“Alleen hoger loon lost lerarentekort niet op”

Onderstaand artikel komt uit De Volkskrant van 28 maart 2007.
=======================================================
Alleen hoger loon lost lerarentekort niet op

Hoe beter de economie draait, hoe minder mensen voor de klas willen staan. Salarisverbetering is maar een deel van de oplossing. Belangrijker is het loopbaanperspectief

AMSTERDAM – ‘Wij moeten voor onze leraren vissen in de vijver van goed opgeleiden uit het bedrijfsleven. Dat is sowieso een steeds kleinere vijver, waar harder aan de mensen wordt getrokken’, zegt Luud Bochem, manager werkgeverszaken, bedrijfsvoering en bekostiging van de MBO-raad. ‘Wij móéten dus wel wat aan de salariëring doen. En dat willen het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs ook. Nou, dan smelt die euro 1 mrd die het nieuwe kabinet extra heeft uitgetrokken voor het onderwijs als sneeuw voor de zon weg.’

In hun ijver om de salarissen voor leraren te verbeteren, strijden de verschillende schooltypen om het hardst om de geldpotten van het Rijk. De VO-raad, belangenclub voor het voortgezet onderwijs, berekende vorige week euro1,2 mrd nodig te hebben, onder meer voor de invoering van een ander loongebouw waardoor het beroep van leraar aantrekkelijker moet worden.

Het Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt (SBO), waarin werkgevers en werknemers in het hele onderwijs samenwerken, publiceerde in december al een manifest waarin maar liefst om een impuls van euro 5 mrd werd gevraagd. Om de kwaliteit te verbeteren, maar vooral om de lerarentekorten te voorkomen.

Op dit moment is het aantal vacatures in de onderwijssector nog niet zo hoog, maar dat gaat onherroepelijk veranderen vanwege de vergrijzing. Zo gaat één op de vijf leraren op de middelbare scholen in de komende tien jaar met pensioen. Dat staat vast.

Hoe groot het lerarentekort daadwerkelijk wordt, is niet zeker. Het SBO berekent het tekort tot het

jaar 2015 op 100.000 leraren, maar dat kan onder invloed van allerlei factoren ook meer of minder zijn. Bijvoorbeeld omdat leraren besluiten niet meer massaal op hun 61ste te stoppen met werken. Of omdat ze minder in deeltijd gaan werken. Of omdat er minder zij-instromers zijn die voor de klas willen.

De belangrijkste variabele is de economische groei. De liefde voor het onderwijsvak is conjunctuurgevoelig. Als de economie goed draait, kiezen minder afgestudeerden van een lerarenopleiding voor een baan in het onderwijs. Bovendien switchen op dat moment ook meer bestaande leraren van carrière. De beste remedie voor het lerarentekort is een crisis, maar daar kunnen we maar beter niet op hopen.

Een andere panacee die steevast genoemd wordt, is verhoging van het salaris. Moet die euro 1 mrd die het kabinet heeft uitgetrokken daaraan opgaan? ‘Daar los je het probleem zeker niet mee op. Er werken 480.000 mensen in het onderwijs. Geef je ze allemaal een paar tientjes per maand extra, ben je al een half miljard verder’, zegt Marc Vermeulen, directeur van onderzoeksinstituut IVA en hoogleraar aan de Open Universiteit, gespecialiseerd in de arbeidsmarkt in het onderwijs.

Generieke salarismaatregelen hebben geen zin, zegt hij. ‘Het verhaal van de loonachterstand is ingewikkelder. De startsalarissen in het onderwijs zijn aan de maat. Het knelpunt zit met name bij de academici die wat later in hun loopbaan zitten. Die hebben een achterstand van 10% tot 15% ten opzichte van de markt. Maar wat is “de markt” in dit geval? Als eerstegraads leraar verdien je maximaal schaal 12 in het voortgezet onderwijs. Dat is vergelijkbaar met dat van een hoofdinspecteur van politie. Wil je het gat met de zakelijke dienstverlening dichten, dan wordt het onderwijs onbetaalbaar. Dat moet je niet eens wíllen proberen.’

