gewijzigd POE-manifest

Geachte lezers, naar aanleiding van een nuttige opmerking gisteren is het ‘POE-manifest’ enigszins aangepast:

Waarde mede-BONners,

Begin deze week is opgericht de Protestgroep Ondergewaardeerde Eerstegraders (POE).

Doel van POE is het vergroten van de waardering voor eerstegraads docenten in termen van salaris en professionele zelfstandigheid. Concreet wil POE publieke aandacht vragen voor
(1) de beloningsstructuur die eerstegraders afscheept met een salaris dat in geen verhouding staat tot de markt;
(2) de betutteling van eerstegraders die averechts want demotiverend werkt;
(3) de mede als gevolg van (1) en (2) uitgeholde professionele status van het eerstegraads leraarschap.

Concreet zal er een petitie met deze 3 punten worden aangeboden aan de minister van Onderwijs, prof. Ronald Plasterk. Voor deze petitie wordt geprobeerd zo veel mogelijk namen van ondergewaardeerde eerstegraders te verzamelen, alsook namen van collega’s die zich wel voldoende gewaardeerd weten maar hun solidariteit willen betuigen. Er wordt gestreefd naar een zo compleet mogelijke lijst, en een zo volledig mogelijke vertegenwoordiging uit alle delen van het land.

Als u zich door deze oproep aangesproken voelt wordt u daarom verzocht uw naam en provincie per e-mail door te geven aan ondergetekende. Hoe dan ook wordt u verzocht de oproep onder de aandacht te brengen van mogelijk geïnteresseerden, en zijn suggesties voor andere fora om hem te plaatsen meer dan welkom. Zo gauw de kaap van 1000 namen is genomen wordt de petitie publiekelijk aan de minister gepresenteerd. Er wordt op uw steun gehoopt en gerekend!

Met vriendelijke groeten,

dr. ir. A.C. Roth
bramroth@hotmail.com

112 Reacties

  1. betuttelen
    Geachte heer dr.ir.A.C.Roth,
    Titels zeggen niets, zo blijkt ook wer uit uw schrijven hierboven. Ik ga u en betuttelen met uw welnemen.
    In uw tweede regel staat iets wat ik niet begrijp. Komt dat omdat ik maar een tweede grader ben of komt dat omdat u wat minder goed uw grammatica hebt gecontroleerd.
    Met deze actie voel ik mij als PROFESSIONEEL leraar, met een SALARIS dat in geen VERHOUDING staat tot de markt, door uw manifest BETUTTELD en dat werkt DEMOTIVEREND om mij.

    Dat u naar de minister en andere hoog geplaatsten uw titel wenst te gebruiken is uw goedrecht, maar probeer daarmee niet gelijken te imponeren. Tenslotte is het niet de titel die de man maken, voor mij is het vaak een dekmantel voor minder competentie, on nee dat is een vies woord. voor minder bekwame mensen.

    Waarom zou iemand die net als ik na zijn middelbare school ruim 5 jaar vervolgopleiding heeft gedaan dan meer zou moeten verdienen dan ik, alleen maar omdat hij/zij aan de universiteit zijn.haar bevoegdheid heeft gehaald. We geven aan de zelfde klas les, bv 3 gymnasium, de ene krijgt na 18 jaar ruim 1100 euro meer bruto per maand dan de ander.

    Nee verander uw manifest en neem zo de tweespalt in het onderwijs weg. De minister/managers verdelen ons en regeren over ons. Wanneer gaan we nu eens echt schouder aan schouder staan?
    Wanneer maken we een een echte gemeenschappelijke vuist tegen de bestuurders?

    Voorstel POL (Protestgroep Ondergewaardeerde Leraren)
    (1) de beloningsstructuur die zeer bekwame leraren afscheept met een salaris dat in geen verhouding staat tot de markt;
    (2) de betutteling van zeer bekwame leraren die averechts en demotiverend werkt;
    (3) de mede als gevolg van (1) en (2) uitgeholde professionele status van het leraarschap.

    Dan ben ik bereid om dit manifest te ondertekenen.

    • McNeacol, dit lijkt toch ook wel een beetje op
      jalousie de metier. -Maar overigens vind ik je post enigszins vrijpostig (is een eufemisme voor onbeschoft).

      Ten eerste: dr. Roth heeft nergens in zijn oproep gezegd dat tweedegraders niet deugen- hij zegt, dienaangaande, helemaal niets over tweedegraders. Dus heeft je opmerking: [Komt dat omdat ik maar een tweede grader ben…] een averechts effect: jij degradeert je eigen positie, dit kun je dr. Roth niet euvel duiden.

      Ten tweede: waarom benadruk je het woord ’titels’ zo in je post? Wil je dr. Roth inwrijven dat hij eigenlijk zijn titel niet waard is? En dat hij dus geen recht van spreken heeft?

      Ik heb een advies voor je: ga naar de universiteit en wordt drs. Ga daarna vier tot zes jaar werken aan je promotie. Dan hoef je je niet meer te schamen als tweedegrader. Je moet maar zo denken: wat die Roth kan, dat kun jij ook. Over acht jaar spreken we dan wel weer verder. Accoord?

      • overschatting universiteit
        Beste Simon,
        Je overschat de waarde van de universiteit. Het is zonde daar (in deze tijd) nog energie in te steken. Een goed opgeleide en breed geïnteresseerde tweedegrader heeft daar niets te leren.

        • Mocht ik de waarde van de universiteit
          overschatten, waarom dan zo geklaagd over de verschillen? Als een tweedegrader daar niets te zoeken heeft, waarom zich dan bemoeien met een discussie die juist wel over dergelijke verschillen gaat?

          Maar nog aardiger is het om te zeggen waarom ik de universiteit overschat: ik heb ze namelijk helemaal niet in het leven geroepen. Ze waren er al toen ik geboren werd. En ze bestaan nog steeds. -Noem eens man en paard: wat mankeert er aan de universiteiten?

          Natuurlijk willen jullie, zonder daarvoor de juiste studie te doen, ook graag zoveel mogelijk betaald krijgen. Het is echter de vraag of dit redelijk is. Ik vind van niet.

        • Dit lijkt op een anti-kennis standpunt
          Ik merk dat de discussie met het uur harder wordt. Kennelijk zijn veel mensen boos. Ik herken dat, ben de laatste jaren ook (te) vaak boos. Het uiten van die emoties vind ik niet zo’n probleem.
          Ik wil enkel los van die emoties opmerken dat je opmerking dat de universiteit nutteloos is voor een tweedegrader werkelijk geen hout snijdt. Heel concreet geven 2egraders les aan onderbouw havo/vwo en daar lijkt het me juist bij uistek en direct nuttig. Maar ook op MBO of vmbo is het enkel iets extra’s wat denk ik zeer bruikbaar is.
          Dat de huidige richting van het onderwijs steeds verder van kennis weg gaat zorgt er wellicht voor dat straks elke academische bagage volledig nutteloos wordt, maar dat is oorzaak engevolg omkeren.

      • Open
        Beste heer Simon,

        Ik spreek altijd uit een open hart, dat zal wel mijn Rode achtergrond zijn.
        1) Het feit dat de heer Bram Roth voorbij gaat aan de 2-de graders tekent weer de tweespalt die er dus nog steeds is. Mijn schrijven over dat ik een tweede grader ben noemt men nu cynisch.
        2) u weet helemaal niet of ik een titel heb of niet, in mijn omgeving is het ongebruikelijk om met titels en onderscheidingen te pronken.
        3) Ik heb begin jaren 80 mijn 2-de graads bevoegdheid verworven schikunde/wiskunde. Voor mijn hoofdvak scheikunde heb ik als afsluiting in het laatste jaar een wetenschappelijk onderzoek moeten doen, dus kom mij daar niet mee aanzetten.
        4) Ik mocht na de opleiding zo op de VU na de prop instromen om met zo’n 2 jaar mijn 1-ste graad te verwerven. Helaas zat de studiefinanciering dwars en mocht ik van hun gaan werken. 3-4 jaar geleden wilde ik aan de avondopleiding beginnen, maar mijn directie wilde niet mee werken. De opleiding was te ver weg om het naast een meer dan volle baan te gaan doen en minder werken is voor mij geen haalbare kaart.
        5) Denkt u niet dat het van u erg vrijpostig is om voor de heer Roth te reageren? Denkt u dat hij zelf niet in staat is om dat te doen indien hij aanstoot zou nemen aan dingen die ik heb geschreven. Ik verzeker u ze zijn uit een open hart en zonder kwetsende en denigrerende intenties geschreven.

        Laten we nu eens al docenten en niet als tegenstanders de ruggen rechten, de neuzen de zelfde kant op zetten en schouder aan schouder een front vormen tegen de managers en geldschieters. Dan pas zullen we wat kunnen bereiken.

        • @McNeacol & @Hinke
          De spelregels zijn duidelijk: men kan eerstegraads docent zijn en men kan tweedegraads docent zijn. Tweedegraads docenten hebben hun werkterrein, eerstegraads docenten hebben hun werkterrein. Dit zegt niets over de didactische kwaliteit van de docent: de 1ste gr kan middelmatig zijn of goed (als hij slecht is, kan hij beter een andere baan zoeken), de 2de gr kan middelmatig of goed zijn.

          Voor de invoering van de FUWA kreeg de 1ste grader uiteindelijk schaal 12. Dit is na de invoering van de FUWA veranderd. Daarover gaat de oproep van dr. Roth. Andere sentimenten spelen hierin geen rol. Ik zou dus niet weten waarom jullie vermoeden dat hij tweespalt wil zaaien?

          Als je het er niet mee eens bent dat 1ste gr een hoger salaris willen bedingen, dan moet je ook uitleggen waarom je dat vindt. Waarschijnlijk -althans, dat meen ik te begrijpen- omdat je een hogere opleiding niet de moeite waard vindt. -Accoord, maar leg dan eens uit waarom het niet de moeite waard is. Zouden eerstegraads docenten niet in staat zijn om ingewikkelder sommen op te lossen dan tweedegraads docenten?

          In onze wereld is het een duidelijke spelregel dat de universiteit hoger aangeschreven staat dan de hogeschool. Titels zijn er niet voor niks. Ze zijn wat waard. En 1ste gr docenten menen dan ook dat ze meer waard zijn dan 2de gr docenten. Dat ze dat denken is niet tegen de maatschappelijke orde. Het is geen merkwaardige eis. Kortom, omdat deze eis op geen enkele manier tegen onze maatschappelijke orde indruist, kun je niet zeggen dat dr. Roth onredelijk is- en evenmin kun je er uit afleiden dat hij aanstuurt op tweespalt. Immers, wie zich houdt aan de bestaande conventies, die sluit zich juist bij de bestaande consensus aan?

          Met andere woorden: ik meen dat jullie repliek aanmatigend is en eigenlijk haaks staat op wat in onze maatschappij redelijk is.

    • Bedankt McNeacol
      Wat heerlijk dat er nu eens een ander reageert. Geheel eens en goed geformuleerd.

