BONbestuurder Jeanet Meijs in de Volkskrant over het basisonderwijs.

Update 10u11 Marc Chavannes zegt in NRC in iets andere bewoordingen hetzelfde als Jeanet Meijs.

In de Volkskrant schrijft Jeanet Meijs:
Het basisonderwijs is jarenlang verwaarloosd. De stap naar het voortgezet onderwijs is voor veel leerlingen dan ook te groot. Dat stelt Jeanet Meijs, bestuurslid van Beter Onderwijs Nederland.

In november 2011 presenteerde het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) het rapport De Sociale Staat van Nederland 2011. In dat rapport ziet het SCP als het belangrijkste huidige probleem de crisis in het Nederlandse onderwijs. Bij 66 procent van de basisscholen en 80 procent van het voortgezet onderwijs zijn de prestaties bij zowel taal als rekenen matig of onvoldoende en schiet de opvang van zorgleerlingen te kort. Op 11 januari 2012 is er een nieuw rapport van het SCP verschenen waarin onder meer staat dat het extra geld dat sinds 1995 aan onderwijs is besteed niet heeft geleid tot een evenredige stijging van de kwaliteit
(…)
Minister Van Bijsterveldt heeft inmiddels verklaard dat ze geld zal vrijmaken om de leerkrachten van de basisscholen bij te scholen in kennis over autisme, dyslexie en leer- en gedragsproblemen. Iedereen in het onderwijs weet dat ‘bijscholen’ betekent dat je een of meerdere workshops moet volgen, gegeven door duurbetaalde pedagogische centra en andere schimmige bureautjes die handelen in de gebakken lucht van het ‘nieuwe leren’
Lees verder in de Volkskrant

23 Reacties

  1. Meijs en de Volkskrant
    Een voortreffelijk relaas van Jeanet Meijs. Nu maar afwachten of ze de Marten Kircz-toets zal doorstaan.
    Voor prima stukken in kranten moet je naar de opiniepagina’s. Het Waar was u, toen….-opiniestuk van Beertema ARTIKEL leverde een aantal ingezonden brieven op. Ondermeer een veel te lange van Sjoerd Slagter, voorzitter van de VO-raad. Deze raad, zegt Slagter, heeft gewoon in de beste democratische traditie de wetten uitgevoerd, was niet verantwoordelijk voor hervormingen in het onderwijs, en gaat dus vrijuit. Waar heeft de man het over? Beertema’s partij daarentegen, meldt Slagter, gedoogt die overheid actief en Beertema zelf, en dus niet de VO-raad, laat zich voor een politiek karretje spannen.
    Nog even en dan heeft de PVV de onderwijsvernieuwingen bedacht. Slagter’s brief is een ongehoord brutale wit-wasoperatie van het eigen handelen, voor wie weet hoe de vork in de steel zit.

    Terzijde. Op een dag dat de Vk verslag uitbrengt van het verhoor van Bos en Willink over een paar gemiste miljardjes (p.7), van het vonnis inzake de grootste financiele fraude ooit in Nl (p.2/3), presteert deze krant het op pagina 1 een tijdig gecorrigeerde uitglijder van een overijverig Haags gemeenteraadslid van de PVV te brengen, compleet met een misleidende kop. Ik snap wel dat Wilders klaagt over lastercampagnes in de media, hij heeft gelijk. Wilders verdient betere bestrijders en het stuk van Meijs een beter podium.

    Willem Smit

  2. Competent
    Een compleet stuk. Ik heb het onverwijld naar mijn mede-schrijvers in de Onderwijscoöperatie gestuurd.
    Ik mocht afgelopen donderdag nog op een bijeenkomst meemaken hoe vooral “tweedegraadsopleiders” hun reflectiecompetenties kost wat kost verdedigen.
    We moeten eens inventariseren hoeveel mensen op de opleidingen zich echt met vakken bezig houden en hoeveel zorgen voor het gedoe erom heen. Ik ben bang dat zich daar ook een wildgroei heeft voltrokken, waardoor studenten afhaken of gefrustreerd raken.
    Willen we weer kwaliteit van het onderwijs terug, dan valt daar nog veel te doen!

    • Zijn de HBO-raad kennisbases
      voor de tweedegraadslerarenopleidingen niet door de tweedegraadsopleiders zelf geschreven?

      • Inderdaad
        De lerarenopleidingen zijn bij elkaar gaan zitten en hebben zo’n beetje vastgelegd wat ze allemaal deden. De kennisbasis geeft dat het gemeenschappelijke deel aan. De rest is dan keuze. Keuze uit… of … of… zodat vooral iedereen moet kunnen blijven doen wat ze toch al deden.