Volgens Vermeulen zit het echte probleem in het feit dat de arbeidsproductiviteit in het onderwijs niet evenredig stijgt met het salaris. ‘Daar moeten we een fundamentele discussie over voeren. Op het moment dat je praat over de invoering van tutoren in het beroepsonderwijs, wordt er direct schande van gesproken, maar daar zit de oplossing: in functiesplitsing.’

Leraren moeten meer perspectief krijgen op verbetering in hun loopbaan, vindt Vermeulen. ‘En dan niet doordat ze manager worden, maar inhoudelijk, als “senior leraren”. Daar hoort een passend salaris bij, in het voortgezet onderwijs in schaal 14. Maar dan moet je daar wel prestatieafspraken aan hangen, én afspraken over de arbeidsproductiviteit.’

Met zijn pleidooi voor prestatiebeloning en beloningsdifferentiatie (lesgeven op een zwarte vmbo-school is zwaarder dan op een gymnasium) schopt Vermeulen tegen zere benen, zo weet hij. ‘Tot nu toe gaat de discussie altijd over méér leraren en kleinere klassen. Ik heb vorig jaar geopperd of we niet eens moeten denken aan onderwijs van gelijke kwaliteit met minder leraren, die beter worden betaald. Dat heeft me in de onderwijswereld niet zo heel veel vrienden opgeleverd.’
=======================================================

11 Reacties

  1. Wat bedoelt hij met inhoudelijk?
    Als je dit door leest, dan realiseer je je wat een zinloze discussies dit uitlokt.
    Moet een docent beter betaald worden als hij vakinhoudelijk aantoonbaar beter opgeleid is?
    Is een docent een ‘senior docent’ als hij een grotere kindervriend is? En hoe ga je dat laatste vaststellen? Kan je in de loop van de tijd een grotere kindervriend worden? Of juist steeds meer een kinderhater?
    Of is zo’n docent senior op grond van dienstjaren?
    Moet een docent meer krijgen als hij speciale werkjes (‘vernieuwing’) voor de directie uitvoert?
    En wat een bespottelijk idee over die arbeidsproductiviteit. Gaat Vermeulen dat zelf meten? Dan geef ik vervolgens heel veel kleine multiple-choice SO’tjes om te laten zien hoe productief ik ben. Wat een kortzichtige onzin!
    Ik heb hier wel een mening over, en gelukkig heb ik die mening ook al een paar keer van anderen op dit forum gehoord. Om dit soort discussie te vermijden houd ik me echter maar liever op de vlakte.

    • Hoe minder controleerbaar
      de criteria, hoe beter het de obo’s uitkomt (obo = contaminiatie van onderwijs en bobo).

  2. Steeds maar weer blijft
    Steeds maar weer blijft hetzelfde misverstand opduiken:
    “Als eerstegraads leraar verdien je maximaal schaal 12 in het voortgezet onderwijs.”
    Een eerstegraads docent (van na de HOS) die geen management taken op zich neemt, en dus
    alleen les geeft (hoe goed hij/zij dit ook doet), zaal nooit in schaal 12 komen.
    Was het maar zo!

    Nog iets:
    “Daar hoort een passend salaris bij, in het voortgezet onderwijs in schaal 14. Maar dan moet je daar
    wel prestatieafspraken aan hangen, én afspraken over de arbeidsproductiviteit.”
    Een senior docent in schaal 14 (afhankelijk van zijn prestaties)? Hoe moet ik met dit voorstellen,
    prestatieafspraken in het onderwijs? Moeten we, net zoals een agent (we blijven even in de
    vergelijking docent – politiekorps) een target (brrr…) gaan halen???? Deze man heeft geheel
    terecht weinig vrienden in de onderwijswereld waar hij klaarblijkelijk heel weinig van snapt!