      • Een academische achtergrond
        voegt wel degelijk iets toe. In een universitaire opleiding leer je kritisch denken, dat was in de tweedegraads opleiding die ik na mijn doctoraal in een ander vak heb gevolgld, absoluut niet het geval. Ik heb heel vaak met kromme tenen in mijn schoenen gezeten, omdat ik me wild ergerde aan het gemak waarmee allerlei generalisaties werden uitgesproken. Dat geldt zowel de vakinhoudelijke colleges en werkgroepen, als de didactiek.
        Wat mij in de praktijk opvalt en ook enorm tegenstaat, is dat tweedegraders hun vak niet bijhouden. Ze lezen geen wetenschappelijke literatuur, want daar zijn ze niet in opgeleid. Maar ze hebben wel overal volstrekt ongefundeerde opinies over. Omdat ze in aantal domineren, hebben ze een overheersende invloed op het sectiebeleid. Ik merk heel weinig van ambities bij deze mensen omdat ze niet denken en redeneren vanuit een bepaalde standaard. Dit is juist de club in het onderwijs die alles slikt dat de directie ze voorhoudt. Dit zijn de (vrouwelijke) collega’s die geen kostwinner zijn en het alleen doen voor het geld, omdat ze een leuk extraatje binnenbrengen. Voor de rest zitten ze te overleven. Als je ze wil wijzen op een foute redenering in een tekst of slechte toetsvragen, kunnen ze je niet volgen en schort er iets aan jou.
        Een boek lezen? De stand van wetenschap bijhouden? Ze kijken je aan of je van een ander planeet komt.

        • Één kam
          Beste heer/mevrouw Fritzi,
          Dank u dat u alle 2-de graders over één kam scheert. Op de NLO, de VL-VU waar ik mijn opleiding heb gevolgd leerden wij zeer kritisch denken, zo kritisch dat we op een gegeven moment masaal een blok bij scheikunde hebben aangepakt, omdat wij vonden dat wat ons door de docent werd gegeven niets toevoegde aan alles wat we al geleerd hadden. Wij wilden meer en op niveau. Dat heeft er in geresulteerd dat we een boek hebben geschreven en dit boek hebben we tijdens het tentamen overhandigd. We hebben daardoor een aangepast tentamen gekregen. Helaas zie ik net als u die kritische opstelling niet meer bij de latere (de goede daargelaten) 2-de graders.
          Wees ook voorzichtig met uitlatingen dat 2-de graders hun vak niet bijhouden. Ik ken gelukkig vele 2-de graders die er alles aan doen om, desnoods op eigen kosten omdat de school zo nodig het nascholingsbudget aan softe cursussen besteedt, om op hun vakgebied bij te blijven. Verder kijk ik niet raar op wanneer u nu met uw opmerkingen over de vrouwelijke collegae een hoos van kritiek over u krijgt. Helaas zie ik het zelfde bij menig 1-ste graad vrouwelijk docent die de laatste 10 jaar is afgestudeert.

          Kortom ik herken het probleem dat u schetst, maar dat is niet beperkt tot een bepaalde groep, maar zie ik door alle lagen van de docentengroep heen. Maar deze mensen tref je ook niet op deze site aan.

          • Ik mag het zeggen
            want ik ben zelf een vrouw en kostwinner. Voor mij is de mogelijkheid om meer te kunnen verdienen in de toekomst echt noodzaak, geen luxe. Als ik wil investeren in extra opleiding, gaat dat tegelijk ten koste van tijd voor de opvoeding. Er zullen inderdaad uitzonderingen zijn op mijn constatering, wat ik schets is een overheersende trend en die baart mij zorgen als ouder en irriteert mij als collega. Ik zie goede eerstegraders bij ons snel afknappen en helaas naar elders vertrekken.

        • Re academische achtergrond
          Ik kan dit trieste verhaal van Fritzi volledig onderschrijven. Talendocenten die op de een of andere wijze er in geslaagd zijn een tweedegraads bevoegdheid binnen te halen, die geen boek in die taal in huis hebben en die nog nimmer in het land waar die vreemde taal gesproken wordt geweest zijn. Maar wel veel babbels, ze presteren het zelfs om zichzelf ongegeneerd tot sectiehoofd te promoveren. Springplank naar het managerschap.

    • oudervisie
      Als OUDER denk ik dat mijn kinderen op een Gymnasium GEMIDDELD beter af zijn met universitair opgeleide docenten en daarom wil ik dat de salarissen van eerstegraads universitaire docenten marktconform worden. Ik denk dan alleen maar aan wat andere academici buiten het onderwijs verdienen en ik laat de tweedegraders buiten beschouwing. Mensen zonder academische opleiding die buiten het onderwijs goed presteren kunnen daarvoor een met academici vergelijkbaar salaris krijgen en dat moet natuurlij in het onderwijs ook mogelijk zijn voor tweedegraders. Overigens heeft Dr. Ir. Bram Roth een belangrijk argument niet genoemd. In internationale vergelijkingen werden tot voor kort salarissen van eerstegraders genoemd die gebaseerd waren op schaal C. Reden was dat de overheid er van uit ging dat eerstegraders die in de bovenbouw HAVO/VWO werken volgens die schaal betaald zouden worden en zij heeft haar financiering van het voortgezet onderwijs dan ook daarop gebaseerd. Omdat het te gelijker (Bill Gates vindt dat ik hier een spelfout maak) tijd aan de schoolbesturen toegestaan werd om een afwijkende salariëringstructuur in te voeren is deze verwachting van de overheid niet uitgekomen. Bram c.s. zouden de overheid er op kunnen wijzen dat de schoolbesturen de voor eerstegraders die eerstegraads lessen geven bedoelde gelden misbruikt om een hiërarchie van beleids- en bestuursfunctionarissen op te bouwen en die gelden daarom ten onrechte aan als zodanig werkzame eerstegraders onthoudt.

      • Effect van het als lb-er
        uitbetalen van eerstegraders is bovendien dat het niet meer aantrekkelijk is om een eerstegraads bevoegdheid te halen: de inspanning wordt niet meer financieel beloond. Veel scholen gaan er toch al toe over om tweedegraders in de bovenbouw te zetten en dat zal de komende jaren verder toenemen. Gevolg: verdere uitholling van de inhoudelijke kwaliteit van het onderwijs. Overigens vraag ik me af of ook de didactische kwaliteit niet toeneemt als je verder boven de stof staat en uit eigen onderzoekservaring kunt putten om leerlingen uitleg te geven.

        • boven de stof
          Ja natuurlijk stijgt de didactische kwaliteit. Leerlingen die na een eerstegrader met een minder bevoegde docent opgescheept worden hebben dat gelijk door.

        • afschaffen
          Beste mevrouw Fritzi,
          Dat is waarom ik volledig voorstander ben van het afschaffen van de tweede graad, net zoals in 1985 de derde graad is afgeschaft, ja die hebben we gehad, dan mocht je alleen maar onderbouw klassen 1 en 2 lesgeven.
          Ik heb al eerder geschreven dat ik na mijn bezoek aan Banchory Academie 2 jaar geleden in Schotland er steeds meer van overtuigd ben geraakt dat wij in Nederland ook alleen maar academisch geschoolden voor de klas moeten hebben met een navenante betaling. Geef mij, en velen die dat ook willen, de kans om een eerste graads te verwerven met behoud van betaling, en ik doe het.

          Ja hoe verder de docent boven de stof staat hoe krachtiger zijn woorden worden. Put uit eigen ervaring, maar als ik dan een stagaire in mijn klas krijg die amper droog achter zijn oren is, dan kunt u op uw vingers natellen dat hij wienig ervaring heeft.

          Ik zie velen die de afgelopen 10-15 jaar van leraren-opleidingen zijn gekomen (ook eerste graads hoor) die amper boven de stof staan.

          Wij vragen ons vak terug, het begin is te maken met het aanpakken van de opleidingen, leg er niveau in, laat de studenten kennis in zich opnemen. Laat de studenten stages lopen op vele scholen, meer dan wat ze nu doen. Ik herinner me 7 scholen die ik gedurende langere of kortere tijd moest bezoeken om er mee te draaien, dat heeft mij destijds veel inzicht gegeven.
          Laat de opleiding gewoon 5-6 jaar duren, dan is er ook tijd om de zwakke kanten van de persoon boven tafel te krijgen en er aan te werken.

          • Spanning en sensatie
            Oei, oei, maar eind goed al goed.
            En het is tijd voor een nieuwe mythe: Een halve leraar is net zo goed als een hele.
            Willem Smit

          • Of een hele oop’er
            is gelijk aan twee docenten. Zet hem voor de klas, dan ben je morgen jarig. Oftewel, hoe harder we hameren op de noodzaak van goed opgeleide en naar hun vooropleiding betaalde docenten, hoe beter in strategisch opzicht, want er zijn er die broeden op plannen om eerste- en tweedegraders te vervangen door mbo’ers die als instructeur voor de klas worden gezet. Strategisch dus een goede actie van Bram.

          • Geest uit de fles
            Ik heb het nodige losgemaakt met mijn initiatief, zoveel is duidelijk. Ik nodig iedereen van harte uit de discussie voort te zetten, maar wil wel oproepen tot terughoudendheid in op de persoon gerichte mededelingen.

            De discussie laat zien waarom het zo moeilijk is een eerder verlaten hoge standaard voor opleiding van docenten weer in ere te herstellen: Collega’s die onder een verlaagde standaard zijn opgeleid zijn terecht verontwaardigd als zij ineens te horen krijgen dat hun studie in de ogen van sommigen ondermaats is, omdat zij hard en naar eer en geweten hebben gewerkt om aan een norm te voldoen die niet door henzelf in het leven geroepen is. Onder andere om deze reden had er nooit getornd mogen worden aan de opleidingseisen aan leraren.

            Tevens zij opgemerkt:
            (1) dat het POE-initiatief nog verre van voltooid is, en dat belanghebbenden nog tot het eind blijven meedenken en -schrijven aan de petitie;
            (2) dat ondergetekende (sic!) geen “titelfetisjist” is maar tegenover de minister wel zijn titels voert, omdat hij meent dat dat tegenover een minister met een wetenschappelijke achtergrond een grotere kans op succes geeft.

            Bram Roth

          • McNeacol deze wending van de discussie
            is er een ten goede- ik weet niet of ik het met je (on)eens ben, maar dit is een geheel andere invalshoek- en wat je nu zegt is allesbehalve onredelijk.

            En ik weet niet of ik het met je (on)eens ben, omdat ik zo nog nooit over de zaken heb nagedacht. Mijn brein zit in een gesloten kastje, als een schildpadje, en mijn snelheid van denken is al even spreekwoordelijk als de handelingssnelheid van de schildpad.

            In ieder geval zouden alle docenten die een eerstegraads opleiding willen volgen dit moeten kunnen doen. Waarom niet? Bovendien, als er zometeen een tekort dreigt aan docenten, dan zullen ze jou als eerstegraads docent scheikunde goed kunnen gebruiken!

            Je kunt vragen of Bram Roth ook een aantal regels over deze materie wil opnemen in POE: dat de opleiding tot eerstegraads docent dringend wordt aangeraden (en dat deze toegankelijker moet worden?).

