Universitaire lerarenopleidingen drastisch omgegooid

student-teacher-relationship_450x200_-1472912.jpg

Trouw schrijft over het plan van Bussemaker en de universiteiten tot het drastisch hervormen van de universitaire, eerstegraads lerarenopleiding. Trouw: 'Een universitair student die leraar wil worden, volgt nu na zijn reguliere masterstudie nog een tweede master, die opleidt tot leraar. Wie bijvoorbeeld leraar Duits wil worden, moet eerst de complete master Duitse taal- en letterkunde afronden en mag dan beginnen aan de universitaire lerarenopleiding. Daarin komt veel terug van wat hij al eerder deed: hij moet opnieuw een scriptie schrijven en opnieuw bewijzen dat hij over studievaardigheden beschikt. Intussen, z'o klagen studenten, is er nauwelijks aandacht voor de dagelijkse schoolpraktijk' 

en

'De afgelopen jaren trokken studenten van de bestaande universitaire lerarenopleidingen regelmatig aan de bel. Er waren klachten over een stortvloed aan rollenspellen, praatgroepjes en dossieropdrachten en een schrijnend tekort aan didactiek en pedagogiek. In het jaarlijkse student-tevredenheidsonderzoek kwamen de universitaire lerarenopleidingen er steevast het beroerdst van af. Twintig procent van de studenten zegt ontevreden te zijn.'

In plaats daarvan komt er een universitaire lerarenopleiding op maat die niet alleen toegankelijk is voor de masters in het betreffende vak, maar ook voor tweedegraads leraren en voor eerder afgestudeerden die op latere leeftijd alsnog eerstegraads leraar willen worden. De master zal voor een groot deel in de praktijk plaatsvinden.

BON is altijd zeer kritisch geweest op de lerarenopleidingen met de reflectieverslagen en de rollenspellen. BON pleit voor een hoogwaardige vakopleiding, aangevuld met serieuze pedagogiek en didactiek waarbij de waan van de dag ook als de waan van de dag wordt herkend.Vanzelfsprekend hoort daar een fatsoenlijke stage op één of liefst meerdere middelbare scholen bij. Zoals we de plannen nu interpreteren lijkt het dat er wellicht afscheid genomen wordt van de pops, paps en rollenspellen, maar dat er ook een flink deel vakkennis aan moet geloven. Wordt een eerstegraadsleraar een leraar met een vakmatige bachelor gevolgd door een training die grotendeels on the job plaatsvindt? Omdat het om opleiding op maat gaat en omdat de plannen van de minister weinig concreet lijken, is dat nog volkomen onduidelijk, een tweedegraads leraar wiskunde zou toch niet met een on the job opleiding van een jaar eerstegraads kunnen worden. On the job komt hij niet aan de benodigde vakkennis en het verschil tussen een hbo bachelor en een universitaire bachelor is qua vakkennis en denkniveau vaak zeer groot. Zo krijg je vast meer eerstegraads leraren, maar die hebben dan nauwelijks een universiteit van binnen gezien, slechts voor dat deel van de master dat niet on the job is. 

12 Reacties

  1. Inderdaad in de bekwaamheden

    Inderdaad in de bekwaamheden van een leraar staat vakkennis bovenaan, dan volgen didactiek en pedagogiek. Maar je zou kunnen verwachten dat met het overboordgooien van de ballast (Dittrich is volgens het artikel "introspectie, vooral veel introspectie" opgevallen) er ruimte is voor gedegen onderzoek van welke kennis nodig is.

  2. Het lijkt er op dat voor een

    Het lijkt er op dat voor een eerstegraads opleiding geen master in dat vak meer nodig is, maar dat een bachelor volstaat. Aangevuld natuurlijk met de nieuwe variant die nog onduidelijk is. Als die interpretatie klopt, dan zie ik niet goed in hoe je tot een fatsoenlijk vakniveau kan komen bij het educatieve deel op maat en in de praktijk. 

    Verdwijnen van de reflectieverslagen is natuurlijk een groot goed.

  3. Oude wijn in oude zakken.

    Oude wijn in oude zakken.

