Liever digitale schoolborden dan leerkrachten?

Ik geef direct toe, de titel van dit blogje is wat al te populistisch geformuleerd, maar in het Volkskrantartikel over komende ontslagen in het basisonderwijs valt de volgende alinea me op:
‘Terwijl vrijwel alle scholen werken met digitale schoolborden, is de bekostiging nog altijd gebaseerd op ouderwetse zwarte’, zegt Reinier Goedhart, financieel medewerker van de PO-Raad. ‘En die digiboards – prachtig natuurlijk voor het onderwijs – verbruiken ook veel energie.’
Ik begijp dus dat die dingen zijn aangeschaft terwijl er eigenlijk geen bekostiging voor was.
Hoeveel zou er zijn uitgegeven aan “ondersteuning” door APS/KPC/CPS/ … Maar in het hele artikel wordt alleen gewag gemaakt van noodzakelijke ontslagen van leerkrachten en concierges tgv de bezuinigingen

21 Reacties

  1. Meester Raymond in De Volkskrant: “Dit is niet te doen”
    “Het zijn er toch een hoop: dertig kinderen van een jaar of 9, 10 in een klaslokaal. Zeker als ze met vier verschilende activiteiten bezig zijn: een paar kinderen maken redactiesommen, anderen doen aardrijkskunde, weer een paar anderen geschiedenis en een stuk of zeven zijn er aan het solderen. ‘Eigenlijk is dit niet te doen’, zegt meester Raymond over zijn groep 6. ‘Zeker niet als je ze bij dat solderen wilt begeleiden.’ Niet te doen, en je zou het ook niet moeten willen doen.

    • dertig?
      Het artikel in de volkskrant ook gelezen. Daar staat 1.6 miljoen kinderen en 190.000 medewerkers. Als de klassegrootte dertig kinderen is, dan wil dat zeggen dat van de 190.000 medewerkers er minder dan 1/3 voor de klas staat. Ergens anders lees ik dat de docent-ondersteuner ( bureaucratie) ratio ongeveer 1 op 1 is. Hoe is het mogelijk dat er dan als eerste over gesproken wordt om de ‘jonge en flexibele’ leraren en leraressen de wacht aan te zeggen. Misschien maar eerst eens beginnen met de hele bureaucratische kerstboom onder het vergrootglas te leggen.

      • ????? (overhed en bureaukratie)
        Die bureaukratische kerstboom is er volgens de Volkskrant niet! In het artikel “Basisonderwijs ontslaat duizenden leerkrachten” staat in kolom 4 bovenaan expressis verbis “de overhead is klein, minder dan 4%” Of bestaat er een in dit verband belangrijk verschil tussen bureaukratie en overhead?
        Seger Weehuizen

        • overhed, nou jah, overhead
          Die 4 procent kan alleen voor krijtjes (oh, [pardon, electronen ; immers digitaal schoolbord) zijn, en voor water, handdoekjes, zeep, de bordenwisser en de vloerenschrobber, het ramen lappen.
          Onderhoud, huur, onroerende zaken en utilities (elec, warmte, internet, telefoon) – alles bij elkaar, plus de krijtjes, gaat meer dan 4 procentjes kosten. En dan komt de directeur er nog bekaaid af.

          Niet vergeten dat de prijs voor krijtjes, die immers geproduceerd worden van strategisch geoormerkte raw materials, daarbij nog van natuurlijke oorsprong zijn, door de zogenaamde commodities-schaarste enorm gestegen is de laatste 128 jaar.

          maarten

  2. digitaal schoolbord
    Die digtale schoolborden worden aangeschaft om meerdere redenen :
    [1] de directeur is enthousiast, en weet leerkrachten te overtuigen, en vervolgens zoekt de financiele administrateur naar geld ;
    [2] leerkrachten vinden het een goed idee en drukken de aankoop door ;
    [3] leerkrachten denken dat het didactisch efficient is ; die snappen het niet ;
    [4] leerkrachten vinden het gemakkelijk voor kennis/inzicht overdracht ;
    [5] ouders vragen ernaar ; is de school wel up to date, digitaal ?
    [6] manasjurzz pushen het idee ;
    [7] onderwijs-on-deskundigen exposeren het veronderstelde nut van dit soort borden.

    Enzovoort. Hebben niet 12 miljoen medelanders een nieuwe flat bed televisie ? Dan kan “de” school niet achterblijven. Nou dan.
    Ik herinner me de trotse schooldirecteur met nieuwe digitale borden-cum-alle-apparatuur, aan wie bezorgde ouders vroegen of hun kind wel mee kwam op school : “ja zeker, want wij – – digitaal – – “; wat een sukkel was dat.