          • Beloning van werk
            Werk beloon je naar de zwaarte en de kwaliteit van het werk en de kwaliteit die geleverd wordt, NOOIT op grond van alleen de vooropleiding.

            (Dat zou ook erg slecht zijn gezien de hoeveelheid ondermaatse academici die ik in mijn leven ontmoet heb. Dank zij hen heb ik nooit een eerstegraads bevoegdheid willen halen.)

          • Een eerstegraads bevoegdheid
            halen doe je toch niet voor anderen? Daar kun je zelf iets mee. Dat er ook ondermaatse academici zijn, geloof ik onmiddellijk. Ik zou mijn eigen ontwikkeling daar niet door laten afremmen. Maar goed, ik heb het geluk gehad te zijn opgevoed door ouders met een academische opleiding. Dat betekende een huis vol boeken, een luisterend oor en echte antwoorden op al mijn vragen en nog veel meer dat onder het vage begrip ‘attitude’ valt.

          • Een punt van mij in dit
            Een punt van mij in dit verband wil ik even herhalen. De kwaliteit van het werk wordt, met name op het VWO, mede bepaald door de academische uitstraling waarmee je je vak uitdraagt. Academische uitstraling is moeilijk meetbaar; een rechtvaardig èn meetbaar alternatief is vooropleiding.

            PS: ondermaatse academici, en zelfs hoogleraren, ken ik volop. Ook aan de universiteiten is het soms bar en boos. Worden hoogleraren op hun management vaardigheden benoemd

          • irreeel
            Naar mijn idee horen er op de universiteit dusdanig hoge eisen aan de studenten gesteld te worden dat het onwaarschijnlijk is dat meer dan 20% van de jongeren daaraan kan voldoen. De overheid heeft een andere visie: Meer dan 50% van de leerlingen moet een diploma “Hoger Onderwijs” verwerven en dus moeten (vooral) de HBO-opleidingen hun eisen terugschroeven om voldoende gediplomeerden te kunnen produceren. In Groot Brittanie hebben veel scholen die wij als instellingen van Hoger Beroepsonderwijs zien de status van Universiteit gekregen. Sommige Nederlandse scholen voor Hoger Beroepsonderwijs onderhouden met dat soort scholen nauwe kontakten om akademische promoties voor hun studenten (en docenten) mogelijk te maken. Wij moeten de Britten niet navolgen. Verder vind ik dat het bij eerstegraders in de eerste plaats gaat om het niveau waarop ze voor het vak waarin ze les geven gestudeerd hebben. Als je wilt dat toekomstige eerstegraders veel stages op veel scholen gaan lopen gaat dat waarschijnlijk ten koste van hun leervakkennis. Het extra jaar dat afgestudeerde akademici tegenwoordig moeten besteden aan onderwijskundige aspecten zonder dat ze daardoor op langere termijn meer zullen gaan verdienen dan niet-lesgevende academici remt de instroming van akademici in het onderwijs af. Een arts heeft ook langer gestudeerd dan andere universitair geschoolden maar dat wordt gecompenseerd door een goed salaris.

          • 2 op 10
            Ja, die verhouding van 2 op 10 heb ik ook vaak in gedachten als ik de VWO populatie bekijk. Slechts 2 op 10 hebben èn de intellectuele capaciteiten èn de wetenschappelijke instelling. De meesten hebben geen van beide.

            Niemand is erbij gebaat dat veel te veel kinderen een VWO diploma halen, al helemaal niet die kinderen die het onterecht halen. Die worden in de richting van een toekomst gestuurd die niet bij ze past, zo blijkt ook wel uit de problemen die de universiteiten hebben. En inkomen is allang geen argument meer: Menig HBO’er in rechten, bedrijfskunde of personeelsmanagement verdient meer dan een academisch gevormd natuur-, schei- of wiskundige. (Persoonlijk vind ik dit een andere grote schande, maar dat is een andere discussie.)

            Het VWO moet veel zwaarder en veel kleiner worden en de eisen aan leraren moeten ook omhoog; dan is een hoger salaris voor eerstegraders ook gemakkelijk op te brengen.

          • niveaudaling
            Is dit niet een verschijnsel wat VO-breed valt te constateren?
            Ik geef les in de eindexamenklassen VMBO(TL)-HAVO-VWO dus meen een aardig beeld te hebben van wat zich over de gehele linie in het VO afspeelt.
            Vergelijk nu eens de (oude) MAVO met het VMBO en HAVO nu. Veel van mijn huidige havisten zou ik voorheen onder ‘goede mavo-ers’ hebben geschaard; het eindexamen VMBO-TL lijkt qua niveau in NIETS meer op de oude MAVO en behoorlijk wat van mijn havisten hebben hun pijlen op een vervolg in het VWO gericht omdat ze inzien dat het HAVO de laatste jaren ook behoorlijk aan kwaliteit heeft ingeboet. Daarmee wordt het VWO ook meer en meer een middelmatig geheel.
            M.a.w.: is de ontwikkeling die we hier schetsen m.b.t. het onderwijzend personeel (als het gaat om achteruitgang in kwaliteit), niet net zo goed terug te vinden in de bevolking van onze klassen?

          • Ja, deze trend zie ik ook
            De eindexamenteksten bij het vak Nederlands voor het eindexamen VWO komt overeen met het vroegere HAVO-niveau.

          • Veel meer vakken
            Het 2e fase programma bevat veel meer vakken (13 geloof ik), in vergelijking met de vroeger examen HAVO en VWO (6 resp. 7). Logisch dat dan de omvang minder is.

          • 100!!
            Ik heb niets te melden, maar ik wilde graag de honderdste respondent zijn: is er ook een prijs?

          • En elk uur er twee bij, maar …
            En elk uur er twee bij, maar ik zie ze niet. Eens kijken of deze terug te vinden is.

  2. VO en BAO
    Wat de 3 actiepunten betreft;
    (1) de beloningsstructuur die eerstegraders afscheept met een salaris dat in geen verhouding staat tot de markt;
    (2) de betutteling van eerstegraders die averechts want demotiverend werkt;
    (3) de mede als gevolg van (1) en (2) uitgeholde professionele status van het eerstegraads leraarschap.
    Dit geldt ook voor mensen die in het BASISONDERWIJS werken. De beloning is sowieso al veel lager dan in het VO. Gevolg: ik behoor als man tot een uitstervend ras als kostverdiener. De dames zien in het BAO immers een prima gelegenheid om part-time te werken en zien hun salaris als leuk extraatje dat bij het salaris van de partner opgeteld kan worden. En verder moet je ook maar gewoon uitvoeren wat het management heeft bedacht. Kortom, op de salarisschalen na, zie ik geen verschil. Of het moet de kracht van het protest zijn. Men roert zich niet in het BAO….

    • De trieste situatie in het basisonderwijs
      Hoe de situatie in het Basisonderwijs is, daar durf ik eerlijk gezegd nauwelijks aan te dénken, hoewel ik er via mijn kinderen toch mee word geconfronteerd. Als u parallel een protest à la POE voor het Basisonderwijs indient kunnen we de krachten bundelen.

      • Alleen SAMEN sterk!
        Ik ben het eens met zij die vinden dat er niet per groep in het onderwijs geprotesteerd moet worden. We zitten allemaal in hetzelfde schuitje, eerstejaars of wat voor jaars ook, wat voor onderwijstype ook, allemaal verdienen we te weinig, hebben we te maken met te hoge werkdruk en worden we door het bovenschoolse niet als volwaardig behandeld. Protest heeft daarom alleen zin als VOLLEDIGE BEROEPSGROEP!

      • POE poe. “Pruttelen en polderen”.
        Tussen de metselaars van het bouwwerk is onenigheid gerezen. De hoofdaannemer heeft bepaald dat de ene, die van die hele sjieke metselschool meer verdient, dan die andere, die van die gewone school. Die eerste categorie kan blijkbaar beter de stenen metselen (…?)
        Dat de sjieke metselaar langzaam vanzelf verdwijnt, weet de aannemer. Scheelt aardig in de kosten.
        De stenen zelf ondertussen, ontgaat het palaver. Zij worden gelegd. Of de kwaliteit van het cement, al of niet voldoende was, is niet zo’n probleem. De aannemer smeert gewoon later wat vers cement over de scheuren van het gebouw.
        Dat het fundament ondertussen aan het wegrotten is, interesseert aannemer noch metselaar.
        Zo “pruttelt en poldert” het, in het bouwwerk ook weer gewoon door, terwijl de aannemer alweer verzint, waar hij, welke kamer en hoe zal veranderen. Metselaars uit Polen zat, toch. Extra scheutje water in het cement en klaar.
        En die fundering? Die zie je toch niet.

        • Altijd mooi een parabel
          maar construeer deze dan wel zo dat hij bruikbaar is.

          Wie is de hoofdaannemer? En, is het waar, is er eindelijk bepaald dat die van de ‘sjieke metselschool’ meer gaan verdienen? -Waarom gaan ze dan vanzelf weg?

          Is de aannemer eigenlijk de hoofdaannemer? Die eerst bepaald heeft dat de sjieke metselaar meer verdient, maar die nu wil dat de sjieke metselaar weggaat? Vreemde aannemer…

          Het gebouw lijdt onder ruzies, maar dat komt de aannemer goed uit- dus is het dom om ruzie te maken, niet waar? Eigenlijk komt dat allemaal omdat die van die ‘ene’ school vinden dat ze beter kunnen metselen… nou, nou, dat moeten dan wel metselaars zijn met een heel erg slechte inborst!

          Mooie parabel, Leo. Ondanks dat ik de logica er van maar ‘zo zo’ vindt, is de boodschap begrepen.

          Waarom kost het eigenlijk zoveel moeite om mensen met een eerstegraads bevoegdheid schaal 12 te gunnen, en desondanks gewoon samen verder te werken- is het idee dat eerstegraads docenten een hogere schaal willen dan werkelijk zo onredelijk!?

          • Traject
            Een eerstegrader heeft per definitie een langere studieroute achter de rug, welke tegenwoordig niet meer wordt beloond. Of je nu, net zoals ik, bewust kiest voor het docentschap (en niet de wetenschap) en via voltijd 2egr – deeltijd 1egr de bevoegdheid binnensleept, of je doet ’t via universiteit – voltijd 1egr: je hebt aantoonbaar meer tijd in de collegebanken doorgebracht, dan een 2egrader.
            Zonder (reëel!!) uitzicht op een hogere beloning valt voor velen de motivatie voor zo’n langdurig traject weg en daalt het opleidingsniveau van je onderwijzend personeel.

          • Een parabel
            is om te begrijpen en gaat niet over logica.
            Kinderen zuigen de parabel op en doen er iets mee, of niets.
            Managers maken van logica hun tralala
            en leerkrachten palaveren of doen misschien iets.

    • B(A)O en VO. “Prutelen en polderen”.
      Wel wat verschil. Binnen het BO verdient iedereen hetzelfde. Dat de beloning lager is, dan binnen het VO, is logisch. Lagere vooropleiding. ’n Metselaar verdient minder dan de aannemer. En die minder dan de architect. Desondanks kom ik zelden ’n BO leerkracht tegen, die graag VO leraar zou willen worden.
      Dat men zich niet “roert” in het BO, is helaas waar. Als ’n BO team langzaam verandert, van veel volle banen en ’n paar parttimers, naar veel parttimers en enkele volle banen, verandert er meer dan dat alleen.
      Binnen zo’n steeds verder “versplinterende” organisatie, is er steeds minder kans op protest en “roeren”.
      Allemaal verschillende eigenbelangetjes ontstaan. Daaruit ontstaat geen protest. Dat “Pruttelt en poldert”.

