Elsevier journalisten kunnen niet lezen.

De aandacht in het Nederlandse onderwijs gaat te veel uit naar minder slimme leerlingen, waardoor de top van de Nederlandse studenten achterblijft bij die van andere landen.

Aldus de Elsevier van 27 juni.

Met plezier heb ik een half uurtje door de originele CPB publicatie gegrasduind.
Mijn conclusie is dat Elsevier spoken ziet. Men blaast een iets mindere score van een erg kleine groep op tot een nationale catastrofe. Als dit onderzoek een goede weergave van de feiten geeft dan gaat het goed met ons onderwijs, hartstikke goed zelfs. Mijn mede BON’ers die zich gesterkt voelen door het CPB onderzoek vergissen zich dan ook deerlijk (tip lees het originele document, vaar niet blind op Elsevier).

De bevindingen van het CPB komen op het volgende neer.
Neem de twee beste leerlingen van een aantal VWO klassen. Laat die VWO uitblinkers een wedstrijdje doen in rekenen en taal met hun soortgenoten uit België. Het blijkt dat onze VWO’ers ietsje minder scoren op rekenen en taal dan de Belgen. (Ja de Belgen winnen, nee het verschil is niet echt groot). De 2% slimste Belgen zijn beter dan de 2% slimste Nederlanders. Echter voor de overige 98% geldt juist het omgekeerde, daar winnen wij met glans van de Belgen (en vaak met groot verschil).

Toch maakt het CPB zich zorgen. Want zijn het niet juist die 2% excellenten die zorgen voor innovatie, dus concurrentiekracht, dus voor de toekomstige welvaart van de BV Nederland?

Hier vliegt het CPB uit de bocht.

Ten eerste gaat men er blind vanuit dat scores op rekenen en taal van de uitblinkers doorslaggevende factoren zijn in de internationale concurrentiestrijd. Mij lijken factoren als creativiteit en ondernemingschap veel belangrijker. (Welk land wint de innovatiestrijd: het land dat consequent het “Groot dictee van de Nederlandse Taal” wint, of het land dat het meest ondernemend en creatief is. Volgens de CPB logica, wint de dictee-excellentie).

Ten tweede trekt men op basis van bevindingen m.b.t. personen conclusies over landen. Vertaald in sport termen zegt het CPB: met de innovatiestrijd is het als met individuele sporten. Het land dat de snelste hardloper heeft wint – ook als een ander land en de tweede en de derde en de vierde plaats heeft – Echter, deze redenering gaat niet op voor teamsporten. Het voetbalteam met de beste topspeler zal niet altijd winnen; de mate waarin er goed samengespeeld wordt is vaak belangrijker dan de kwaliteit van de topspeler. Het moge duidelijk zijn dat de innovatiestrijd overwegend een teamsport is – de logica van individuele topsport gaat hier niet op -.

Wat wel duidelijk uit het CPB onderzoek blijkt is dat onderwijs aan “zwakke” leerlingen bij ons stukken beter is als elders (Als oprechte Bonner vertaal ik dat met: elders is het blijkbaar nog slechter).

Als je naar de CPB grafiekjes kijkt kun je niet zeggen dat het relatief betere onderwijs voor VMBO’ers gecreëerd is door de kwaliteit van het onderwijs op het VWO op te offeren. Verreweg de meeste VWO’ers floreren in het huidige bestel (d.w.z. doen het beter dan hun soortgenoten elders). Totaal duister is dus hoe Elzevier op basis van het CPB onderzoek kan concluderen dat:
De aandacht in het Nederlandse onderwijs gaat te veel uit naar minder slimme leerlingen, waardoor de top van de Nederlandse studenten achterblijft bij die van andere landen. Vermoedelijk ziet Elsevier nivelleringsspoken.

Diegenen die het CPB onderzoek willen gebruiken ter onderbouwing van de BON standpunten hebben nog een probleem want:

. . . De bevindingen over de vaardigheidsverdeling zijn robuust voor verschillende vaardigheidstoetsen en leeftijdsgroepen, en over de tijd heen. . .

In de beschouwde periode 1964 t.m. 2003 is de relatieve internationale positie van ons onderwijs niet gewijzigd. Dus volgens de CPB metingen is er t.o.v. de tijd van voor de invoering van de Mammoetwet niets wezenlijks veranderd.

