Teach In

Elders op het forum citeert 1945 een artikel over de docenten-detacheerders Teach In. Het volledige artikel uit de NRC van 21 juni 2008 staat hieronder.

Wat je er ook van mag vinden: het kan wel een manier zijn voor een zekere groep docenten om les te blijven geven en niet elders het heil te gaan zoeken.

——————-
Hier is de uitzendleraar
Marlies Hagers

Uitzendbureau levert docenten met heuse kwaliteitsgarantie

Teach -In , een bedrijfje uit Bloemendaal, bemiddelt tussen behoeftige scholen en talentvolle leraren.

HET lerarentekort groeit, maar wie wil er nog leraar worden?

Nooit eerder had het beroep zo’n slecht imago: veeleisend en zwaar, en ook nog eens onderbetaald en zonder carrièremogelijkheden. Tijd voor een bank die het anders doet, moet de Rabobank gedacht hebben toen drie jaar geleden het ondernemingsplan van Maurice Vink en Joris Mol een prijs kreeg in de Rabo Intercultural Business Plan Quest. Nu zijn Vink en Mol de directeuren van het bedrijf Teach-In Group dat scholen de leraren levert waar zij om zitten te springen. Marktwerking in het onderwijs dus. Het handelsmerk: kwaliteit en flexibiliteit.

Het zal niet meegevallen zijn in het begin. Scholen en leraren moeten meestal niet veel hebben van snelle commerciële jongens in strakke pakken. Als bedrijfseconomen, werkzaam in de zakelijke dienstverlening, kenden Vink en Mol het onderwijs bovendien alleen als consumenten. “Maar het verbaasde ons”, zegt Vink, “dat er in het onderwijs niet zoiets bestond als het meten van kwaliteit. Dat is in de zakelijke dienstverlening ondenkbaar. Daar geldt: de klant moet tevreden zijn dus moet je kwaliteit leveren. Als we met dat verhaal op scholen kwamen, ontmoetten we geen weerstand.”

De nadruk op kwaliteit maakt Teach-In anders dan andere onderwijsuitzendbureaus, zoals De Vocare en De Onderwijs BV. Volgens het prestatiesysteem van Teach-In is de dienstverlening pas perfect als een school precies die leraar krijgt waaraan op dat moment behoefte is – of dat nu een tijdelijke vervanger is in drie havo 4-klassen, iemand voor een onmogelijke overgebleven 0,2 fte of een ervaren m/v die naast lesgeven ook de sectie weer op poten zet. “Wi j praten eerst uitgebreid met de school wat ze verwachten en welke resultaten ze willen zien”, zegt Joris Mol. “Met onze eigen methode om de competenties van leraren te meten, weten we welke leraar uit ons bestand voor die school in aanmerking komt.” commercieel Die leraar moet de verwachtingen dan wel waarmaken.

Vink: “We zijn een commerciële organisatie. Als iemand niet voldoet, heeft dat consequent i e s. ” Omdat kwaliteit zijn prijs heeft, verdienen docenten via Teach-In meer dan wanneer zij in dienst zijn bij een school. “En we doen er alles aan om te zorgen dat zij hun persoonlijke ambities kunnen waarmaken”, aldus Vink. Bepalen welke competenties leraren moeten hebben, is nieuw in het onderwijs. Sinds 2006 is er de Wet op de beroepen in het onderwijs (wet BIO), een instrument voor scholen om leraren op hun kwaliteiten te kunnen beoordelen en groeimogelijkheden te bieden.

Maar daar wordt nog nauwelijks mee gewerkt. Met de competenties uit de wet BIO als basismateriaal heeft Teach-In een eigen competentieprofiel laten ontwikkelen door adviesbureau de Galan Groep. Freek Peters, psycholoog en directeur van de Galan Groep, noemt Teach-In-leraren “ondernemers die in staat moeten zijn van de ene naar de andere school te switchen”. Dat vergt meer van een docent dan bij een jarenlang dienstverband op één school, zegt hij. “Ze moeten naast vakinhoudelijke en pedagogische kwaliteiten vooral gericht zijn op concrete resultaten, want daar worden ze voor ingehuurd.” Zoals: een eindexamenklas die al drie maanden geen les meer heeft gehad door het examen loodsen, de pas begonnen leraren op een school coachen, of naast lesgeven ook onderwijsmateriaal maken.