  3. Re: deze discussie
    Deze discussie gaat er steeds over of het hebben van een eerstegraads bevoegdheid wel een extra beloning waard zou zijn.

    De meesten van ons steunen deze vereniging, die constateert dat kennis steeds verder wegzakt in het huidige onderwijs en dat er veel te weinig waardering is voor de docent als bron van die kennis.
    Ik vind het heel inconsequent als je dan tegelijkertijd roept dat de van oudsher beste opleiding eigenlijk niet belangrijk is voor ons beroep. In feite ondergraaf je met die uitspraak ook je eigen positie: je zegt stomweg dat (extra) kennis niet belangrijk is. Door dat aan te geven, geef je leerlingen bovendien precies het verkeerde voorbeeld. Maak je niet druk jongens, kennis is niet belangrijk.

    Als je er zo over denkt, waarom werk je dan eigenlijk in het onderwijs?

    Vergeet u ook niet dat er nog horden mensen zijn die weer minder goed dan u zelf zijn opgeleid. Die willen ook wel een LB salarisje met uitzicht op LD. En zitten die er eenmaal, dan denkt u bij uzelf: waarom heb ik eigenlijk die ingewikkelde opleiding gedaan? Met academici hoeft u over dat feest der herkenning niet meer te praten. Die zijn dan allemaal al lang vertrokken.

    • Ik ben zelf 2-graads
      Ik ben zelf 2-graads bevoegd, maar sluit mij aan bij S. Stevin. (Vak)kennis moet beloond worden. Waarom zou een acadimicus anders nog het onderwijs ingaan? Academici gaan tijdens hun studie veel dieper op een taal in (mijn vak), dan op de voormalige opleiding MO-A – die op dat niveau overigens uitstekend was -, en zeker dieper dan op de huidige lerarenopleidingen. Wel is zo, dat acadamici dan ook les moeten geven op Havo, VWO en HBO. Daar is het ook belangrijk, dat de docent hoog boven de stof staat.
      In het MBO hebben we toch meer te maken met toegepaste en beroepsgerichte kennis en deze moet dan uiteraard wel zodanig zijn, dat leerlingen kunnen doorstromen naar het HBO, waar het niveau weer hoger zou moeten liggen. In het huidige MBO werken nog enige academici, deze kunnen hun kennis niet kwijt en functioneren zeker niet beter dan 2e-graders.
      Aan de andere kant wordt dit vanzelf opgelost door het aanstellen van coaches en het loslaten van vakken. Er zal nu en in de toekosmt echt geen academicus meer solliciteren binnen het MBO. Op dit moment zijn er op MBO-opleidingen waar nog wel vakken worden gegeven, trouwens ook al bijna geen 2-graads economen te krijgen.
      Als er zoals in het verleden het verschil van een schaal blijft bestaan tussen 1e en 2e-graads bevoegden, heb ik daar dus geen moeite mee, mits men binnen een instelling werkt, waar men deze kennis toepast. Uiteraard ga ik er wel van uit, dat beide beloningen zodanig zijn, dat werken in het onderwijs aantrekkelijk wordt en de zuigkracht van het bedrijfsleven kan weerstaan.

      • Inspanning (kennisverwerving) wordt ook niet meer beloond
        Waarom zou je überhaupt nog na je 2e-gr lerarenopleiding de moeite nemen om een zware 1egr deeltijdstudie te gaan volgen, als die investering zich toch niet terugbetaalt?
        Net zoals velen in het verleden na MO-A de MO-B hebben behaald en daarnaar werden beloond, zou ook deze inspanning een salarisverbetering tot gevolg moeten hebben.

      • Aan welke klassen geeft de 1ste gr les?
        Over dit onderwerp valt veel te dicussieren- maar ik geloof dat een 1ste gr letterlijk voor iedere klas op elk niveau moet kunnen functioneren. Hij staat in de bovenbouw van het gymnasium, maar hij kan ook lesgeven in de onderbouw van het VMBO. Of hij dat wil is een tweede. Ik persoonlijk geloof overigens dat hij dat wel zou moeten willen, want voor je didactische vaardigheden is lesgeven aan het VMBO ook goed. Ieder het zijne, hoor, maar ik vind zelfs dat een 1ste gr er de nodige aardigheid in moet hebben om op alle niveau’s les te geven. En daarmee toont hij dan ook zijn meerwaarde: hij kan op alle niveau’s lesgeven.

        (Hoe oud ben je als je nog spreekt van bovenbouw en onderbouw? Oef!- Ik zal morgen mijn schuilnaam veranderen in ‘Ouderwets Antiek’ – je hebt zeker ook ‘Nieuw Antiek’, zoals je ook het ‘Modern Antiquariaat’ hebt. Het ‘Ouderwets Antiquariaat’ heb ik nooit gezien.)

        • Eens, maar ook ‘ieder het zijne’
          Ik heb makkelijk ‘meehuilen’ met je stelling: ik geef ook les op alle 3 niveau’s (weliswaar examenklasen). Toch heb ik prima functionerende 1egraads collega’s die ik niet graag voor een VMBO-klas zou zetten. Als was het alleen maar om hen te beschermen tegen afbranden waardoor zij ook voor de bovenbouw (ik ben van 1968 😉 ) verloren zouden gaan.

          Het heeft in ieder geval een persoonlijke meerwaarde: je beseft dat de maatschappij niet bestaat uit die 25% die naar HBO-universiteit gaan maar je staat ook ‘met beide poten tussen ’t voetvolk’ dat er voor zorgt dat je je boodschappen bij de AH kunt doen, je kinderen naar de kapper kunnen en het winkelcentrum beveiligd wordt.

          (n.b. in mijn studietijd werd nog gesproken over 10% van de samenleving met HBO-WO; het laatste cijfer dat ik heb gehoord is dat dat inmiddels 25% van de Nederlandse bevolking betreft. Dat lijkt een mooie ontwikkeling, maar: is hoger opgeleid tegenwoordig ook beter opgeleid?)

          • De geschiedenisleraar heeft altijd gelijk-
            ik zou het dan ook niemand willen verplichten. Soms vraag ik me overigens wel af of deze 1ste graads collega’s het echt niet kunnen, of dat het ook een beetje een kwestie is van willen. Lesgeven aan 4de klassen is niet minder zwaar dan lesgeven aan de moeilijkste klassen van het VMBO. Komt nog bij dat die in 4 HAVO, als ze schelden, de woorden zo kiezen dat ze weten hoe ze je gemeen kunnen treffen. De leerlingen in het VMBO gebruiken gewoon de scheldwoorden die ze voor iedereen en alles gebruiken. En je weet dat ze het niet eens zo menen.

            En ik ben het zeker met je eens dat het voor 1ste gr leraren leerzaam is om in alle afdelingen les te geven. Al was het alleen maar om onze collegas die les geven in het VMBO te steunen bij het afdwingen van beduidend kleinere klassen (of ze moeten minder probleemleerlingen in de klassen stouwen).

            Ik geloof ook dat dat in deze discussie over het geld een beetje de verwarring is: het lijkt er op dat een hogere schaal voor 1ste gr leraren impliceert dat 2de gr leraren verwaarloosd moeten worden. En dat is een misvatting. Ik zelf geloof dat het zeer redelijk is dat er eerst veel (!) geld gaat naar klassenverkleining in het VMBO, en daarna geld naar een betere beloning voor 1ste gr leraren. Ik ben er wel op tegen om de lonen voor 1ste gr en 2de gr leraren gelijk te trekken.

          • Nog een argument : de
            Nog een argument : de zwakste leerlingen verdienen de beste leraren om zich optimaal te ontwikkelen. Dat is soms een academicus. Ik voel mij ook in VMBO-T klassen als academicus bijzonder nuttig.
            Kleinere VMBO-klassen en betere bezoldiging van de academicus moeten allebei nu en niet na elkaar.
            Redenen : vegrijzing op de arbeidsmarkt en het weer enigzins concurerent maken van het onderwijs, terwille van de kwaliteit van het onderwijs

          • In sommige vakken is de inhoud
            wel belangrijk anders in onder- en bovenbouw (geen antieke termen, hoor!). Dat kan ook een belangrijke reden zijn om in de bovenbouw te willen werken.

  4. Leraar aantrekkelijk maken
    Ik vind het erg belangrijk dat er ook academici voor de klas staan. Ik vind het niet nodig dat ze méér verdienen dan tweedegraads leraren, omdat ik vind dat beloning niet af moet hangen van vooropleiding, maar van de zwaarte van het werk en de geleverde kwaliteit.
    Als leraar weer een echt aantrekkelijk beroep wordt, dan willen academici ook graag in het onderwijs werken. Het zou heel goed voorstelbaar zijn dat hun academische vorming (al vraag ik me af of dat tegenwoordig nog bestaat) een voordeel zou kunnen zijn bij hun sollicitatie. Laten we ons NIET verdelen: onderwijs moet aantrekkelijk worden voor alle niveaus! Op een echt aantrekkelijke baan (goed salaris, goede arbeidsomstandigheden) wil iedereen graag solliciteren!!!!
    De huidige salarissen en arbeidsomstandigheden in het onderwijs maken deze sector voor iedereen (dus ook voor academici) onaantrekkelijk. Vraag maar eens in een gemiddelde klas (niveau maakt niet uit) of leerlingen geïnteresseerd zijn in het leraarschap: echt never nooit, zeggen ze dan.

    Ik vind het overigens erg onsportief dat Bram Roth elke keer opnieuw zijn oproep plaatst. Kennelijk houdt hij niet van de commentaren die er steeds weer komen. Ik geef het op.

    • Jammer dat we je er niet van kunnen overtuigen
      dat het niet reëel is om mensen die langer gestudeerd hebben op een hoger niveau het zelfde te laten verdienen.
      Hoe goed is ‘kwaliteit’ te meten? Dan zou er één standaard moeten gelden en aangezien de besturen het allemaal zelf mogen uitzoeken, verschilen die standaarden.
      Ik ken scholen waar het feit dat de leraar populair doet/is, gezien wordt als een bewijs van kwaliteit. Dat de betreffende docent misschien op vakinhoudelijk terrein allerlei steken laat vallen, vindt de directie niet belangrijk! Ik ben bang dat standaarden voor goede kwaliteit net zo ongrijpbaar zijn als (bijvoorbeeld) HNL.
      En wat is zwaarte? In het vmbo is orde houden en zorgen dat er überhaupt geleerd wordt voor toetsen misschien zwaar. In de bovenbouw van het vwo is het nakijken vaak weer veel tijdrovender en kost de voorbereiding voor lessen meer tijd. En wat de een als zwaar zal ervaren, is voor de ander misschien een peulenschil.

