Inspecteur-generaal

Inspecteur-generaal

Het bericht dat mevr. Annette Roeters, de inspecteur-generaal van de Inspectie van het Onderwijs, bij de publikatie van het Onderwijsverslag over 2006/2007, uitspraken heeft gedaan over de daling van het onderwijsniveau, roept enkele vragen op. Gewoon in het kader van de conclusies van het rapport Dijsselbloem. Heeft deze nieuwe inspecteur-generaal ook recente ervaring in de praktijk van het onderwijs? Helaas, zij is al 25 jaar werkzaam als manager en als bestuurder, laatstelijk als lid van het bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim te Zwolle. Al speurend op Google zag ik dat haar functioneren daar niet onomstreden was. Studenten verweten het bestuur veel te veel geld uit te geven aan management en ‘overhead’, terwijl de kwaliteit van het onderwijs er bekaaid af kwam. Zeker is dat haar afscheidsreceptie dit voorjaar in Zwolle, tot verontwaardiging van de medezeggenschapsraad, een bedrag van 113.000 Euro kostte. Kortom, zij behoort duidelijk tot het circuit van ‘ons kent ons’ in bestuursland.
Maar nu het Onderwijsverslag. Dat is natuurlijk niet geschreven door mevr Roeters. Het is neem ik aan, opgesteld door een werkgroep van inspecteurs, in overleg met het ministerie. Want de Inspectie is een dienst van het ministerie en onder Ritzen, Netelenbos en van der Hoeven ging het, althans volgens deze bewindslieden, eigenlijk altijd goed met het onderwijs en naar buiten toe moest het ook zo gepresenteerd worden. Maar nu is het ‘voor het eerst dat zo duidelijk blijkt’, aldus mevr Roeters in een interview in NRC Handelsblad, dat het niveau van de basisvaardigheden zakt. En zij vervolgt: ‘Uit de laatste editie van het internationale onderwijsonderzoek van de OESO, PISA, zie je dat de voorsprong van Nederland op andere landen kleiner wordt. In 2000 presteerde 10 procent van de leerlingen slecht, nu is dat al 15 procent. We doen het nog steeds heel goed. Maar de trend is onmiskenbaar.’
Nee maar! Die trend is eerlijk gezegd al twintig jaar onmiskenbaar – maar alleen kwam het de overheid niet goed uit om dat toe te geven. In het recente verleden werden internationale onderzoeken altijd aangehaald, om aan te tonen dat het Nederlandse onderwijs uitstekend was. Nog maar kort geleden deed de hoofdman van de AOb, Robert Sikkes, dat met verve in het Onderwijsblad. Jarenlang zijn de PISA – onderzoeken gebruikt als een vijgeblad om de gaten in het Nederlandse onderwijs te bedekken. Terwijl het om verschillende redenen helemaal niet verantwoord is om verstrekkende conclusies aan dergelijk onderzoek te verbinden, noch in negatieve noch in positieve zin. Het is nog altijd zo dat een ervaren hoofdonderwijzer of brugklascoördinator – en dat zou de Inspectie kunnen weten, op het punt van niveaudaling of stijging, een beter inzicht heeft dan een onderwijskundige of een bovenbaas. Daarom is één van de prioriteiten nu een verhoging van de kwaliteit van de lerarenopleidingen: er moeten in ieder geval meer eisen gesteld worden aan de vakkennis van nieuwe leraren. Niet allen aan de Hogeschool Windesheim maar overal.

Cornelis Verhage

4 Reacties

  1. Een lawine
    stop je niet met een simpele bezwering. Roeters geeft toe dat er iets aan de hand is met het onderwijsniveau. Als ze zich verwaardigd om de commentaren op de BON-site te lezen, te snappen en te verwerken weet ze dat er een lawine van niveaudalingen aan zit te komen. Het basisonderwijs met weer samen naar school; het middelbaar onderwijs met zelfleerders en competenters; het hoger onderwijs met diplomafinanciering; de niveaudaling bij lerarenopleidingen; de uitstroom van vakbekwame seniorleraren; de onaantrekkelijkheid van het onderwijsberoep.
    Het zijn allemaal symptomen van een probleem dat niet met inspecties en cosmetische woorden is opgelost. Het echte probleem zijn de bezuinigingen op onderwijs, de ondoordachte vernieuwlingen, de overheveling van de verantwoordelijkheid voor goed onderwijs van de overheid naar de markt.
    Annette zal nog flink op de koffie komen met haar praatjes; maar ze zal niet gaan zitten mopperen want dat heeft JP verboden. Pappen en nathouden dan maar?

