Hoe onderwijs kapot wordt geritseld: een verslag van binnen uit.

Jeanet Meijs, voormalig leerkracht en directielid van het basisonderwijs en actief BON-lid doet verslag van een tweetal bijeenkomsten waar 52 basisscholen (regio Zwolle) gezamenlijk besluiten om “Passend Onderwijs/Inclusief Onderwijs” in te voeren. Jeanet Meijs was de enige die geen financieel belang had (wel een onderwijsbelang) bij de invoering van dat type “onderwijs”. Lees haar verslag!

****************** VERSLAG **************************
Verslag “Passend Onderwijs”

Op 19 en 26 januari ben ik voor BON naar twee van de drie regionale ouderavonden geweest die werden georganiseerd door het protestants-christelijk samenwerkingsverband WSNS “De Brug” dat bestaat uit 52 basisscholen waarvan één basisschool voor speciaal basisonderwijs uit Zwolle en wijde omgeving. De scholen hebben samen zo’n 10 000 leerlingen en 11% daarvan moet een beroep doen op speciale zorg. Ik was daar uitgenodigd om deel te nemen aan een paneldiscussie over Passend Onderwijs.

De mail aan de ouders voor deze voorlichtingsavonden luidde als volgt:

In aansluiting op de besprekingen in de Tweede Kamer over Passend Onderwijs organiseert WSNS “De Brug” drie regionale ouderavonden. We willen u als ouders en belangstellenden van harte uitnodigen. Ook collega’s zijn welkom. We verzoeken de collega’ s deze mailing te verspreiden onder de ouders van de scholen. De agenda van deze avonden is:

1) Opening door Gert van Tol, zorgdirecteur van het samenwerkingsverband.
2) Vier definities van Passend Onderwijs. Vanuit verschillende organisaties is gevraagd om een definitie te geven van het begrip “Passend Onderwijs” en “Inclusief Onderwijs Deelnemers zijn : Beter Onderwijs Nederland ( BON ) , Ouders en Coo, SBO “De Brug” het CPS en Inclusief Nederland.
3) Debat tussen de panelleden.
4) Pauze
5) Debat met de zaal
6) Sluiting

Deze mail aan de ouders kreeg ik niet. Wel kreeg ik een mail, waarin mij verzocht werd een definitie van Passend Onderwijs per mail door te geven. Dat deed ik en mijn definitie was: Passend Onderwijs: Voor ieder kind een ramp. De definities van de andere panelgenoten kreeg ik niet te horen, hun namen niet en ook niet van welke organisatie ze waren. Wel werd mij door BON een mail toegestuurd van een verontruste ouder die ons liet weten dat ze zo blij was dat wij op de drie voorlichtingsavonden avonden aanwezig zouden zijn. Zij had intern n.l. al een paar kanttekeningen geplaatst over Passend Onderwijs en haar was te verstaan gegeven: “Als u het er niet mee eens bent, dan zoekt u maar een andere school voor uw kind”. Het personeel van de scholen was unaniem voor deze vorm van onderwijs en met inclusief onderwijs hadden ze ook totaal geen probleem, aldus de Heer Van Tol. Ze mochten echter op de voorlichtingsavonden niet spreken. Dat was hen verboden. Om mij goed voor te bereiden op deze avonden zette ik mijn punten op papier, waarom we dit plan absoluut niet door moeten laten gaan. Hieronder volgen mijn punten:

Basisscholen moeten in 2011 openstaan voor alle kinderen. Dus ook voor alle kinderen met een handicap, leer-of gedragsstoornissen enz. Dat is het beleid dat onze vorige minister van onderwijs Maria van der Hoeven en haar beleidsmakers in gang hebben gezet. Het is een vervolg op het project “Weer Samen naar School” maar dan erger, want de school mag geen enkel kind weigeren. Dit beleid is een wanvertoning en ik zal u vertellen waarom: Ouders moeten erop kunnen vertrouwen dat hun kinderen vanaf hun vierde voldoende toegerust worden om acht jaar later zonder moeite de stap naar het voortgezet onderwijs te maken.

De eerste prioriteit van een basisschool, de naam zegt het al, is het aanleren van basisvaardigheden. Goed leren lezen, rekenen, schrijven en goed taalonderwijs. Gebeurt dat niet of onvoldoende, dan zijn voor het kind in het voortgezet onderwijs de rapen gaar. De achterstand valt niet meer in te halen.

Anno 2009 is die achterstand eerder regel dan uitzondering. Daarom kun je ook niet anders dan met verbijstering kijken naar wat zich de afgelopen decennia in en rond het basisonderwijs heeft afgespeeld.

