis in Syrië trof ik deze uitstekende discussie aan. De kern van de discussie was: geef de strijd op om de invoering van het competentiegerichte leren in het MBO op en sluit je aan bij de krachten en gedachten die er op gericht zijn de negatieve gevolgen ervan verminderen en zelfs tot een hybride systeem zouden kunnen leiden.
    Met dat laatste zou weer een oer-Nederlandse polderoplossing bereikt zijn. Ik vind niet dat BON daaraan zou moeten bijdragen. Vóór de invoering van de Mammouthwet waren er 2 verschillende diploma’s waarmee men een akademische studie kon beginnen: dat van de 5-jarige HBS waarin klassieke vorming ontbrak en het klassieke gymnasiumdiploma. Het systeem werkte naar tevredenheid. Op dit moment geven de EG-diploma’s van elke Europese lidstaat die toegang geven tot het universitair onderwijs in die staat ook toegang tot de universiteiten van alle EG-staten. Een Nederlandse student die in België natuurwetenschappen studeert heeft op deze website beschreven dat de kwaliteit van zo’n diploma ten onrechte irrelevant is. Het blijft natuurlijk raar dat Nederland zich nauwelijks bekommert om de kwaliteit van zijn toelatingsexamens tot de universiteiten maar het biedt wel een precedent voor het toestaan van inhoudelijke en qua niveau verschillende diploma’s waaraan dezelfde rechten verbonden kunnen worden. Ik denk dat BON ook deze kaart moet spelen en een gevecht voor het open houden van de mogelijkheid tot opleidingen voor MBO-diploma’s waaraan geen competentiegerichte opleiding verbonden is moet aangaan. Het aanvaarden van de VERPLICHTING van CGO maakt het in de toekomst immers extra moeilijk om degelijke ouderwetse MBO-opleidingen her in te voeren. Laten wij ook de spandoek “Nederland tolerantieland” voeren.
    Seger Weehuizen

  4. In het verzet?
    Je vraag houdt me al een aantal dagen bezig Hinke.
    Bij de vernieuwlingen die ik zelf heb meegemaakt speelde dezelfde vraag een rol.
    In de beginfase geef je de zoveelste vernieuwling het voordeel van de twijfel omdat je uitgaat van de goede wil en het goede oordeel van de bedenkers. Vervolgens zie je de zaak de soep indraaien en zit je met het gevoel dat je dat van tevoren had kunnen zien aankomen. En achteraf verklaar je jezelf voor gek dat je eraan hebt meegedaan.
    Zelfs als je een aantal medestanders hebt is het ondoenlijk om dwars te blijven liggen. Je wordt vermalen door de Moloch en de onnozele meelopers.
    Mijn eigen houding werd die van het passieve verzet. Laat ze maar l.llen; ik doe mijn werk in de klas op de manier die ik zelf verantwoord vind en de rest kan me aan de r..t roesten. Actief verzet kan je de kop kosten; passief verzet kan er voor zorgen dat je het plezier in je werk houdt; actief collaboreren is voor verraaiers. en luchtfietsers.
    Onderwijs is een mooi vak maar dat is geen reden om onderwijzers de vernieling in te helpen.
    Máár, na de verloren oorlog heeft iedereen in het verzet gezeten.

    • Controle
      Ik merk dat het simpel je werk doen in de klas steeds moeilijker wordt. Je wordt gecontroleerd of je het wel doet op de manier “die we toch met z’n allen hebben afgesproken”. En daarop word je in functioneringsgesprekken aangesproken en worden “verbeterafspraken” gemaakt.
      Passief verzet lukt in heel veel gevallen niet meer.

      • passief verzet
        Tenzij een hele groep cursisten les willen en dat aan de directie melden met een brief………..door allen ondertekend. Dan worden plots de mogelijkheden heel anders en als dan ook nog door deze studenten gevraagd wordt of docent X nog even niet met pensioen wil gaan, dan worden opeens de kaarten in heel het instituut geschud.
        Pracht werk Jongens van Automotive! Dit voorbeeld verdient navolging bij andere instituten.

