Geef jij so’s ja of nee

 

Laten we beleid en praktijk eens naast elkaar leggen.

 

Een van de discussiepunten tussen SCOL en mij, is de voorgeschreven invulling van de taakuitoefening. Korter gezegd: wat moet je wel en niet doen van je werkgever.

Voor wiskunde ( en meer vakken) spitst een groot verschil zich toe op overhoringen. Het verschil in hoeveelheid nakijkwerk is de grootste oorzaak van afwijkingen binnen de opslagfactor.

Docenten met 3 uur per week nakijkwerk krijgen net zoveel als docenten met 11 uur per week nakijktijd. Dat is geen fictie, maar feit.

SCOL, probeert aan te sturen op de vanzelfsprekendheid van dergelijke zaken. “het hoort erbij”. Alsof er geen enkele wet is die voorschrijft dat werkzaamheden een bepaalde hoeveelheid tijd vergen. Nee, SCOL houdt stug vol dat al dat werk KAN in die drie uur.

Meer tijd KRIJG je namelijk niet. Alles wat je ernaast doet, doe je in je vrije tijd.

 

Vervolgens is men druk bezig om de verantwoordelijkheid van de kwaliteit van het werk bij de docent zelf te dumpen. Kijk maar in je CAO en professionalisering manifesten etc.

Waarom is dat voor scholen zo aantrekkelijk? Omdat JIJ als werknemer zo meteen aan ouders moet gaan verantwoorden waarom de ene docent WEL en de andere docent GEEN so’s afneemt.

De verschillen in opleidingsniveau ( VMBO, Havo en VWO) zijn ook gesloopt, dus ieders inspanningen liggen langs dezelfde lat.

Voor iedere leerling is het wenselijk tussendoor een so te krijgen, alleen al om even te kijken of de stof is ingedaald en juist wordt toegepast. Niet zozeer voor het cijfer, maar voor de controle en het zetje.

Wenselijk is een ander woord voor kwaliteit. Het is kwaliteitverhogend om leerlingen zo nu en dan een so af te nemen.

Veel docenten kunnen beargumenteren dat hogere niveaus best zonder kunnen. Wie wil ontkennen dat het wel afnemen van een so WENSELIJK is?

Door het gemanoeuvreer van de werkgevers, dien Jij straks uit te leggen dat het inderdaad wenselijk is, maar dat het je teveel tijd kost. Waarop je als een boemerang terug krijgt dat je je werk niet goed  ( genoeg ) doet.

Ouders worden mondiger en eisen meer. Ze zullen beslist aan komen kloppen.

Wat ik zie, is dat de “oplossing “ van de werkgevers is, het van de docent zelf af te laten hangen.

Het kan per school en zelfs per parallelklas verschillen! Zelfs als ouders daar niet over gaan piepen, hoe verantwoord je dat? Hoe verdedig je dat?

Ga je zeggen dat het geen enkel verschil maakt voor de kwaliteit van de opleiding of er wel of geen so wordt afgenomen?  Sta je daar achter ?

 

Laten we ons beperken tot eerste, tweede en derde leerjaren van alle drie de opleidingniveaus.

Ik stel dat ik leerlingen tekort doe, als ik nalaat een so af te nemen.

( een eerste oplossing was om een halve les een so af te nemen, die opnieuw onderling te verspreiden en dan direct gezamenlijk na te kijken. Maar men wilde TOCH iets van een cijfer. Dus toch nakijktijd. Bijkomend probleem was dat sommige klassen maar 3 uur per week kregen. Gezien het stampvolle wiskunde programma en de gemiddelde lesuitval door overige projecten, is het wringen met de tijd.)

 

Geef eens je mening!!

WIJ worden hiervoor verantwoordelijk gemaakt, hoe denk JIJ erover??

 

deze blog staat tevens op www.iemanddoetiets.nl

5 Reacties

  1. Binnen mijn sectie gelden de

    Binnen mijn sectie gelden de volgende afspraken:

    – in een blok neemt elke docent van (bijv.) havo-3 de (bijv. twee) afgesproken S.O.'s af, liefst op dezelfde dag als de collega's (staat in de planner); het cijfer heeft de weegfactor twee (proefwerken vier);

    – daarnaast is elke docent vrij om meer S.O.'s af te nemen, net hoe het past bij zijn klas en/of didactische voorkeur; de cijfers van die extra S.O.'s tellen samen op tot één extra S.O.-cijfer in dat blok, met weegfactor twee.

    Omdat S.O.'s maken, afnemen, corrigeren en adminstreren inderdaad een hoop werk is, en de klassen voller dan ooit zijn, willen we dit schooljaar ervaring opdoen met electronische toetsen. In klassen waar leerlingen een bonte verzameling apparaten hebben (netbooks, tablets, smartphones) lukt dat niet. In de onderbouwklassen waar elke leerling een iPad heeft, wel.

     

  2. Couzijn, wat heeft binnen

    Couzijn, wat heeft binnen jouw sectie weegfactor 1 (of een andere oneven weegfactor)?

  3. @Couzijn Een ‘bonte

    @Couzijn Een 'bonte verzameling apparaten' hoeft geen belemmering te zijn voor electronisch toetsen. Dat is een kwestie van het juiste digitale (leer)platform kiezen.
    Als je school kiest voor 'BYOD' dan is het een beetje vreemd wanneer het digitale platform dat niet ondersteunt.

    Vergis je trouwens niet dat het ontwikkelen van (digitale) toetsen en het opbouwen van een database aan vragen een behoorlijke tijdsinvestering vergt (maar daar weet je denk ik alles van). Het hergebruik verdient zich pas in de komende jaren terug.

  4. En kunnen die leerlingen met

    En kunnen die leerlingen met die iPads dan tijdens het SO even snel een screengrab van de opgaven maken, en die doorsturen naar schoolgenoten in een parallelklas? Of alle SO's archiveren op een eigen hoekje op het internet? Hoe wordt omgegaan met het gegeven dat leerlingen via een tablet ook tijdens een SO met elkaar kunnen communiceren? Of maken jullie je om dit soort zaken, om wat voor reden dan ook, niet druk om?

  5. @Em70- zorg voor een

    @Em70
    – zorg voor een toetspakket/ELO met een zgn 'lock-down browser': de lln heeft alleen nog z'n toetsomgeving, verder niets. Kan ook niets anders, totdat de toets is afgewerkt.
    (het enige waar je op moet surveilleren is het gebruik van smartphones wanneer ze een ipad of computer gebruiken)

    – Toetspakketten/ELO's kun je zo inrichten dat je met verschillende vraagcategorieën, verschillende volgorde van vragen, verschillende volgorde van antwoorden en zelfs nog laten onthouden welke vragen een lln eerder heeft gehad, elke toets een haast individuele toets is (maar, zoals ik schreef: het kost je tijd om te investeren in een voorraadje toetsvragen).

    Ik gaf wel als huiswerk mee dat leerlingen zelf per les één toetsvraag (MTC) moesten bedenken. Met als  'beloning' dat ik 'm – als het een goede vraag was – ook zou opnemen in de database. Na een tijdje had ik toch een aardige hoeveelheid vragen. En bijkomend voordeel dat ze serieus hadden nagedacht over de inhoud van de les.

    Niettemin bleef er voor mijn vak (geschiedenis) toch een hoop handwerk over. Essays, uiteenzettingen, standpunten verdedigen, historische vaardigheden … da's bijkans onmogelijk om door een computer over te laten nemen.

Reacties zijn gesloten.