Reactie BON op het Nationaal Onderwijsakkoord

BON logo450x200.jpg

Voorafgaand aan onze kanttekeningen bij het onderwijsakkoord merken we op dat een akkoord dat niet is ondertekend door verreweg de grootste vakbond, de titel Nationaal Onderwijsakkoord niet mag dragen. Het is een akkoord tussen OCW, de onderwijsbestuurders, de FvOv en een minderheid van de leraren CNV-onderwijs. Helaas bevestigt de tekst van het akkoord ons idee dat er iets moet worden opgepoetst, terwijl bescheidenheid eerlijker zou zijn. Het akkoord heet niet alleen “Nationaal”, maar is ook de route naar “geweldig” onderwijs, in een ambitie naar “excellent” onderwijs, zogenaamd van “good” naar “great“. De suggestie dat hier aan uitgekiende windowdressing wordt gedaan dringt zich al te zeer op.

Voor BON zijn beleidsvoornemens en afspraken geslaagd als zij voeren tot beter onderwijs. Bij dit akkoord is dat helaas niet te verwachten. Belangrijke zaken als de werkdruk van leraren worden vooruitgeschoven: er komt onderzoek, terwijl al lang en breed duidelijk is dat de Nederlandse docent de meeste lessen geeft aan de grootste klassen. Wat moet er nog onderzocht worden? En als er al iets onderzocht moet worden, waarom was dat eerder niet het geval toen werd besloten de vakantie met een week in te korten om de werkdruk te verlagen. Onderzoek is alleen wenselijk als het de overheid geld oplevert en onwenselijk als het de overheid geld dreigt te kosten.

BON pleit al vanaf haar oprichting voor hoog opgeleide bevoegde leraren en is blij dat het akkoord die wens ondersteunt. Maar daarmee zijn we er nog niet. Uitzonderingen blijven bestaan en er is geen verplichting tot openbaarmaking van door onbevoegden gegeven lessen. Bij ieder ander beroep zou dit onmogelijk zijn, maar in het onderwijs kan dat kennelijk wel. Wij willen ook attenderen op de eerstegraads hbo-masters die vanuit deze voornemens gestopt zouden moeten worden.

De sterke nadruk op nascholing is een verkeerde vorm van noodreparaties waarmee het werkelijke probleem, onvoldoende hoog opgeleide vakleraren, niet wordt opgelost. De initiële opleiding van de leraar moet van hoog vakniveau zijn. Nascholing kan die niet vervangen. In de praktijk is nascholing ook zelden werkelijk vakgericht, juist omdat er voor het aanleren van een vak meer tijd nodig is dan bij nascholing beschikbaar. Ook kun je niet van iedere leraar met extra cursussen een leraar met academisch werk- en denkniveau maken. Nascholing is geen Haarlemmerolie. En elke leraar weet dat nascholen tijd kost, tijd die niet voorhanden is.

Daar waar het in het akkoord over professionele ruimte en professionele autonomie van de leraar gaat, worden soms mooie woorden gesproken maar bij de uitvoering worden steeds de sectorraden, de (zogenaamde) werkgevers genoemd. Dat doet het ergste vrezen  voor werkelijke veranderingen door en voor de leraar. Het veelvuldig gebruik van de term teams in plaats van secties wijst in dezelfde richting: leerlijnen binnen vakken zijn kennelijk minder belangrijk dan pedagogisch/didactische aanpak binnen multidisciplinaire docententeams. Dat is een verandering in een volgens ons ongewenste richting.

Het akkoord verandert niets wezenlijks aan de financiering van het onderwijs en de macht van de schoolbesturen. Zolang scholen grootschalige megainstellingen zijn, worden de belangrijke beslissingen automatisch op grote afstand van de docent genomen. Het bestuur heeft het eerste recht om te bepalen op welke manier de school zich wil profileren en bepaalt daarmee ook in grote mate de manier waarop onderwijs wordt gegeven. Ook al zou een medezeggenschapsraad hier een vinger in de pap hebben, dan nog wordt de individuele docent, de specifieke vaksectie en zelfs de opleiding binnen het grote geheel in het gekozen keurslijf gedwongen. Daar waar de minister de mond vol heeft van differentiatie voor leerlingen worden de leraren gedwongen les te geven in een van hogerhand bepaald theoretisch model. Dat leidt tot slecht onderwijs, tot leraren zonder zelfvertrouwen en ook tot steeds lager opgeleide leraren.

Natuurlijk heeft BON begrip voor de financiële situatie van de overheid. Maar de oplossingen deugen helaas niet. Zo is ons onduidelijk welke leraren er wanneer met de in de media  genoemde 3,5% op vooruitgaan. Een deel gaat om voorschotten, die dan later natuulijk terugbetaald moeten worden. De CAO-verhoging van 2015 wordt naar voren gehaald en over twee jaar verdeeld om zogenaamd de salarissen te verhogen. Het is een "verhoging" die leraren dus zelf betalen. De kleine 700 miljoen die de minister zogenaamd investeert in het onderwijs, komt uit de onderwijsbegroting wat betekent dat het ergens anders van afgaat. Per saldo wordt er simpelweg gewoon bezuinigd op onderwijs.