        • Goede draad?
          De fine fleur van dit forum is in deze draad aanwezig en dan valt me de uitkomst tegen. Slechts Jeronimoon geeft hier te kennen de ernst en omvang van de problemen te begrijpen. Het gaat om een paar honderduizend leerlingen.
          Ik ben van mening dat dat hele bbl x cgo nu al geen moer meer met onderwijs te maken heeft. Alleen omdat deze nepgevels in die sector staan wordt het onderwijs genoemd. Ik snap verdomd niet waarom leraren deze toestanden pikken.
          Wat zei Mak ook weer? “Die kinderen groeien, net als ooit hun ouders, meestal uit tot prima werkers, gewaardeerde medeburgers en nog zo wat”. Precies: het is groeien en nog zo wat, met leren heeft het niets te maken.
          Verzet tegen CGO?
          Opa, waar was u toen het werd ingevoerd? Ja jongen, ik dacht, in mijn klas zal ik wel zorgen dat het zo’n vaart niet loopt. Ik heb ze toen stiekum echte dingen geleerd en dat toen kenniscompetenties genoemd. Maar veel kon je in je eentje niet doen. Je kan het je nu niet meer voorstellen, maar toen vond bijna iedereen het een goed idee. Er was een club die zich verzette, hoe die heette ben ik vergeten. Daar ben ik nog lid van geworden, onder een schuilnaam, want het was niet zonder risico.

          Willem Smit

          • Uitkomst
            Net als Hendrikush loop ik al een tijdje na te denken over deze vraag. Maar ik weet waarachtig niet wat je als individuele docent zou kunnen doen, mocht je niet met de CGO-trein mee willen. Ik vind je laatste verhaal (opa … risico) dan ook een onterechte sneer richting docenten die echt wel anders willen, maar niet kunnen.
            Ik heb lange tijd onder een ROC-paraplu in het VAVO gewerkt en prees mezelf gelukkig dat die hele CGO-trein aan mij voorbij ging. Tegelijkertijd zag ik welke mechanismen er werk(t)en en als individuele docent is het inderdaad vechten tegen de bierkaai.
            Verzet tegen CGO? Indien ja, dan toch echt georganiseerd en op basis van valide gegevens. Als éénling je kont tegen de krib gooien wordt wel heel moeilijk. Ik kan me daarom goed voorstellen dat het zoveel mogelijk proberen ‘gewoon’ les te geven onder de naam CGO als een “second best” optie wordt gezien. Het grappige (maar eigenlijk droevige) is dat dat nu juist gebeurde bij teams/opleidingen die als voorlopers enthousiast het CGO hadden omarmd. Op een flink aantal onderdelen (vakken) werd na verloop van tijd weer ‘ouderwets’ les gegeven en toetsen afgenomen. Misschien is het daarom slechts een kwestie van tijd en kan BON, door op de juiste kritiekpunten te blijven wijzen, dat omkeerproces nog wat versnellen.

          • @geschiedenisleraar
            Vergeet niet dat in 2010 CGO gebombardeerd wordt tot een wettelijke verplichting. We kunnen dan met zijn allen denken dat we een beetje onze eigen weg gaan, no way. Wat nu lijkt op een terugtrekkende beweging van bestuurderen en lobbygroepjes is niet meer of minder dan hergroeperen. Zolang er geen wettelijke verplichting is tot centrale examens, de dossiers met de voorgeschreven competenties niet zijn verdwenen, de onbevoegde instructeurs zijn weggejaagd uit onze lokalen tot zolang bestaat en is er CGO, wat je als docent ook doet, welke middenweg je ook kiest, Het MBO schurkt aan alle kanten tegen anderen aan, aan de onderkant tegen het VMBO voor een verlengde VMBO opleiding, aan de bovenkant voor een uitgekleedde niet noemenswaardige HBO opleiding en aan de zijkanten tegen het bedrijfsleven. Het CGO is de sterftehuisconstructie voor het MBO.