      • Nog één keer dan!
        Nérgens in Nederland wordt het salaris direct gerelateerd aan de opleiding. Salaris wordt gerelateerd aan een functie. Ik vind het brutaal om alleen op grond van een academische opleiding méér salaris te eisen. Dat gebeurt nérgens, afgezien nog van de vraag of een academische opleiding tegenwoordig echt nog zoveel meer voorstelt dan een HBO opleiding.
        Een paar voorbeelden: Een bibliothekaris heeft een stevige HBO-opleiding achter de rug, evenals een verpleegkundige. Ze worden beiden schandalig slecht betaald. Een HBO-er in de economische sector kan beter betaald worden dan een academicus met pak’mbeet wiskunde of Slavische talen. Doekle Terpstra en Ella Vogelaar hebbem beiden alleen HBO, maar hun salaris mag er wezen. Ik ken gepromoveerde academici die werkloos thuis zitten of genoegen moeten nemen met een slechtbetaald baantje. Schaarste is er dus ook niet.

        Een hoger salaris eisen alleen op grond van je diploma is brutaal en onterecht!

        • RWI voorziet juist groot tekort
          aan hoogopgeleiden. Bovendien is het perspectief op arbeid voor academici gerelateerd aan het vakgebied. Overigens ben ik met je eens dat men in de zorg te weinig verdient, maar dat geldt evenzeer voor het onderwijs. Ik zie toch duidelijke verschillen in denkniveau tussen mensen met een tweedegraads opleiding (die ik gevolgd heb) en zij die een universitaire opleiding (die ik ook gevolgd heb) hebben genoten.
          Ik vond het niveau van de medestudenten bij de tweedegraads opleiding erg wisselen, om me diplomatiek uit te drukken. Ik heb me stierlijk zitten vervelen bij de meeste werkgroepen en me voortdurend moeten inhouden bij het stellen van vragen.
          Ik vind het volkomen gerechtvaardigd dat degene met het hoogst genoten onderwijs beter betaald wordt, aangezien deze opleidingen hogere eisen stellen en meer tijd en geld kosten. Veel studies leiden ook op tot meer verantwoordelijke posities in veel werkvelden.

        • Dat salaris buiten het
          Dat salaris buiten het onderwijs ook aan ‘functie’ wordt gekoppeld is mij geen geheim. Eerdere opmerkingen over de ondefinieerbaarheid van dit begrip gaan mutatis mutandis ook daar op. Het optuigen van organisaties met als basiseenheid de functie is economisch ineffici-ent omdat het kapitaal in mensen zit. Een verstandige personeelsfunctionaris gaat niet uit van een functie en zoekt daar dan iemand bij, maar draait de zaken om: Hij zoekt, gegeven de bijzonderheden en talenten van een sollicitant, naar de beste manier om die talenten te verzilveren. De eerlijkste manier om talent in te schatten is kijken naar vooropleiding.

          Dat academici onder hun niveau moeten presteren of soms zelfs werkloos thuiszitten is een van de uitwassen van de functie-gebaseerde geprotocolleerde manier van organiseren van het economisch leven, die helaas gemeengoed is geworden. Dat wiskundigen, en anderen die zijn ingewijd in de grootste scheppingen van de menselijke geest, massaal niet aan de bak komen, en al zeker minder dan HBO’ers met pak ‘m beet Personeel & Organisatie, is al helemaal een grote schande.

          Laten we deze schande uitwissen, te beginnen bij het onderwijs.

          U ziet, ik blijf ‘brutaal’…

          • Eye opener
            Soms kom je een betoog tegen dat precies op zn plek valt. Voor mij is dit er zo eentje. Dank Bram.
            Inderdaad: uitgaan van functies betekent automatisch dat de mensen maar zeer gedeeltelijk worden “gebruikt”, het is de mechanisatie van de medewerker. Ga je uit van mensen en zoek je daarvoor de beste plek, dan is dat vele malen beter voor de organisatie en voor de persoon.

            Het komt alleen tegen een prijs: die van organisatorische complexiteit (denk ik?). En dát is enkel een probleem als de organisatie groot wordt. Ik kleine organisaties weet iedereen dat je Kees moet hebben als een leerling thuis problemen hebt en je hebt een collega nodig om tegen aan te praten. In een grote organisatie bel je het steunpunt leerlingen met problemen, want die is zo groot dat lang niet iedereen Kees kent.

        • De onafwendbare gevolgen
          1) Als je niet beter betaalt is er geen prikkel voor een docent om zich qua kennis te verbeteren. En stel nu dat je uit idealisme (zoals ik) toch met je goede opleiding voor de klas gaat staan, dan beleef je dagelijks de frustratie dat mensen, die jij intellectueel in je zak kunt stoppen, meer verdienen en meer te vertellen hebben dan jij.
          2) Het nu al zichtbare gevolg is dat de academicus voor de klas uitsterft.
          3) Bijna alle VWO-leerlingen (categorale gymnasia voorlopig nog een tijdje uitgezonderd) krijgen dan les van docenten die zelf niet goed genoeg waren voor het onderwijstype waaraan ze doceren.
          4) Bizar? Ja, bizar, een leraar die stommer is dan zijn leerlingen.

          • Helemaal juist
            Het is belangrijk dat docenten in het VWO onderzoekservaring hebben. Hoe kun je anders leerlingen opleiding voor de wetenschap?

        • Volkomen mee eens
          “Een hoger salaris eisen alleen op grond van je diploma is brutaal en onterecht!” Hier ben ik het volkomen mee eens. Als je meer academici voor de klas wilt hebben zullen daar andere functies voor bedacht moeten worden dan de huidige. Plasterk zei dat ook (alleen is deze opmerking hier niet zo op zijn plaats): “Meer salaris als je b.v. een cursus coaching gevolgd hebt en leerlingenbegeleider wordt”, een andere functie dus. De functies die er voor bedacht zijn staan in de FUWA, maar misschien moeten we hier verder op door discussieren. Ik kan me voorstellen dat iemand die een talenpracticum runt, dat ook beschikbaar is na schooltijd (’s avonds, in de week-enden), of een ICT-coordinator, die ook buiten schooltijd cursussen aanbied, of een internetcafe op school runt, meer salaris krijgt. De functie is dan breder dan alleen docent.

          • Dit ben ik volstrekt niet met je eens
            Dat zou betekenen dat de academicus die er van geniet om stof over te dragen, veroordeeld wordt tot zo’n saaie managersklus! Wat een maatschappelijke verspilling, wat een kapitaalvernietiging!

          • Wat een onzin. Punt.
            Men zegt [Een hoger salaris eisen alleen op grond van je diploma is brutaal en onterecht!] En dit is inmiddels al honderd keer geroepen, en al even vaak weerlegd.

            Dit is in het onderwijs -waar er geen ‘hogerop’ bestaat!- wel degelijk de beste basis om een hoger salarais te verdienen.

            En wie het daar niet mee eens is, moet iets vreemds uitleggen: ten eerste, waarom moet een docent, om meer te verdienen, iets doen waarbij hij geen docent meer kan zijn? (Talenpracticum runnen, haha: waarom niet ook de tuin verzorgen? Het zijn echt vreemde voorstellen hoor. Dan hebje keus uit die afschuwelijk C2 taken: Johan verzorgt de dansvloer, Pieter bewaakt de deuren, Kees doet de broodjes, Clara 3 bereidt het reisje naar Rome voor, Clara 4 geeft melk, enz.)

            Ten tweede: dit diploma dekt in het onderwijs precies de enige handelswaar die ter zake doet: kennis van je vak.

            Verder doen docenten, eerste of tweedegraads, precies hetzelfde werk. (En het is heel aardig dat sommige 1ste gr docenten graag lippen dienst bewijzen aan hun 2gr collega’s, maar dat is dan door een leugen te verkopen: namelijk dat lesgeven in het VMBO per definitie zwaarder is dan in de bovenbouw HAVO. Misplaatste goedwillendheid.)

            Meer valt er over beloning echt niet te zeggen in een ‘platte’ organisatie.

        • Re: nog 1 keer dan
          Beste Hinke,

          Eerstegraders hadden in de school een andere functie: lesgeven aan HAVO/VWO versus lesgeven aan LBO/MAVO voor tweedegraders. Dat een eerstegrader die op het LBO lesgeeft niet meer moet verdienen dan een tweedegrader, daarin kan ik met je meegaan. Een eerstgrader die lesgeeft op HAVO/VWO (ook onderbouw HAVO/VWO!) hoort meer te verdienen dan een tweedegrader en tweedegraders moet het strikt verboden worden les te geven op HAVO/VWO.

          Artsen verdienen ook meer dan verpleegkundigen en als er te weinig chirurgen zijn dan laten we de verpleegkundige ook niet opereren.

          • Nee, dat klopt niet.
            Van oudsher geven tweedegraads opgeleiden les aan de onderbouw van havo/vwo en aan de onder- en bovenbouw van het vmbo. Ik zie niet in waarom dat zou moeten veranderen. Overigens denk ik dat je dan heel weinig mensen krijgt voor een tweedegraads opleiding. Lesgeven in het lbo mag je als je derdegraads bevoegd bent.

          • Historie
            Dat tweedegraadsdocenten lesgeven aan de onderbouw HAVO/VWO is volgens mij iets van de laatste 20 jaar, maar ik kan me vergissen.

            Het zou in ieder geval niet meer moeten mogen vind ik. Een tweedegraads docent mist de intellectuele bagage om aan HAVO/VWO les te geven. We maken voor de leerlingen onderscheid tussen de LBO/MAVO onderbouw en de HAVO/VWO onderbouw, waarom voor de docent dan niet?

          • Dan kun je de school wel sluiten maar
            je vergist je bovendien. Mensen met een mo-akte (A) gaven vanouds al les in de onderbouw van alle schooltypen; met mo-B mocht je ook de bovenbouw lesgeven. Waar wilde je die academici vandaan halen om in de onderbouw van havo/vwo les te geven??? Ze willen niet, zo lang het beroep zo’n lage status heeft en de inkomsten niet verbeteren.

          • Artsen en verpleegsters
            Artsen hebben een héél andere functie dan verpleegkundigen én een heel andere verantwoordelijkheid. Evengoed vind ik dat het salarisverschil tussen die twee groepen kleiner zou moeten zijn. Leraren in onderbouw en bovenbouw hebben dezelfde functie en verantwoordelijkheid met een ander accent (meer pedagogisch versus meer gericht op vakinhoud)
            Derdegraads bevoegdheid bestaat niet meer.

          • Re: artsen en verpleegsters
            Leraren in HAVO/VWO en leraren in LBO/MAVO hebben niet dezelfde functie. Daar ben ik het dus echt met je oneens Hinke. Heeft de leraar op het LBO volgens jou ook dezelfde functie als een onderwijzer of een hoogleraar? En een juffrouw van de kinderopvang?

          • Jawel, leerkrachten die bevoegd zijn
            voor het bo hebben een derdegraads bevoegdheid waarmee ze in de brugklas mogen lesgeven. Volgens mij kunnen verpleegkundigen zich ook specialiseren en wordt dat ook beter beloond. Dus ook daar geldt: hoe meer opleiding, hoe beter de betaling.

