Geen afbeelding

Antwoord aan de Heer R. Ritzen

7 november 2006 Hans Besseling 3

Kritiek op het onderwijs lijkt nergens naar

Artikel van R.Ritzen in Trouw van 7-11-2006

“Critici laten na te zeggen wat ze onder de kwaliteit van het onderwijs verstaan. Ze hanteren een term, maar definiëren die nergens. Ten tweede komen ze met enkele feiten en zeggen vervolgens op basis daarvan hoe het onderwijs er uit moet zien. En dat is een klassieke drogreden: normen volgen niet enkel uit feiten. Ten derde zijn de oplossingen niet alleen simpel, maar ook simplistisch. Klassikaal onderwijs (Verbrugge, Beter Onderwijs Nederland), minder managers (Heertje), meer geld en het aantrekkelijk maken van onderwijs (Onderwijsraad) is het devies. Maar enig bewijs dat het werkt, ontbreekt.”

Geen afbeelding

Toespraak bij een afscheid

26 oktober 2006 Hans Besseling 0

Toespraak bij afscheid van Prof. Dr. Ir. Klaas van der Werff

Klaas van der Werff, geachte aanwezigen,

Het is een wat wonderlijke ervaring hier voor U te staan, na de TU al meer dan dertien jaar geleden te hebben verlaten wegens het bereiken van de pensioenverplichtende leeftijd. Maar nu voor jou, Klaas, het ogenblik is aangebroken met zogenaamd emeritaat te gaan, stel ik het op prijs in de gelegenheid te zijn gesteld even stil te staan bij de tijd, toen we gezamenlijk bezig waren met de mechanica.

Jij koos destijds de technische mechanica als afstudeerrichting voor je werktuigkundige studie. Deze afstudeerrichting stond bekend als theoretisch en dus moeilijk voor aanstaande ingenieurs. Maar de technische mechanica in algemene zin vormt met de thermodynamica wel de basis voor de bepaling van de veiligheid en betrouwbaarheid van de constructies, die de hedendaagse mens omringen, van al dan niet torenhoge woningen en kantoren tot de vaartuigen, voertuigen en vliegtuigen, waarmee de globalisering van menselijke activiteit zich heeft voltrokken. En ook de apparaten en machines, waarmee we ons dagelijkse leven hebben verlost van zwaar werk voor de productie van allerlei dingen die in onze behoeften moeten voorzien, ook die apparaten hebben een essentiële mechanische component. Mechanisch en mechanica zijn onverbrekelijk met elkaar verbonden.

Geen afbeelding

Inrichting Hoger Onderwijs

24 oktober 2006 Hans Besseling 1

Ervaringen met de inrichting van Hoger Onderwijs

Na in 1951 in een zomercursus een indruk te hebben verworven van het onderwijs en onderzoek op het MIT in Boston ging ik in juli 1957 met een ‘first preference’ als emigrant naar Stanford. MIT en Stanford zijn beide particuliere universiteiten. Er was een groot verschil in inspanning, die de studenten zich daar willen getroosten in hun studie, vergeleken met de inspanning, die de gemiddelde Nederlandse student kan opbrengen, toen, en nu nog meer dan toen. Maar mijn ervaringen zijn wel beperkt tot die twee instellingen, die aan de poort streng selecteren, terwijl bij onvoldoende prestaties de student ook weer moet vertrekken.

Geen afbeelding

Hoog opgeleide docenten

20 oktober 2006 Hans Besseling 7

De vraag welke opleiding een docent moet hebben gehad om voor een bepaalde vorm van onderwijs les te kunnen geven is in eerste instantie eenvoudig te beantwoorden met vast te stellen dat de kennis van de docent van de te behandelen onderwerpen superieur moet zijn aan de kennis van de leerlingen.

In het basisonderwijs zullen de docenten spelenderwijs om moeten kunnen gaan met vaardigheden als rekenen, taalgebruik, aardrijkskundige plaatsbepalingen, het op juiste wijze plaatsen van de belangrijkste feiten in de loop van de geschiedenis. In mijn lagere schooltijd (1934-1940) was dat het geval. Ook moest de docent oog hebben voor de moeilijkheden van leerlingen met een achterstand door hun afkomst. In de ‘volksschool’ in de textielarbeidersstad, die ik heb bezocht, was ook dit het geval.

Geen afbeelding

Hoe pakken we het aan

18 oktober 2006 Hans Besseling 1

Wat de vereniging BON zich ten doel heeft gesteld zal slechts met heel veel doorzettingsvermogen en incasseringsvermogen bereikt kunnen worden. Daarbij dreigen er een reeks gevaren, die het hele initiatief om zeep zouden kunnen brengen.
In de eerste plaats dreigt er altijd het gevaar van verdeeldheid bij het bepalen hoe het bereiken van het doel het beste wordt gediend. Men moet zich realiseren dat BON tenslotte een soort revolutie in onderwijsland preekt, hoognodig volgens ons, maar dwaas en onverantwoord in de ogen van hen, die thans het onderwijs besturen. Zij zullen ook blijven aandringen op verbeteringen, maar dan wel in de lijn van eigen opvattingen. Tussen die opvattingen en de visie van BON ligt een heel veld van nuances, die bij ongeduld ten aanzien van door BON te bereiken veranderingen gemakkelijk kunnen leiden tot afsplitsingen, waarbij men sneller te bereiken resultaten gaat nastreven. BON zal attent moeten zijn op dit gevaar en zal bereid moeten zijn om neiging tot dissidentie van leden met wijsheid tegemoet te treden.

Geen afbeelding

verkiezingen 2006

14 oktober 2006 Hans Besseling 1

De verkiezingsprogramma’s van de tot elkaar veroordeelde partijen

Over de onderwijsparagraaf van de PvdA

Hoewel de oorzaken en symptomen van de verloedering van ons onderwijs redelijk worden geschetst, wordt er niet bij verteld dat dit het resultaat is van de onderwijshervorming door het sinds Van Kemenade in hoge mate door PvdA-leden bezette departement onder leiding van PvdA- en CDA-bewindslieden (Cals, Van Kemenade, Wallage, Ritzen, v.d.Hoeven), met hulp van een enkele VVD-staatssecretaris (Ginjaar-Maas). Het programma zegt: ‘Goed onderwijs zonder goede leerkrachten bestaat niet’. Eindelijk, het hoge woord is er uit! Jammer dat de PvdA meent, dat de aantrekkelijkheid van het onderwijs voor een leerkracht slechts wordt bepaald door zijn salaris. Het valt weer mee als men niet voorstelt de leerlingen of de studenten te laten bepalen, wie een goede leraar is om daarvoor een extra beloning te ontvangen. ‘De PvdA zal zich nooit neerleggen bij het feit dat leraren worden geconfronteerd met asociaal en agressief gedrag.’ En hoe is dat dan wel ontstaan en hoe gaat de partij dit nu aanpakken? En hoe komt het dat in het leerboek van de lerarenopleiding als carrièreperspectief wordt geschetst: het geven van onderwijs, leiding geven aan leraren en onderwijzers, leiding geven aan een school, voor enkelen een beleidsplaats op het departement. Neen, men zou het voorstel van B(eter) O(nderwijs) N(ederland) moeten overnemen. Voor onderwijs geven en leiding geven moeten weer aparte salarisschalen worden ingevoerd, met een hogere waardering voor onderwijs geven! ‘The Peter Principle’ (by Dr Laurence J.Peter, Souvenir Press Ltd., 1969) is hier volledig van kracht.