Geld kan volgens ons gevonden worden door de reserves van schoolbesturen procentueel af te romen en door nu eens eindelijk serieus werk te maken van een onderzoek naar waarom de onderwijsbegroting de laatste 20 jaar zo sterk gestegen is. Dat geld is niet naar de leraar, niet naar de klassengrootte en zeker ook niet naar beter onderwijs gegaan. Wel is er een hele industrie van onderwijsadvies-organisatie-/en trainingsbureaus ontstaan, waar de salarissen vaak veel hoger zijn dan die van de docent voor de klas.

Het is ons overigens een raadsel hoe de overheid 3000 jonge leraren  aan het werk wil helpen terwijl de klassen niet kleiner worden, de BAPO wordt afgeschaft en het aantal leerlingen afneemt.

Kortom: wij vinden het onderwijsakkoord een gemiste kans omdat de serieuze problemen niet worden aangepakt en omdat de positie van besturen en sectorraden wordt versterkt terwijl de docent op nog grotere afstand wordt gezet. En wederom worden leraren belachelijk gemaakt met een akkoord dat geen akkoord is maar meer een uitvoeringsbevel van hen die "weten wat goed is voor leraren". De grootste onderwijsbond, de Aob, heeft daarom naar onze mening terecht geen handtekening onder dit "Nationaal Akkoord" gezet.

 

8 Reacties

  1. Een heldere analyse van de

    Een heldere analyse van de AOb op haar site. De vreemde situatie dat de besturen werkgevers zijn en de minister over  geld gaat maken een-tweetjes mogelijk waar de docenten telkens opnieuw het slachtoffer van worden 

    Minister en sectorraden kunnen elkaar de ballen en zwarte pieten toeschuiven, zoals ook bij de tot stand koming van het onderwijs akkoord is geschied.

  2. Vanmorgen hoorde ik Elmert

    Vanmorgen hoorde ik Elmert Evers en Ton van Haperen op Radio 1 om 8.30 Tros Nieuwsshow. Ze gaven een heldere uitleg waarom het "Nationale" akkoord niet deugt. Inderdaad zetten ze dat "nationale" tussen haakjes. Ze berekenden dat in elk geval tachtig procent van de leraren (georganiseerd en ongeorganiseerd) niet vertegenwoordigd waren in de onderhandelingspartijen. Ze legden uit dat de 3,5 procent loonsverhoging waar de bewindslieden mee schermen, bedrog was en ze lieten weten dat het geld dat naar het onderwijs wordt overgeheveld een deegje van eigen koek was (mijn woorden) en naar de bestuurders ging en dan wist je niet waar dat geld bleef.

    Tenslotte, stelden ze met nadruk dat de leraar zich voortdurend wil scholen, dat doet hij al. En ze maakten duidelijk dat leraren autonomie moeten hebben over vakinhoud en didactiek.

    Het viel mij op dat over dat laatste staan soepel interpreteerbare teksten staan in het document. Ongetwijfeld zo geformuleerd door de bestuurders. De leraar krijgt volledige zeggenschap over inhoud en didactiek, staat er – maar binnen de context van de school of de instelling. Daar wordt de aap weer in de mouw gestoken.

  3. @Philippens

    @Philippens

    Ik heb Jelmer Evers en Ton van Haperen ook gehoord. Ze hadden een goed verhaal, maar ik vond Mieke van der Weij ronduit grof (Knorrepotjes, zeurders, ..). Het beeld van de zeurende leraar die zelfs met een riante loonsverhoging niet tevreden is was weer gezet.

  4. Ik snap niet waarom BON

    Ik snap niet waarom BON begrip zou moeten hebben voor de financiële situatie van de overheid. Die overheid wordt bemenst door politici die komen uit een nog grotere groep politici die met hun allen hard gewerkt hebben om het goede onderwijs van vroeger naar de bliksem te laten gaan en wel zo dat de overheid nu grote salarissen moet uitbetalen aan een groot aantal mensen dat niet voor de klas staat en er ook niet aan bijdraagt dat het beter in de klas gaat. In elk geval zou dat begrip van BON niet zo ver moeten gaan dat ze dat begrip ook bij de uitgeknepen leraren verwacht. Als de leraren zouden te stellen dat twee derde van hun job bij een full time aanstelling het normale quantum is en dat ze daarom voor één derde gaan staken en daarbij eisen dat ze het salaris voor een full time aanstelling behouden en volledig gaan staken als de regering dat weigert is de regering  moreel verantwoordelijk voor de extra schade die de acties van de leraren zouden aanrichten en niet de stakers. Die zijn trouwens dan met hun eis heel coulant omdat ze dan nog steeds een te laag uurloon zouden krijgen. Dat zou je dan nog als hun “begrip” voor de financiële situatie van de overheid kunnen zien.