        “…ze dronken een glas, deden een plas en alles bleef zoals het was…”

  3. Topdown het niveau bepalen en afdwingen
    Ook de stap van het middelbare onderwijs naar het tertiaire onderwijs is veel te groot, in ieder geval wanneer je voor een HBO- of een WO-opleiding kiest die nog redelijk het niveau heeft gehandhaafd in de laatste decennia.

    Ik begrijp niet waarom in Nederland niet topdown het niveau wordt bepaald. Op die manier voorkom je volgens mij gemakkelijker aansluitingsproblemen en een daling van het niveau in het primaire en secundaire onderwijs.
    Mede hierom ben ik een voorstander van toelatingsexamens die door het middelbare en het tertiaire onderwijs worden georganiseerd, die van het middelbare onderwijs zouden een concurrentie kunnen worden voor de Eindtoets van het CITO.
    Als de universiteit bepaalt wat de instromende studenten moeten kennen en kunnen dan zorgen de VWO- en HBO-scholen er wel voor dat hun leerlingen hierop worden voorbereid. Zo niet, dan kiezen de leerlingen die nog moeten gaan instromen in het VWO of het HBO, indien mogelijk, voor een andere school. Leerlingen zullen scholen gaan selecteren op het percentage wat slaagt voor een toelatingsexamen in het vervolgtraject.
    Als de middelbare scholen bepalen wat de instromende leerlingen moeten kennen en kunnen dan zorgen de toeleverende lagere scholen er wel voor dat de leerlingen dit leren.

    Het is dus niet mijn bedoeling om met deze toelatingsexamens een klein deel te selecteren, het doel is om de toeleverende scholen te dwingen om een minimale kwaliteit te leveren. Dat was vroeger niet nodig aangezien de scholen toen nog kleinschalig waren en werden geleid door ervaren (oud-)leraren en er voldoende hoogopgeleide leraren voor de klas stonden. In de huidige cultuur is enige dwang helaas wel gewenst.
    De mensen die zakken voor het toelatingsexamen kunnen ofwel op een lager niveau instromen ofwel in het geval van groep 8 een jaar langer op de lagere school blijven.

  4. Basisonderwijs
    Jeanet,

    Zeer ter zake. Inclusief het verwijt aan de onderwijskunde [zie wie het schrijft 🙂 ]

    Het totale beeld is ontluisterend. Er is voor iedereen werk aan de winkel, Van Bijsterveldt voorop graag (maar zij zit nog in een ontkenningsfase …. ).

  5. Helemaal mee eens
    Ik vond het artikel van Jeannet Meijs geweldig. Ze slaat weer eens de spijker op de kop.
    Maandag wordt mijn school gescand voor het zorgprofiel…..De aannames die daarbij gehanteerd worden stuiten me tegen de borst. Allemaal vanuit een perspectief dat ik niet deel, wordt nog een leuke discussie.
    Vorige maand beoordeeld door de Inspectie: alleen zorg werd bekeken. We hadden een prima gesprek met de inspectrice, maar toch twee onvoldoendes, want dat er een bevlogen en betrokken directie en een goed team aan het werk was kon ze niet in haar rapport opnemen. Dit zei ze letterlijk ! Ze keek alleen maar naar de papierwinkel en die was nog niet helemaal in orde…..frustrerend, ook voor haar?
    En zo modderen we door met Passend Onderwijs. Weer een sympathieke actie van de Sp,maar die gaat alleen over de bezuinigingen van 300 miljoen op Passend Onderwijs en niet over de wet, het monstrum van deze eeuw.
    Helaas lopen bijna al mijn collega’s blind achter de deskundigen aan en is mijn e-mail actie Passend Onderwijs, een illusie niet van de grond gekomen.
    We gaan liegen tegen ouders en daar houd ik niet van…….

    Peter van ’t Hof
    Directeur Godelindeschool Hilversum

    • Het monstrum van deze eeuw
      was de bezuiniging WSNS. Zo’n 20 jaar geleden. Door die klap is het basisonderwijs “achteruitgekacheld’. Passend Onderwijs is slechts een logisch gevolg. Nederland slikte het een en dus nu ook het ander. Kwestie van regeren vanuit een torentje. Geen contact meer met de (grijze en zwarte) basisschool werkvloer.

