Van goed onderwijs word je nederig

Hoe kan het toch zijn dat mensen die werkelijk inzicht hebben, die werkelijk wijs zijn, bijna nooit een positie hebben met enige werkelijke macht, vroeg ik me zojuist af naar aanleiding van een post elders op het forum.

Helaas: ik kom tot vervelende conclusies. Laten we maar stoppen met goed onderwijs, het maakt de kinderen maar kansloos.

Als je werkelijk wijs wilt worden, dan is het noodzakelijk om je inzichten bij te stellen. Bij te stellen naar aanleiding van je eigen ervaringen of bij te stellen in discussies met anderen. De weg naar de heilige graal van de wijsheid is geen rechte weg en je volgt vaak het verkeerde pad.
Het omkeren en een andere richting kiezen maakt je niet alleen wijs, maar ook nederig. Het overkomt je meer dan eens dat je een vergissing of een blunder moet toegeven. Maar je krijgt er werkelijk inzicht voor terug.

Helaas werkt het in de maatschappij anders. Terwijl de wijsheid zoekers bezig zijn met wijsheid zoeken, trainen de machtzoekers zich in het uitoefenen van macht.
En daarbij is het in mijn ervaring slechts hoogst zelden goed om je ongelijk te erkennen. Het is bijna altijd beter om van mening te veranderen zonder toe te geven dat je fout zat, of, erger nog, om simpelweg vol te blijven houden dat je wel degelijk gelijk hebt. Zo kom je krachtig over en zien de huidige machthebbers dat ze aan jou heel goed kunnen toevertrouwen om een project te leiden, om een reorganisatie uit te voeren of wat dan ook. Jij krijgt dingen voor elkaar! En wel precies die dingen die je worden opgedragen. Netelenbos is het ultieme voorbeeld hiervan. De juiste soldaat in de bevel is bevel wereld.

Als we kinderen werkelijk wijsheid willen leren (op welk intellectueel niveau van ook), dan leren we ze precies die zaken waar ze bij het overleven in de ratrace helemaal niets aan hebben.
Laten we stoppen met goed onderwijs en inderdaad, ons bekeren tot HNL. Daar namelijk leer je alles wat nodig is om de zaak te belazeren, om niet te diep na te denken, om je werkstukken op tijd klaar te hebben (maar zonder enig inzicht). Dat is het type onderwijs dat je maatschappelijk geslaagd zal maken.

Een treurige conclusie vrienden van BON, maar het is niet ansders. Als we werkelijk iets voor de kinderen willen betekenen, dan heffen we onszelf per direct op.

30 Reacties

  1. Het is wijs
    om niet tegen de wind in te plassen. Politici geven daarbij het goede voorbeeld.
    Laat de onderwijsvervuilers nu maar eens zelf de rekening betalen. Geef ze niet weer de kans om de taakopvatting en beroepseer van onderwijzers te misbruiken en zo hun verantwoordelijkheid te ontlopen. BON moet doorgaan met vechten voor goed onderwijs en voor goede en gewaardeerde onderwijzers.

  2. De juiste soldaat in de bevel is bevel wereld?
    Deze post van jou, 1945, is diepzinnig. Je beschrijft kort een van de belangrijkste inzichten van mijn vak: ervaring en dialoog als noodzakelijke weg om tot betere overtuigingen te komen. Dank daarvoor.

    Maar ergens zit er een clou die leidt tot het opheffen van onszelf….en hoe je daartoe komt volg ik nog niet….plus ik heb vermoeden dat er ironie in het spel is…kan er niet de vinger opleggen.

    Maar misschien helpt het wel als je de zin: De juiste soldaat in de bevel is bevel wereld”” uitlegt. Want wat die zou kunnen betekenen…????

    Wat ook wel kan, is dat ik vanmiddag niet mijn helderste momenten heb….zal het dan morgen nog eens lezen 😉

    met een knipoog!
    weknow

  3. Ik krijg hem door!
    Het is een crisis in blijven geloven in iets goeds, als de wereld zo rot blijkt! Dat ken ik!

    Blijf maar geloven in Beter Onderwijs, redelijkheid en argumenten en eerlijkheid in plaats van macht. Twijfel alsjeblieft wel af en toe aan je geloof en geef ruim baan op zijn tijd aan de onzekerheid over of jij het goed hebt! Dat houdt je fris en gemotiveerd.