    Anecdote, echt gebeurd, open dag, ergens in een lagere scool, deze maand :

    – een ouder : hebben jullie wel digitale schoolborden ?
    – leraar : zeker, kijk maar (demonstreert schoolbord) ;
    de ouders gaan tevreden naar huis, met hun tevreden kroost ;

    – bijstander, tegen leraar (later) : gebruik je die ook altijd in de lessen ?
    – leraar : natuurlijk niet ! vrijwel nooit ;
    – bijstander : hoe dan wel ?
    – leraar : krijtje en zwart (groen, beige, wit) bord.

    maarten

    • als ze het oude schoolbord maar hadden laten staan
      De ellende is dat het klassieke schoolbord meestal helemaal uit het klasselokaal verwijderd wordt. Een gastdocent is zo gedwongen om vóór hij zijn verhaal kan houden zich te bekwamen in het gebruik van het digitale schoolbord en de bijbehorende software en zijn voorbereiding daarop aan te passen. Zeer ontmoedigend!
      Seger Weehuizen

      • oude schoolborden
        ref : Malmaison, hierboven

        Ik ken plenty lagere scholen met zwarte (of groene) schoolborden, ook nu nog steeds. Kwestie van de juiste school kiezen ( ! ! ).

        Gastdocenten op lagere scholen ben ik nooit tegen gekomen. Terecht.
        In het VWO of HAVO, nauwelijks tot weinig. Ook terecht,
        Op de universiteiten (en HBO) wel – daar vind je gekken om andere redenen, in een bonte melange met andere docenten die wèl deugen. Maar daar dient electronicale exhibit een ander doel : plaatjes uit de reader erbij halen, tabelletjes, detail vergroten, contrasten laten zien, mening provoceren. Dat is toch wat anders dan de intelligentie van kleine kinderen @ basis onderwijs slopen – dat laatste gaat heel gerieflijk met digitale schoolborden.

        maarten

        • gebruiken veel energie
          Dat is altijd mijn stilzwijgende verbzing geweest: dat zogenaamd progressieven zulke voorstanders waren van electronische apparatuur terwijl die apparatuur de hele dag electriciteit staat te vreten!
          Ik ben dus van de schriften, de boeken en de krijtborden.
          Maar anno 2012 lijk je al gauw op de leraar die hangt aan griffel en lei. Toch is dat slechts schijnbaar.
          Want de kroontjespen, vulpen, balpen, de lei, het schriftje, het schoolbord en het boek zijn niet de hele dag afhankelijk van electrische voeding (en bijbehorende kosten).
          Daarbij nopen schrift, pen, boek en schoolbord tot grote concentratie. Concentratie die een noodzakelijke voorwaarde is voor het echte leren.
          De digitale middelen nodigen op een of andere merkwaardige wijze uit tot vrijblijvendheid: koppen snellen, vluchtigheden en zappen.
          Het was fijn werken met het krijtbord: wel steeds de spons bij de hand.
          Er zouden toch wel zeer zwaarwegende argumenten moeten zijn om de hele dag afhankelijk te moeten zijn van de dure stopcontacten.
          De oude middelen: die zijn pas duurzaam!

    • Microsoft
      Toen ik vlak na de opening van het nieuwe Microsofthoofdkantoor op Schiphol vroeg waarom ze geen digitale borden hadden in hun conference rooms, kreeg ik als antwoord dat ze daar toch wel op uitgekeken waren.

      • Dat is veelzeggend.
        Mijn

        Dat is veelzeggend.
        Mijn ervaring is dat docenten (geen ervaring met leraren in het middelbaar onderwijs) al snel een passievere houding aannemen zogauw ze leunen op dergelijke middelen, deze passievere houding slaat over op de studenten.
        Een ander groot probleem vind ik dat docenten al snel denken dat zij geen dictaat hoeven te schrijven omdat die presentatieslides er al zijn. Niets is minder waar, presentatieslides zijn bedoeld om te presenteren, niet om van te leren.
        Anderzijds moet ik zeggen dat het traditionele schoolbord ook wat nadelen heeft, als de docent een slecht handschrift heeft of het bord wordt niet frequent schoongemaakt dan wordt alles al snel slecht leesbaar en eens het weg is dan valt het niet meer te achterhalen wat er op het bord stond en ben je afhankelijk van de aantekenignen van jezelf of anderen.
        Het best is misschien een combinatie van beiden, een enorm groot touchscreen waar je op schrijft en wat automatisch alles wat je schrijft opslaat. Zolang die technologie nog niet bestaat gaat mijn voorkeur uit naar het gewone bord en een goed dictaat.