     

    Kijk bijvoorbeeld eens naar het aanbod van de Rijksuniversiteit Groningen. Voor alle schoolvakken is daar een 2 jarige "educatieve master". In de alpha en gamma vakken (waar een masteropleiding in het vak 1 jaar duurt) is het 1e jaar de gebruikelijke vakmaster (met 10 van de 60 studiepunten vervangen door een voorbereiding op het leraarschap) en bestaat het 2e jaar uit stage, vakdidactiek, een klein beetje onderwijskunde en een klein didactisch onderzoeksproject. In de beta vakken (zie hier en hier) waarin een masteropleiding in het vak 2 jaar duurt is de opzet anders. In Groningen werd deze opzet in de beta vakken ingevoerd toen ik daar nog met mijn promotie bezig was (dus meer dan 10 jaar geleden). De beta onderwijs master bevat geen enkel vakinhoudelijk vak. Er is wel een vakinhoudelijk onderzoeksproject van 30 studiepunten (een half jaar), maar dat moet in het 1e semester van het 1e masterjaar, kan dus alleen voortbouwen op vakinhoudelijke kennis op bachelor niveau en is dus zeker geen vakinhoudelijk masteronderzoekproject waardig.

     

    Het is mij volstrekt onduidelijk hoe het plan van de VSNU en Bussemaker verschilt van wat de Rijksuniversiteit Groningen al doet. Het enige wat ik me kan bedenken is dat de alpha en gamma vakken meer de kant op gaan van de beta vakken en dat de vakinhoudelijke component verzwakt zal worden.

  4. Tot nu toe waren alle

    Tot nu toe waren alle 'veranderingen' een achteruitgang en werd het docentschap verder uitgekleed, ik verwacht niet dat het nu anders zal gaan. Negatief? Realistisch!

    Kijkend in mijn glazen bol zie ik dat straks een vakgerelateerde bachelor voldoende is (HBO bachelor mag ook natuurlijk) met een aanvullende kletsopleiding met nog steeds de oh zo gehate zelfreflecties en competenties. Er zijn al zo weinig docenten Duits, wis- en natuurkunde, dat je de eisen moeilijk omhoog kunt schroeven, dan komt er helemaal niemand meer. We zijn al dankbaar als het mavo meisje, daarna met moeite de havo en daarna de 2egraadslerarenopleiding Duits heeft gedaan, bereid is om de HBO master te gaan doen. 

    Zitten we alleen nog met de klassieke talen op het gymnasium, want er is geen enkele route mogelijk vanuit een lager niveau, misschien moeten we die klassieke talen dan toch maar helemaal afschaffen.

    Hopelijk zit ik er helemaal naast……

  5. Als de nieuwe

    Als de nieuwe eerstegraadsopleiding een vakinhoudelijke verbetering inhoudt is dat meegenomen.

    Maar de minister wikt en het schoolbestuur beslist: iemand met een eerstegraadsopleiding is bekwaam voor elk willekeurig vak.

     

  6. Let op. Zij-instroom is nu
    Let op. Zij-instroom is nu mogelijk met andere master en door ULO’s vastgesteld lijstje. De facto 6 vakken op eerstejaarsniveau. Aan die beperkte invulling doet Mastermath nu wat voor wiskunde, maar wel op basis van wat ULO’s voorschrijven. Dus zeer beperkt aantal ECTS, maar inhoudelijk op hoger niveau dan eerste jaar bachelor. Geen masterniveau echter. Systeem is bepaald oneerlijk jegens de bachelor met educatieve minor.

  7. Maar inderdaad oppassen.

    Maar inderdaad oppassen. Tussen de opmerkingen van Dittrich kom ik dat geklets weer tegen als dat de leerling van nu weer andere dingen verwacht. Typische praat van mensen die "vooruit" willen of om 'maatwerk' roepen. Maar ondertussen zie je hoe alle experimenten na verloop van tijd roemloos ten onder gaan, de Hond staat nu al een paar jaar op 22 scholen, dat wil niet vooruit. En verschillende van die 22 hebben al lang het rucksichtlose iPad-gebruik teruggeschroefd, ook al onder druk van ouders die willen dat hun kinderen nog iets leren. 
    Ik hoorde, maar dat las ik niet,  dat op de VU de opleidingen weer naar de faculteiten gaan. Dat is een goed teken. Afwachten wat de firma Dittrich en Bussemaker allemaal in petto heeft. Al wist mevrouw Bussemaker nog onlangs te vertellen dat ze zoveel aan een bepaalde lerares te danken had. Misschien is het inzicht dat een vakbekwame leraar essentieel is, ook bij haar aan het doorbreken. Je weet maar nooit.