    Of je voor die wijsheid veel waardering zult krijgen, is zeer de vraag. (Mijn waardering wil ik er in ieder geval voor uitspreken!): maar het is de enige weg om je zelfrespect te behouden en jezelf, in de spiegel, af en toe een gemeende knipoog te kunnen geven.

    nogmaals met een knipoog!
    weknow

  4. Gedachte(n)sprong
    Even een gedachte(n)sprong zijwaarts. Bèta’s krijgen wellicht meer nederigheid met de paplepel ingegoten dan alfa’s, omdat de overweldigende moeilijkheidsgraad van hun vak hen (de bèta’s) daartoe voert; verklaart dat niet ten dele de ondervertegenwoordiging van bèta’s op sleutelposities?

    • Wellicht niet persé moeilijker
      Persoonlijk denk ik dat onderwijskunde een veel moeilijker vak is. Hoe mensen leren, dat is toch ingewikkelder dan projectieve meetkunde?

      Bij beta’s is het wel altijd redelijk duidelijk of je redenering klopt. Uiteindelijk is het (behalve op de grens van de bestaande kennis) altijd vast te stellen of je gedachten kloppen. Je kunt fouten niet verbergen. Ontkennen is zinloos. Die relatieve duidelijkheid dwingt tot nederigheid.

      Dat zorgt ook voor een attitude dat je met een opponent hetzelfde doel hebt: de waarheid. Dat is bij andere vakken minder het geval.

      Een ander punt waarom “we” ondervertegenwoordigd zijn op sleutelposities is dat managen zo vreselijk veel minder leuk is dan wiskunde of natuurkunde doen. Het is alsof een schaker graag boekhouder wordt.

      Maar mijn wijsheidsargument geldt niet alleen voor beta’s. Het geldt voor alle wijze mensen: die vind je niet op sleutelposities. Het is bijna altijd 2e rang.

      • Een ander punt waarom “we” ondervertegenwoordigd zijn …..
        …op sleutelposities.
        Omdat de meeste mensen dat niet ambiëren, 45.
        Meestal is het saai en ellebogenwerk en wijze mensen hebben wel iets leukers te doen.
        Is het je nooit opgevallen dat vele leraren, maar ook boeren en buitelui, over het algemeen hele leuke en verstandige mensen zijn?
        Is het je ook nooit opgevallen dat die zogenaamde sleutelfiguren op het moment dat ze hun positie verliezen verbleken als kleur in de zon en ineens grijze muizen blijken te zijn?
        Trek zelf je conclusie maar.

      • Chapeau voor historici
        Wat dacht je van geschiedenis? Uit de chaos van gebeurtenissen die de geschiedenis feitelijk is, de grote lijn ontwaren? Historici kúnnen het, door een geschikt begrippenkader te ontwikkelen. Wat mij betreft het moeilijkste vak, hoor. En zeer nuttig voor Beter Onderwiijs in Nederland…

        Ff nog wat meer serieus: Projectieve Meetkunde kun je het best aan mensen leren door te laten zien hoe een goede Projectief Meetkundige werkt. Toch? I’m sure you’d agree…

        • Geschiedenis een vak?
          Ik weet niet of geschiedenis een echt vak is.
          Ik heb een collega-geschiedenisdocent horen beweren dat hetgeen in de Tweede Wereldoorlog Duitsland is overkomen, ook in Nederland had kunnen gebeuren.
          Toen ben ik toch echt aan dat vak gaan twijfelen.

          • Context?
            Ik ben wel benieuwd naar de context waarin dit is gezegd. Maar als je naar het verleden kijkt (Balkenende’s geroemde VOC-tijd b.v.) heeft NL beslist geen schoon geweten (maar welke Europese landen hebben dat wel).
            Historici (wetenschappers) zijn zich terdege bewust van het ongrijpbare van de geschiedenis. Mag je geschiedbeoefening überhaupt een wetenschap noemen? (immers, je kunt het niet meer nabootsen; je bewijsmateriaal is verdwenen).