    • De crux
      De crux is en blijft steeds dat ‘het’ werk van een academicus in dezelfde functie zwaarder moet wegen dan ‘het’ werk van de niet-academicus, als het academische karakter van het werk meerwaarde geeft gezien de functie. Onderwijs even aantrekkelijk maken voor academici als voor niet-academici is enkel mogelijk als die eersten een academisch salaris en academische werkomstandigheden krijgen. Academische vorming werkt in de praktijk bij sollicitaties in je nadeel, omdat schoolbesturen het liefst docenten hebben die niet tegenspreken.

      • Ik protesteer weer
        Beste heer Bram Roth,
        Ik wil wederom protesteren tegen het feit dat u tweede graders afschildert als docenten die niet tegenspreken. Hier laat u zich zeer denigrerend uit over uw collegae. dat voor wat de laatste zin betreft.
        Dan voor uw eerste zin, volgens mij is er in het europese hof een uitspraak gedaan over gelijkheid van betaling aan mensen in de zelfde functie. Dus wat u in de eerste zin stelt gaat helemaal niet. Buiten de voor mij toch wel lachwekkende uitlating dat het werk van een academicus voor de klas zwaarder is dan het werk van een niet academicus.
        En dan uw opmerking dat een academisch geschoolde docent academische werkomstandigheden hoort te krijgen is iets wat u mij nader mag uitleggen. Hoe moet ik me bij mij op school academische werkomstandigheden voorstellen? Is dat een college zaal met 100 leerlingen?

        • Ook vanuit het perspectief van de ouder
          heb ik in de bovenbouw van het vwo liever academici voor de klas! Docenten die zelf ervaring hebben met wetenschappelijk onderzoek, kunnen leerlingen mijns inziens beter voorbereidend wetenschappelijk onderwijs geven. Al zijn er kennelijk veel eerstegraders die ook in andere afdelingen lesgeven, dat laat niet onverlet dat de bovenbouw van havo/vwo recht heeft op academisch opgeleiden.
          Overigens staat ook in vacatures van functies in andere sectoren vaak ‘academisch denkniveau’. En daar gaat het mijns inziens om.

        • Ik ben blij dat u mij hier
          Ik ben blij dat u mij hier tegenspreekt en dwingt tot een nuancering. Ik put uit mijn eigen, zij het bescheiden, ervaring als ik meen te kunnen vaststellen dat eerstegraders iets minder met zich laten sollen dan anderen, en dat dat voor schoolbestuurders vervelend is lijkt me evident. Ook ervaringen elders op dit forum bevestigen dit beeld.

          Gelijke betaling in gelijke functies is prima zolang mensen enkel in een voor hen geschikte functie worden geplaatst. Als een tweedegrader geschikt is voor een eerstegraads functie mag deze tweedegrader wat mij betreft een eerstegraads functie bekleden en navenant worden betaald, maar dan moet de betrokkene deze geschiktheid eerst aantonen. En hoe hoger het niveau van onderwijs, hoe groter het relatieve belang van vakkennis ten opzichte van didactiek en pedagogiek. Universitair docenten hebben om die reden terecht geen bevoegdheid nodig.

          Gelijke betaling in gelijke functies is uit den boze als mensen in een voor hen ongeschikte functie worden geplaatst. Als u de letter van de uitspraak van het Hof wilt volgen is dat prima, maar dan mogen er geen minder geschikten in eerstegraads functies terecht komen.

          Onder ‘academische werkomstandigheden’ tenslotte, versta een academisch klimaat, zonder betutteling, geschapen door academisch gevormde collega’s. Eigenlijk vind ik een eigen kamer met bureau, computer en telefoon ook normaal, maar goed, er moet eerst in mensen ge-investeerd worden.

          • Oef- volgens mij had je dit KLIK HIER NIET
            niet moeten zeggen… (haha). [Citaat- En hoe hoger het niveau van onderwijs, hoe groter het relatieve belang van vakkennis ten opzichte van didactiek en pedagogiek. Universitair docenten hebben om die reden terecht geen bevoegdheid nodig.-Einde citaat].

            Ik stel voor dat we hier in een nieuwe draad even uitgebreid over gaan discutieren (met nadruk op ’tieren’? -Welnee…)

            Maar ik kan me een docent herinneren… die zo overduidelijk… geen… les… kon geven… dat er tenslotten geen touw meer aan vast te knopen was… -Helaas, hadden wij aan deze man maar een touw mogen vastknopen, hadden we hem weggesleept. Het onderwijs aan de universiteit was in mijn tijd matig.

          • Ik heb me nooit gestoord aan
            Ik heb me nooit gestoord aan slechte docenten aan de universiteit. Hoe slechter, hoe actiever je moest zijn om er nog een touw aan vast te knopen en hoe meer je leerde. Vooral heel knappe profs waren soms fascinerend warrig. Wie start hier een nieuw draadje over?

          • Ik ben het met je eens
            dat hoogleraren en docenten in het hoger onderwijs net zo goed didactisch moeten zijn onderlegd. Overigens heb ik meer goede hoogleraren en medewerkers aan de UvA meegemaakt dan docenten in het middelbaar onderwijs, maar dat kan toeval zijn.

          • Goed college geven
            Hoogleraren die goed college gaven waren ook populair om bij af te studeren; die konden hun afstudeerders en promovendi uitkiezen en voor hun onderzoek inzetten. Echt slecht docerende hoogleraren heb ook ik niet meegemaakt.

          • wij komen nader
            Geachte heer Bram Roth,
            Ik denk dat we hierop een goede wisky kunnen drinken, ga ik zo dan ook maar doen. Dit zijn inderdaad woorden naar mijn hart. Dus de opzet van het fuwa is voorzien van de verkeerde functies. Ja wanneer we een omschrijving van functies kunnen maken waarin de academische manier van lesgeven naar voren komt, dan zijn we inderdaad op een punt waar een docent als docent echt kan doorgroeien. Overigens zou ook een door groei in het gebied van de praktijkvakken op deze wijze mogelijk worden. En inderdaad je kwalificatie bepaald uiteindelijk je functie. Dat betekent binnen een scholengemeenschap dat binnen vaksecties het onderwijskundige deel ook door deze zeer bekwame academisch denkende en handelende docenten geleid moet worden.

            Daarbij hoort inderdaad die eigen kamer, met bureau en andere randvoorwaarden. Overigens ga ik dan nog een stap verder, werkplekken (let wel plekken en niet eigen kamers) voor alle andere docenten en laten we dan netjes van 8 tot half vijf op school zijn en dan hoeven we ook geen werk mee naar huis te nemen.

            In dit licht kan ik heel goed meegaan met POE, maar verander alstublieft die tweede regel, dat want hoort daar niet tussen, die zin klopt niet.

            En wat dat investeren betreft, ja er moet over de gehele linie geïnvesteerd worden in GOEDE DOCENTEN en niet in begeleiders zoals nu steeds meer en meer op de opleidingen gebeurt.

          • Met ‘betutteling’ bedoel ik
            Met ‘betutteling’ bedoel ik de geïnstitutionaliseerde bemoeizucht met een vaste functionaris voor begeleiding, collega’s die elkaar voor de directie bespioneren onder het mom van ’transparantie’, en gestandaardiseerde beoordeling (kortom grosso modo wat de inspectie ‘kwaliteitszorg’ noemt). Professionals zijn van nature kritisch op zichzelf en anderen, en zullen, daar waar zich problemen en knelpunten voordoen, initiatief nemen tot het oplossen van die problemen en het wegnemen van knelpunten. Daar hoort vanzelfsprekend ook bij dat docenten elkaar met raad en daad bijstaan en samenwerken waar noodzakelijk en mogelijk. Dit alles is geen betutteling maar professionaliteit. Betutteling schaadt het aanzien van het beroep, professionaliteit doet het aanzien goed. Komen we zo weer een beetje nader?

          • Hoe groter geest, ….
            Mijn educated guess: iemand die erg goed is in zijn vak zal c.p. gemiddeld ook een beter docent in dat vak zijn. Dit geldt ook voor goede onderzoekers. Dit ter weerlegging van de laster die op universiteiten vaak hoort: veel docenten gooien er met de pet naar omdat ze hun onderzoek belangrijker vinden dan doceren.
            “En hoe hoger het niveau van onderwijs, hoe groter het relatieve belang van vakkennis ten opzichte van didactiek en pedagogiek. Universitair docenten hebben om die reden terecht geen bevoegdheid nodig.” Met dat laatste ben ik het niet eens.
            Willem Smit

        • @McNeal
          Je schrijft: “Buiten de voor mij toch wel lachwekkende uitlating dat het werk van een academicus voor de klas zwaarder is dan het werk van een niet academicus”. Dat jij deze uitspraak doet, dat is lachwekkend. Volgens mij heb jij een dringende, urgente behoefte om docenten die beter zijn opgeleid dan jijzelf, omlaag te halen.

          • Let op …
            Beste S. met wat u zegt,
            Ik heb ervaring van lbo-a t/m gymnasium 5 met wiskunde en scheikunde, dus mag ik stellen dat ik uit ervaring spreek.
            Het werk is anders, maar niet zwaarder, net zomin als het werk in 4 vmbo-t zwaarder is dan in gym 5. Nee het werk is anders maar niet zwaarder. DUS ik haal niemand omlaag en stop eindelijk eens met dat beschuldigende en negatieve gedoe van u en probeer eens positief en constructief te reageren.

      • De crux ?
        De problemen met de, wat ik nu maar even noem, ongelijke salariering in het onderwijs, vooral als het gaat om “dezelfde” werkzaamheden zijn niet van vandaag of gisteren. Al jaren geleden stond het onderwerp prestatiebeloning in het HBO op de agenda. Er is nooit een sluitend systeem ontwikkeld. En waarom niet ? Omdat niet objectief te bepalen is of iemand een betere, hogere, belangrijkere, intensievere, …., prestatie heeft geleverd. En als je dan een vage term als “academisch karakter” ook nog een rol laat spelen, krijgt het geheel het karakter van een Poolse Landdag. En dan weet je precies hoe de hazen lopen: het management bepaalt. Het voorstel om een gehele groep (“eerstegraders”) hoger in te schalen vind ik uitermate onrechtvaardig, omdat ik eerstegraders ken die van mij meer mogen verdienen en ook eerstegraders ken voor wie ik het salaris van schaal 9 nog te hoog vind. Dit is een oeverloze discussie en zoals ik al eerder heb gesteld: de echte eestegraads docent moet zijn voldoening vinden in het “op academisch niveau” bezig zijn, zijn/haar leerlingen dat door hebben, zodat zij hem/haar herinneren als de docent waar ze wat aan gehad hebben in hun leven. En als deze later een oud-leerling tegenkomt hij/zij aan zijn/haar gezicht ziet dat dat ook daadwerkelijk zo was.

        • Vooropleiding zal niet in
          Vooropleiding zal niet in alle gevallen voldoen als maatstaf, maar is over het geheel genomen het rechtvaardigste criterium om naar te differentiëren met het oog op de vage, maar o zo belangrijke ‘academische uitstraling’. Sommigen zijn het hier niet mee eens, anderen wel. De laatsten worden uitgenodigd het POE-manifest te steunen.