        • schoolbord
          Bart, hierboven

          Kortom : het komt erop neer dat digitale schoolborden, voor wat betreft de les leren (-intake) door leerlingen, kort-ademig zijn. De beelden, de presentaties zijn van korte duur en korte impact, de les (het les-materiaal) beklijft niet want het wordt niet verwerkt, de leerlingen zitten er passief bij en kijken er naar (k zat erbij en keek er naar, rijmpje, oude wijsheid).

          Dat vluchtig beeld-consumeren begint overigens al op kleuterleeftijd, het is verankerd in hun “tere zieltjes” tegen de tijd dat het jeugdjournaal gefundenes Fressen is, zeven of acht jaar. Daar begint de uphill fight om de lievertjes toch nog wat te leren (kort door de bocht gezegd – hoe korter, hoe duidelijker).

          Dat van dat handschrift, yeah. Zulke docenten horen niet voor de klas ; of, ze moeten echt hun best doen (en dan kunnen ze het best).

          maarten

        • Touchscreen
          Bart schrijft: “Het best is misschien een combinatie van beiden, een enorm groot touchscreen waar je op schrijft en wat automatisch alles wat je schrijft opslaat. Zolang die technologie nog niet bestaat gaat mijn voorkeur uit naar het gewone bord en een goed dictaat.”

          65 inch touchscreen groot genoeg?

  3. Ik begrijp hier niets van
    Voor zover mijn kennis reikt worden de formatieplaatsen voor een basisschool betaald naar het aantal leerlingen. Minder leerlingen, minder leerkrachten, dat wel, maar dat is een natuurlijk proces dat al decennia plaatsvindt.
    Ik zie dan ook geen verband tussen bezuinigen en ontslagen leerkrachten. Ik ga denken dat die PO-raad doet aan een publieksoffensief teneinde Jan Burger voor een PO-karretje te spannen.
    Want die PO-raad lijkt helemaal VOOR passend onderwijs en protesteert tegen bezuinigen op dat (niet) passend onderwijs.
    Maar op (niet) passend onderwijs kan gerust bezuinigd worden: bijvoorbeeld door het afschaffen van het bureaucratische circus dat WSNS heet.
    Want dat circus kost wel wat extra centjes.
    Goed klassikaal onderwijs kan prima functioneren met redelijk homogene groepen.
    Kan uitstekende resultaten leveren.
    Juist dat (niet) passend onderwijs gooit roet in het eten (WSNS), geeft extra kosten; geeft extra kunstmatige baantjes en onodige rompslomp. Daar kan gerust op bezuinigd worden.
    Maar dat wil die PO-raad dus niet en vandaar dit populistische roepen in de media.
    De journalist op de radio begrijpt het nauwelijks; dat blijkt als je hun interviews beluistert.
    Normaal klassikaal onderwijs aan redelijk homogene groepen kan uitstekend functioneren en heeft geen moeite met klassen van ongeveer 30 leerlingen.
    Het is die waardeloze combinatie: dat zogenaamde ‘maatwerk’ leveren (leerlingen werken op eigen niveau) en TEVENS de klassen groot willen houden (!) die maken dat er onwerkbare situaties ontstaan.
    Maar de een protesteert tegen grote klassen en de ander tegen (niet) passend onderwijs. In de publiciteit loopt dit allemaal rommelig door elkaar heen.

    • namens wie orakelt de PO-raad?
      Officieel namens ‘de’ besturen (hoewel die besturen een enorme verscheidenheid te zien geven, van zwaar orthodox reformatorisch tot niemendalletjes als Iederwijs-onderwijs).
      Maar de media (en helaas vermoedelijk ook de politiek) beschouwen die PO-raad als ‘de’ vertegenwoordiger van ‘het’ basisonderwijs.
      En kennelijk ziet die PO-raad (als lid van de bende van vier) een politieke functie voor zichzelf.
      Waar menig meester/juf roept: KIES dan eens! Kies voor klassikaal onderwijs aan redelijk homogen groepen OF kies voor maatwerk met kleine groepen (echt maatwerk kan ALLEEN worden gerealiseerd met kleine groepen van rond de 15).
      Maar nee hoor.
      Men wil zowel (niet) passend onderwijs als grote groepen.
      Die combinatie: DIE is onwerkbaar! Laat DAT geluid nu eens duidelijk horen PO-raad.
      Minstens 50 jaar lang verliezen scholen leerkrachten als leerlingenaantallen terug liepen. Intussen krijgen scholen zelfs extra formatieplaatsen als leerlingen ouders hebben die onder een gemiddelde norm vallen (laag onderwijs, allochtoon e.d.), soms zelf bijna dubbel zoveel geld als voor de ‘gewone’ leerling.
      dat is al een soort extra luxe.
      Om al dit soort redenen vind het ik publiekelijk protest van die PO-raad een schijnvertoning.
      Dit kabinet schijnt de schuld van alles te zijn. Wat een vertoning.

