Vernieuwde samenwerkingsscholen nu Artikel 23-proof…

Even terug naar de jaren zeventig. Toen kozen ouders uit Oss voor dit model bij het opzetten van een MAVO. Het plan mislukte. [TK24 – 22 november 1979]
Anderen hadden later meer geluk. De samenwerkingsvorm wordt begin jaren 90 aantrekkelijk voor scholen die door terugloop van leerlingen onder de opheffingsnorm dreigen te raken. Bij de uitbreiding van de Wet op het Primaire Onderwijs (WPO) wordt het begrip genoemd in de memorie van toelichting [23070 – 3] van een voorstel van wet [23070 – 2]. (1993)

In 2006 telde cfi 55 samenwerkingsscholen. [cfi – 13 juli 2006]
Hieronder vielen 30 basisscholen (0,4% van de 6964) en 15 middelbare scholen (2,3% van de 655).
Voor de 15 middelbare scholen lijkt de nieuwe status niet in strijd met artikel 23 lid 4 dat immers alleen over lager onderwijs rept!

Sinds 2006 luidt Artikel 23 lid 4 [de nederlandse grondwet] [Samen verder – 10 januari 2000]

  • In elke gemeente wordt van overheidswege voldoend openbaar algemeen vormend lager onderwijs gegeven in een genoegzaam aantal [openbare ]scholen.
    Volgens bij de wet te stellen regels kan afwijking van deze bepaling worden toegelaten, mits tot het ontvangen van zodanig onderwijs gelegenheid wordt gegeven[, al dan niet in een openbare school].

Toen de wet het parlement verliet [7241] lag het % buitenkerkelijken in de bevolking onder 10%. Dit lid, zonder […], moest de liberalen geruststellen. Zij vreesden voor verdringing van het godsdienstvrije openbare onderwijs. (Abraham Kuyper in 1913: … dat ten slotte het zijn van een kind op de openbare school een smaad wordt, die drukt op de goede naam van vader en moeder)
In 1916 is voor 24 gemeenten genoegzaam gelijk aan 0.
[Geschiedenis – Schoolstrijd in Bennekom – 1920] [Scheiding van kerk en staat] [Kamerzetels 1913]

Het aantal buitenkerkelijken ligt nu rond de 68% en de achterban voor bijzonder onderwijs is geslonken naar 23%. [7323] In een onderzoek van de Amsterdamse gemeente naar de schoolkeuzemotiven van ouders komt religie op de 20ste plaats. [O+S / MARE – 2004]
Bij veel bijzondere scholen zijn de scherpe kantjes eraf en openbare scholen bieden ouders zelfs godsdienstonderwijs naar eigen keuze aan, eventueel met voorbereiding voor de eerste heilige kommunie in groep 8. Niet de minsten roepen daarom op te stoppen met dit dualistisch theater [YouTube]

Met de nieuwe interpretatie van Artikel 23 lid 4 wordt nu geprobeerd de samenwerkingsschool als eenpittertje in een nisje van het duale bestel weg te stoppen. En dat leidt tot komische situaties:

De eerste ronde
Allereerst in een besloten Algemeen Overleg op 12 januari waar de fine-tuning via de amendementen
[32134 – 8] [32134 – 9] [32134 – 10] [32134 – 11] op de nota van wijziging [32134 – 7] voor het bijspijkeren van de wetten WPO, WEC en WVO wordt besproken.

Uit opmerkingen van Elias (VVD) moet reuring zijn ontstaan rond de beperkende maatregelen Artikel 17a => 17d versie WPO
Volgens Van der Ham (D66) zijn de beperkende maatregelen onzinnig…

  • 2. Een samenwerkingsschool kan uitsluitend tot stand komen indien daardoor de continuïteit van het openbaar of het bijzonder onderwijs gehandhaafd kan blijven en met totstandkoming van een samenwerkings-school wordt voorkomen dat een of meer daarbij betrokken scholen door toepassing van de artikelen 151 tot en met 161 wordt opgeheven of niet meer voor bekostiging in aanmerking komt. Het bevoegd gezag van de betreffende school toont dat aan op basis van een prognose van de ontwikkeling van het aantal leerlingen waaruit blijkt dat die school binnen een termijn van zes jaar dreigt te worden opgeheven of niet meer te worden bekostigd.