    • De totalitaire dwang van WSNS
      Bovenstaande reactie laat zien hoe totalitair dat WSNS-project is. Het zorgplan is het belangrijkste instrument geworden om uw basisschool te beoordelen.
      Dat zorgplan had ingrijpende invloed in de dagelijkse gang van zaken in de klas van juf en meester.
      En nu zien we hoe de inspectie de school afmeet aan het zorgplan.

      Aldus werd WSNS een voorproefje van een totalitaire bemoeizucht met het onderwijs. Een vingeroefening voor wat later in Europees verband gerealiseerd zou moeten worden.
      Het clusteren van besturen en het doen opgaan van besturen in grotere verbanden.

  6. Artikel van Jeanet Meijs in de Volkskrant
    Uitstekend artikel. Vrijwel alle noembare ellende uit het basisonderwijs kwam voorbij. Een zéér heftig artikel dus. Daarop zou je dus héél veel reacties in de Volkskrant verwachten.

    Ik heb het vanaf het moment van verschijnen in de gaten gehouden, maar heb geen enkele lezersreactie in de volgende Volkskranten gevonden. Of ik moet iets kleins over het hoofd hebben gezien. Hoe kan dit?

    • Zware selectie
      De Volkskrant is uiterst selectief in het opnemen van ingezonden artikelen. Naar mijn mening wordt daarmee zelfs een vorm van politiek bedreven.

      • Beleid Volkskrant
        Op de site van de Volkskrant stond een aantal zeer positieve reacties op het stuk van Jeanet Meijs naar ik mij herinner. Iemand opperde zelfs dat Jeanet maar minister van onderwijs zou moeten worden. Geen van die reacties heeft de krant gehaald. Wat voor “beleid” daarachter zit laat zich alleen maar raden. maar we moeten de Volkskrant nageven dat ze het stuk van Meijs wel een prominente plaats in de zaterdagkrant hebben gegeven.

  7. het basisonderwijs van – – Jeanet Meijs
    Als ingenieur trek ik altijd graag de lijnen van een probleem/vraagstuk/principe door naar [1] de uitvoerbaarheid ervan, en [2] naar de praktische benadering, [3] tenslotte naar de uitvoering, [4] incluis de praktiik van die uitvoering ; [5] het resultaat dus. Zo eenvoudig kan een probleem zijn.

    De uitvoerder van een idee (laten we zeggen : onderwijs) zorgt ervoor dat er concreet ontstaat wat het idee voorspiegelt ; iets-met-handen-en-voeten (laten we zeggen : school, klas, leerlingen, leren).
    Allicht ligt het voor de hand om dat in overeenstemming met de theorie, het inzicht, de principes te doen. De bouwer (lees : docent) vraagt zichzelf bij elke stap, voortgang, hoeksteen voortdurend af : gebeurt het goed, is het stevig, kan het aangebrachte fundament dragen wat er bovenop komt ?

    Wat Jeanet Meijs doet, valt in deze categorie – ze laat haarfijn zien wat er kan en wat er mankeert. Marc Chavannes doet hetzelfde, zo mogelijk nog scherper.

    Als het bouwsel klaar is, komt de fase van produceren, en daarmee het moment om na te gaan of “het deugt”. Zo gaat dat bij elke faciliteit, een fabriek, een brug, een systeem ; onderwijs niet uitgezonderd.

    En wat is de conclusie : “deugt het” ? Die conclusie kan iedereen, die dat wil, zien : het deugt niet ; of, het deugt halverwege, of, de helft deugt niet.
    Maar als de helft (van een brug, een systeem, het basis-onderwijs) niet deugt, deugt het geheel ook niet.
    In ijzer, staal beton betekent dat : afbreken en beter bouwen. Dat kost inspanning en veel geld.
    Meijs en Chavannes, en veel anderen, zeggen terecht dat het onderwijs-bouwsel niet deugt.
    Stel je nu eens voor, ervan uitgaande hoe, bijvoorbeeld, de Tweede Kamer functioneert : hoe zal dat over 10, 20 jaar zijn ? Dezelfde vraag voor, laten we zeggen, zekere Ministeries ; bijvoorbeeld dat waar Onderwijs onder valt. Niet moeilijk – downhill.

  8. European agency for development in special needs education
    *European agency for development in special needs education*, funded with support from the European Commission.

    “The European Agency for Development in Special Needs Education is an independent and self-governing organisation, established by our member countries to act as their platform for collaboration in the field of special needs education.”

    “We are maintained by the Ministries of Education in our member countries. We are also supported by the European Institutions (Commission and Parliament).”

