Steekpartijen

Het onderwijs kwam weer even in het nieuws door vier steekpartijen in één week. De nieuwe staatssecretaris, mevr. Bijsterveld, heeft meteen vastberaden actie ondernomen: ze laat een onderzoek instellen door de Onderwijsinspectie.
Na verloop van tijd zullen er zeker aanbevelingen komen, ongetwijfeld nadat er nog meer steekpartijen zijn geweest. Ik dacht dat de belangrijkste aanbeveling al was gedaan, al door de vorige minister van Onderwijs, namelijk om te streven naar kleinere scholen. Wat de televisie liet zien van de betrokken scholen , leek te wijzen op grote of zeer grote scholen.
Het voordeel van een kleine school – zeg maar tot 600 leerlingen – op het punt van toezicht en discipline is evident. De conciërge kan alle leerlingen kennen, althans hij kan in één oogopslag zien wie niet op school thuishoort. Het zelfde geldt voor de directeur en voor de meeste leraren. Er is geen twijfel aan dat een kleine school daarom ook meer mogelijkheden heeft om vandalisme, drugshandel, diefstal en bendevorming met succes te bestrijden.
Er zijn trouwens nog heel wat meer redenen om te pleiten voor kleine scholen of voor mijn part units binnen een groter geheel.
Het leidt tot een afname van het aantal vergaderingen en van het aantal mensen dat vergaderingen voorbereidt. Er hoeven minder lessen uit te vallen. Het versterkt de positie en de professionaliteit van de leraar. Het verzwakt de positie en de legitimiteit van de manager, maar het kan de positie van de schoolleider versterken, tenminste als hij ook zelf les geeft en direct betrokken is bij het onderwijs.Het leidt meestal ook tot een grotere betrokkenheid van de leerlingen bij de school. Verhoudingsgewijs meer leerlingen doen mee met ‘buitenschoolse’ activiteiten en wat er op dat vlak gebeurt is veel meer ‘eigen’ werk van enthousiaste amateurs.
Uiteraard moet ik hierbij opmerken dat niet alle kleine scholen de hier genoemde voordelen ook wáár maken. En ook op grote scholen lopen enthousiaste mensen rond die soms veel kunnen bereiken. Maar de basisgegevens liegen niet: overzichtelijkheid, herkenbaarheid en betrokkenheid zijn in een kleinschalige omgeving gemakkelijk en zelfs vanzelfsprekend.

Cornelis Verhage