Sinds 1985 is het onderwijsaanbod op basisscholen steeds groter en breder geworden. Maar alles moet wel in dezelfde onderwijstijd gepropt worden. Daarnaast is ook het aantal maatschappelijke taken toegenomen, zoals de naschoolse opvang, brede scholen enz. Scholen ondervinden dagelijks de uitwassen van een maatschappij die op drift is gebracht, gebroken gezinnen, halfslachtige opvoeding, toenemende agressie en niet zelden problemen die gerelateerd zijn aan culturele verschillen. Leerkrachten hebben er hun handen vol aan. De leerkracht is vooral in de grote steden met de daarbij behorende problematiek steeds meer maatschappelijk werker dan lesgevende. De vuile was wordt niet vaak buiten gehangen. Toch betekent lesgeven op veel scholen voornamelijk overleven. Steeds meer worden leerkrachten aangesproken op zaken, die er onderwijskundig niet toe doen. Ze vangen niet alleen kinderen op, functioneren dikwijls als klankbord voor wanhopige ouders, die vertwijfeld op zoek zijn naar steun.

Het basisonderwijs heeft op het ogenblik te maken met vier ernstige kernproblemen.

Allereerst is het zo dat er voor de groep minder goede onderwijzers staan.
De Pabo wordt doorgaans bevolkt door studenten met een mbo-opleiding (en veel slechte havisten), waar de vakken Nederlands en geschiedenis in laag aanzien staan. Zij zitten veelal aan de grens van hun kunnen. Uit recent onderzoek is gebleken dat 60% van de Pabo-studenten niet voldoende kan spellen en rekenen. Over de andere vakken wordt wijselijk niet gesproken. Van de studenten, bijna allemaal meisjes, wil bijna niemand in de bovenbouw werken omdat ze zelf wel weten dat ze daarvoor niet competent genoeg zijn. Niemand leert meer iets over de ontwikkeling van het jonge kind. In de jaren”90 zijn allerlei vernieuwingen geïntroduceerd met het argument dat zij de kwaliteit van het onderwijs zouden verbeteren: adaptief onderwijs , combinatieklassen, de toetsgekte, onderwijsbegeleiders, die nog nooit voor een groep gestaan hebben, logboeken, handelingsplannen enz. Het zijn illusies gebleken. Goed onderwijs zit hem niet in een systeem, maar in de eerste plaats in de kwaliteit van de mensen die het vak moeten uitoefenen. Van een timmerman wordt verwacht dat hij over goed gereedschap beschikt.Voor een leerkracht is dat blijkbaar niet nodig. Dat het nu nog goed gaat op een aantal basisscholen is te danken aan leerkrachten en directeuren die zich weinig van al die vernieuwingen hebben aangetrokken. Maar dat gaat veranderen, want er komt een gigantisch tekort aan leerkrachten.

Het tweede kernprobleem is het Nieuwe Leren dat geruisloos op veel Pabo’s is ingevoerd. Ik noem het Nieuwe Leren: “De nieuwe kleren van de keizer”. De gedachte erachter is: Wat erin zit komt ervan zelf wel uit. Ik durf het Nieuwe Leren een kennisvijandige ideologie te noemen: “Iedereen even dom”. De leerlingen moeten zelf invulling geven aan hun leerproces, zelf kennis verzamelen en toepassen. Klassikaal onderwijs en de rode pen zijn taboe verklaard: niets werkt immers zo demotiverend als veel rode strepen in een dictee, als dat al gegeven wordt. Je woordenschat wordt beter als je oefent. Maar dat oefenen gebeurt niet in het basisonderwijs. Niet in de laatste plaats omdat degenen die voor de klas staan zelf niet competent meer zijn. Ondertussen wil geen enkel goed opgeleide jongere die wat in zijn mars heeft nog werken in het onderwijs. En intussen bestaat het personeel van basisscholen voornamelijk uit vrouwen die het liefst in deeltijd werken en studeren er veel meer onderwijskundigen en pedagogen af dan goed en nodig is voor het onderwijs. Al die mensen moeten een baan hebben in instellingen die zich rond het onderwijs slingeren. Deze sector heeft baat bij veranderingen. Daar komt bij dat Maria van der Hoeven de schoolbesturen volledige autonomie heeft gegeven. In zo’n bestuur zitten vaak goedwillende amateurs die tegenwoordig hun geld naar beste inzichten besteden- daarbij geassisteerd door een leger zogenaamde deskundigen, dat weer een leger incompetente leerkrachten aflevert met dank aan o.a. Het Nieuwe Leren. Het zal duidelijk zijn wie de slachtoffers zijn van slecht onderwijs

Alle leerlingen, maar vooral de kwetsbare en allochtone leerlingen zij van dit alles de dupe. De losse en ongestructureerde aanpak werkt voor hen niet. Zij zijn gebaat bij sturing, bij een juf of meneer die helpt met ontleden, met spellingsregels, met breuken met procenten enz.