    • kunstmatige baan: Intern Begeleider
      De functie van Intern Begeleider beschouw ik als zo’n kunstmatige baan die WSNS in het leven riep. Ooit waren deze leerkrachten gewoon jouw collega’s die full-time voor de klas stonden net als jij.
      Maar WSNS gaf hen een nieuwe functie en zij werden daardoor gedeeltelijk vrijgesteld van werkzaamheden voor de klas (hiervoor moest een nieuwe leerkracht worden aangetrokken).
      De Interne Begeleiders werden ‘contactpersoon’ van de schoool met het Samenwerkingsverband WSNS. Zij werden een soort bedrijfsspionnen (dank aan Jeronimoon voor deze term) en verantwoordelijk voor het passend onderwijs (en alle extra hulp aan speciale leerlingen) binnen de basisschool. belachelijk, want ooit was de klasseleraar terecht gewoon verantwoordelijk.
      Nu kreed de Interne Begeleider de verantwoordelijkheden waardoor deze zich uiteraard met het werk van zijn/haar collega’ s begon te bemoeien.
      Bezuinigen we b.v. op deze functie (we schaffen die af), is gewoon elke leerkracht weer verantwoordelijk voor de eigen leerlingen.
      Simpel.

    • klassikaal onderwijs aan redelijk homogene groepen
      Dat is m.i. de meest voor de hand liggende wijze van onderwijs, als men niet het duurdere persoonlijke onderwijs kan betalen.
      Men verlangt van een zwemonderwijzwer toch ook niet dat hij zowel aan de beginnenden peuters als aan de gevorderde duikers TEGELIJK les geeft!
      Waarom moet gemiddelde juf/meester dit dan wel doen volgens de nieuwlichters? In de wetenschap dat zo’n situatie aan alle betrokkenen tekort gaat doen (denk maar weer aan die zwemmeester).
      Maar de nieuwlichters hebben het in ieders hoofd weten te zetten: elk kind dient binnen 1 groep maatwerk geleverd te kunnen krijgen. En als de zwemmeester dan aan alle leerlingen minder aandacht kan geven en de zwakkere zwemmertjes zelfs maar moet laten dobberen, dat dondert kennelijk niet.
      Maar intussen eisen dezelfde lieden de hoogste rankings voor ‘Nederland’ bij de internationale songfestivals.
      Het mag dus niks kosten, maar de ‘begeleiders’ verlangen wel een dik salaris. Waarbij de praatjes natuurlijk spotgoedkoop blijven en zijn.

  4. Digitale borden voldoen niet
    Sinds een jaar of drie geleden is mijn (middelbare) school overgegaan op digitale borden. Waarom werd niet duidelijk gemaakt, maar volgens mij was het gewoon de combinatie van een clubje wiskundedocenten dat ze graag wilde (en die hebben geen vaklokalen, en geven dus overal les, dus moesten ook overal die borden komen), en een conrector die haar vernieuwingsdrang zo nodig op de school moest uitleven, en zich waarschijnlijk ook schaamde voor die “ouderwetse” krijtborden.

    Een paar docenten hebben het digitale bord kunnen weren uit hun lokaal, en zijn daar erg blij mee. Onlangs heb ik geprobeerd om les te geven met zo’n digitaal bord (meestal gebruik ik alleen de whiteboard-zijkanten, maar ook die ielige whiteboardstiften maken je handschrift lelijk – goeie echt dikke whiteboardstiften met een ronde punt zijn helaas nergens te koop). Er ging van alles mis.

