Wie kan het mij nog een keer uitleggen?

Wat is de economische meerwaarde van een les gegeven door een eerstegrader ten opzichte van een les gegeven door een tweedegrader; van een tweedegrader door een derdegrader; van een derdegrader door een assistent?

28 Reacties

  1. Een antwoord op deze vraag
    Een antwoord op deze vraag hangt af van wat je bedoelt met ‘economische meerwaarde’, en dus van de vraag hoe je als land je economie invulling geeft. In een economie waarin vooral een grote mond, een maatpak en een lease-auto tellen kun je gerust alle onderwijs laten geven door flitsende assistenten die geen vak hebben geleerd. Zo’n economie kan nog verdraaid lang overleven ook.

    Maar op een gegeven moment barst de zeepbel en dan blijkt dat een economie niet enkel op holle praatjes gebaseerd kan worden, dat een substantieel deel van de bevolking behoorlijk moet zijn opgeleid in inhoudelijke vakken. Landen die wel hebben ge-investeerd in hun onderwijs en hun bevolking behoorlijk hebben opgeleid zullen meer economische groei laten zien en meer welvaart kennen. Landen als Nederland, die hun onderwijs jarenlang hebben verwaarloosd, zullen achterop raken. Het is zelfs niet uit te sluiten dat Nederland uiteindelijk een arm land zal worden, een grondstoffenland en dan nog wel een met maar één enkel exportproduct: gas. Hoe dat af gaat lopen daar wil ik niet eens aan dénken.

    Laten we verstandig zijn en de kwalijke uitholling van ons onderwijs stoppen. De meerwaarde van vakkennis op alle niveaus gaan erkennen en waarderen. En ja, dat ook in termen van salaris.

    • overdrijving
      Ik zet het natuurlijk met opzet overdreven zwaar aan. Nederland heeft gelukkig nog een hoop economische azen in de mouw, zoals onze landbouw en recentelijk ook weer serieuze scheepsbouw.

  2. Grondige vakkennis
    Hoe dat zit met die graden, daar ben ik na mijn eigen ‘opleiding’ aan het ICLON in Leiden niet helemaal zeker van.
    Hoe het zit met de meerwaarde van een werkelijk hogere opleiding, zoals mijn eigen doctoraal natuurkunde? Dat biedt voor de hand liggende voordelen, als
    – Fouten in de lesboeken kunnen herkennen en verbeteren;
    – Zelf lesmateriaal kunnen schrijven
    – Zelf toetsen kunnen maken
    – Leerlingen iets kunnen vertellen over de universitaire praktijk
    – Vragen die wat verder gaan dan het strikt noodzakelijke kunnen beantwoorden
    – Voorbereid zijn op veranderingen (uitbreidingen) van het curriculum
    – Het voordoen van een academische benadering van vraagstukken
    – De waarde van lesstof kunnen taxeren vanuit een totaaloverzicht van het vak

    Economische meerwaarde van dit alles? Dezelfde economische meerwaarde als de meerwaarde van een goeie metselaar t.o.v. een knoeier…
    Maar ja, een simpele ziel als ik denkt gewoon: hoe meer de meester weet, des te meer hij te vertellen heeft. Die redenering gaat kennelijk in het onderwijs lang niet altijd op.

    • Mee eens Roth&Stevin
      Maar hoe druk je de kwaliteits-meerwaarde uit in een economisch meetbare meerwaarde?
      Minder brokken? Meer tevredenheid? Minder doorgedraaide docenten? Betere resultaten?
      Of moet via wetgeving worden vastgelegd waar de grenzen van de onderwijzersmarkt liggen?
      Dan krijg je gepruttel en gepolder van de managers die cursussen integriteit, spiritualiteit, ethiek volgen.

      • onderwijs en economie
        Een probleem met onderwijs is dat het een lange-termijn investering is die zichzelf pas na een jaar of 10, 20 terugverdient. Economische meerwaarde van goed onderwijs is aan te tonen door het verband te bestuderen tussen investeringen in het onderwijs op moment x, en de economische groei een jaar of 10, 20 later.

        Iemand vertelde mee eens dat dit in Japan was onderzocht omdat ze daar ook slachtoffer waren geworden van bezuinigingsdrift. De conclusie: onderwijs betaalt zich economisch dubbel en dwars terug, maar je moet er dus even geduld voor hebben.

  3. Ik heb ooit van Heertjes boeken geleerd
    dat ook zaken als menselijk welbevinden en schone lucht in economische termen zouden moeten worden beschreven, maar dat dat op dat moment (dik 30 jaar geleden) nog niet gebruikelijk was.

    Ik denk dat de eerstegrader vooral extra cultuur meebrengt. Dit geldt voor zowel de talen als de maatschappijvakken, maar niet in het minst ook voor de exacte vakken.

    Het doorgeven van die cultuur is de levensader van de maatschappij. Economische waarde: kun je nauwelijks overdrijven.

    • Eerstegrader brengt mee
      1- wetenschappelijke attitude die leerlingen voorbereidt op wetenschappelijk argumenteren, analyseren etcetera, dus op wetenschappelijk onderwijs;
      2- onderzoekservaring (zie 1) waardoor hij uit meer en andersoortige voorbeelden en ervaringen kan putten;
      3- grotere vakkennis wat hem als docent wendbaarder maakt: hij heeft een fundamenteler begrip en kan meer voorbeelden aandragen.
      Docenten zonder onderzoekservaring kunnen leerlingen niet voorbereiden op een wetenschappelijke opleiding, althans in de bovenbouw.
      De economische meerwaarde lijkt me evident: beter voorbereide leerlingen in het wo, betekent minder kapitaalvernieiting want minder uitval op de opleidingen, minder studietoelagen over de balk etcetera.