Een derde kernprobleem: het adaptief onderwijs. Kinderen moeten zo vroeg mogelijk leren werken en leren samenwerken. Om dat effectief te doen, moet je wel eerst het fundament leggen. Door de onderwijsgekte van de laatste jaren en het gebrek aan bagage zijn veel jonge leerkrachten de weg kwijt geraakt en klampen ze zich vast aan toetsen en testen. Vaak kijken ze alleen die testen na en laten ze de leerlingen ook de 6 jarigen elkaars werk nakijken. Op veel scholen staan op rapporten geen cijfers meer, maar een a,b,c,d of een e of eenvoudig weg “doet leuk mee”. Je kunt er alle kanten mee op en veel wijzer word je er als ouder niet van. Veel ouders komen erachter dat hun kind een leerachterstand heeft van wel twee jaar voor b.v. rekenen als hun kind op het punt staat de basisschool te verlaten.
Het vierde kernprobleem is het project: “Weer Samen naar School” dat in 1995 is ingevoerd en volledig is mislukt. Met dit project wilde de toenmalige staatssecretaris van Onderwijs Wallage ( PvdA ) het speciaal onderwijs terugdringen Ook dit bleek een illusie. Het aantal leerlingen in het speciaal onderwijs is in twaalf jaar verdubbeld tot 65000; dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (2008). Er zijn steeds meer kinderen met ernstige gedragsproblemen, leerproblemen, ADHD kinderen, dyslectische kinderen, vult u zelf maar in, de rij is lang en die moeten in 2011 het liefst allemaal in het reguliere onderwijs worden opgevangen. Dat heet dan Passend onderwijs. Dit plan is uitgedacht door lieden die geen enkel oorzakelijk verband zien tussen maatschappij en school, lieden die absoluut geen weet hebben van wat er nu al speelt. Bij de huidige basisschoolpopulatie kunnen niet nog eens gehandicapte en moeilijk opvoedbare kinderen worden toegevoegd. Dat kan nu niet, dat kan later niet, dat kan nooit. Men heeft er eenvoudig de specifieke kennis, de ruimte en vooral het geld niet voor. Niets ten nadele van deze kinderen, integendeel, maar de basisschool heeft hen niets te bieden. Er is geen deskundigheid en deze deskundigheid verkrijg je ook niet in een aantal workshops. Er is geen tijd en niet voldoende geld voor en er zijn al genoeg andere problemen. Dat is de dagelijkse gang van zaken op een basisschool. Deze samenwerking vergt enorm veel tijd voor overleg en afstemming van het lesprogramma. Het rugzakkind is een ramp voor de klas. Het is een volslagen krankzinnig, ja zelfs misdadig plan dat de taak van de toch al veel overbelaste leerkrachten verzwaard wordt. Daarbij is lesgeven niet gemakkelijker geworden door de invoering van deeltijdbanen, zij-instromers, combinatieklassen en zelfs onbevoegden voor de klas.

Dit plan is bovendien discriminerend voor kinderen met een lichamelijke en/of verstandelijke handicap. Zij hebben de meeste hulp nodig. Eén kind met een buitensporig gedragsprobleem kan een hele groep op tilt zetten. Het onaangepaste gedrag zal orde en regelmaat als sneeuw voor de zon doen verdwijnen. Dit plan mag nooit gestalte krijgen omdat Passend Onderwijs de draagkracht van personeel en onderwijsorganisatie ver te boven gaat. Alle partijen zijn er de dupe van en dat zal het imago van het onderwijs nog meer schaden dan nu al gebeurt met als gevolg een nog groter tekort aan leerkrachten. Het erge is dat de autonomie nu aan de scholen is gegeven. Schoolbesturen mogen hun geld naar beste inzichten besteden, daarbij geassisteerd door een leger (onderwijs)kundigen dat weer een leger incompetente leerkrachten aflevert met dank o.a. Het Nieuwe Leren. Ouders en leerkrachten die het anders willen, moeten samen een vuist maken nu het kan want dit plan moet een breed draagvlak hebben en de toestemming van de medezeggenschapsraden van de scholen. Hoe je het ook wendt of keert: de taxi’s blijven rijden, maar nu de andere kant op en zo ontstaat er een tweedeling in het onderwijs. Dan noem ik nog de 9 verbeterpunten voor het reguliere basisonderwijs, zoals die in mijn artikel in de NRC van 7/8 juni 2008 hebben gestaan.