    * International key documents and statements*
    * Contacts – Netherlands, agency representatives*
    * Publications in Dutch* (via*)
    * Agencies*

  9. A framework for developing indicators
    Participation in inclusive education – a framework for developing indicators (via*)

    “The Agency’s goals and mission are in clear alignment with the work of UNESCO towards ensuring Education for All. Inclusive Education is viewed as a key strategy in ensuring education for all children. This is reinforced in the 2010 Global Monitoring report.

    The Conclusions from the Council meeting of the Ministers of Education on the Social Dimension of Education and Training of May 2010 provides a key political reference document for future work at the European level. The majority of the considerations and invitations for member states to consider action directly relate to the promotion of opportunities for quality education for all within all sectors and levels of education.” zie*.

  10. MIPIE
    MIPIE: Mapping the implementation of policy for inclusive education*zie*.

    “Experts completed a data collection table (based on the Agency project work Participation in Inclusive Education – A Framework for Developing Indicators in relation to their national level work.”

    “The aim of the second phase was to build upon the work of the first phase and to develop a model for understanding participation within the context of inclusive education. A systematic approach was taken by developing a framework for participation, analysing existing indicator systems and identifying ways to link various data or information generated at the individual, classroom, school, local and national levels.

    The report aims to provide a better understanding of the complex issues surrounding how policies and practices can help to ensure participation for children, teachers and parents. This systematic approach could also help to identify gaps in existing indicator systems and propose a way forward for the development of new indicators on participation for inclusive education in Europe.” Zie*.

  11. Inclusive education: facts and trends
    Cor J.W. Meijer*, directeur*, European Agency for Development in Special Needs Education*, Inclusive education: facts and trends, keynote speech, Madrid, 11-12 maart 2010 (via* via*) zie* Wereldbank*:

    “Agency work 2009-2013 – New priority themes: teacher education for inclusion; organisation of provision for SNE; vocational education – policy and practice in the field of SNE; inclusive education in action [IEA] (with UNESCO).” (dia 3) (denk ook aan voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en hoger onderwijs – bij dia 18)

    “Effective practices within the context of inclusive education:”
    “Co-operative learning – peer tutoring is effective in both cognitive and affective areas; moreover, there are no indicators that the more able pupil suffers from this situation.” (dia 21)
    “Heterogeneous grouping – students of the same age stay together in mixed ability classrooms, to respect natural variability in characteristics of students; heterogeneous grouping is effective when dealing with a diversity of pupils in the classroom.” (dia 22)

    “Also, and now I would like to finish my intervention, one of the key messages in the Lisbon declaration is that inclusive education is the best option and needs to be implemented as soon as possible, since THERE we learn the skills, competences and attitudes we need later on in further education, labour and social life! Thank you for your attention!” (p. 17)

    [SEN: special educational needs; SNE: special needs education]

  12. What policymakers can do to make education inclusive
    Sip Jan Pijl* (zie* red.*), Paul H.A. Frissen* (Tilburg*; NSOB*; pomo*; wiki*), What Policymakers Can Do to Make Education Inclusive, Educational Management Administration Leadership, May 2009, vol. 37, no. 3 366-377

    “Inclusive education challenges all schools to cater for a wider range of students. This implies that schools and teachers have to change. This literature study analyses how, if at all, policymakers can bring about changes in schools. Specific steering concepts of policymakers, whose interventions seem to address schools as `machine’ bureaucracies, while in fact they are professional ones, force schools to create the illusion they have adapted to include students with special needs. Schools and teachers themselves must be the driving forces of change.”

  13. Beleidsgericht onderzoek primair onderwijs (BOPO)
    NWO, Beleidsgericht onderzoek primair onderwijs (BOPO) bijv* – via Secundaire Analyse Effecten Passend Onderwijs* (SAPO) via*, sluitingsdatum voor het indienen van aanvragen was 15 november 2011, 23.59 uur.

    **
    Fontys, Eindkwalificaties en het competentieprofiel in de master SEN opleidingen* van Werkverband Opleidingen Speciale Onderwijszorg (WOSO): kaders en uitgangspunten, oktober 2010 (zie* ook*):

    “In 2008 hebben de ontwikkelaars van Bekwaam & Speciaal van WOSO de opdracht gekregen te onderzoeken in hoeverre het competentieprofiel van Bekwaam & Speciaal aangepast dient te worden aan de veranderingen in en om het onderwijs, zoals die met name steeds meer vorm lijken te krijgen in Passend Onderwijs.” (p. 5)

Reacties zijn gesloten.