          • Meisjes?
            Eerst zeuren over een gelijkwaardige plaats in de samenleving en dan schuilen achter de rug van de jongens?

          • actie jongens!
            Nee, ik ben niet iemand die me ooit verschuild heeft. En ook niet gezeurd over een gelijkwaardige plaats. Meermalen heb ik mij staande gehouden tussen enkel jongens en mannelijke collega’s. Ja dat was in die tijd bij wiskunde! Nu daag ik jongens uit om met actie te komen. Waar zijn ze, die jongens? Laat van je horen!

          • MBO jongens
            MBO jongens zijn niet zo eloquent, zeker niet die van de lagere niveaus. Van hen kun je echt geen publicitaire ludieke acties of iets dergelijks verwachten. Ze zullen hun ongenoegen eerder op een negatieve manier laten blijken (spijbelen, grote mond naar de leraar, vandalisme en dergelijke). Dat helpt ze van de drup in de regen natuurlijk. Deze jongens hebben het nodig dat anderen voor hen opkomen.

          • helaas
            helaas heb je gelijk………en als je op een “verkeerde” manier voor hen opkomt dan heb je een berisping aan je broek in het gunstigste geval……….

  5. Verzet maar wel verstandig
    CGO is de kapstok gebleken van een enorme erosie van de onderwijsinhoud, het budget van de onderwijsuitvoering, de kwaliteit van de leerkrachten etc. Verzet is en blijft noodzakelijk en ik sluit mij aan bij Jeronimoon. Tegelijk hebben veel docenten zich aangepast, er heeft substitutie plaatsgevonden. Je komt dus meer geïsoleerd te staan en daar moet je mee oppassen. Inhoudelijk heb je wel gelijk maar we moeten verder is veel gehoord. De vorm van het verzet dient rekening te houden met dit feit.

    • Helemaal niet geïsoleerd
      Het tegendeel is eerder het geval. Ik merk in mijn ongeving juist dat collega’s die niet bij voorbaat negatief, en ook niet kritisch, tegenover het CGL stonden (noem het niet CGO, want competentiegericht “onderwijs” is geen onderwijs), steeds meer geconfronteerd worden met de negatieve kanten ervan.
      Zoals daar zijn: de toegnomen administratieve last vanwege doorlopende leerlijnen, portfolio’s, reflectieverslagen, evaluaties, proeven van bekwaamheid en alles wat verder met het “bewijzen” en “”borgen”” van competenties te maken heeft, de tijd die voor dit alles benodigd is en die dus niet direct ten goede kan komen aan (de kwaliteit van) het onderwijs, zoals lessen, lesvoorbereiding en leerlingbegeleiding, en last not but least de uitholling van het eigen vak.
      Verder laat ik mij de kans niet ontgaan er op te wijzen wanneer iets de schuld is van het CGL. Wel mee oppassen natuurlijk, niet alle misstanden in het onderwijs zijn het gevolg van het competentiegericht leren.

  6. Competenties wel goed voor meisjes…
    Ik neig te geloven dat het competentiegericht onderwijs wel degelijk aansluit bij het leergedrag van grote groepen meisjes en ook voor bepaalde vakken. Eerder is dat op dit forum uitgebreid aan de orde geweest.
    Misschien moeten we inderdaad onderscheid maken en opmerken dat het competentiegericht onderwijs voor bepaalde vakken niet werkt en voor andere vakken weer wel, voor de meeste jongens niet, maar voor de meeste meisjes wel.

    Dat het zoveel voordeel krijgt, komt misschien ook door onze twee vrouwelijke staatsecretarissen en onze niet al te mannelijke minister (wat is biologie nu helemaal?).
    Bovendien leven we momenteel in een sterk gefeminiseerde samenleving, waarin meisjes worden voorgetrokken en voor de jongetjes weinig kansen zijn.
    Vandaar overal die vervelende geweldsuitbarstingen.
    Komt ook omdat er lange tijd geen oorlog meer is geweest.