Tot zover mijn punten

Op 19 januari reisde ik naar Zwolle. Gert van Tol opende de paneldiscussie en stelde de panelleden voor aan elkaar en aan de zaal en trad op als discussieleider.

1) Gert van Tol, directeur van basisschool “De Triangel” en daarnaast directeur- coördinator van het samenwerkingsverband ”De Brug” Hij staat positief ten opzichte van inclusief onderwijs om twee redenen. Vanuit zijn levensovertuiging gelooft hij dat ieder kind uniek is en het geloof dat ieder mens gewild is op de door hem of haar gegeven plaats. En alle kinderen hebben het recht zich te ontwikkelen in een omgeving die we ‘thuisnabij’ zouden kunnen noemen. Hij is voor inclusief onderwijs en dat is onderwijzen van leerlingen met beperkingen in reguliere scholen ongeacht de mate of hevigheid van hun beperkingen.

Definitie:Voor ieder kind een kans.

2) Harrie Steenstra, directeur van de christelijke school voor Speciaal basisonderwijs “De Brug” en tevens docent bij de Hogeschool Windesheim. Harrie wil het speciaal basisonderwijs afschaffen. Hij wil de zorg naar het kind brengen en niet de kinderen naar de zorg. Hij ziet dat als een enorme uitdaging.

Definitie: Inclusief Onderwijs: Goed voor alle leerlingen, meesters, juffen en ouders.

3) Harry Cox, senior consultant van het CPS. Het CPS ondersteunt scholen bij het vormgeven van taal/leesonderwijs, het CPS ondersteunt het BVO-project: Beter omgaan met verschillen. Er is ook een CPS-academie en die geeft open trainingen, oefenen in zelfreflectie aan leden van het managementteam, coaching on the job, interne begeleider als coachen nog veel meer.

Definitie: Onderwijs ontwikkel je samen. Gelijke kansen voor ieder kind

4)Rob Franken is oprichter-coördinator van Framework-Educatieve dienstverlening en hij is in deeltijd verbonden aan het seminarium voor Orthopedagogiek in Utrecht. Hij is al al twee keer met voornoemde heren naar New York geweest, waar ze het samen ’s avonds heel gezellig gehad hebben. Hij is alleen maar voor Inclusief Onderwijs. Leerlingen leren met en van elkaar als ze samen leren en samen worden onderwezen in dezelfde leer-en leefgemeenschap. Ze ontwikkelen zich zo tot volwaardige burgers met een actieve deelname aan de maatschappij. Rob Franke heeft een boek geschreven met een invoeringsprogramma. Passend inclusief onderwijs: Doen

Definitie:Inclusief is niet een kwestie van tijd, maar van mentaliteit.

5) En dan was daar nog René Gort van Ouders en Coo. Ouders en Coo heeft al haar activiteiten met betrekking tot toerusting en scholing samengebracht onder Ouders Academie en ze geven succesvolle trainingen, cursussen en hoe je ouderavonden leidt.

Definitie: Passend onderwijs gaat samen met een passende samenleving, waarin meedoen centraal staat.

We kregen allemaal 3 minuten om onze stelling te verdedigen. Ik was als tweede aan de beurt en zei dat ik wel wat meer tijd nodig had om mijn verhaal genuanceerd te kunnen doen. Daar was echter geen sprake van. Na 4 minuten werd ik onderbroken met de opmerking dat ik later wel weer aan de beurt zou komen. Al gauw had ik in de gaten dat alle andere heren elkaar goed kenden en allemaal financiële belangen bij dit project hebben. Ze hadden nog geen twee minuten nodig om hun stellingen te verdedigen. Ze verkochten dit project aan de aanwezige ouders, misschien 60, alsof het Walhalla op aarde zou komen. Ze gingen absoluut niet op mijn argumenten in. De heren zijn volledig losgezongen van de dagelijkse realiteit in het onderwijs. Problemen in het onderwijs. Hoe kwam ik daarbij? Geen deskundigheid? In een paar workshops kunnen de leerkrachten die deskundigheid verkrijgen en er was al zoveel deskundigheid en alle leerkrachten waren enthousiast en het unaniem met het plan eens. Geen geld genoeg? Er is genoeg geld, het moet alleen anders besteed worden. Deze ouderavonden heetten voorlichtingsavonden te zijn, maar de besluiten zijn voor deze scholen allang genomen.

