Gezag moet verdiend worden

In ons schoolblad wordt in iedere aflevering wel een top-tien van de meest populaire leraren afgedrukt. Betreffende leraren lopen dan als haantjes door de gang, zonder zich te realiseren dat aan ieder succes een einde komt.

Ik heb het dan ook nooit zo op met leraren, ‘die heel dicht bij de leerlingen staan’. Het verbaast me dan ook niets, als zulke types na een poosje al snel weer van school verdwijnen.

Als kind word je geleerd dat gezag vanzelfsprekend is en dat daar niet over te discussiëren valt. Op die leeftijd aanvaarden de meesten dat, zolang ze niet tot die beruchte groep van 13.3 procent behoren.

Rebels als ik was, deed ik daar dus niet aan mee. Mijn redenering was dat gezag verdiend moest worden, omdat blinde gehoorzaamheid tot de ergste wandaden in de geschiedenis heeft geleid.

Vanzelfsprekend was ook ik als kind netjes en onderdanig begonnen, maar dat ging er al snel vanaf, toen ik de kleuterschool bezocht en voor niets urenlang in de hoek moest staan.

Daar komt dus blijkbaar in de loop der jaren enige verandering in. Dat kan verschillende oorzaken hebben, zoals een onrechtvaardige beoordeling of straf, kleinzielig gedrag, gebrek aan humor, maar vooral ongeloofwaardigheid. Ongeloofwaardigheid, wanneer je een docent op gebrek aan kennis van zaken betrapt, op jokken en liegen, op het voortrekken van bepaalde leerlingen, het manipuleren van cijfers of omdat hij zichzelf niet houdt aan wat hij van jou en van anderen verwacht.

Die  leraar ‘op een voetstuk’  wordt al naar gelang de leerling ouder wordt almaar kleiner en gewoner. Totdat er een mens overblijft. Een mens met al zijn gebreken.

Op dat punt aangekomen zal hij zijn gezag iedere dag opnieuw moeten verdienen, met voorbeeldig gedrag en voldoende vakkennis.