Kandidaten voor Teach-In krijgen dan ook een uitgebreid assessment. Na een oriënterend gesprek en een diepte-interview over vakkennis en lesaanpak gaan degenen die dan nog niet zijn afgevallen, door een molen van testen, opdrachten en praktijksimulaties. Zo moet de kandidaat tot een goed gesprek zien te komen met Peters in zijn rol van cynische collega in de lerarenkamer die voor “die blaaskaak die hier zijn zakken komt vullen” het veld heeft moeten ruimen als coördinator van de sectie. Voor een geregisseerde proefles levert het Koningin Wilhelmina College in Culemborg de klas. Scholier Albert van Dijk (17, 5 vwo) zoekt er de leerlingen voor bij elkaar. Die krijgen een opdracht mee. “Bijvoorbeeld: speel een klas die er helemaal geen zin in heeft”, vertelt Albert. “Of een klas die het de hele tijd beter weet dan de leraar. Soms moet het ruiger en krijgen leerlingen een speciale rol.” Bijvoorbeeld: tijdens de les krijgt een meisje een sms’je dat de vriendin die naast haar zit haar vriendje heeft afgepakt. Dat wordt ruzie.

Petra Mager, die sinds dit schooljaar via Teach-In werkt, moet lachen als ze aan haar proefles terugdenkt. “Bij mij lagen er allemaal blikjes en iPodjes op tafel. Ik heb later tegen Maurice en Joris gezegd: zo is het in het echt nooit h o o r. ” Adri Bleeker, lid van de raad van advies van Teach-In, die de klas regisseert, beaamt dat, maar zegt ook: “Het zijn levensechte situaties, al zijn ze uitvergroot. Maar we willen zien hoe de docent reageert. De klas weet dat het niet uit de hand mag lopen.” Soms heeft het assessment een uitkomst die zelfs de kandidaat verrast. Joris Mol: “Een eerstegrader bijvoorbeeld die zich nooit echt prettig voelde op zijn havo/vwoschool en ontdekt dat hij zichzelf beter kwijt kan bij vmbo -leerlingen.”

Teach-In heeft nu zo’n honderd leraren in het bestand zitten. “93 Procent van de leraren die zich bij ons melden, valt af”, zegt Vink. Dat zijn natuurlijk niet allemaal slechte docenten, zegt hij. “Maar flexibel werken, steeds op een andere school, dat kan niet iedereen.” Toch zegt Peters van de Galan Groep: “Als vakman kan ik niet anders zeggen dan dat ik het aannamebeleid op scholen vaak amateuristisch vind, de goede niet te na gesproken. Er worden docenten aangenomen omdat ze zo’n leuk gesprekje hadden met collega’s!”

Docent wiskunde Petra Mager (32) had twee redenen om haar vaste baan vaarwel te zeggen: de sleur en het salaris. “Ik gaf al tien jaar les. Het is elke dag leuk om met die kinderen om te gaan maar na een paar jaar gebeurt er nooit meer iets nieuws, al blijf je nog zo hard manieren zoeken om het interessant te houden. Nu heb ik in één jaar op vijf scholen lesgegeven. Ik moet me steeds opnieuw bewijzen.”

In november koos Mager als Amsterdamse voor een vmbo in hartje Rotterdam. “Daar heb ik op mijn tenen moeten lopen. Je gaat kritisch naar jezelf kijken, je vraagt je af hoe kom ik eigenlijk over en hoe kan ik het anders aanpakken. Net zolang schaven tot het lukt. Dat geeft bevrediging.” Op een vaste school kun je volgens Mager op de automatische piloot het lokaal in en weten leerlingen al wat ze aan je hebben voordat je ze in de klas hebt gehad. “Natuurlijk heb je daar soms ook een lastige klas, maar als het misloopt ligt het altijd aan de kinderen.” vrijheid Het loon naar werken en de vrijheid zijn de bonus, volgens Mager. “Als docent kom je na een aantal jaren niet meer hoger.