        • etgeepeeeenenzestig: Uw redenering komt overeen
          met de gedachte dat niets doen altijd goed is bij twijfel. Dan kunnen we beter het zekere voor het onzekere nemen en alle docenten maar zo laag mogelijk inschalen, want dan weet je zeker dat je de kwaden niet beloont. Is dat de portee van uw betoog? Zo niet, dan graag een wat betere verdediging van de stelling dat opleiding geen goed cirterium is.

          • Zo laag mogelijk ?
            Ik zeg toch nergens “zo laag mogelijk inschalen”. Ik reageer op: “de beloningsstructuur die eerstegraders afscheept met een salaris dat in geen verhouding staat tot de markt” en op de verhouding die er nu is tussen eerste- en tweedegraders. Ik vind die verhouding in orde. Aan de universiteit wordt wetenschappelijk personeel met een onderwijstaak ook aangesteld in schaal 10. Het benoemingsbeleid van een school moet uitgaan van de behoeftes die er zijn en niet van het aantal docenten met een titel. Daarbij is opleiding altijd een goed uitgangspunt, maar op zich geen criterium.

          • De verhouding in orde?
            De huidige verhouding tussen het salaris van eerstegraders en tweedegraders is 1:1. Ze verdienen evenveel. Begrijp ik het goed dat jij dat in orde vindt gp61?

          • Verhouding 1:1 ?
            Verhouding 1 : 1 ? Dat wist ik niet. Ik maak nu gebruik van een werkstuk van leerlingen: “Hij vertelde ons dat leraren in de bovenbouw (eerste graad) meer verdienen dan in de onderbouw of op het vmbo.” (lees hier verder …).

          • Wat vinden de forumbezoekers van dit werkstuk (5VWO)
            Ik geef les in het HBO. IK ken de eisen van het vak (?) management en organisatie op het VWO ook niet. Maar ben buitengewoon benieuwd van de mening is van de medeforumleden over dit werkstuk. Dan doe ik zelf de aftrap natuurlijk (er van uitgaande dat u allen, wijze collegae en ouders, zich onafhankelijk van mijn mening zullen opstellen.

            1 Bij eerste lezing vond ik het beslist niet slecht. Werkstukken van 1e jaars HBO zijn gemiddeld niet beter, eerder slechter.
            2 Men heeft informatie verzameld en serieuze interviews gehouden en daarna een eigen mening verwoord. Dat is netjes natuurlijk.
            3 Ik vond de leesbaarheid middelmatig, te weinig structuur en te veel schijnbare herhalingen
            4 Jammer dat men geen docenten heeft geinterviewd, enkel administrateurs.
            5 Er is weinig kritisch doorgevraagd op de mening van die administrateurs (“vroeger werden alleen eerstegraders aangenomen, dat gebeurde uit gemakzucht”)
            6 De inleiding geeft aan waarom men het onderzoek heeft gedaan en als aanleiding staat het probleem om aan voldoende docenten te komen. Het verslag zelf komt nergens terug op die aanleiding maar gaat enkel in op wat “eerlijk” salaris zou zijn.
            7 Als vanzelfsprekend wordt aangenomen dat het nutteloos is om eerstegraders aan te nemen als dat niet perse moet.
            8 De blik van het onderzoek is eenzijdig economisch, het gaat nauwelijks over kwaliteit van onderwijs of over de rvaag (punt 7) waar het allemaal mee begon.

            Actie:
            Ik zou deze punten met de schrijvers bespreken (al eerder in het proces) en een 2e versie vragen.

            NB dit alles met enkel inhoudelijke overwegingen. Uit tijdsdruk zou ik er ook zomaar een zeven voor hebben kunnen geven. Inhoudelijk vind ik echter dat het beter kan en dat het werkelijke leereffect voor deze leerlingen er ook alleen maar is als dit werkstuk opnieuw wordt overdacht en herschreven. Dit geeft voor mij aan dat werkstukken enkel nuttig zijn als je er een onevenredige hoeveelheid tijd in steekt (als docent).

          • Andere mogelijkheid
            21_3_45 schrijft: “Dit geeft voor mij aan dat werkstukken enkel nuttig zijn als je er een onevenredige hoeveelheid tijd in steekt (als docent).” Er bestaat ook de mogelijkheid zo’n stuk te laten becommentarieren door klasgenoten, ze steken er dan ook wat van op en de opmerkingen die 21_3_45 maakt, kunnen zij ook behandelen, wellicht via een opdrachtomschrijving van de docent.

          • Daar heb je gelijk in
            NAtuurlijk kun je de leerlingen/studenten betrekken bij het bespreken/beoordelen.
            Ik spreek misschien wat (te) veel vanuit mijn eigen ervaringen, maar die zijn niet gunstig. Dus misschien kan het wel, anders dan op de manier die op mijn opleiding werd gehanteerd.

            In mijn (vroegere) situatie werden vergelijkbare producten door de opstellers gepresentaard voor de groep met studenten.
            Daarvoor werden twee volle dagen uitgetrokken, zo’n 20 producten per groep moesten in die twee dagen de revue passeren. Studenten beoordeelden elkaars werk ook.

            Gevolgen waren:
            – men was weinig kritisch naar elkaar (in de, wellicht terechte, veronderstelling dat anders de criticasters zelf ook kritiek zouden ontvangen bij hun presentatie)
            – er was soms heel duidelijk groepsvorming, ook bij volwassen studenten (allochtoon versus autochtoon was echt een probleem, allochtonen hadden nooit kritiek op elkaar en reageerden fel op kritiek van anderen)
            – de producten waren vaak matig. Dat maakt dat de toehoorders er weinig van opstaken
            – er was altijd een fikse tijdsdruk om al die presentaties er doorheen te jassen. Iedereen wilde ook vooral op tijd klaar zijn, Dat kan ik ook billijken, ook al omdat al die presentaties verre van perfect waren.
            Ná zo’n zwakke presentatie wilden de studenten juist alle kritiek voorkomen. Want anders duurde het allemaal nog langer en met een beetje pech moest zo’n presentatie dan een keertje over en dat kostte opnieuw tijd.

            Nogmaals: wellicht zijn er vormen denkbaar die beter werken, maar je komt er niet onder uit dat studenten zich intensief moeten gaan verdiepen in andermans (matige) werk en dat dan zonder kennis van zaken nog moeten beoordelen ook.

            Een mogelijkheid zou zijn om er af en toe eentje uit te kiezen en die te laten beoordelen door alle studenten. Dat kan een leerzame ervaring zijn, maar dat vermindert de werkdruk van het verslagen nakijken door de docent natuurlijk helemaal niet.

          • Ik ben het met deze
            Ik ben het met deze observaties eens. Een zeurpuntje van mij nog: Ik telde ergens 3 d/t fouten in 5 regels. Het werk zou over moeten maar ik vrees inderdaad dat het wel met een 7 (of hoger) beloond zal zijn.

            Ik heb trouwens wel eens een opstel gelezen dat zo slecht van stijl was, dat ik pas nadat ik het had doorworsteld merkte dat een complete pagina ontbrak. Die student kreeg in mijn mild- en domheid een 4, ging klagen bij de Examencommissie en sleepte er zomaar een 6 uit. Terwijl het ook inhoudelijk gewoon vreselijk slecht was, echt flinterdun. Sic transit gloria mundi.

          • Re: Verhouding 1:1
            Met de invoering van de FUWA is het verschil in beloning tussen eerstegraads en tweedegraads docent verdwenen. Eerder was door de invoering van de HOS (beperking van het aantal eerstegraads salarissen) het in de praktijk al vrijwel onmogelijk geworden voor nieuwelingen om schaal 12 te krijgen (maar het verschil was er in principe nog wel). Met de invoering van de FUWA is alles hoger dan schaal 10 voorbehouden aan (pseudo-)managers.

            Ik ben overigens ook aan een werkstukje bezig over salaris in het onderwijs (iets andere invalshoek dan het werkstuk van de leerlingen). Misschien eerst even aan 1945 sturen voordat ik het op de site zet….

          • ‘Dat heb ik niet gezegd’. -Wel waar!
            Wees niet bang, beste GP61: ik kan lezen. Je schrijft: [Het voorstel om een gehele groep (“eerstegraders”) hoger in te schalen vind ik uitermate onrechtvaardig, omdat ik eerstegraders ken die van mij meer mogen verdienen en ook eerstegraders ken voor wie ik het salaris van schaal 9 nog te hoog vind. Dit is een oeverloze discussie en zoals ik al eerder heb gesteld: de echte eestegraads docent moet zijn voldoening vinden in het “op academisch niveau” bezig zijn, zijn/haar leerlingen dat door hebben, zodat zij hem/haar herinneren als de docent waar ze wat aan gehad hebben in hun leven.]

            We gaan analyseren:

            1. De gehele groep hoger inschalen is onrechtvaardig;
            2. want: sommige slechte 1ste gr verdienen een lagere schaal;
            3. en: er is geen goede methode om docenten in te schalen.
            ——————————————————————————–
            Dus: doe het niet.

            Het probleem is hiermee echter niet opgelost- want je schrijft ook:

            1. De gehele groep lager inschalen is onrechtvaardig
            2. want: sommige goede 1ste gr verdienen een hogere schaal;
            3. en: er is geen goede methode om docenten in te schalen.
            ———————————————————————————-
            Dus: doe het niet.

            Je ziet echter dat je conclusie in het tweede geval evident niet ‘rechtvaardig’ is. Omdat de eerste groep geen hogere schaal verdient, ontzeg je deze hogere schaal aan de tweede groep. -Maar dan (en dat is de crux) moet je eigenlijk consequent zijn, en de schaal zo laag mogelijk maken: immers, je kent meer gewicht toe aan het juist belonen van de slechtste docenten? En die behoren schaal 9 te hebben, zeg jij.

            Kortom, als je consequent bent, moeten we alle docenten inschalen naar het niveau van de slechtst presterende docent.

            En daar is ik het vandaag maar eens niet mee eens.

          • Verkeerd geinformeerd ?
            Wellicht ben ik verkeerd geinformeerd, zie hierboven. Ik ging er van uit dat eerstegraders meer verdienen dan tweedegraders (als eerstegraders “eerstegraads” werk doen, en tweedegraders “tweedegraads” werk). Punt 3 heb ik niet zo gezegd, in ieder geval niet bedoeld, het ging mij daar om prestatiebeloning, dus iemand meer laten verdienen als deze meer presteert. Overigens vind ik de discussie over het POE-manifest, in het leven geroepen door de Protestgroep Ondergewaardeerde Eerstegraders, uitermate warrig worden, omdat er op wel 4 borden geschaakt wordt. Toen er twee borden waren heb ik daar al mijn ongenoegen over uitgesproken, omdat je op het ene bord iets in bracht, dat dan op het andere bord weer onderuitgehaald werd, en zo ben ik langzamerhand de draad kwijt geraakt.Dus nogmaals: als ik ben uitgegaan van een verkeerde veronderstelling dan neem ik mijn woorden terug.
            Overigens: wat is er op tegen dat op een door BON gecertificeerde school er wel de gewenste differentiatie is in beloning ?

