Onderwijsverslag inspectie: scholen kunnen veel beter

De onderwijsinspectie heeft haar onderwijsverslag over 2011/2012 gepubliceerd. Er is winst geboekt door het terugdringen van het aantal zwakke en zeer zwakke scholen, maar de kwaliteit van de andere scholen is niet verbeterd. 

De VO-raad ziet dit als een compliment voor het VO en meent dat het een bevestiging is de bestuurskracht te versterken, overeenkomstig het advies van de Onderwijsraad.

Ook de PO-raad meent dat het primair onderwijs uitstekend heeft gepresteerd en vat het verslag op als een compliment.

Kritiek van de onderwijsinspectie richt zich vooral op het feit dat het aantal zeer goed presterende leerlingen te laag is. Leraren moeten nog verbeteren in het leveren van maatwerk en het uitleggen. Men pleit voor intervisie en coaching on the job. 

BON meent dat het adagio van meer en meer maatwerk in de klas wel eens de oorzaak kan zijn dat leraren organisatorisch en administratief overvoerd worden waardoor het lesgeven, het uitleggen en het vertellen van verhalen in de knel komt. Hoog opgeleide vakdocenten zijn vaak zeer wel in staat de betere leerlingen te bedienen: men heeft immers de vakkennis die dat mogelijk maakt. Nadruk op werkvormen en organisatie van je onderwijs zorgt voor een ander type leraar, de leraar als coach, en daarvan is nu juist gebleken dat die leraar minder is staat is de betere leerling uit te dagen.

Besturen wordt aangeraden zich meer met onderwijs te bemoeien en besturen, schoolleiders en andere betrokkenen moeten gezamenlijk optrekken met leraren om "verdere verbetering van het ondewijs krachtig door te zetten". Opmerkelijk is hier dat er een subtiel onderscheid wordt gemaakt tussen schoolleiders, besturen en andere betrokkenen enerzijds en de leraren anderzijds. In combinatie met termen als professionalisering lijkt dit wel heel erg veel op de vigerende situatie waar besturen en schoolleiders derden (de andere betrokkenen, lees bv de CBE-group) inhuren om de leraren te professionaliseren. Laat bevoegde en hoog opgeleide leraren zelf bepalen aan welke professionalisering men behoefte heeft en welke manier van lesgeven men prefereert. Dat heeft bewezen succesvol te zijn. Maar juist nu het aantal onbevoegde en slecht opgeleide leraren historisch hoog is en het aantal trainings- en adviesbureautjes de spuigaten uitloopt keldert het niveau van het onderwijs. Intervisie en coaching on te job zijn geen oplossing, bevoegde en hoog opgeleide leraren wel.

Update: Beleidsreactie ministerie

Bijlagen:

Onderwijsverslag 2011/2012 (pdf)

Hoofdlijnen onderwijsverslag 2011/2012 (pdf)

Beleidsreactie ministerie (pdf)

 

 

 

 

5 Reacties

  1. Arme juf en enkele meester;

    Arme juf en enkele meester; opgescheept met een politiek die het onmogelijke van hen verlangt. In het VO is heeft er een schifting plaatsgevonden, waardoor de hoogbegaafde naar het gymnasium kan en de andere begaafden naar ander op hun maat gesneden onderwijs (een schifting die overigens door vernieuwers als onwenselijk werd beschouwd).

     

    Maar in het PO zitten alle niveaus in een enkele klas bij elkaar. Heeft de overheid de niveauverschillen in een klas welbewust willen bevorderen (WSNS) waardoor de leerkracht in een groep ongeveer 5 niveaus tegelijk moet 'bedienen': de excellente leerlingen, de goede leerlingen, de gemiddelde leerlingen, de zwakkere leerlingen en de leerlingen die ooit naar het speciaal onderwijs gingen. de overheid noemt dit 'onderwijs op maat' hoewel het onmogelijk is voor de leerkracht om bunnen 1 uur al die 'maatpakken' te leveren.