Als oprechte Bonner vraag je, je dus wel af wat die CPB jongens eigenlijk meten.

9 Reacties

  1. Het is me al vaker..
    .. opgevalllen dat de CBS cijfers gebruikt worden om de eigen agenda onder de aandacht te brengen. Als de geboortecijfers iets dalen als gevolg van economische conjunctuur zijn het dezelfde groepen die moord en brand schreeuwen. Toen kortgeleden het CBS bekendmaakte dat er weer stijging in de immigratiecijfers zat kopte de Volkskrant blij: Nederland weer immigratieland. Met als ondertoon: het is eindelijk afgelopen met de xenofobie in Nl. Terwijl het daar natuurlijk niets mee te maken had, maar alles met het openstellen van de grenzen voor Oost- en Zuidoost Europeanen. Zou ik gaan kijken op de Elsevier site of zelfs op de PvdV site, dan zouden die misschien op grond van hetzelfde CBS bericht het einde der tijden voorspellen.
    Moraal: bron van het bericht opzoeken en kritisch lezen. Ik zoek vaak CBS berichten na en lees dan wat diverse media erover schrijven. Verbazingwekkend….

    • Alle media
      Naast de vraag wat het CBS meet, komt bij mij de vraag boven: Heeft de rest van de media klakkeloos de conclusies van Elsevier overgenomen? Ik las namelijk soortgelijke conclusies in de NRC en de Volkskrant.

      • CPB
        Het gaat in dit bericht over het CPB en niet het CBS.

        Teulings, de baas van het CPB, heeft over deze materie een persconferentie gegeven. Elsevier, NRC en Volkskrant zullen dat wel overgeschreven hebben.

  2. Top 2%?
    Het rapport stelt de vraag aan de orde of de bovengemiddelde helft van de Nederlandse leerlingen voldoende aan haar trekken komt.
    Zowel de opgenomen grafieken als de top 2% laten robuust zien dat dat niet het geval is. Dat stemt overeen met de ervaringen van veel BONners: het resultaat van het onderwijs is voor de bovengemiddelden lager en voor de ondergemiddelden hoger dan bij vergelijkbare landen. De goede leerlingen komen tekort, de minder goede leerlingen hebben niks te klagen.
    De vraag is of dit wenselijk is en hierover stelt het CBS:
    “The human capital of a group of top students, top researchers or top institutions could be the main driver of productivity. Individuals with excellent human capital such as students, scientists, researchers and entrepreneurs may create relatively many external effects in knowledge creation and utilization, compared to an ‘average’ individual”.
    In voetbaltermen: krijg je de prestaties van een elftal omhoog door je aandacht te besteden aan de mindere voetballers of moet je proberen één of twee kanjers te vinden die de rest kunnen meetrekken?

    • Geef mij maar de middenmoot
      Ik zou mijn aandacht zoveel mogelijk wijden aan de middenmoot. Daar heb je (althans in aantallen) het meeste effect van je werk. Voor die 2% ben ik misschien zelf wel te dom, en dat sociale werk aan de onderkant is weliswaar belangrijk, maar voor mij niet speciaal bevredigend.

        • @Hendrikush: er boven op
          Op de top van de Gauss verdeling. Dat je ze daarna zo ver mogelijk mee wilt slepen is een andere zaak. Wellicht kan je die 2% ook nog wel op sleeptouw nemen, maar wie weet zitten die helemaal niet op een sleper te wachten maar meer op een gesprekspartner.

  3. Wat meten die CPB jongens
    Ze baseren zich op onderzoeken als PISA en TIMMS, dus moeten we kijken wat deze onderzoeken meten. Voor wat betreft wiskunde heb ik daar enig zicht op…

    Deze onderzoeken meten geen wiskunde.

    Sommige van de opgaven komen letterlijk uit Nederlandse schoolboeken (het CITO werkt mee aan PISA). Zelfs volgend de mede-makers van PISA (CITO en FI) hebben Nederlandse leerlingen een groot voordeel bij PISA omdat dit onderzoek zo goed aansluit bij wat in Nederland op school tegenwoordig onder wiskunde verstaan wordt.

    Wat die CPB jongens meten: goede vraag.

Reacties zijn gesloten.