          • Oh, maar gp61 het is nog erger:
            er zijn 1ste gr die minder verdienen dan hun 2de gr collega dankzij de FUWA. Mijn 2de gr collega, waarmee ik overigens uitstekend kan opschieten, een bijkomstigheid die een en ander nog veel pijnlijker maakt, begreep dat er vooral veel nevenfuncties op je sollicitatieformulier moeten staan- en dus kreeg hij schaal 11, want hij zat tenminste in 15 (!) commissies. Nauwelijks had hij zijn hogere schaal in de wacht gesleept, of hij trok zich weer terug uit de meeste hobbyverenigingen. Echt gebeurd, eerlijk waar. Waaromn ik schaal 11 niet kreeg: ik was zo dom om een protestbrief te schrijven over de FUWA. En, zoals mijn -overigens best wel goede en aardige- directeur in zoveel woorden zei, een protestbrief is prima, maar wat we nodig hebben is een sollicitatiebrief. Slikken of stikken, geen kans dat je iemand aan het verstand gepraat krijgt dat de FUWA de wereld op z’n kop is.

            We hebben een G; we hebben een R; we hebben nog een R; ik zeg: GRR!

          • Een beetje dom
            Er zijn meer mensen die een “beetje dom zijn geweest”. Op een studium generale in de zestiger jaren leerde ik al dat je als kritisch docent pas kritisch moest worden na je vaste benoeming. Het is van alle tijden. Er zal toch wel een evaluatiesysteem zijn ? Je blijft toch niet voor eeuwig in een hogere schaal/functie hangen ? Overigens is dit een punt van aandacht voor de vakbonden.
            Wat me wel op valt op deze site is, dat er, zoals de woordvoerder van defensievakbond vanmiddag op de radio ook zei, zoveel gegeneraliseerd wordt. Er zijn een paar militairen lid van de Hells Angels en ….. Simon heeft een nare ervaring met de FUWA en ……

          • generalisaties?
            Er zijn vier manieren waarop je je mening kunt onderbouwen.
            1 Statistisch onderzoek
            2 Analyseren van oorzaken en gevolgen (inhoudelijk nadenken)
            3 Generaliseren van eigen ervaringen
            4 Refereren aan literatuur van experts.

            Simons commentaar op de FUWA is een combinatie van 2 en 3 (dat laatste als illustratie).
            Goed statistisch onderzoek over onderwijs komen we nauwelijks tegen (onderwijs is niet te meten, hoor je vaak).
            Overigens merk ik dat u vaak kiest voor methode 4 om uw uitspraken te onderbouwen.

            Overigens klopt de vergelijking natuurlijk niet. Er zijn inderdaad een paar militairen lid van de HA, maar iedere docent in Nederland heeft te maken met de FUWA. En de FUWA heeft als specifiek kenmerk dat het niet vakmanschap of opleiding beloont, maar managements activiteiten. Dat kan onmogelijk ontkend worden.

          • Generaliseren
            Daar heb je volkomen gelijk in- het punt is alleen dat je zo weinig houvast hebt in het bepalen van de waarheid. Als docent sta je vaak alleen voor de klas, en dat op slechts een, misschien twee scholen. Je ziet drie academici die waardeloos les geven en je denkt: alle academici geven waardeloos les. Als je erg kritisch bent kun je het als een hypothese formuleren: zouden alle academici waardeloos les geven? Maar veel andere middelen heb je niet.

            Overigens is generaliseren evolutionair gezien een erg gezonde strategie: een (1) rode bes maakt je ziek, eet nooit meer rode bessen.

            Generalisties maken een betoog wat schreeuwerig, en dat staat lelijk. Het sentiment achter dergelijke generalisaties snap ik echter wel.

            Ik zou echt graag willen dat de praktijk beter werd onderzocht: ik ben er van overtuigd dat er veel te bestuderen valt aan de manier waarop docenten werken. En misschien dat je dan, in de praktijk, langzamerhand de vinger krijgt achter het fenomeen: goede docent. Nu moet je het, ook voor wat betreft dergelijke onderwerpen, weer van generalisaties hebben.

          • Commissies, hobbyverenigingen
            Simon schrijft: “hij zat tenminste in 15 (!) commissies. Nauwelijks had hij zijn hogere schaal in de wacht gesleept, of hij trok zich weer terug uit de meeste hobbyverenigingen.” Waar gaat het hier over ? Geitenfokvereniging ? En wordt dit niet gecontroleerd ? Overigens is het lidmaatschap van een commissie toch niet voor eeuwig ?

          • ?????
            Beste heer Simon,
            Ik begrijp even iets helemaal niet, is bij u op school iemand in schaal 11 gezet omdat hij in zijn sollicitatie brief had vermeld in 15 commissies zitting te hebben. Maar dat is volgens de FUWA geen criterium om een LC functie te verkrijgen. Er zijn in basis 3 LC-docent functies, De innovator, de coördinator (het ergste slag) en de senior. Elke andere functie moet aangevraagd worden. Deze wordt dan getoetst door een onafhankelijk toetsingsburo. Op deze functies kunnen alle docenten solliciteren. Was het die sollicitatie waar u over schrijft?
            Om wat voor functie ging het?
            Zoals u het nu schrijft krijg ik het gevoel dat de (G)MR heeft zitten slapen en dan zou ik zeker een bezwaarprocedure starten.
            Sterkte met de situatie.

          • Ik geef niemand de schuld van wat er is gebeurd.
            We moesten solliciteren naar schaal 11 (dat hoort bij de FUWA). En hoe beter beslagen je ten ijs kwam, hoe groter de kans dat je schaal 11 kreeg. Mijn collega heeft gedaan: vakoverstijgend project met geschiedenis, begeleidt twee nieuwe docenten, commissie stilteruimte, sectievoorzitter, feestdagen mede oragniseren, begeleiden lboo klas, – en nu ben ik de tel kwijt.

            Ik was alleen maar boos. Want mij was een ding duidelijk: schaal 12 kan ik vergeten. En daar heb ik heftig tegen geprotesteerd, pop-gesprekken geweigerd, enz. Daar kwam bij dat ik de nieuwe manier van lesgeven (mond houden en zet de leerlingen zelf aan het werk) verschrikkelijk vond en weigerde om op voorlichtingen acte de presence te geven. Dat laatste is eigenlijk niet goed te praten. In het begin deed ik overigens nog wel mee, hoor, om de collega’s tevreden te stellen. Maar de frustratie was enorm. Uiteindelijk heb ik ontslag genomen. De FUWA is voor mij onverteerbaar.

            Het zal toch op wel meer scholen zo toegegaan zijn? Alles ineens: de manier waarop je lesgaf deugde niet, nieuwe wijze van belonen… een grote deceptie, en vooral het gevoel dat je alles fout gedaan had.

            Reken maar dat ik in die dagen – is niet eens zo lang geleden- blij was met het bestaan van bon. Kon je tenminste nog ergens heen…

        • Wat voor signaal gaat hiervan uit?
          Waarom mag niet gewoon iedereen voor de klas met schaal LB? Academisch diploma, HBO diploma, MBO diploma, VMBO diploma of veterstrik diploma. Maakt allemaal niet uit: iedereen docent en iedereen schaal LB.

          Waarom willen sommige mensen de grens leggen bij een HBO diploma en vinden ze een academisch diploma niet meer waard? Deze grens is arbitrair: de grens zouden we ook bij een veterstrik diploma kunnen leggen.

          Als het onderwijs zelf diploma’s (en dus kennis) niet van waarde vindt (en als je eerstegraders hetzelfde salaris geeft als tweedegraders dan doe je dit), dan kunnen we ophouden over beter onderwijs.

          Mark79, nuldegrader.

          • Veterstrikdiploma…
            ik weet niet hoor, Mark, dat vind ik wel een zware eis- is dat nu wel nodig, je personeel opzadelen met al die kwalificaties… heavy!

          • Dood in de pot voor kennisontwikkeling
            Wellicht omdat dit de dood in de pot is voor de kennisontwikkeling van de docent? Je hebt je papiertje, en verder zit je gebeiteld? (nou ja …).
            Wat voor stimulans gaat er nog van uit om een pabo-studie uit te breiden met een 2e graad? Of nog eens een onderwijskundige master te halen? Wat voor stimulans is er voor een 2e grader om een 1e graad te halen? Wat voor stimulans gaat er van uit om nog eens een promotieonderzoek te doen?
            Met het niet geven van die stimulans geef je dus het signaal af dat een studie er niet toe doet. En da’s precies wat er nu gebeurt: zelfstudie als onderwijsgeloof en onderwijsassistenten om dit ’te begeleiden’. De docent staat erbij en kijkt er naar en vraagt zich vertwijfeld af waarom hij/zij die 4-5-6 jaar in de collegebanken heeft gezeten.
            Wat mij betreft gaat de discussie helemáál niet over zwaarder-lichter werk of verschil in niveau (hoewel ik daar ook zo m’n mening over heb) maar zul je, wanneer je docenten wilt stimuleren zich te blijven bekwamen in hun vak, daar ook iets tegenover moeten stellen. En dan heb ik het niet over een door de school betaald en georganiseerd bijscholingscursusje hier of daar.
            Maar dat is toch wat “we” willen: een kenniseconomie? Of is NL nog steeds dat land van koopmansgeest en voor een dubbeltje op de eerste rang? (maar dan zijn we vergeten dat “de kost voor de baat uitgaat”). Wij krijgen de vakmensen, die we verdienen (Polen en buitenlandse promovendi)

    • Zwaarte van het werk
      Door al maar te hameren op ‘de zwaarte van het werk’ als graadmeter voor beloning, laad je wel de verdenking op je dat je meent dat sommige docenten een soort luizenleventje hebben. Maar nogmaals, dat is gewoon onwaar! Ik zou wel eens willen weten welke docenten dat dan zijn? Ik heb gisteren nog lang aan de telefoon gehangen met een collega die les geeft aan zogenaamde ‘gemakkelijke’ goed opgevoede leerlingen… die uitstekend hun mondje kunnen roeren.

      Het is gewoon onwaar en gelogen dat bepaalde docenten het gemakkelijk hebben- met andere woorden, het is niet waar dat al die eerstegraads docenten de rust en orde kado krijgen. Wel is het zo dat in sommige klassen van het VMBO wel erg veel bewerkelijke kinderen zitten.

      Het is enigszins aanmatigend om jezelf te etaleren als iemand die het zware werk in het onderwijs verricht. Het aantal leraren dat het werk zwaar vindt zal gelijk verdeeld zijn over alle afdelingen.

      En ‘zwaarte’ van het werk is (zoals gezegd) een erg rekkelijk begrip- wat erg meespeelt is hoeveel je van je werk houdt, bijvoorbeeld.

  5. @Hinke Douma
    “Laten we ons NIET verdelen”, schrijf je, in een poging de verdeeldheid te bezweren. Wie zijn die “we”? Spreek voor jezelf. Die verschillende belangen van verschillende groepen docenten zijn een feit. Daar kan geen Hinke Douma wat aan veranderen. Zie gewoon die verschillende belangen onder ogen, of stop je kop in het zand.

Reacties zijn gesloten.