Bommeljé in NRC: Patjepeeërs besturen het hoger onderwijs.

Bastiaan Bommeljé zet in NRC de salarissen, bonussen, betaalde bijbanen en het declaratiegedrag van de bestuurders van het hoger onderwijs eens op een rijtje en komt tot de conclusie dat het hoger onderwijs bestuurd wordt door patjepeeërs. Als je dat allemaal zo op een rijtje ziet staan dan is het bepaald schokkend.

Uit dit artikel:
U denkt: is dat gepraatcover geld niet ordinair? Ja, het is ordinair, maar dat is precies de kern van de zaak. De afgelopen twintig jaar is het onderwijs in de greep gekomen van een bestuurscultuur van patjepeeërs. Het hoger onderwijs is verworden tot een feodaal stelsel waarin de horigen (hoogleraren, docenten en studenten) niets te zeggen hebben, terwijl aan de top in twee decennia een hoeveelheid geld is verbrast die vele tientallen zo niet honderden aio’s en docenten aan werk had kunnen helpen.
Nu kan men tegenwerpen dat in deze tijd overal in de (semi)publieke sector de inkomsten scherp stegen. Dit is niet waar. In de afgelopen decennia bleven de cao-lonen in het onderwijs juist achter bij het landelijk gemiddelde. Daarnaast werd ook op de algemene middelen van het onderwijs bezuinigd, zodat het een periode was waarin de werkvloer steeds scherper contrasteerde met de bestuurskamers. Bovendien sijpelde
door het groeiende mangrovewoud van bestuurslagen steeds minder geld naar beneden. Onlangs berekende een accountantsbureau dat in het hbo nog geen twintig procent van het overheidsgeld het niveau van feitelijk onderwijs bereikt, terwijl daarboven talrijke managers en consultants doende zijn kwaliteitsslagen en verbetertrajecten te implementeren. Men kan ook tegenwerpen dat voor goed bestuur van complexe organisaties een prijs betaald dient te worden. De kern van de zaak is evenwel dat het hoger onderwijs de afgelopen twintig jaar uiterst povere resultaten heeft geboekt

Voor en na dit uitgebreide citaat komt Bommeljé met een berg aan feitelijke gegevens, over het declaratiegedrag van de TU Delft bestuurders, over het salaris van VU voorzitter René Smits dat drie keer zo hoog is als dat van zijn voorgangers, terwijl Smits daarnaast onder meer commissaris is van een koelbedrijf te Ijmuiden, over het salaris van Bas Kortmann, de rector magnificus van de Radboud Universiteit, die daarnaast nevenfuncties bekleedt bij uitvaartonderneming Dela en bij de ING bank. Maar bovenal komt Bommeljeé met uitspraken van de betreffende bestuurderskliek die er op wijzen dat men zich hier geen moment voor schaamt. Vandaar: patjepeeërs.

Lees de NRC!

17 Reacties

  1. Wie betaalt bepaalt, maar niet in dit geval.
    De overheid betaalt de HBO-scholen (eigenlijk de burger via de overheid), het zou dan logisch zijn dat de overheid er toezicht op houdt dat het geld op een goede manier wordt besteed en dat zij dit afdwingt door te dreigen anders de geldkraan dicht te draaien.
    Nu kan een overheid zich misschien niet met elk detail van de financiering bezig houden maar er is geen enkele reden waarom de overheid niet regelmatig de boekhouding zou controleren en bij de constatering dat zo’n school 80% overhead heeft gaat eisen dat dit in stappen daalt naar 20%.
    Dat is veronderstellende dat de overheid enigszins daadkrachtig is en iets om onderwijs geeft, wat natuurlijk in Nederland notoir niet het geval is.