     

  8. Wat is nu het verschil tusen

    Wat is nu het verschil tusen de havist en de vwo-er? Ik zou zeggen dat laatstgenoemde op een hoger nivau van abstractie kan werken en complexere problmen kan oplossen. Laatstgenoemde heeft ook sneller door hoe de vork in de steel zit en kan daarom sneller door de leerstof heen. Datzelfde geldt volgens mij ook voor het verschil tussen een universitair student en een hbo-er. Als het laatstgenoemde doorslaggevend is zou een havist de leerstof van een vwo-er aankunnen maar daarvoor wel meer schooljaren nodig hebben. Stapelstudenten die via vmbo en mbo op het HBO terecht komen zouden daar dan tot de moeizaam lerende studenten behoren. Vooropgesteld natuurlijk dat ze ooit terecht naar het vmbo verwezen zijn. En afgestudeerde hbo-ers zouden in de regel maar met moeite een universitaire studie tot een goed einde kunnen brengen. Zo niet dan is die hbo-er na het basisonderwijs ten onrechte op op de mavo of havo terecht gekomen. Of maken de hersenen van jonge mensen een groeispurt door die, net als bij een lichamelijke groeispurtniet voor alle jongeren op dezelgde leeftijd voorkomt? Mijn indruk is dat vindingrijke kleuters  meestal opgroeien tot intelligente volwassenen en denktrage kleuters niet. Dit soort gedachten mis ik node zowel in de discussie over de lerarenopleiding, bij het stapelen van diplomata in het secundair onderwijs alsook in de discussies over te vroege selctie. Het is veel gemakkelijker om de schuld van een leeromweg in het voortgezet onderwijs aan blindheid van de juffen voor de rol van de socciale klasse bij het selecteren te wijten.

    HIER ZIJN ENIGE TYPYFOUTEN UITGEHAALD; VERBETERDE VERSIE

  9. Er zijn meer verschillen, en

    Er zijn meer verschillen, en die maken vergelijken diffuus. Universitair onderwijs is zeer grotendeels opgeschoven naar hbo profielen. HBO is in zijn algemeenheid veel van de universitaire curricula gaan afsnoepen. De HTS bestaat niet meer, universitaire doctorandussen en juniore ingenieurtjes hebben de HTS-vacatures ingenomen, de universitaire rest gaat door voor phD. In de alfa en gamma sectoren zijn de hbo profielen zwaar gedevalueerd. Enkelingen ontkomen daaraan, zoals steeds ; de massa bepaalt de niveaus, en die zijn vrijwel overal gedevalueerd.. We herinneren ons allemaal die verplegers die niet in staat waren medicijn doseringen uit te rekenen. 

    Vandaar (ook) de roep om super-universitaire instellingen. En, naar ik vrees, ook de trend naar private universitaire curricula. Het zal allemaal  niet helpen. Hond'se en andere goochelaars bepalen de agenda. Daarboven zit de management mafia ; en die kan de gigantische maatschappelijke problematiek (ook) niet aan.  

  10. Als je Sassoc, de steun van

    Als je Sassoc, de steun van de universiteiten zou weten te krijgen vooreen ouderwets schoolpr0gramma met ouderwetsde leermethoden waarvan zij het eindexamen als een toelatingsexamen tot de universiteiten willen erkennen zou er een kansje bestaan dat het parlement zo´n programma goed keurt en wil bekostigen. De oude opleiding blijft immers bestaan en doordat een leerling een keuze kan maken tussen 2 vooropleidingen tot de universiteiten zou er meer gepast onderwijs in de ruimere betekenis komen. Het lijkt mij daarom de moeite waard om zo´n alternatief programma met alles erop en eraan te ontwerpen. Helaas zijn er geen BONners die dat ook zo zien. 

Reacties zijn gesloten.