Eerder berichtten we over de plannen van staatssecretaris Dekker voor verplichte tussentijdse diagnostische toetsen Nederlands, Engels en wiskunde/rekenen.
Cito publiseert op zijn website een onderzoeksrapport over de ontwikkelingen rondom deze toetsen.
Bij een een eerste snelle scan van dit rapport viel ons de volgende passage op:
Voor de DTT wiskunde zijn de attributen van het leerlingmodel net als bij Nederlands en Engels gebaseerd op de vakinhoudelijke domeinen zoals geformuleerd in de concept-tussendoelen onderbouw (SLO, 2012). Daarnaast is als invalshoek voor het leerlingmodel gekozen voor de wiskundig-didactische aspecten structuur, ambiguïteit en samenhang, die de inhoudelijke domeinen overstijgen en moeilijkheden van leerlingen kunnen verklaren .
Even verder wordt dit nog explicieter gemaakt:
Hierbij wordt met DTT de diagnostische tussentijdse toets bedoeld, die gebaseerd is op een raamwerk van Steinberg e.a. waarin onderscheid gemaakt wordt tussen een leerlingmodel, een taakmodel en een rapportagemodel. Zorgelijk is de specifieke aandacht voor de didactische aspecten, die als zodanig een specifieke didactiek zouden kunnen voorschrijven.
De genoemde concept-tussendoelen onderbouw voor wiskunde vindt u hier voor vmbo en havo/vwo.
Een onderzoeksrapport over de
Een onderzoeksrapport over de ontwikkelingen rondom de toetsen. Wat volgt? Een onderzoeksrapport naar de ontwikkeling van onderzoeksrapporten over de ontwikkeling rondom toetsen? Wat een geldverspilling. Toetsen help niet: leerlingen onder 16 jaar doen in Finland geen gestandaardiseerde toetsen en examens.
—
Besteed dit geld in de klas.
—
Karin
Net het rapport gelezen. Ik
Net het rapport gelezen. Ik werd er niet vrolijk van. De opzet van de toets wordt gebaseerd op het handboek van Drijvers, Van Streun en Zwaneveld (realistische wiskunde dus). Het CITO rapport noemt ambiguïteit, maar wiskunde is nu juist niet ambigu. De voorbeelden van ambiguïteit in het rapport zijn voorbeelden van slecht begrip van wiskunde door vakdidactici en schoolboekenschrijvers. Dat dit leerlingen in verwarring brengt is duidelijk. De oplossing hiervoor is echter niet leerlingen een diagnostische toets te laten maken, maar die vakdidactici onschadelijk te maken.