    Tot slot:”
    “Onderwijs van gelijke kwaliteit met minder leraren.”
    Ja hoor, met 150 vmbo leerlingen in het auditorium grammatica oefenen, joepie! Ik heb er
    nu al elke les ongeveer 30, en dat mogen er van mij best wat minder worden. Of ben ik
    nu een slechte docent?

    • Stukloon en prestatieloon
      Wie meet er eigenlijk wat de prestaties van al die mennetsende gymjuffen, handwerkjuffen en andere vrijgestelden zijn? Laten we alsjeblieft nooit meer praten over criteria die wellicht voldoen bij een krantenwijk of een worstenfabriek, maar helemaal nergens op slaan bij een onderwijsinstelling.

    • Ja, dat is bijzonder ergerlijk
      Feit is dat schaal 12 is afgeschaft: FUWA. F(eit) U(s) (dat) (t)W(aalf) (is) A(fgeschaft). Als je een beetje van sjoemelen houdt en niet zo nauw kijkt, dan zie je dat het afschaffen van schaal twaalf duidelijk verwerkt is in de 4 letters, de afkorting, waarmee we het nieuwe ‘loongebouw’ aanduiden.

  3. Overheidssalarissen
    Op zoek naar het salaris van een hoofdinspecteur (“Als eerstegraads leraar verdien je maximaal schaal 12 in het voortgezet onderwijs. Dat is vergelijkbaar met dat van een hoofdinspecteur van politie. “) vond ik dit, “Salarisniveaus Overheidspersoneel 2006, Rijk, Gemeenten, Provincies, Rechterlijke Macht, Waterschappen, Burgemeesters en Wethouders, Overig Bijzondere Functies, Onderwijs & Wetenschappen, Defensie, Politie”. Het is een pdf-document dus je kunt gemakkelijk zoeken (op de verrekijker klikken en dan een zoekterm intypen). Hoofdinspecteur bestaat niet meer ???
    Dit is ook interessante link.

  4. Hoger loon?
    Ik vind wel dat er een kern van waarheid in de discussie zit.

    Tegenwoordig is het jammergenoeg zo dat de onderwijzers het laagste loon hebben en de managers het hoogste. Terwijl volgens mij het onderwijzen het moeilijkste is en ook het meeste van een persoon vergt. Tegenwoordig al wil je groeien in het onderwijs, moet je voor de klas vandaan. Eigenlijk moet het andersom zijn ……….

    Maar inderdaad…, hoe wil je hier ooit critera voor opgeven. Er zijn mensen met tig diploma’s die het nog niet kunnen en er zijn mensen met minder diploma’s die als natuurtalent voor de klas staan.

    Moet het aan de cijfers van de leerlingen liggen? Aan de CITO? Dan help ik ze toch gewoon een beetje…………….

  5. Ik ben het volledig met de stelling eens:
    aan alleen een hoger loon hebben we helemaal niets. Daarom is een veeeel hoger loon ook zo welkom.

      • Dat zie je fout, Max
        Je moet het zo zien: straks zijn docenten met een opleiding witte raven. Dan kunnen ze eisen gaan stellen. Bestuurders willen dat vóór zijn. Dus jaag ze dan allemaal maar tegelijk weg, dan kun je met een gerust hart zelf naar schaal LE, terwijl je de mbo’ers de klus laat klaren. De echte docenten mogen dan blij zijn dat ze nog uren krijgen, dus zijn allang tevreden dat ze met schaal 8 starten. Waar moeten ze anders heen? Ik voorspel dat het beroep van docent langzaam zal uitsterven …

        • brrr…
          Uitsterven? Niks ervan, we verschansen ons, schieten met scherp, en BON wordt onze vlag!
          Elke tegenstander heeft een zwak punt, zo ook bestuurders… Daar moeten we toch wat
          mee kunnen doen?

Reacties zijn gesloten.