            De verandering die zich de laatste in het onderwijs heeft voorgedaan is (deels) denk ik ’n goede. Was het vroeger vooral het kennen van de geschiedenis; de laatste jaren heeft zich meer een geschiedtheoretische component in het geschiedenisonderwijs genesteld. Vragen als waarom iemand in het verleden iets bewust heeft nagelaten bijvoorbeeld. Het beoordelen van bronnen; proberen wat aan waarheidsvinding te doen; het inzichtelijk maken van standpunten. Hoe komt het dat één historische gebeurtenis tot verschillende interpretaties en weergaven leidt. Etc.etc. Helaas is daarbij de kenniscomponent soms wat naar de achtergrond verschoven, maar ook dat komt langzaamaan weer terug. ’t Leidt er toe dat we niet de obligate vraag stellen “wat kunnen we leren van het verleden?” (want de mens heeft bewezen dat duidelijk niet te doen) maar het geeft wel inzicht; we leren te begrijpen wat er om ons heen gebeurt; we krijgen (een deel van) een verklaring. Van wie wij zijn, waar we vandaan komen, hoe we onze positie in de wereld moeten begrijpen. En da’s al een kluif genoeg, laat staan dat we er ook nog van gaan leren.

          • re Context
            Hoofdschuddend je commentaar gelezen, beste geschiedenisleraar. Je ontpopt jezelf onbedoeld als een aanhanger van het competentiebegrip. De onwerkbaarheid van competenties in het onderwijs is het gevolg van de denkfout dat attitudekwesties net zo kunnen worden aangeboden en getoetst als vakkennis.
            Jij komt met het slechte geweten van landen aanzetten. Dat bestaat niet -in de wetenschappen en hoort dus niet, of slechts behoedzaam, in het onderwijs. Het bestaat in de opinierende sfeer van de media, de politiek en de privé-mening en daar hoort het thuis. De vraag: wat kunnen we leren van het verleden, en jouw overigens foute antwoord op die vraag (niets) horen daar ook.
            Niet alleen leraren zijn hier het spoor bijster. Kijk vanavond maar naar de prachtprogramma’s van Geert Meuk en Van Pis.
            De vakken moeten terug naar de kern, de leraar terug naar zijn leest.

            Willem Smit

          • Onwillekeurig
            Wellicht onwillekeurig sla je zelf de spijker op de kop. Het gaat om vragen als: Mag je een Coen, een van Heutsz, als oorlogsmisdadiger neerzetten? Mag je derhalve met een 21e eeuwse blik (en be-/veroordeling) naar gepleegde daden in het verleden kijken? Of moet je naar de context van destijds kijken? En hoe doe je dat dan, als dat verleden niet meer terug te halen is?
            Waarom nemen vrouwen in de geschiedschrijving van de middeleeuwen maar zo’n marginale positie in? Hoe komt het dat geschiedenis vroeger vooral over ‘grote personen’ ging? Kan het verleden wel gekend worden? Is objectieve geschiedschrijving wel mogelijk?
            Die discussie gaat niet om competenties, maar is een wezenlijk onderdeel van de geschiedtheorie, van de historische wetenschap. En waarover men elkaar overigens behoorlijk in de haren zit.

            Er bestaat niet zoiets als één geschiedenis. Tenzij je terug wilt naar louter rijtjes jaartallen.
            Het kijken naar hoe geschiedenis in het verleden werd beschreven is onderdeel van de geschiedenis zelf. Herodotus beschreef de geschiedenis anders dan de christelijke geschiedschrijvers in de Middeleeuwen. Hoe komt dat? Waaraan ligt dat?
            En juist hoe meer je daar mee stoeit, hoe abstracter het vak wordt (en de wetenschappelijke scherpslijperij toeneemt, maar da’s een andere discussie).
            En als je het dan hebt over dat de vakken terug moeten naar de kern: juist Nederland kent een lange traditie van wetenschappers die zich hierover hebben gebogen. Ankersmit, Romein, Huizinga om willekeurig een paar grote namen te noemen.

          • Kleine toevoeging: Sinds
            Kleine toevoeging: Sinds Blom verklaren i.p.v. be/veroordelen. Maar daar heb je een stevige kennis achtergrond bij nodig.

          • Waren Michiel de Ruyter of Piet Hein…
            …piraten of nationale helden?
            Waarom doet het Koningshuis via Internet aan geschiedvervalsing?
            Is onze Koninklijke familie wel van koninklijke bloede, en zo ja, wat dan nog?
            Was Johnson een goede president of moordenaar?
            Wie heeft Kennedy vermoord, en wie Fortuyn?
            Was Johan Heesters goed of slecht in de oorlog?
            Krijgt de geschiedenis in de loop der tijden niet alle kleuren van de regenboog door herschrijving, interpretatie en zelfs opzettelijke vervalsing?
            Wat is überhaupt geschiedenis?
            En toch is het interessant.
            Leuk hè?

          • Von Ranke
            wat eigenlijk geschiedenis is leest men bij Von Ranke.
            Verder zie ik een brei aan emotioneel gelade termen. Toch maar nuchterder kijken.