Het schandalige van deze avonden is, dat de ouders en de leerkrachten niets gevraagd wordt. Het wordt van bovenaf opgelegd. Het leeft ook helemaal niet bij de ouders, gezien de opkomst. Ze hebben geen idee wat hen te wachten staat. De informatie is eenzijdig en niet volledig. Het schoolbestuur was die eerste avond niet aanwezig.

De tweede voorlichtingsavond is het bestuur door een verontruste ouder alsnog opgetrommeld. Het blijkt niet op de hoogte van wat er daadwerkelijk gaat veranderen. Enkele ouders vragen zich hardop af hoe het kan dat een basisschool die al jaren onder het landelijk gemiddelde zit wat de eindresultaten van de Citotoets betreft, pilotschool kan worden voor Inclusief Onderwijs. Vier basisscholen van het samenwerkingsverband zijn tot pilotscholen met Inclusief Onderwijs gebombardeerd. Ze beginnen in februari. Hoe is zoiets mogelijk? Er bleek die eerste avond ook een Tweede-Kamerlid aanwezig, die de Tweede Kamer moet rapporteren over de voortgang van dit project
En ze zei aan het eind van de avond dat het samenwerkingsverband goed op weg was. BON had wel een paar punten, daarom moest het plan ook geleidelijk ingevoerd worden. Ik ging met een onbehaaglijk gevoel naar mijn hotel en voelde mij een roepende in de woestijn en geschokt over het feit dat zoveel ouders niet voor hun belangen durven op te komen en alleen maar in de pauze naar me toe durfden te komen om mij bijval te betuigen en duwden me stiekem hun e-mailadres in handen.>

De tweede avond dat ik naar Zwolle ging, besloot ik het anders te doen. Ik zei de heer Van Tol dat ik meer spreektijd wilde, aangezien het de vorige keer vijf tegen één was geweest en de anderen samen vijftien minuten voor dezelfde riedel hadden gehad. Hij stond het schoorvoetend toe. Ik heb hun financiële betrokkenheid aan de kaak gesteld en me het woord niet meer laten meer laten ontnemen tot mijn punten gemaakt waren. Luid applaus van de aanwezige ouders. Daar kunnen we het niet meer tegenhouden. We moeten echter in de publiciteit brengen hoe het er op dit soort ouderavonden aan toe gaat. Een verontruste ouder heeft ervoor gezorgd dat BON in Zwolle is uitgenodigd. Bij rondgang op verschillende basisscholen is men hier helemaal nog niet mee bezig en leerkrachten zeggen gelaten dat hun managers hen dat straks gewoon op gaan leggen. Ook op Pabo’s zijn ze hier helemaal niet mee bezig. Laten we heel hard gaan roepen dat ouders en leerkrachten nog wel degelijk iets kunnen doen. Als ik uitgenodigd word door ouders zal ik mijn missie namens BON blijven volbrengen. Dit onzalige plan mag geen doorgang vinden. Dit wordt voor ieder kind in Nederland een ramp!!!!

Jeanet Meijs (vertegenwoordiger van het primair onderwijs namens BON)

21 Reacties


  1. M’n bek valt open, om het maar eens plat uit te drukken.
    Hulde voor je betrokkenheid en verslaggeving (m’n eerste reactie was: integraal kopiëren en verspreiden)
    Onze oudste zit nu op de peuterspeelzaal, gaat volgend jaar naar het basisonderwijs. Ik weet nu al dat ik bovenop ’t vinkentouw ga zitten.

  2. Topprestatie
    Jeanet, je bent geweldig door je vasthoudendheid en duidelijkheid. Blijf breken aan de (financiële) bastions om te zorgen dat het Basisonderwijs weer echt een Basis voor het leven geeft.

    Je schrijft dat er een Tweede-Kamerlid aanwezig was; weet je wie dat was?

