Controversieel.nu: wetsvoorstel verengelsing

De leden van de Eerste Kamer hebben het wetsvoorstel ‘Taal en toegankelijkheid hoger onderwijs‘ op 3 februari controversieel verklaard. Ook BON heeft hierop aangedrongen. Dat betekent dat het wetsvoorstel pas in stemming wordt gebracht als er een nieuwe regering is. Het is ook mogelijk dat het wetsvoorstel dan eerst wordt herzien. Met de nieuwe wet moet onder andere de taalvaardigheid van studenten in het Nederlands verbeterd worden. Daarnaast moet de wet de verengelsing van opleidingen in het hoger onderwijs terugdringen. BON is blij dat de wet niet is aangenomen omdat BON meent dat het huidige wetsvoorstel juist het tegenovergestelde effect zal hebben.

Al veel langer zijn er grote zorgen over het toenemende aantal opleidingen die in het Engels aangeboden worden. Door de toenemende aantallen buitenlandse studenten staan de financiering per student en de kwaliteit van de begeleiding van de studenten onder druk. De meeste buitenlandse studenten maken gebruik van de Nederlandse voorzieningen om hier te studeren en vertrekken weer na het behalen van het diploma. Als zij het Nederlands goed beheersen, is de kans groter dat zij in Nederland een baan vinden en hier blijven wonen.

BON erkent het belang van het Engels in de wetenschap en de waarde van internationalisering maar dat mogen geen redenen zijn om in het Nederlandse onderwijs het Nederlands te verwaarlozen. Studenten die minder gebruik maken van het Nederlands verliezen het vermogen om zich goed en genuanceerd uit te drukken in het Nederlands. Het Nederlands verwordt tot een eenvoudige huis-tuin-en-keukentaal die niet geschikt is voor een nauwkeurige en efficiënte communicatie in de wetenschap, het bestuur, de politiek of de rechtspraak.

Een ander gevolg van de verengelsing van het hoger onderwijs is het ontstaan van een tweedeling in de maatschappij. De eenzijdige verengelsing veroorzaakt een grotere afstand tussen verschillende groepen in de maatschappij. Er ontstaat een aparte groep in de maatschappij die verkeert in de eigen internationale Engelstalige bubbel en die zich niet meer realiseert dat een goed functionerende maatschappij gebaat is bij goede relaties tussen de verschillende groepen in die maatschappij. Degenen die niet kunnen aansluiten bij de internationale bubbel worden buitengesloten. In de Nederlandse maatschappij staan zij ook op achterstand omdat zij tijdens hun opleiding het Nederlands niet goed hebben geleerd. De kansengelijkheid in de samenleving wordt kleiner.

BON is van mening dat in elke bacheloropleiding minimaal 60% van de modules in het Nederlands aangeboden moet worden. Dit moet duidelijk in wetgeving vastgelegd worden. Het volstaat niet om een enkele cursus Nederlands als keuzevak aan te bieden.

 

 

 

 

 

1 Reactie

  1. Vandaag las ik een artikel van ScienceGuide over dit onderwerp, dat toch wat minder optimistisch stemt:
    www.scienceguide.nl/2021/01/senaat-vreest-dat-nieuwe-internationaliseringswet-nederland-schaadt/
    De toon van het artikel suggereert dat er niet zozeer zorgen zijn over de positie van het Nederlands, maar meer over de internationale positie van het Nederlandse hoger onderwijs.

    Nu de Tweede Kamerverkiezingen zich weer aandienen, rijst daarom bij mij de volgende vraag: heeft BON een beeld van de (globale) standpunten van de verschillende partijen ten aanzien van de internationalisering van het hoger onderwijs? Welke partijen zitten, wat dit onderwerp betreft, grofweg op één lijn met de standpunten van BON?
    Onlangs is de nieuwe partij NLBeter onder de aandacht gebracht, maar die richt zich vooral op het primair onderwijs.

Laat een reactie achter