    Allereerst weet je niet welk icoontje je moet aanklikken voor de juiste aansturingssoftware. Daar zijn namelijk verschillende versies van, omdat er verschillende borden in de diverse lokalen hangen. Daarna wilde ik de zonwering omlaag doen, want de zon scheen vol op het bord. Ging niet: de zonwering zat vastgevroren. Tenslotte kon ik ook de bij het bord behorende pen niet vinden. Docenten krijgen geen eigen pen, omdat er, opnieuw, verschillende typen borden zijn. En leerlingen vinden het natuurlijk leuk om zo’n pen in de prullenbak te gooien. Verder maak ik regelmatig mee dat de beamer er na een kwartier mee ophoudt, bijvoorbeeld omdat het filter verstopt zit. Dat moet dan met blaaslucht gereinigd worden. Wil je een tv-fragment laten zien en mist ook nog je dvd-speler, omdat “dat ook met een mediaplayer kan”, dan zit er niets anders op dan achter je bureau vastgelijmd te zitten als je het beeld tussendoor even stil wilt zetten of het geluid bij wilt regelen. Verder moet je altijd een paperclip bij je hebben omdat het dvd-lade van de PC vaak niet meer opengaat met het knopje. Bij de borden op mijn school ontbreken verder digitale wissers: je moet een icoontje aanklikken en “schrijven” met die pen om te wissen: compleet onhandig.

    Ik kán me voorstellen dat er ooit goeie digitale borden zullen zijn: waarin alle hardware geïntegreerd zit, waar je een dvd in kunt duwen, en die van achteren of door omgevingslicht aangelicht worden, die maar een paar seconde opstarttijd hebben en noem maar op. Maar geef mij maar krijt. Krijt is goedkoop, en krijt doet het altíjd. Krijt is alleen tegen twee dingen niet bestand: onzekere schoolleiders en door digitaliteit verblinde ouders.

    • vastgelijmd; tussen haakjes
      Dat schijnt heel modern te zijn, dat vastgelijmd lesgeven. Althans, als ik het voorbeeld van Luc Stevens mag geloven.
      Op dit forum werd ooit eens verwezen naar filmpje waarin de beroemde vernieuwer zittend (!) geheel boven de hoofden der leerlingen zat te orakelen. Op uitnodiging van een bevlogen juffie.
      Het geheel was m.i. erg representatief voor die vernieuwers. Zelf bakken ze er niets van, maar wel hebben ze het hoogste woord.
      Zittend lesgeven beschouw ik hooguit als een pauze-moment. Maar daarbuiten als waardeloze didactiek. Tenzij men werkelijk de grote gave van het woord heeft natuurlijk.
      Elke leerkracht heeft zo zijn eigen sterke kanten die helemaal tegen allerlei nieuwerwetse gedachten in kunnen gaan.
      Stevens gaf in dat filmpje, waar hij zelf doceerde, echter aan hoe het dus niet moet.
      Verder heb ik geen algemene instructies: iedere leraar verschilt en ik vind dat dat zo mag zijn. Wat voor de een werkt, blijkt voor de ander niet te werken.
      Jan Ligthart toonde dit al aan. Waar de ene schoolmeester onmetelijk ontzag inboezemde door een streepje uit te delen bij wangedrag, kon een andere (kopierende) schoolmeester eindeloos streepjes uitdelen, terwijl de leerlingen echter bleven lachen om al die streepjes.

      • aanbevolen groepsgrootte van 24 naar 27
        is waarschijnlijk een van de oorzaken van vele ontslagen, evenals het verwijzingsbeleid naar het SO. Het verschil: meer leerlingen op de reguliere basisschool in een groep van 27 waar er altijd nog wel eentje bijkan en minder op het SO in een groep van rond 15.
        Ik denk niet dat digitale schoolborden, althans niet in het basisonderwijs, daar veel mee van doen hebben.
        Ik ben overigens al jaren zeer blij met “mijn” digibord, waar ik heel netjes op kan schrijven (moet je wel in investeren), met de juiste instelbare liniatuur, waar ik allerlei rekenkundige modellen in zijn juiste verhouding op kan tekenen maar met minder moeite dan op het krijtbord, waar ik een plaatje bij dat moeilijke woord kan laten zien of een animatie bij een lastig begrip, zonder dat ik al mijn kasten leeg hoef te maken op zoek naar voorbeelden, waar nu alle leerlingen in elk geval een blik op de wereld krijgen door het zien van het jeugdjournaal en zo kan ik wel meer voorbeelden geven. Het grootste voordeel vind ik echter dat ik mijn voorbereiding voor een dagdeel netjes in volgorde op het bord kan zetten, niets meer uitvegen (minder stof ook), kinderen die tegen je rug aankijken, maar gewoon met één digipenklikje naar de volgende bladzijde. En……..voorbereidingen kun je netjes opslaan, die zijn dus ook later weer bruikbaar.

        Marina

Reacties zijn gesloten.