Het onderwijs ziet de verschillen tussen docenten wel, maar het levert je niks op. Nu kan ik laten zien wat ik kan en afspraken maken over wat ik verdien.” Dat doet Teach-In voor haar. Tot nu toe kon ze steeds kiezen tussen meerdere scholen en voerden Vink en Mol de onderhandelingen. “Ik kan eisen stellen. Geen tussenuren, bijvoorbeeld, of een eigen lokaal. De regie ligt bij mij.” Tot december gaf ze 32 uur les op twee scholen (25 uur is een fulltime baan). Toen hield één project op. “Ik heb toen gedacht: ik wil deze maand maar twee dagen werken. Dat je die vrijheid hebt, dat is zo heerlijk.”

Vink en Mol willen niet veel kwijt over de uurbedragen die zij bij scholen bedingen. Teach-In heeft ook zelf ‘talentvolle starters’ in dienst die op scholen worden gedetacheerd. Die verdienen bij hen één tot drie schalen meer dan gebruikelijk. Ervaren zelfstandige docenten zoals Mager kunnen hun eigen uurbedragen bedingen. Mager: “Ik geef een vak dat gewild is, misschien zit ik hoger dan een ander. ” Van negatieve reacties, zoals in het rollenspel, merkt Mager weinig. “Eigenlijk alleen van directieleden. Die zeggen dan: als iedereen zo zou werken, kun je geen school runnen. Maar het lijkt mij juist heerlijk om op een school te werken waar alle docenten kwaliteitsafspraken maken.” www.teachingroup.nl
——————-

7 Reacties

  1. Interessant
    Op het eerste gezicht interessant. Laatst bleek uit onderzoek dat jonge ambtenaren helemaal niet hechten aan de baanzekerheid die je bij de overheid hebt, en liever gewoon willen dat er eisen gesteld worden. Dat herken ik wel bij mezelf in het onderwijs: het is een veilig idee dat ik zoveel kan prutsen als ik maar wil en toch nooit ontslagen word, maar de prijs die je daarvoor betaalt in salaris en arbeidsomstandigheden bevalt me niet. “Je verdient niet zoveel, maar daarvoor hoef je ook niets te presteren”, dat vind ik niks. Ik wil dolgraag echt iets van mijn lessen proberen te maken en daar dan ook waardering voor terugzien. In het onderwijs was dat tot nu toe onmogelijk: salaris en arbeidsomstandigheden laten per definitie te wensen over.

    Zo’n bureautje als dit biedt wel mogelijkheden. Ik heb regelmatig verzucht dat ik mezelf maar eens moest gaan verhuren als ‘nood-classicus’ voor als er een examenklas ineens met kerst zonder leraar zit: het betekent nl. dat je je vak mag geven zonder dat je lessen Latijn/Grieks in de knel komen door alle andere niet-vakgebonden taken die een school van je verlangt. Dat lijkt me de hemel! Niet meer mijn lessen afraffelen omdat de school mij weer twee middagen achtereen meende te moeten neerzetten bij een zwamcursus, maar gewoon ingehuurd worden als professional en werken als professional.
    De keerzijde is dat de goede band die je met collega’s en leerlingen krijgt als je jarenlang met ze werkt, weg is.

    Ik zie Teach-In vooralsnog als een goede ontwikkeling. Het kan leiden tot een herwaardering van de vakleerkracht. Vroeg of laat zal een school zich, hoop ik, realiseren dat je wel een tijdelijke pro kunt inhuren voor veel geld, maar dat je in plaats daarvan ook zuinig kunt zijn op de pro’s die je al in huis hebt. En dan -of ben ik nu te optimistisch?- hebben we het beste van twee werelden: EN kunnen werken als professional, EN een vaste werkkring met de bijbehorende band met leerlingen en collega’s.

