Alles van waarde

Alles van waarde

Bijna alles wat weggegooid is, was waardevol. Die indruk krijg je heel stellig als je verslagen leest van de gesprekken die de commissie Dijsselbloem een half jaar geleden had met vertegenwoordigers van het onderwijsveld.
Ik noem enkele voorbeelden uit een gesprek dat de commissie voerde met de vertegenwoordigers van de vakverenigingen geschiedenis, wiskunde en de bètadocenten.
Eén van hen merkte op: ‘Ooit zat er in het onderwijs een lestabel, een minimumtabel, een adviestabel. Wij waren toen als ‘vakken’ in vreedzame coexistentie bijeen, want er waren lesssentabellen.’ Pas met de invoering van de Tweede Fase kwamen er problemen toen het idee van de lesuren werd losgelaten en het studielastprincipe werd ingevoerd. Dat heeft enorm veel ellende opgeleverd, slecht onderwijs, chaos en conflicten. Er moest veranderd worden en de stem van de leraren werd genegeerd. Eén van de vertegenwoordigers, in gesprek met commissie, zegt: ‘De differentiatie binnen klasseverband zoals dat hier in Nederland zou moeten plaatsvinden, was iets wat absoluut niet kon. Ik heb het in Engeland gezien. Als je in een vrij groot lokaal zo’n tien leerlingen hebt, kan je inderdaad drie groepen hebben die zo ver van elkaar afzitten dat ze geen last van elkaar hebben. Maar als je dertig leerlingen hebt in een klein lokaal, dan is dat gewoon een lachertje. Iemand die dat bedenkt heeft gewoon niet goed nagedacht. Ik heb dat nooit begrepen.’
Nee, maar als je het aantal uren dat bijvoorbeeld de pedagogische centra ‘gewerkt’ hebben aan dit concept, zou besteden aan lesgeven, kon je een middelgrote school een jaar lang bekostigen.
Over de regelgeving zegt één van de leraren – je hoort de betrouwbaarheid en het fatsoen erin doorklinken: ‘Hoewel het misschien wat vreemd klinkt, zou ik toch meer regelgeving willen hebben bij het ministerie en minder bij de directies. In de krant lees je dat scholen meer zelf mogen besluiten. Dat klinkt prachtig, want je leest in de krant dat je als docent wat in te brengen hebt, maar dat is onzin. Het is zelfs minder dan vroeger. De directie bepaalt het. Dan heb je wel een MR – waar ik vroeger ook zelf heb ingezeten – maar omdat je niet voldoende tijd hebt om je fatsoenlijk voor te bereiden en je het er even bij moet doen, krijg je dezelfde problematiek als in een kleine gemeenteraad: het raadslid heeft geen ambtenaren zoals de wethouder. Je had onvoldoende gelegenheid om goed te kunnen beoordelen wat door de directies werd voorgelegd.’
Enfin, wie het een beetje gevolgd heeft, weet dat deze toestanden bestaan en ook na het rapport van de Commissie blijven bestaan. De beloften over salarisverbetering zijn nog lang geen aanleiding tot onderwijsverbetering of positieverbetering van de leraren en het lijkt erop dat de publicatie van het rapport uiteindelijk niet meer dan een rimpeling in een troebele vijver heeft veroorzaakt. De commissie is weg en de club van incompetenten gaat gewoon door op het ingeslagen pad. De truc met de schoolboeken moet uitgevoerd worden maar het vak wiskunde krijgt weer een opdonder van de staatssecretaris. Alsof er al niet genoeg gerommeld is.

Cornelis Verhage

2 Reacties

  1. opdonder vak wiskunde?
    Ik ken de discussie. Door de bekende wiskunde gremia wordt gedaan alsof de beslissingen van de staatssecretaris over de profielen geheel en al tegen de wens van de docenten is. Dat is niet het geval. Het is tegen de wens van het Freudenthal Instituut, de andere wiskunde didactici (van Steun, het APS) en tegen een deel van het bestuur van de vereniging van wiskunde leraren.

    Daar staat tegenover dat van Bijsterveldt het advies van de resonansgroep bijna geheel heeft overgenomen.
    En die resonansgroep heeft gepleit voor meer aandacht voor de basis wiskunde vaardigheden, die in het talige en puzzelachtige realistisch rekenen/wiskunde lange tijd sterk onderbelicht zijn gebleven.
    De resonansgroep werd voorgezeten door Prof van de Craats, die BON welgezind is.

    Eerlijk gezegd heb ik de brief van Anne van Streun c.s. gezien als voorbeeld van belangenbehartigen op een moment dat het Nederlandse wiskunde onderwijs onder vuur ligt. Dat mag wellicht best, maar de suggestie dat zijn protestbrief gesteund werd door het hele wiskunde wereldje is ronduit leugenachtig. Hij weet dat het niet waar is, Hij kent de mensen met een andere menig.

    Vandaar ook dat in reactie hieron anderen de statssecretaris hebben laten weten dat van Streun zeker niet namens hen spreekt.

    Eigenlijk is dit illustratief voor de onderwijs discussies. De enige en ultieme wijsheid wordt opgeëist door ene bepaalde (belangen) groep die in staat is om de anderen te marginaliseren. Is er dan tegenwind, dan wordt alles in het werk gesteld om die de mond te snoeren in plaats van om open de discussie aan te gaan op basis van argumenten.

  2. opdonder vak wiskunde??
    Ik sluit me aan bij 1945. Lees bijvoorbeeld ook de reacties in de wiskundEbrief (een electronische nieuwsbrief voor en door wiskundeleraren).

    Het vak wiskunde kreeg zijn grootste opdonder ooit bij de invoering van de 2e fase door met name de invoering van de Grafische Rekenmachine. Dit kwam uit de koker van…inderdaad: de mensen achter deze kaalslag petitie (Anne van Streun, het Freudenthal Instituut en enkele bestuursleden van de Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren).

    Het ministerie neemt de voorstellen van cTWO vrijwel geheel over, enkele (maar lang niet alle) aanpassingen voorgesteld door de resonansgroep worden overgenomen. Vanuit enkel dit feit is dan ook het onbegrijpelijk dat enkele leden van cTWO (Van Streun, Kollenveld) zo een brief schrijven. Ik denk dan ook niet dat dit het hele verhaal is: opkomen voor de voorstellen van cTWO is slechts een tactische eerste stap in een bepaalde richting. Deze beslissing is niet definitief, er volgen eerst experimenten met het programma uit deze beslissing en daarna (omtrent 2011) wordt pas een definitieve beslissing genomen. Het lange termijn doel van Anne van Streun en het Freudenthal Instituut lijkt te zijn om via deze experimenten het huidige (slechte) programma zoals zij dat er bij de invoering van de 2e fase door hebben gekregen zoveel mogelijk te behouden (of bij voorkeur nog verder de anti-wiskunde kant op te krijgen). Het protest tegen het besluit van het ministerie en voor ongewijzigde overnamen van de voorstellen van cTWO is slechts de eerste stap in die richting. Dat is mijn complottheorie…..

    Het zijn goede lobbyisten. Naast Cornelis Verhage zijn ook een behoorlijk aantal wiskundeleraren en enkele hoogleraren wiskunde erin gestonken. Degenen die niet al tien jaar de wiskundedidactiek van dichtbij volgen zien de waarschijnlijk werkelijke achtergrond van deze petitie helaas niet.

Reacties zijn gesloten.