en stelt voor: [32134 -11]

  • Met dit amendement schrapt de indiener de beperking voor oprichting van een samenwerkingsschool uit het wetsvoorstel. Hierdoor is het aan de vrije keuze van de rechtspersonen die een openbare en een bijzondere school in stand houden om over te gaan tot samenwerking.
    De indiener is van mening dat de samenwerkingsschool niet alleen een praktische oplossing biedt voor scholen die onder de opheffingsnorm dreigen te zakken, maar ook om positieve redenen zoals bijvoorbeeld kwaliteit of onderwijskundige ideeën nagestreefd kan worden. Ook de vraag of er andere scholen van een specifieke denominatie aanwezig zijn is volgens de indiener niet relevant. De indiener verwijdert daarom de beperkende voorwaarden voor een fusie tot een samenwerkingsschool uit het wetsvoorstel.
    Van groot belang is volgens de indiener met name dat ouders en leraren via de medezeggenschap een instemmingsrecht verkrijgen voor het samengaan van hun scholen.

De tweede ronde
Dan in de plenaire zaal waar het debat uit het roer dreigt te lopen als van der Ham (D66) zijn amendement opnieuw gaat toelichten.
[TK39 – 13 januari 2011] [debat gemist] [NOS]

Elias (VVD):
Is dit alles wat u ter toelichting op uw amendement naar voren wilt brengen, mijnheer Van der Ham?

Van der Ham (D66):
Gaat uw gang met uw vraag, mijnheer Elias. Misschien kan ik die leuk meenemen in mijn beantwoording.

Elias (VVD):
Vindt u dat u het kunt maken om in zo’n belangrijk wetgevingsproces, waar wij een jaar of zeventien over hebben gedaan, gisteren als een dief in de nacht met een amendement te komen dat de angel uit het wetsvoorstel haalt en dat louter voor de bühne is bedoeld? Het is goed gecast hoor, u bent acteur. Het is logisch dat ze u hebben genomen voor de bühne. Dit amendement haalt echter het hele wetsvoorstel onderuit. Wij hebben met zijn allen zeventien jaar geprobeerd om iets te maken wat aan alle geledingen in Nederland recht doet, wat ik juist zo aardig vind aan Nederland. Is dit een serieus voorstel?

Van der Ham (D66):
Sterker nog, de heer Cornielje zei op 6 februari 2002:
“De VVD-fractie wil niet treden in de motieven van de betrokkenen om gebruik te maken van de wettelijke regeling zoals die straks tot stand zal komen. Wij moeten een wettelijke regeling neerleggen. Het is vervolgens aan de betrokkenen om uit vrije wil van deze bestuursmogelijkheden gebruik te maken.”

Daarmee zei hij dat dit moet kunnen als de scholen dat zelf willen. Dit dilemma maakt ook onderdeel uit van de wetsgeschiedenis. Ik weet dat u journalist bent geweest, dus u bent misschien wat oppervlakkig op dat punt. Misschien hebt u de wetsgeschiedenis niet tot u genomen. Als u dat had gedaan, had u kunnen zien dat juist dit de discussie was in de afgelopen zeventien jaar.

Elias (VVD):
De discussie in de afgelopen zeventien jaar is een andere geweest, namelijk dat wij gezamenlijk hebben geprobeerd om — ook andere woordvoerders zullen daar ongetwijfeld op gaan wijzen — iets te maken wat, naar ik stellig hoop, ook door de kleine christelijke partijen zal kunnen worden onderschreven, waarin iedereen elkaar een beetje de ruimte geeft. Dit is een destructief amendement, een opzichtig destructief amendement dat dwars ingaat tegen de bedoeling, de strekking en het wezen van de wet. Sterker nog, door de bijzondere wetshistorie — deze wetten konden alleen worden gemaakt door aanpassing van de Grondwet — zou je zelfs de stelling kunnen verdedigen dat dit een ongrondwettig voorstel is. Ik neem dat zeer hoog op. Wij maken hier wetten, zo constructief mogelijk en in dit speciale geval rekening houdend met de belangen van minderheden in dit land. Daar hoor je niet even met partijpolitieke handigheidjes doorheen te fietsen, zoals u dat gisterenavond hebt gedaan. Ik verzoek u zeer dringend om dit amendement in te trekken.