  3. leugendetectie
    Om te beginnen, Jeanne, wil ook ik hier mijn diepe respect voor jouw topprestatie tot uitdrukking brengen. Je hebt je moedig en deskundig geweerd tegen een vijfvoudige overmacht in een vijandige arena. Het was een misselijke streek van het protestants-christelijk samenwerkingsverband WSNS “De Brug” te pogen jou te verzwakken door je informatie te onthouden.
    De bewering van het protestants-christelijk samenwerkingsverband WSNS “De Brug” dat de meerderheid van de onderwijzers (=basisschoolleraren) achter zijn plan staan is een klaarblijkelijke leugen. Zou BON niet een verzoek aan het samenwerkingsverband kunnen richten om hierover een geheime stemming onder de onderwijzers te laten houden? Het antwoord zal zeker NEEN zijn maar dat NEEN zal de positie van het verband wel verzwakken. Den maar aan Balkenende die niet door het weigeren van een onderzoek met zijn leugens weggekomen is!
    Seger Weehuizen

  4. Petje af voor Jeanet…
    “Als u het er niet mee eens bent, dan zoekt u maar een andere school voor uw kind. ‘
    Zo zal het ook met de leerkrachten gegaan zijn. Zwijgplicht en onder druk gezet.
    Jeannet houdt een uitstekend verhaal, voorpaginanieuws voor alle kranten en aangetekend naar het minsterie van onderwijs.
    Wanneer roept BON Plasterk met zijn adjudanten eens op het matje (helaas moet dat via een vriendelijke uitnodiging) om de zaken eens grondig door te nemen?
    Kunnen we direct kijken of hij voor rede vatbaar is en zo niet toch maar speciale BONscholen oprichten.
    Komen doen ze waarschijnlijk niet.
    Er zou zoveel te bespreken zijn. Luisterden ze maar eens naar dit forum, dan waren de problemen op papier zo opgelost. Helaas in de praktijk wat langer, omdat de Pabo’s volledig verziekt zijn en echte mannen aan het onderwijs voorbijgaan.

    • bernstein en Woodward
      Plasterk en zijn staatssecretaressen zullen natuurlijk nooit op een matje tegenover het bestuur van BON gaan staan en zich daar laten ondervragen of berispen. Net zo min als Balkenende zich ooit bij de buitenparlementaire tegenstanders van de tweede Irak-Amerikaanse oorlog ter verantwoording zal laten roepen. Verantwoording moet door de ministers in het parlement worden afgelegd. Verder kan er een door het parlement gesteunde commissie aangesteld worden die het PBD-trio mag ondervragen. Wel heeft BON de mogelijkheid om misstanden aan te tonen die tot het bovengenoemde ontwikkelingen kunnen leiden.
      Jeannet schrijft dat van Tol beweert dat het personeel van de scholen unaniem voor deze vorm van onderwijs was en ook met inclusief onderwijs totaal geen probleem heeft alsmede dat de leraren op de voorlichtingsavonden niet spreken mochten. Over het bezoek aan scholen schrijft ze: “Bij rondgang op verschillende basisscholen is men hier helemaal nog niet mee bezig en leerkrachten zeggen gelaten dat hun managers hen dat straks gewoon op gaan leggen”. Overrompeltechniek.
      Als BON kan aantonen dat vrijwel alle onderwijzers tegen inclusief onderwijs zijn en/of verwachten dat het zal worden opgelegd toont BON aan dat de tegenstanders van Jeannet liegen en zich niet houden aan het advies van de Commissie Dijselbloem dat majeure veranderingen niet mogen worden opgelegd maar in overleg met alle betrokkenen tot stand moeten komen.
      Seger Weehuizen

      • Plasterk was tot voor kort één van ons…
        Nu hij minister is, is hij van ons vervreemd.
        Bij zijn aantreden werd hij door vele ‘Bonners’ juichend binnengehaald.
        Nu verschuilt hij zich achter zijn staatssecretarissen, roept af en toe wat vanachter de beeldbuis en is bezig met partijpolitiek.
        Het lijkt erop dat hij niet meer in onderwijs is geinteresseerd.
        Hij heeft nieuwe mensen ontmoet en geroken aan de macht en daardoor de bekende metamorfose ondergaan.
        Bij ons komt hij niet meer over de vloer.

        • Plasterk op de divan
          I moet je gelijk geven Hals. Ik had veel meer van de man verwacht. Maar ik denk dat je (psycho)analyse wel eens juist kan zijn. Het interesseert hem niet meer.

          Het stomme is dat ik het kan begrijpen, maar zeker niet goedpraten natuurlijk. Plasterk is een beta wetenschapper en dat is een omgeving waar altijd op inhoud en in openheid wordt gediscussieerd, waar je blij bent als anderen een fout uit je onderzoek halen, simpel omdat het enige doel de waarheid is. Je gaat in die sport ook absoluut nat als je dat niet doet, als je de zaak oppoetst met mooie legen woorden, als je je verdedigt met: hullie doen het ook zo, in plaats van met argumenten. De politiek en de onderwijspolitiek in het bijzonder heeft en anti intellectuele cultuur. Het gaat om politieke doelen, het gaat om solidariteit (of gehoorzaamheid). Kortom: hij had geen grotere move kunnen maken. Als je na vijf keer telkens via oneigenlijk gekonkel je evidente niet kunt doorvoeren. Als je, om dat wel te doen, moet aanschuiven bij de bobo’s en meemurmelen, als je in je politieke omgeving niet de steun hebt om een machtswoord te spreken, of als je dat voor je eigen politieke carrière niet opportuun vindt, wordt het ministerschap een bijzonder saaie en frustrerende bezigheid. Aanschuiven bij kunstenaars is dan een heel stuk leuker.

