De Nederlandse Wetenschapsagenda

 
En? Staat onderwijs op de Nationale Wetenschapsagenda van de KNAW? De grootste begrotingspost, de ruggegraat van samenleving en economie? Met een research-budget van enkele promillen, een adviseurs-circus van meerdere procenten, en een overheid van teveel tientallen procenten. Doen we er iets aan, Robert Dijkgraaf? Investeren in wetenschap van onderwijs?

De knappe koppen van de KNAW kijken over het vanzelfsprekende heen: onderwijs staat NIET op de agenda.

Ha, wel de rekenmachine: #28 “Kunnen machines ons helpen kennis te creëren uit bergen informatie?”

Menselijk kapitaal is kennelijk vanzelfsprekend voor de KNAW. Terwijl het juist de noodzakelijke voorwaarde is om de dingen te kunnen doen die deze agenda voorstaat.

Ongelooflijk. Geen KNAW-Deltaplan Onderwijs.

5 Reacties

  1. onderwijs
    Ben,

    Ik begrijp je kritiek, maar op zich vind ik het geen slecht stuk. Wat echter opgemerkt moet worden is dat ook onderwijsagenda’s een tijdshorizon hebben. En die kunnen wel wat langer zijn dan 10 jaar. Het niet aanpakken van de rekenproblematiek in de doorlopende leerlijnen van Van Streun heeft als rechtstreeks gevolg gehad dat de kennisbasis rekenen voor de PABO niet deugt, en dat werkt weer door in het materiaal van uitgevers voor de PABO. En pas nadat dit alles gerepareerd is zijn we bij het basisonderwijs aangeland. Tel maar uit over hoeveel jaar we het hebben voordat een brede academische opleiding kan beginnen waarin niet meer eerst nog het optellen van twee breuken hoeft te worden behandeld.

    Verantwoordelijk voor dit sombere perspectief zijn de realistische rekensekte, die nog steeds overal aan de touwtjes trekt via FI, SLO, APS etc, de HBO-raad die de kennisbases zag als een project dat zo snel mogelijk klaar moest zijn en het gezag vooral van onjuiste claims in de voorwoorden liet komen, en de VO-raad, die wel aanwezig is bij de expertmeeting van SLO op 12 april over rekentoetsen, maar de mond houdt op het moment dat een breder perspectief gewenst is, en ondertussen wel de gadgets van de jeugd van vandaag als serieuze hulpmiddelen in het onderwijs ziet, in een al of niet doelbewuste poging het laatste beetje gezag dat een leraar in de klas heeft weg te slaan.

    beteronderwijsnederland.net/node/7599
    beteronderwijsnederland.net/node/7677
    beteronderwijsnederland.net/node/7679
    8 uur journaal 30 mei 2011

    Joost Hulshof

    • Laten we het onderwijs aan verbrokkeling ten onder gaan?
      Joe,

      De kaarten die ik in mijn mouw heb:

      • Ben Wilbrink and Marco Roos (1991). Strategic science policy and organizational structures in the engineering sciences. Proceedings EAIR European Association for Institutional Research, 13th international forum september 1991, Edinburgh. Napier. html
      • Ackermans, S. T. M. en W. A. de Jong, m.m.v. Marco Roos en Ben Wilbrink (1991). De technische universiteiten. Pre-advies. In ARHO en AWT, Advies inzake de technische universiteiten. Den Haag: ARHO/AWT. html

      Dit gaat over strategisch investeren in technisch wetenschappelijk onderzoek. Dat ligt ook voor de hand: het gaat over nieuwe materialen, informatica, verkeer en vervoer, enzovoort, sectoren waar talloze clubs, belangen, bedrijven, vakgroepen, onderzoekinstituten hun eigen ding doen zonder zich echt om het geheel te bekommeren. Als je dat anders zou kunnen doen, zijn er grote slagen te maken (klein voorbeeld: Telematica, Twente).
      Onderwijs is ook zo’n sector van absurde verbrokkeling, om verzuiling maar even over te slaan. Vandaar de link.

      Herken ik in de zeventig onderwerpen van de KNAW thema’s die Ackermans en De Jong in 1990 aan de orde stelden, op basis van een rondgang in Nederland? In eerste oogopslag niet, omdat alles geformuleerd lijkt in termen van fundamenteel onderzoek. V ‘Gezondheid en voeding’ is een uitzondering: dit is toegepast wetenschappelijk. IX ‘Nieuwe materialen’ krijgt hier een fundamentele invulling, geen toegepaste (technisch-wetenschappelijke).

      Wat gans ontbreekt: fundamentele kennis die nodig is om het onderwijs vooruit te branden (ook afwezig in VI ‘Kennis en hersenen’).

      • Onderwijsonderzoeker
        Er zat geen onderwijsonderzoeker in deze commissie, en dan krijg je dus niets over onderwijsonderzoek in het rapport. Zo missen er vast wel meer dingen. Daarom zeggen dit soort rapporten mij ook niet zoveel (hoewel ze af en toe een heel eigen leven gaan leiden).

        Ik kan het maar moeilijk met je eens zijn over dat ‘strategisch investeren’. Strategisch investeren is vooral investeren in goede mensen en die ‘hun ding’ laten doen. Allerlei ‘prioriteitenprogrammas’ en dergelijke werken goed wetenschappelijk onderzoek alleen maar tegen.

        ‘Verbrokkeling’ kun je ook zien als iets vanuit veel verschillende gezichtspunten bekijken: is het opeens een heel stuk positiever. Wel heb je mensen nodig die de verschillende gezichtspunten integreren. Helaas is er de druk om vooral heel specialistisch te zijn.

        • Strategisch investeren
          Mark,

          Strategisch investeren gaat niet over niemendalletjes. Binnen de muren van de universiteiten is het terrein verkaveld naar tal van disciples, die ook intern weer verdeeld zijn in specialismen. Die specialisten praten nauwelijks met elkaar, maar wel met collega’s over heel de wereld (congressen, tijdschriften, verenigingen, internet). Voor bepaalde wenselijke ontwikkelingen kan het nodig zijn om over die disciplinaire scheidslijnen heen te springen. Maar dat is niet simpel: de wetenschapper die dat op eigen houtje waagt, neemt een loopbaanrisico. Het is een majeure uitdaging voor betrokken partijen, waarvan de overheid de belangrijkste is, om doorbraken te organiseren. Eind tachtiger jaren was de oprichting van het telematica-instituut zo’n doorbraak: een substantiële samenwerking tussen overheid, universiteiten en bedrijfsleven.

          Denk bij onderwijs als #71 op de KNAW-lijst niet aan een uitbreiding van toch al bestaand onderwijsonderzoek, of tijdelijke potjes van tienmiljoen om eens een paar dingen uit te zoeken. Ook niet aan een club emeritus-hoogleraren die eens wat filosoferen over wat Nederland aan onderwijs nodig heeft: daar komt oppervlakkige wijsheid uit zoals de commissie-Veerman heeft gepresteerd. Het zou interessant zijn voor BON om een concreet voorstel te ontwikkelen. Dat zal niet eenvoudig zijn, er borrelen bij mij niet spontaan buitenlandse voorbeelden op.

Reacties zijn gesloten.