          • geen indoctrinatie
            Dat is – in de kern – beste Willem, wat ik je hoor zeggen. Een school die als onderwijsdoelen heeft om leerlingen bepaalde dingen waar, belangrijk, nodig te laten vinden en dat zou willen toetsen is oneigenlijk bezig. Dat ben ik met je eens! Jou antwoord is vervolgens: leer ze “feiten”en “gegevens”. Dat zou waardenvrij en objectief zijn. Dat is erg onwetenschappelijk. Objectiveren kan en moet. Maar neutrale feiten: dat is echt kletskoek.
            Geschiedenisleraar doorziet dit. Feiten zijn niet neutraal. Niet alleen omdat ze vanuit een bepaalde optiek waargenomen worden. Maar – dat kan niet anders – omdat vanwege hun betekenis relevant en belangrijk gevonden wordt en ze in zichzelf keuzes bevatten.
            Voor mijn vak, levensbeschouwing, is dit dagelijkse kost! Ik moet leerlingen leren om goed met overtuigingen en betekenissen om te gaan en zelf goede en zinvolle overtuigingen te laten vormen. En dus moet ik ze geleidelijkaan leren om keuzes achter feiten te doorzien en ook de begrippen en methoden leren om daarmee objectiverend en op een goede manier waarderend om te gaan. In feite val ik daarmee terug op wetenschap en leer ik ze normale beginselen van wetenschappelijk denken.
            In didactische termen vertaald (nu kunnen weer wat mensen gaan steigeren;-, want die vinden didactiek verderfelijk): je affectieve doelstellingen mogen niet verder gaan dan “actieve openheid”: concreet leerlingen moeten meedoen en bereid zijn om te leren en te denken over stof. Je cognitieve doelen zijn dat je hen leert denken: correct, logisch en kritisch, zoals wetenschap dat ook moet doen! Dat zijn geen vaardigheden! Dat is leren met inhoud! En die inhoud moet natuurlijk juist en relevant zijn en mag niet bestaan uit zelf geconstrueerde, erg toevallige, eigen percepties van de werkelijkheid. Ook inhoud moet vooral bestaan uit wat vanuit wetenschappen wordt aangedragen en geobjectiveerd als juist. Maar dat is meer dan “losse “feiten”!

          • re Geen indoctrinatie
            Beste geschiedenisleraar en weknow
            Is objectieve geschiedschrijving wel mogelijk? Bestaan er wel neutrale feiten? Oei, daarover wilde ik en moeten we het niet hebben. Ook niet over al die waardevrijheidsdiscussies en geschiedenistheorieën die vruchteloos zijn gebleven en zullen blijven. Waar het mij om ging is wat een leraar, met 2 uur per week tot zijn beschikking, kan bereiken. Als die leraar van elke historische vraag, of zelfs maar een paar, de context wil behandelen en met de ethiek van toen en nu wil “stoeien” dan kán dat niet, al was het alleen al omdat onze kennis daarover tekortschiet.
            Legt men een veertienjarige uit dat Van Heutz een oorlogsmisdadiger was dan heeft dat veel voeten in de aarde (“oorlogs”recht/guerillastrijd enz.). Zo’n beschuldiging vraagt fatsoenshalve een goede onderbouwing, dat zijn jullie vast met me eens. Waar die niet wordt gegeven geeft de leraar slecht onderwijs.
            Ik kwam erop via de competenties. Die hebben ook een attitudedeel. Dat laatste levert per definitie slecht onderwijs (niet goed leerbaar, niet goed toetsbaar) op en gaat ten koste van de persoonlijke keuzevrijheid van de leerling. Competentiegericht onderwijs legt de macht bij slechte leraren. Dat laat onverlet dat er ongetwijfeld leraren zijn die het subtiele onderscheid tussen feit en mening weten te hanteren en de leerlingen als voorbeeld van hoe het niet moet vragen naar Geert Meuk te kijken.

            Willem Smit

          • Feit en mening
            Maar dat is precies wat er (al voor de 2e Fase) in het geschiedenisonderwijs is veranderd. Het zijn de eisen waarmee ze op het school- en eindexamen worden afgerekend. Ik leg het mijn leerlingen altijd uit dat geschiedenis een aantal ‘formules’ kent waar ze mee moeten werken, waar ze hun (historische) kennis op toe moeten passen. Ze moeten een stap verder gaan dan alleen de feiten kennen. Die ‘formules’ beslaan dan o.a. de begrippen feit/mening; objectiviteit/subjectiviteit; aanleiding-oorzaak-gevolg; inleving; gevolgen op lange termijn en op korte termijn; het stellen van hypotheses en historische vraagstellingen; standplaatsgebondenheid etc. etc.