    BON moet helemaal geen begrip voor de financiële situatie van de overheid opbrengen maar aandringen op het betalen van loon naar prestatie. De reden daarvan is dat onderwijs een noodzakelijke investering is en Nederland zich daarom geen slecht onderwijs kan veroorloven. Het onverstandig sparen op onderwijs waarvan leerlingen veel opsteken heeft  negatieve gevolgen die zich pas na vele jaren in zijn volle hevigheid laten voelen en daarom zijn politici die op onderwijs willen bezuinigen bezig voor het redden van hun hagje  met het hun kiezers een rad voor de ogen draaien.

  5. Deze reactie is ook duidelijk

    Deze reactie is ook duidelijk:
    "Professionaliseren van de leraren, de komst van een professioneel lerarenstatuut, de aanpak van de werkdruk en de flexibilisering van de urennorm in het vo vindt de AVS  positieve afspraken in het Nationaal Onderwijs Akkoord. Maar er zijn ook kanttekeningen. “Het opheffen van de nullijn is een sigaar uit eigen doos”, aldus AVS-voorzitter Ton Duif.

    In het akkoord wordt de huidige BAPO-regeling afgeschaft, er komt een nieuwe seniorenregeling voor terug.  Duif: “Je kunt niet akkoord gaan met afschaffing van de huidige BAPO-regeling vóór er zicht is hoe die nieuwe seniorenregeling er dan uit zal zien.“ Op deze wijze kan er een situatie ontstaan dat werkgevers en werknemers het niet eens worden en de BAPO-regeling zelf al is verdwenen. “ Daarmee verliezen werknemers elke onderhandelingspositie.” Ook is er volstrekte onduidelijkheid over hoe er met de nullijn wordt omgegaan. “Als met gelden die vrijkomen uit het pensioenakkoord de nullijn wordt opgeheven blijft het een sigaar uit eigen doos. Het blijft immers arbeidsvoorwaardengeld wat  ter beschikking komt door een versobering van de pensioenregeling.”  Er komt 34 miljoen (0,2% van het loon) beschikbaar als de cao-tafels afspraken maken die de minister welgezind zijn. Dat is een unicum in de Nederlandse verhoudingen; op deze wijze wordt de cao-tafel met geld onder curatele gesteld van de Hoftoren. “Dat vinden wij niet acceptabel en maakt duidelijk dat de bewindslieden de sectoren niet vertrouwen dat het akkoord volledig wordt uitgevoerd.” Blij is de AVS met de maatregel om 3000 jonge docenten aan het werk te houden. Maar uit het Nationaal Onderwijs Akkoord blijkt dat dit bedrag in 2015 en 2016 weer wordt wegbezuinigd. “Dat is niet investeren, maar uitlenen.” "

  6. In de NRC van gisteren checkt

    In de NRC van gisteren checkt de redactie uitspraken van politici op hun waarheidsgehalte. Over onderwijs:

    Komt er nu wel (Diederik Samson) of niet (Alexander Pechtold) 700 miljoen extra  voor onderwijs beschikbaar?

    De bewering van Alexander Pechtold dat 700 miljoen elders in de onderwijsbegroting wordt bezuinigd wordt beoordeeld als “ grotendeels waar “ .

    De redactie licht toe dat beide politici de 689 miljoen euro bedoelen die in het vorige week gesloten Onderwijsakkoord wordt genoemd en die ook in het Regeerakkoord staan. NRC vervolgt met: (citaat)

    Volgens het Regeerakkoord wordt structureel 196 miljoen euro meer in het onderwijs gestoken dan eruit wordt gehaald. Dat is niet 689 miljoen meer, een groot deel van de 689 miljoen komt dus rechtstreeks uit bezuinigingen op de onderwijsbegroting.

    Uit de doorrekening van het Regeerakkoord door het Centraal Planbureau blijkt iets anders. Het CPB concludeert: dat de investeringen ten opzichte van het basispad  ‘0’  zijn. Met andere woorden: de nieuwe plannen en bedragen voor het onderwijs zijn geen extra investeringen ten opzichte van de plannen die er lagen voordat de regering van PvdA en VVD aantrad. (NRC 25 september 2013, pag. 4)

    Conclusie: zelfs de 0,2% extra die Aleid Truijens in haar column berekent is te optimistisch ingeschat. Het is gewoon nul procent.

     

  7. @katie

    @katie

    En men vraagt zich maar af hoe het komt dat een groot deel van de Nederlanders het vertrouwen in de politiek volledig kwijt is. De belangrijkste energie wordt niet meer gestoken in het bedenken van oplossingen, maar in het verkopen van compromissen. Politici waren ooit mensen die een koers bepaalden, daarna vooral managers die een eerder uitgezette koers verder moesten volbrengen en nu zijn het marketeers die een door anderen bedachte en door ambtenaren gemanagete koers moeten verkopen.

    Dat geschiedt door hyperbolisch taalgebruik (excellent, good naar great, geweldig etc), vertragingstactieken (onderzoekjes hier en daar) en uiterst complexe regelingen en berekeningen.

    Doel van dat alles is niet zozeer de directe besturing van ons land, maar de voor een partij lange termijn: hoe behoud ik mijn kiezers. Of de voor een individuele politicus de carriere binnen de partij, als politiek bestuurder en eventueel later als voorzitter van KLM of zo.

Reacties zijn gesloten.