    • lawine
      ref : hendrikush, hierboven ;
      voetnoot :

      De symptomen zijn duidelijk. Ze waren leesbaar lang (!) voordat mw Roeters (CDA huize, de interviews van deze week) het touw aan de klepel van de klok bond – bim bam. Het is ná twaalven ; niet ervoor.

      Maar het is niet zo dat de overheid, door bezuinigingen, haar verantwoordelijkheid voor goed onderwijs tenslotte naar de markt had overgeheveld – tenminste tot voor relatief kort.

      De overheid, én de politieke partijen, is en zijn wel degelijk (en ten volle) verantwoordelijk voor de niveaudaling, ja aftakeling, van het onderwijs- en in alle geledingen. De eerste aanzet tot aftakeling was de mammoet (Cals, CDA). Flinke duwen neerwaarts kwamen daarna in golven, de jaren ’70, ’80 tot ’00, vooral van PvdA kant (uit idealisme, maar verkeerd begrepen). Even later ook door toedoen van de VVD (lila liberaal) en – – – ja, weer en niet weinig, van het CDA (behoudend, ook een vorm van idealisme ;-( ).

      Valt aan toe te voegen : wat weten politieke partijen van onderwijs ? Collectief begrijpen ze hoogstens iets van de verdeling van overheidsgeld (en dat valt nog te betwijfelen). Bekwaam in zake onderwijs, inzicht in onderwijs, inrichting en resultaten van onderwijs ? Wie dan, welke partij dan, wanneer dan ?
      De benoeming van mw Roeters is een recent blijk van onvermogen, weliswaar ambtelijk maar overduidelijk met politieke kleur.

      Dat mw Roeters onbekwaam is voor de funtie van IG OnderwijsInspectie, heeft ze met haar interviews bewezen.
      Er zit niets anders op dan dat ze ontslagen wordt. Dat zal niet gebeuren. Pappen dan maar.

      maarten

    • De macht in de (semi-) onderwijsmarkt
      is uit handen van het ministerie van OCW overgegaan naar de onderwijsraden, de besturen en hun paladeinen. De kamer zat erbij, keek ernaar, en gaf haar fiat.
      Ik heb indertijd intensief de beraden, overleggen en kamerdebatten gevolgd. Ze waren beschamend en verbazingwekkend.
      Over essentiële wijzigingen in het onderwijsbestel werd door een klein aantal bewindslieden en een bedroevend klein aantal kamerleden – onderwijswoordvoerders – bedisseld en besloten. De overgrote meerderheid van de kamer had andere bezigheden en liet de “specialisten” ongehinderd doorrommelen. Slechts één kamerlid sprak met kennis van zaken en gaf goed tegenspel; Ursie Lambrechts.
      De volksvertegenwoordiging als geheel treft het zware verwijt dat ze niet betrokken of geïnteresseerd was.

      • politiek
        Dat kan ook nauwelijks anders. Illustratief voorbeeld : de schoolboeken eclips. De zaak is vastgezet in het regeerakkoord. PvdA, aarzelend, ging op het laatste ogenblik om ; ik zou zeggen : voorgekookt, Bühne.

        Overigens :
        [1] Onderwijs woordvoerders zijn niet q.q. (een enkele uitgezonderd) gekwalificeerd in casus onderwijs. Bewindslieden evenmin. Dat betekent dat wij, de kiezers, zaken m.b.t. onderwijs aan amateurs hebben overlaten, zonder mogelijkheid van redress. Dat doen we elke vier jaar. Soms zijn de amateurs klunzen, soms zeker wel goedwillend, uiteindelijk partij geindoctrineerd, zelfs doortrapt – zie de recente schoolboeken-blamage.
        [2] Het regeerakkoord is een illegaal document. Het lijkt democratisch (de meeste stemmen telden, let op de v.t.) maar het is autoritair (opgelegd door onderhandelen en pat positie, zonder achteraffe weging) ; derhalve on-democratisch, en feitelijk illegaal.

        maarten

Reacties zijn gesloten.