          Je mag dat de man overigens beslist kwalijk nemen, maar ik begrijp het wel. Ik heb me zelf in het verleden herhaaldelijk stuk gelopen op instituties en begrijp de verziektheid die daardoor kan ontstaan maar al te goed.

          Plasterk is wellicht een voorbeeld van hoe dergelijke zaken vaker gaan. Er zijn niet veel werkelijk slimme mensen die de managers-/bestuurs-/politieke kant op gaan. Het beroep is simpelweg intellectueel geen enkele uitdaging. Die paar slimme mensen die ik ken die het wel hebben geprobeerd, vaak omdat men zich verplicht voelde en niet omdat het voor henzelf zo aantrekkelijk was, die paar mensen zijn stuk voor stuk vastgelopen en hebben nooit bereikt wat ze wilden bereiken. Ik ken Plasterk niet persoonlijk, maar denk soms vergelijkingen te zien tussen hem en anderen die zaken hebben proberen te veranderen. De bestuurlijke wereld is gewoon een giftige biotoop voor mensen met enige intelligentie en integriteit. Je overleeft het niet. Kennelijk werkt het systeem zo.

  5. ouderavonden in Zwolle
    ref : Jeanet Meijs, hierboven

    Goed gedaan. Dit zijn dus, wat ik wil noemen, verzamel-avonden van gelijk gestemden met hun neuzen één (profitabele) kant op, ongeveer zoals parasieten op een plant. Het hele luchtkasteel organisatorisch ondersteund door stemvee – ouders, die het overkomt.

    Deze soort samenscholing van bobo’s is dus N-I-E-T de ouder-participatie in k-l-e-i-n-e scholen waar ik al zo lang voor pleit.

    Toekomstvisie :
    Het enig behoorlijke school model is : kleine scholen, gedragen door een seniore kern van docenten, ondersteund door een minimaal aantal niet-onderwijs gevenden. De school wordt gefaciliteerd (belastinggeld) door ouders ; de laatsten met functies in bestuur, onbezoldigde functies wel te verstaan.

    Het principe is dat de docenten (de werkvloer) gezamenlijk hun school “realiseren”, de signatuur van de school vormen en uitdragen. Directeur, lokatie manager, coordinator – ze hebben een uitsluitend faciliterende taak, naast een beperkt aantal lessen die ze ook verzorgen. De hierarchie is feitelijk een “platte” organisatie : het team draagt de school, er is alleen een arbitraire instantie nodig, die zich terughoudend opstelt.

    Dergelijke scholen ontwikkelen van lieverlee en eigen signatuur. In reactie daarop reageren ouders, die immers een school zoeken voor hun kinderen.
    In dit beeld hebben ouders een “overeenkomst” met de school, zolang hun kinderen op die school zitten.
    MZR en ouder contactcommissie zijn de eerste plekken waar individuele ouders invloed kunnen hebben op het dagelijks reilen en zeilen van de school, en zo betrokken raken bij “hun” school.

    maarten

  6. Diep respect
    Voor de manier waarop je je inzet voor de kwaliteit van het basisonderwijs.
    Je argumenten snijden eikenhout en dat weten zowel de ouders als de hotemetoten.
    Ook in het onderwijs zijn er teveel Möllenkamp’ers die het algemeen belang misbruiken voor hun eigenbelang. Schandelijk en walgelijk.

  7. Smeedt het ijzer
    De hervormde basisschool De Triangel in Rouveen krijgt te maken met een grote verandering. Vijf docenten nemen begin volgende maand tegelijkertijd afscheid. Volgens directeur Gert van Tol loopt het onderwijs geen gevaar, want er is gezorgd voor een goede opvolging. Het zijn niet de minsten die op vrijdag 6 juli de onderwijsdeur voorgoed achter zich dichtslaan. Het gaat om de volgende personen: juffrouw Margriet Steringa (65) uit Meppel, 33 jaar in dienst en de meesters Piet Monsma (62) uit Rouveen, veertig jaar bij De Triangel, Jan de Haan (62) uit Staphorst, 38 jaar in dienst en Krijn van Maanen uit Rouveen, 41 jaar in dienst van de school. Ook conciërge Frens Witte (68) uit Rouveen stopt, hij werkt sinds 1992 op school. De school houdt een speciaal plekje in het hart van de vertrekkers. Stuk voor stuk gaat het om zeer langdurige dienstverbanden. Uitzonderlijk tegenwoordig. Ze hebben hele generaties kinderen opgeleid en dat geeft de docenten een goed gevoel. Het onderwijs is goed gebleven al die jaren. Rust, reinheid en regelmaat blijven van belang.