  2. De lof van de politieke neutraliteit
    Als iemand van goede wille het artikel van Bastiaam Bommeljé van afgelopen zaterdag in de NRC gelezen heeft en zich realiseert dat de “oude” politieke partijen die de daarin beschreven toestand hebben laten ontstaan er niet alles aan doen om daar een einde aan te maken kan het naar mijn gevoelens niet anders zijn dan dat hij met die partijen niets meer te maken wil hebben. Vanuit deze gevoelens ontstaat er bij mij twijfel of BON zich het meest efficiënt voor beter onderwijs in Nederland inzet door strikte politieke neutraliteit te handhaven.
    Misschien zouden enige BONleden op deze website willen beschrijven waarom zij dat anders voelen en er anders over denken, hoe volgens hen andere BON-leden en niet-BON-leden er over denken en in hoeverre het opgeven door BON van politieke neutraliteit op kortere zicht tot een schadelijke stroevere omgang met de huidige machthebbers leidt.
    Seger Weehuizen

    • @Malmaison Politieke neutraliteit
      Zodra BON zich verbindt aan partij A, hoeven de partijen B, C, D, E, enz zich helemaal niets meer van BON aan te trekken. Alles wat dan door BON wordt beweerd, is dan onbetrouwbaar voor de andere partijen. De invloed van BON zal dramatisch verminderen.
      Op dit moment zie je BONners die als links herkenbaar zijn. Anderen zijn rechts, midden, neutraal, of wat voor mogelijkheden er nog meer zijn. Als al die mensen min of meer hetzelfde over onderwijs beweren, heeft dat veel meer impact op de politieke partijen.
      Klaas Wilms

      • @Klaas Wilms
        Als BON samen met partij A een onderwijsplan indient betekent dat niet dat de andere partijen het niet mogen overnemen. Ook betekent dat niet dat BON achter de plannen van partij A op andere gebieden staat. Dat moet BON dan wel heel duidelijk ventileren. Kiezers die achter het onderwijsplan van BON staan kunnen nog steeds andere dingen belangrijker vinden en daarom stemmen op een partij die niet achter de BON-plannen staat. BON zou sommige politieke partijen onafhankelijk van hun totale partijprogramma een certificaat van instemming met hun onderwijsparagraaph kunnen geven.
        Ik weet niet of je het onderwijsmanifest en de 10 geboden van BON links, rechts, conservatief, progressief of wat dan ook kunt noemen. Maar ze leggen de opvattingen van BON als vereniging in haar doelgebied vast. Partijen die een programma opstellen dat in overeenstemming is met het manifest en de 10 geboden zijn daarmee “vrienden van BON” en BON mag best heel verschillende vrienden hebben. Een eventuele politieke heterogeniteit van de BON-leden verandert daar niets aan.
        Als BON samen met de politieke partij A een onderwijsparagraaph opstelt “hoeven de partijen B, C, D, E, enz zich helemaal niets meer van BON aan te trekken”. Maar dat hoeven ze nooit. En waarom zou BON daardoor onbetrouwbaar worden voor andere partijen? BON heeft service aan partij A geleverd zonder zich te laten beïnvloeden en zonder kleur te bekennen buiten onderwijsland en wil diezelfde service graag aan de andere partijen leveren. Ik snap jouw conclusie niet.
        Seger Weehuizen

        • Niet raadzaam
          In de praktijk zal een politieke partij haar standpunten in een rangorde plaatsen (de zogeheten ‘kroonjuwelen’). Een verkiezingsparagraaf zal onder druk komen te staan van partijpolitieke belangen. Anders zijn er geen coalities – hebben we bij partij A op nationaal niveau geen last van – met andere partijen te smeden. De ervaring leert dat bijvoorbeeld de sociale agenda hoger dan de kwaliteit van onderwijs (definitie ingevolge BON-manifest) wordt geplaatst. De koopkrachtplaatjes winnen altijd boven investeringen in het onderwijs. Daar gaat het onderwijs. Partij A kan de macht van een te vergaande bestuurscultuur alleen niet breken. Zeker niet zolang Europa – als ‘natuurkracht’ of excuus? – een steeds grotere invloed binnen het nationale onderwijs en daarmee op onderwijsbestuurders krijgt. Als het op stemmen aankomt kunnen peilingen verdampen. De sympathie voor partij A zal zich niet in stemgedrag behoeven te uiten. BON zal mede lijden onder de erosie van een onderwijsparagraaf. Hiernaast zal BON een speelbal worden in de partijpolitiek van partijen B, C, D, enz.

          Om deze reden dient BON zich niet aan partijpolitieke standpunten te committeren. Het manifest is helder genoeg. BON zal het draagvlak op andere wijze kunnen verbreden.