Als ook CDA, CU, SGP, PVV en PvdA Van der Ham niet kunnen overtuigen trekt Elias (VVD) de noodrem:

Laten we het zakelijk houden, mijnheer Van der Ham.
Artikel 97 van het Reglement van Orde gaat over de toelaatbaarheid van amendementen. Ik heb u een paar keer gevraagd om het amendement in te trekken. Als u dat niet doet, dwingt u mij om een zwaar middel in te zetten.
Artikel 97, lid 1, geeft weer:
“Een amendement is ontoelaatbaar, indien het een strekking heeft, tegengesteld aan die van het voorstel van wet, of …” waarna een andere bepaling volgt.
Lid 2 stelt:
“Een amendement wordt geacht toelaatbaar te zijn zolang de Kamer het niet ontoelaatbaar heeft verklaard. Een daartoe strekkend voorstel kan, zo nodig met onderbreking van de orde, worden gedaan hetzij door de Voorzitter, hetzij door een van de leden.”
Ik ben zo’n lid. Ik wil vastgesteld zien, in verband met de zuiverheid van de wetgeving, dat dit een destructief amendement is en dat het niet in behandeling kan worden genomen.

Een primeur voor voorzitter Martin Bosma, die vaststelt dat de aanwezige vertegenwoordigers van CDA, CU, SGP en PVV het voorstel van het lid Elias (VVD) – om het amendement Van der Ham onder nr. 11, wetsvoorstel 32134, ontoelaatbaar te verklaren als bedoeld in artikel 97 – zullen steunen.

De derde ronde
Dinsdag middag bleek dat het VVD-kamerlid toch een te grote broek had aangetrokken. De PVV bleek na een oproep van Van der Ham het voorstel niet meer te steunen. [debat gemist – 38:00]

De vierde ronde
Door omstandigheden komt het antwoord van de minister een week later.
[TK44 – 26 januari 2011] [debat gemist]

GL hield het verder voor gezien…
De PVV moest uitleggen waarom plenair tegen de ontoelaatbaarverklaring van Elias (VVD) werd gestemd, maar hoopt toch te kunnen rekenen op steun van CU en SGP …
PvdA en CDA hadden moeite met de naam samenwerkingsschool: de burger zou in verwarrring kunnen raken door het bestaan van de oude gekunstelde en de nieuwe legale variant. Je moet de wet zuiver houden!
De VVD is nog steeds erkentelijk voor de steun in 1917 en hoopt nu ook op ondersteuning van CU en SGP in moeilijke tijden…
D66 en SP werden bijna onpasselijk van het geschoemel en testen of Elias (VVD) ook enig benul heeft van de geest van de wet.

Minister van Bijsterveldt dreigt met intrekking van de wet als D66 zijn zin krijgt. Een schouderklopje richting Elias (VVD) die zo dapper streed voor het zuiver houden van de grondwet.

De vijfde ronde
Dindsdagmiddag worden alle amendementen verworpen en de wet aangenomen.
[TK46 – 01 februari 2011] [debat gemist – 8:28]

Hiermee ontstaat een unieke situatie:
Steunend op Artikel 23 lid 2 (vrijheid van onderwijs) kunnen een PC- en RK-school een samenwerkingsverband aangaan. Op gronden van gelijkwaardigheid zou dit ook voor een openbare en een RK-school mogelijk moeten zijn, mits de RK-school kan instemmen met Artikel 23 lid 3 voor de partner (Het openbaar onderwijs wordt, met eerbiediging van ieders godsdienst of levensovertuiging, bij de wet geregeld).
Jammer, want volgens Farizeeën in de Kamer is zo’n instemming strijdig met het duale stelsel uit 1917. Alleen als voor een van de beide scholen opheffing dreigt wordt de strijdigheid oogluikend toegestaan via omkatten van Artikel 23 lid 4 van de Grondwet.

De samenwerkingsschool De Brandaris uit Dronten, die in 1980 met 14 leerlingen in het kerkcentrum “De Ark” werd gestart, vierde onlangs 30 jaar ‘illegaal basisonderwijs’. Geen paniek! Voor de inspectie is de school openbaar.