            Concreet zal een havist op een schoolexamen uit moeten kunnen leggen waarom Provo in de jaren ’60 uitgerekend het standbeeld van van Heutsz uitkoos om te gebruiken bij een protestactie en zullen ze aan de hand van het bijgevoegde krantenartikel moeten kunnen beoordelen en beargumenteren of de journalist aan de kant van het gezag, of aan de kant van provo stond.
            Dat daarbij kennis van provo, kennis van het Nederlands gezag in de jaren ’60 èn kennis van de daden van Heutsz noodzakelijk is, is evident.
            Ik denk dat een slechte leraar er een hele kluif aan zou hebben de antwoorden op zo’n opgave juist te beoordelen.

          • Denken leer je in onderwijs
            Het voorbeeld dat je beschrijft is toepassing en misschien wat “beoordelen”. Denkhandelingen die die leerling moet kunnen laten zien als gevolg van een onderwijsleerproces, waarin hij zich begrippen en inzichten correct heeft eigengemaakt en een aantal wetenschappelijke (of daarop gebaseerde) methodes, waardoor de leerling andere, geldige en correcte relaties tussen die begrippen kan leggen en door na te denken tot goede conclusies komt. Dit is perfect toetsbaar, net wiskunde maar dan minder exact 😉

            Voor degenen op dit forum die minachtend denken over didactiek: geschiedenisleraar beschrijft in didactische termen een perfect voorbeeld van hoe in onderwijs hogere cognitieve doelen (leren denken) stap voor stap bereikt kunnen worden. Dit is waarvoor ik pleit als ik zeg dat didactiek de taal van onderwijsgevenden zou moeten zijn en dat heeft alles met kwaliteit te maken! Een hulpmiddel in handen van docenten, waarmee ze onderwijsleerprocessen inzichtelijk en dus beter hanteerbaar kunnen maken en daardoor hun leerdoelen beter bereiken.

            Overigens zit in dit geschiedenisvoorbeeld niks eigen mening (overtuiging) van die leerling. Daar heb ik bij levensbeschouwing wel steeds mee te maken. Daarom heb ik andere, vakeigen begrippen en methoden nodig om leerlingen daarover te leren denken. Het grondidee is hetzelfde.

          • Niet het van Heutsz-monument maar ’t Lievertje aan het Spui
            Na de oorlog herinnerden de provo’s ons eraan dat het op dat moment nog steeds gangbare oordeel over ons eigen koloniale verleden dringend aan herziening toe was. In 1965 schilderden zij met grote witte letters op de sokkel van het monument de woorden PROVO en IMAGE om aan te geven dat iedere verering van houwdegens als generaal Van Heutsz, na de ervaring van de Duitse bezetting in eigen land niet langer te verdedigen viel.
            Maar het Van Heutsz-monument was niet hét beeld van de Provo’s. Die aktie was eenmalig.
            Het Provo-monument was ’t Lievertje aan het Spui.

          • Mak en van Dis
            Het zal allemaal wel met die competenties, maar ik zou willen dat al mijn leerlingen naar Geert Mak en van Dis zouden kijken. Daar kunnen ze erg veel van leren.

            Ooit, toen ik 13 of 14 jaar was, heb ik ook zo’n flauw naamgrapje opgeschreven. Ik kijk daar nog steeds met enige schaamte op terug.

          • VWO
            Mijn VWO-leerlingen hebben me al eens om commentaar gevraagd; “wat ik nou van de uitzendingen van Geert Mak vond”. Mede na de stortvloed van kritiek door collega-historici.
            Maar ik ben het met je eens hoor. Ik ben al blij als m’n vmbo-ers met een spits, metro of telegraaf in de klas verschijnen.

          • Ach, ………
            Mak of Meuk, je hebt tenminste meteen een schoolvoorbeeld van contaminatie. Overigens is Maks ‘Europa’ en van Dis’ Afrika heel wat leuker en daardoor beter te verwerken voor de gemiddelde Nederlander dan menig Teleaccursus uit het verleden.