  2. Cruciale vraag:
    Wie is hier ‘de klant’? Het management of de leerling met zijn ouders?

    • Klant
      Volgens Wikipedia: Een klant is de afnemer van een goed of dienst van een leverancier. In principe is het zo dat hier betaling tegenover staat. Omdat de leverancier graag geld wil verdienen en/of van zijn inkomsten van de klant afhankelijk is zal hij proberen het zijn klant naar de zin te maken.
      Het management dus, want die betaalt TeachIn.

      *Adios*

    • Twee lagen
      Interessante vraag: wie is hier de klant? Daar kom je in onderwijsland naar mijn mening twee lagen tegen: het management dat docenten inhuurt om het onderwijs te verzorgen en de leerlingen/ouders die het onderwijs afnemen.

      Voor die leerlingen/ouders lijkt het mij van primair belang dat een school het onderwijsprogramma minimaal zo uitvoert als nodig voor het kunnen behalen van de eindtermen per schooljaar. Die uitvoering moet zowel kwalitatief als kwantitatief (uitval van docenten!) kloppen. Als het alleen door inzet van een bedrijf als Teach In lukt om het programma rond te krijgen, dan lijkt me dat beter dan dat de school het programma niet rondkrijgt.

      Net als Adios vind ik dat het management de klant is, want die neemt de onderwijscapaciteit af (van vaste of tijdelijke docenten) en betaalt deze ook. De leerlingen/ouders zijn weer klant van de school die het onderwijsprogramma uitvoert. Waarbij je je de vraag kunt stellen in hoeverre deze klant – gelet op de schaalvergroting van scholen en van de leerplicht – een vrije keuze heeft c.q. met gedwongen winkelnering te maken heeft. Maar eigenlijk is dat een andere discussie ……

      • Klantendiscussie
        Overigens ben ik van mening dat elke discussie over klanten en producten in een onderwijs context vermeden dient te worden. Zelfs in een puur commerciële omgeving zorgen deze begrippen voor verwarring. Het kind staat centraal, en de klant ook, maar beide zijn noodzakelijkwijs verschillend. Uitspraken waarin deze begrippen een rol spelen zijn dus op meerder manieren uit te leggen.

  3. onderwijs – teachin, de klant, de koning & de winst
    Gelikt, effectief, gefocussed, [1] een panacee voor scholen die ongewild klem zitten met uitval van lessen.
    Lessen invullen, rekening sturen, eindexamen-kandidaten geslaagd, hoera de school gered, de directeuter mag blijven. Kost wat, maar dan heb je ook wat.

    En [2] voor scholen die onder de maat presteren. Korte wind in de rug, wel duur, maar de redding voor het pluche. Kost wat, maar dan heb je wat.

    Wèl een uitstekend idee om uit te werken : beter, effectiever les ; klaarblijkelijk een idee dat verloren is gegaan.
    Het Chr Lyceum in Zeist (staat redelijk goed bekend), onder andere referenties, bezegelt het prototype van dit nieuwe soort onderwijs model.
    Geheid dat de markt zich uitbreidt. Met dank aan de advertorial van de NRC. Goede korte termijn toekomst voor Vink & Mol en de Rabobank. Gebeurt allang in Amerika en Japan, en zelfs in China.

    Het idee past in de vervluchtiging door de waan van de huidige tijd : opstapelen, onder de stapeling verdwijnen de problemen van zelf. Nietes, ze worden even aan de waarneming onttrokken.

    Probleem : de toekomst van het onderwijs, in bredere zin, wordt die er ook mee gediend ?

    Echte hervorming (zelfs reparatie) in onderwijs vraagt andere benadering : die van een kern van docenten die, in onderling vertrouwen, een school overnemen of stichten, daarbij de verantwoording onderling en met ouders delen, en niet afschuiven op een directeuter. Dat kan heel goed in het kader van een maatschap van leraren, maar niet als schnabbel, en niet for-profit.
    Lange termijn dus. Een leerling duurt 14 jaar, niet 4 maanden.

    maarten

Reacties zijn gesloten.