  8. Maar het moet van het ministerie…
    Vanaf 2011 geldt voor alle scholen de zorgplicht. Dit houdt in dat elke school ieder kind goed en passend onderwijs moet bieden. De meest vergaande vorm van passend onderwijs is inclusief onderwijs. Dan biedt een school plek aan álle zorgleerlingen.
    Scholen die niet zo ver gaan, zijn verplicht een plek voor het zorgkind op een andere school vinden. De verantwoordelijkheid voor het vinden van een geschikte school ligt zo niet meer bij de ouders, maar bij de school.
    Schoolbesturen zijn hiervoor eindverantwoordelijk. Zij zullen in de regio daarom bovenschoolse afspraken moeten maken over eventuele doorverwijzingen van zorgleerlingen.
    De verwachting is dat door de invoering van de zorgplicht de groei van het speciaal onderwijs stagneert, en meer kinderen met een zorgvraag naar het reguliere onderwijs zullen gaan.

    Dus wie zit er weer fout?
    De overheid.
    Zijn de docenten gehoord (cie.Dijsselbloem!)?
    Nee.
    Er is dus niets veranderd.

    • Jawel,
      heel veel. Basisonderwijs verschijnt in de media. Vingers worden op zere plekken gelegd. De afschaffing van het speciaal onderwijs wordt in steeds wijdere kring ter discussie gesteld. Het in ere herstellen van dat speciale onderwijs, mag wat mij betreft boven aan de agenda gezet worden.

        • Heb je gelezen hendrikush,
          dat Jeannet, in tegenstelling tot ’n jaartje geleden, fulmineert tegen ’t afschaffen van ’t speciaal onderwijs? Dat ze hier hetzelfde vertelt, als ik datzelfde jaar geleden vertelde? Jeannet speelt inderdaad positief in op de groeiende basisschool problemen. Jammer alleen, dat ze nog steeds denkt dat ’t verhogen van ’t rekenniveau van de juffen prioriteit is. Dat blijft echter afschaffen van wsns. Vond en vind ik. Mocht dat als niet positief ervaren worden door bonleden, het zij zo. Gelukkig is er zoiets als vrijheid van meningsuiting.

          • ’n Paar jaar geleden
            kwam ik als basisschool leerkracht toevallig terecht op de site van bon. Toen was ik zo enthousiast, dat ik meteen 5 jaar lidmaatsschap overmaakte. ’t Enthousiasme van later Plasterk en daarna Obama!! Alle 3 lijken ze helaas weg te zinken in ’t eeuwenoude moeras van, noem ’t maar “pruttelen, polderen en prutsen”. Gezien de gestorte contributie, moet ik nog ’n jaar of 3.

          • Goed zo Leo
            De dreigementen over het opzeggen van je lidmaatschap had ik dus te letterlijk genomen.
            Stukje bij beetje kun je zo de Moloch uit de vernieuwling blijven prutsen.

  9. Diep respect, petje af, geweldig Jeanet!!
    Helaas, helaas gaat het maar al te vaak zo. In het basis onderwijs, voortgezet onderwijs en nog veel meer.
    Onder de noemer “het wordt van bovenaf opgelegd”, “Den Haag / Ministerie wil het zo” en meer van dit soort drogredenen worden aangevoerd.

    Mijn zoon op de PABO Avans in Breda, (PABO Avans is een positieve uitzondering op dit moment que opleiding) leert nu ernstig “het vak” van docent / onderwijzer. Moet hiervoor heel hard werken (voor school en heeft een heel klein betaald baantje 1 dag per week), meer betaald werken is vrijwel onmogelijk.
    Wij in het VO / VMBO krijgen steeds meer opgelegd. En de ouders wordt van alles verteld, maar de praktijk blijkt vaak heel anders.

  10. petje af
    Helaas staat dit niet op zich en is dit een voorbeeld hoe het echt gaat. Maar dit is de manier om de wals niet ongestoord zijn gang te laten gaan.
    Chapeau!

Reacties zijn gesloten.