    Beginnen we met rekenen: hoe bereik je binnen het uur al die niveaus? Praktisch een onmogelijke opdracht. Daarna 'taal'; zelfde probleem. Daarna het vak 'lezen'; weer hetzelfde probleem. Hoe gaan we bij de zaakvakken zowel de excellente leerling als de speciale leerling binnen 1 les helemaal bereiken??

     

    Die overheid schept onmogelijke situaties en blijft maar roepen dat het 'beter' moet. Kijk naar jezelf, overheid!!

  2. Het is voor iedereen

    Het is voor iedereen belangrijk dat hij zin houdt om je werk te doen. En als je het als leraar er redelijk van af brengt kan je moeten verantwoorden of zelfs moeten aanpassen je veel zin ontnemen. Verplichte intervisie, peer to peer trajecten en coaching on the job zal veel leraren er van weerhouden om voor het lerarenberoep te kiezen. En dat zijn echt niet alleen maar leraren die bang zijn om als ondermaats door de mand te vallen. Als je het goed doet wil je hooguit van gedachten wisselen met iemand waarvan je zelf vind dat je er nog iets van kan leren maar die jou niets mag opleggen. En dat zonder protocolaire verslagen.

    Excellente leerlingen stimuleer je tot excellente prestaties door ze een daarvoor geschikt programma aan te bieden. Daarvoor kun je ze echt het beste in één groep bij elkaar zetten in een aparte ruimte met een aparte leraar. Als je vindt dat ze zelfstandig moeten werken, laat ze dat dan niet in een klas met andere leerlingen die middelmatig zijn doen maar thuis en nodig hen twee keer in de week uit op school om de resultaten te bespreken. Afstandsonderwijs is dan een redelijk altrnatief.

  3. Vergeet ook de

    Vergeet ook de trainingsbureautjes voor de leerlingen niet: de huiswerkbegeleiding dus. Ook die sector is flink gegroeid om leerlingen drijvende te houden. Dat zijn kosten die het ministerie en de onderwijsinspectie niet zien, maar die ouders wél maken; ouders die het zich kunnen veroorloven tenminste. Eén en ander maskeert de daling van het onderwijsniveau.

     

  4. Deze brief heb ik naar Trouw

    Deze brief heb ik naar Trouw gestuurd:

    "Is de onderwijsinspectie nog steeds de weg kwijt? Leraren hebben gezien hoe deze instantie de afgelopen jaren de scholen mislukkende onderwijsmethoden wilde opleggen. En nu (Trouw 25 april)  vertelt de inspecteur-generaal Roeters hoe ze ooit zag dat een leraar in Afrika honderd leerlingen in groepen verdeelde. "Dat ging heel goed". Wat dat inhoudt, vertelt het bericht niet. Maar de conclusie in onontkoombaar: Leraren moeten leerlingen in groepen laten werken, "differentiëren" dus.

    Daaronder het bericht van het Bonaventura College dat de weg terugvond en zich van zwakke school tot een uitstekende school wist om te vormen. En juist door de zelfstandig (in grote groepen) werkende leerlingen weer 'contacturen' te geven. Dus weer direct les door de leraar. Met intensieve examentrainingen. Dat zal ongetwijfeld ook niet gebeurd zijn door ze in groepen met eigen opdrachten verder te laten werken.

    Wanneer houdt de inspectie op leraren voor de voeten te lopen?"

  5. De kwaliteit en de motivatie

    De kwaliteit en de motivatie van de docent staat in Nederland onder grote druk.  De fulltime professionals gaan met pensioen of via een andere uitgang. De nieuwkomers zijn veelal parttime en zeer gebrekkig opgeleid.

    Verderop in de opleiding krijgt de docent bovendien te maken met slechter voorbereide leerlingen.

    Dit roept natuurlijk om een nieuwe Nieuwspraak! (ipv…)

     

Reacties zijn gesloten.