    • HBO “docenten” vertellen
      Dat wat vanmiddag uit de mond kwam van docenten van HBO! Daar ben ik nog ondersteboven van. De betreffende dames waren het onderwijs in gegaan omdat het onderwijs niet meer is zoals vroeger. Het is nu zo leuk om naast studenten mee te kijken naar het ontwikkelingsproces van deze studenten………..Het gaat hier niet om aapjes kijken!
      De beste mensen zijn zich van geen kwaad bewust! En dan vertellen ze nog dat er een vacature stop is, maar dat in sommige gevallen beter vers van buiten kan komen dan van mensen die er al zitten. Als er gewoon lesgegeven moest worden dan waren ze niet het onderwijs in gegaan! Ik vrees dat er nog wat vriendinnen binnen gehaald gaan worden.

      • Het systeem
        Het systeem creeert zijn eigen mensen. Als ik de berichten mag geloven wordt inmiddels ongeveer de helft van de lessen in het VO on- of onderbevoegd gegeven. De meeste basisschoolleraren onder de 35 kunnen niet spellen of rekenen. De meeste van die mensen zul je dus niet aan je kant vinden wanneer je het onderwijs op BON leest wilt schoeien. Het wordt een lastige strijd, de rot is al lang aan de gang.

    • Niet generaliseren svp
      IK wil bestrijden dat CGL wel goed is voor meisjes. CGL is slecht onderwijs en dus nergens goed voor.
      Wel kan ik me voorstellen dat (de meeste) meisjes er minder moeite mee hebben dan (de meeste) jongens.

      Wat mij betreft is één van de grote bezwaren tegen CGL dat het slechts op één manier van leren aankomt. We weten toch al lang dat de beste leerresultaten bereikt worden als je meerdere manieren toepast (instructie, uitzoeken, kijken, oefening, bespreken, uitleggen.

      Natuurlijk is het niet goed als leren alleen via instructie wordt aangeboden. Gelukkig gebeurt (én gebeurde) dat ook nooit. Bij goed onderwijs worden alle leervormen aangeboden.

      • @Hinke
        Wat vind jij dan van “docenten” in het HBO die zelf niet de competenties hebben die ze van leerlingen moeten gaan zien. Het is zo leuk om studenten te zien groeien en daar naast te lopen om dat mee te maken. Ze zeggen zelf dat ze “lessen” niet zouden kunnen geven.

        • @gems
          Beetje algemenevraag, gems. Kun je wat preciezer aangeven wélke competenties de betrokken docenten niet hebben, die hun studenten wel moeten hebben?
          Welke rol spelen ze dan in het leerproces van hun leerlingen? (Toekijken?)

          • @HINKE
            ja ze lopen er naast en stellen wat vragen……………Maar ze hebben géén inhoudelijke kennis en voldoen niet zelf aan de normen die studenten wel moeten halen. Ze kijken toe en zeggen dat het goed gaat, of niet, maar dan moet de student er zelf uitkomen……Dat is makkelijk want zouden deze docenten weten wat ze anders moeten natwoorden? Deze docenten kunnen de lessen die de studenten moeten kunnen geven niet zelf geven. Wat hebben studenten nu aan deze docenten! Dat deze docenten het wel gezellig vinden……..Dat is niet de reden dat ze ingehuurd worden…………

          • Welke competenties
            Welke competenties PRECIES hebben ze niet en moeten ze wel aanleren? Welke kwaliteiten hebben ze wél? Er moet toch een reden zijn dat ze deze functie hebben gekregen?

          • precies
            Precies: kijken kunnen ze
            Nu ze waren blond en kwamen op het juiste tijdstip en slikken alles als zoete koek.
            Verder waren ze net verdwaald en op weg om een computercursus te volgen. En ze vonden het wel gezellig in de docentenkamer. HINKe het slaat nergens op!

Reacties zijn gesloten.