        • moeilijkheid of domheid?
          Tot de moeilijkste vakken horen de talen. Let maar een op hoe slecht de gemiddelde Nederlandse leerling tegenwoordig de talen spreekt.
          Misschien komt het ook uit verwaandheid omdat we nog steeds geloven dat Nederlanders het best van alle Europeanen de vreemde talen spreken. Als je daarin gelooft, hoef je natuurlijk niet meer zo hard te studeren.
          Wat maakt het uit als je in de vreemde taal fout op fout stapelt. De beleefde buitenlander doet net alsof hij het voleldig begrijpt. Zo hoorde ik onlangs nog iemand op tv zeggen “I never sit still, you know”.
          Geweldig, ze kreeg ook nog een luid applaus.
          Is dit de moeilijkheid van de taal, pure domheid of gewoon het gevolg van slecht onderwijs?

          • plotseling doe je het automatisch goed.
            Ik denk dat je zo ver met de taal moet komen dat je veel in die taal kunt gaan lezen. Als je dat ook doet ga je op een gegeven moment vanzelf in die taal denken en maak je zulke fouten niet meer. Om ook de gesproken taal paraat te hebben lijkt me het wenselijk om een aantal toneelstukken in die taal te lezen.Seger Weehuizen

          • Stilzitten, Bernard!
            Ik heb de zin ‘I never sit still, you know’ eens overdacht. Wanneer de Hollandse spreker bedoelt dat hij niet goed kan stilzitten is dat toch gewoon goed? Stilzitten wordt in mijn woordenboek vertaald met ’to sit still’. Als ik die zin in het Engels moest zeggen zou ik iets dergelijks zeggen. Mooi klinkt het niet, maar dat maakt het nog niet tot een blunder. Het is natuurlijk mogelijk dat de spreker bedoelt te zeggen dat hij altijd wel iets om handen heeft, maar dat kan je niet uit uw verhaaltje opmaken.
            Wat is er nu precies zo dom, geachte o happy day? Maak mij s.v.p. iets minder dom.

          • De humaniora
            zijn inderdaad de moeilijkste vakken die er bestaan. Maar hoe komt het toch dat opgeblazen ego’s vooral in die vakken ontstaan en dat nederigheid bijna een kenmerk is van béta’s?

  5. Nederig ?
    Kerstboodschap schrijft: Helaas: ik kom tot vervelende conclusies. Laten we maar stoppen met goed onderwijs, het maakt de kinderen maar kansloos.

    Als ik de discussie lees dan kan ik maar tot één conclusie komen: beperk het onderwijs tot die zaken die objectief toestbaar zijn en laat alle andere zaken over aan de straat, de kroeg, de debatingclub, het dispuut, de weblogs, de hyves, de communities, second life, ….en vult u maar aan….

    Dit weekend las ik (ergens, ik lees te veel) dat men leerlingen bezig wil laten zijn met de klimaatproblematiek, ze kunnen adviezen maken enz., u kent die riedels wel. Maar de leerlingen weten helemaal nog niets, dacht ik. Nee, dat klopt, maar het is zo goed voor hun motivatie om hier mee bezig te zijn. De hele zaak wordt natuurlijk afgerond met een presentatie, een stuk in de schoolkrant, misschien halen ze de plaatselijk advertentiekrant, wie weet heeft De Pers een stukje (als een ouder relaties heeft). Wellicht zelfs een *fimpje op YouTube*.
    Of: 1; 2; 3; 4; 5…..enz. enz.

    En men gaat weer over tot een volgende hype. Het gevolg is dat de leerlingen er van geleerd hebben dat je inspannen voor de klimaatverbetering trekken aan een dood paard is.

    Of word ik oud ?

    • wellicht oud, adois, maar toch ook wijs
      Dergelijk onderwijs is alleen nog nadeliger dan je zelf al aangeeft. Niet alleen krijgt men het sleuren aan een dood paard idee, maar erger nog: men krijgt het idee dat je helemaal niets behoeft te weten om ergens een mening over te hebben. Men krijgt het idee dat je met een beetje googelen voldoende weet om ergens zinvol over te kunnen praten en om anderen te overtuigen danwel hun wil op te leggen. Ze krijgen het idee dat ze minstens zo slim zijn als Einstein.

      En voor je het weet hebben we nieuwe Doekle Terpstra’s opgeleid die zonder enige kennis van zaken (opleiding Mavo en Havo in etappes en sosjale academie; zie de NRC-Next vandaag) denken dat ze de Hogescholen van Nederland mogen besturen, als opstapje voor het burgemeesterschap van Rotterdam en uiteindelijk een baan als minister president.

Reacties zijn gesloten.