          • Onverenigbare wensen
            Als een partij A onverwijld en volledig voor all typen onderwijs veranderingen wil doorvoeren die tot een onderwijsstelsel leiden dat aan alle eisen van het BON-manifest of de 10 geboden van BON voldoet verwacht ik dat BON er goed aan doet om samen met die partij een plan voor een nieuw onderwijsstelsel uit te werken of die partij te adviseren. Daarmee vestigt BON positief de aandacht op zich. Het is mogelijk dat dat plan later niet bij coalitiebesprekingen sneuvelt en als het gebeurt moet BON dat van de daken schreeuwen. Waarschijnlijk zal een nauwe samenwerking van BON met partij A in de aanloop van de verkiezingen er toe leiden dat de andere partijen in die periode afstand houden. Maar als BON niet op de avances van partij A in zou gaan is het helemaal niet zeker dat een andere partij wel avances zou maken. En dan heeft BON een kans op extra aandacht gemist. Als BON bij samenwerking met partij A voortdurend en met stelligheid communiceert dat haar flirt met partij A alleen maar het onderwijs betreft heeft ze het niet voor de toekomst bij de andere partijen verbruid. Verder zou BON tevreden moeten zijn met plannen voor een parallel gebruikt onderwijsstelsel. Voor sanering van het bestaande stelsel ontbreekt tijd en geld.
            Overigens geloof ik dat partijen zoals de PvdA en het CDA geen grote ingrepen in het vigerende onderwijs willen toestaan en daarom kan ik mij niet voorstellen dat Bon veel adepten van of stemmers op die partijen onder haar leden heeft. Hoe kan iemand voor wie onderwijs erg belangrijk is en die achter de ideeën van BON staat m.b.t. wat goed onderwijs is bij een partij blijven die zo veel brokken in het onderwijs heeft gemaakt en die die brokken nog steeds niet aan elkaar wil lijmen?
            eger Weehuizen

  3. Ritzen’s salaris
    was afgesproken 4 jaar voor de Balkenende norm. Een pionier die Ritzen, dat blijkt maar weer. De term opleuken, was die niet ook van hem?

  4. patjepeejers niet alleen in HO
    Nog niet zo lang geleden werden scholen geleid door hardwerkende idealisten, nu door megalomane graaiers. En ze zijn er nog trots op ook!

      • is het niet heerlijk?
        Je kunt je als manager helemaal gedragen als de voetbalsupporter die zelf geen bal kan trappen. En als je dan ook nog de mooie uitvinding doet van ‘u bent zelf verantwoordelijk voor uw eigen proces’, hoef je alleen nog maar veel loos papier te produceren zonder enige verantwoordelijkheid te dragen: en dat DIK betaald! Een droombaan.

        • Tut tut, ho ho
          Mag ik jullie wijzen op de papieren werkelijkheid? Ruik ik discriminatie?

          Artikel 9.3 lid 1 WHW – universiteit: “Het college van bestuur bestaat uit ten hoogste drie leden, waaronder de rector magnificus van de universiteit. Bij de benoeming wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met een evenwichtige verdeling van de zetels over mannen en vrouwen.”
          Artikel 10.2 lid 1 WHW – hogeschool: “Het college van bestuur bestaat uit ten hoogste drie leden, onder wie de voorzitter. Bij de benoeming wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met een evenwichtige verdeling van de zetels over mannen en vrouwen.”
          Artikel 32d WVO – VO school: “Het bevoegd gezag stelt ten behoeve van de directie van elk van zijn scholen, indien daaraan van een ondervertegenwoordiging van vrouwen in de directie sprake is, eenmaal in de 4 jaar een document inzake evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding vast.”
          enz.

    • Nescio
      Alzo spreekt God tot U en zijn naam is Carrière.

      3. Eert hen die boven U gesteld zijn en doe wat hun aangenaam is, opdat het U welga.
      4. Ziet niet rechts en niet links maar vooruit want aan ’t eind van den weg liggen de geldzakken die tot loon zijn voor hen die mij dienen in geest en waarheid.

Reacties zijn gesloten.