  4. Eerstegraders brengen enthousiasme voor het vak!
    Een eerstegrader heeft zich een viertal jaren helemaal kunnen verdiepen in een bepaald vak. Als het goed is heeft hij/zij gekozen voor een vak waardoor hij/zij geheel gegrepen is. Door de studie wordt deze fascinatie meestal nog verdiept. Het mooiste wat een eerstegrader te bieden heeft is enthousiasme voor een vak en de oprechte overtuiging dat er geen interessanter vak is dan de hare/zijne.
    Op mijn middelbare school heb ik me altijd verbaasd, maar ik heb er ook erg van genoten, hoe volledig docenten in hun vak opgingen. De docent Frans sprak het liefst alleen maar Frans, las alleen maar Franse boeken, was helemaal idolaat van Franse liederen, was ademloos bewonderend over de Franse filosofen en ging zoveel als mogelijk naar zijn huisje in Frankrijk. Een vergelijkbaar verhaal kon je horen over de docent Scheikunde of Aardrijkskunde. Dát zijn de mensen die hun leerlingen kunnen interesseren voor het vak, die stimuleren dat leerlingen hun vak kiezen als studie enzovoort.
    Trouwens op het Atheneum van één van mijn dochters was er een briljante sectie geschiedenis. Een onevenredig groot deel van de VWO-ers koos er voor om geschiedenis te gaan studeren. Dat heeft absoluut met de klasse van die docenten te maken.
    Ik wil overigens niet zeggen dat tweedegraads docenten dat niet ook kunnen, maar volgens mij ligt daar het accent anders, meer op de toepasbaarheid van de vakkennis in het dagelijks leven en minder op het vak als wetenschap op zich.
    Vragen naar de economische meerwaarde van onderwijs is volstrekt onzinnig, aangezien onderwijs alleen indirecte economische meerwaarde oplevert. Ik doe daar niet aan mee.

    • Fritzi&Hinke
      Weer helemaal mee eens. Maar bedrijfseconomisch werkt het anders. Je moet een onderwijsfabriek laten draaien met een bepaald budget (het beschikbare jaarbudget minus reserveringen en minus managementbeloningen) en je probeert dat zo voordelig mogelijk te doen binnen de grenzen die de wetgever daarvoor opstelt. En de managementbonussen worden hoger naarmate je dat met lagere kosten doet. Voor een harde manager is ons gesputter hoogstens vermakelijk; alleen de pegels tellen.

      • Had wel minstens
        verwacht dat de eerste zin in kleur zou verschijnen … op deze mooie lentedag.

          • Fijn Hendrikush
            … hier word ik weer een beetje blij van … had een zware dag op school … huilende leerling die zich terecht heel verdrietig voelt omdat ze bij een collega het pispaaltje is … zou er zo graag iets aan willlen doen, maar de teamleider legt het probleem naast zich neer en haalt zijn schouders op. Het zal je kind zijn ..

          • Heel erg
            Het is een heilig gebod voor elke docent om geen enkele leerling onderuit te halen!
            En als je dat ooit eens gebeurt dan dien je dat binnen een dag zelf weer recht te zetten.
            Dat geldt ook voor begeleiders en leiders!
            Vakkennis&Rechtvaardigheid&Humor(geen kwade sappen!)

          • Gaat om een beginnende docent
            die zelfs in brugklassen geen orde kan houden. Nu pikt hij er elke keer de zelfde leerling uit die de klos is als hij eerst het rumoer heeft laten oplopen. De aanstichters laat hij lopen.

          • en zijn begeleiders
            maar ik teken er bij aan dat hij erg eigengereid is en misschien van wenken van anderen ook niet veel aanneemt.

          • klassiek
            Voor deze beginnersfout moet elke docent toch minstens 50x gewaarschuwd zijn voordat hij ook maar binnen een kilometer van een school mag komen.

            Maar zonder gekheid: een wellicht begrijpelijke en veel voorkomende fout. De bedoeling is dat je dat afleert in je stage. Dat je tenminste eenmaal voor een moeilijke klas hebt gestaan en daarbij de aanstichters hebt aangepakt in plaats van de brave leerling die, als de hele klas in puin ligt in een halfhartige poging er bij te horen, ook eens een propje gooit.

  5. Leerlingen presteren beter
    Het opleidingsniveau van de leraar blijkt, op intelligentie van de leerling na, de belangrijkste factor in de prestaties van zijn leerlingen. Onder andere belangrijker dan sociaal-economische achtergrond van de leerlingen. (Onderzoek uit Engeland dat Ralph al meerdere malen op deze site aangehaald heeft).

    • re Leerlingen presteren beter
      In mythe 6 waar ik momenteel aan werk komen deze factoren aan de orde. Duurt nog even.
      Willem Smit

    • Kan niet vaak genoeg herhaald worden!
      (ik bedoel dat de leerlingen beter presteren als de leraar beter opgeleid is)

      • Sterker nog
        Dit moeten we tussen de oren van de beleidsmakers zien te krijgen, zodat die onzalige ideeën over instructeurs en onderwijsassistenten voor de klas niet worden uitgevoerd.

Reacties zijn gesloten.