Een faire implantatie van het profijtbeginsel

Het ziet er naar uit dat de huidige regeringscoalitie op lippendienst aan het ideaal van 40% “hoger opgeleiden” na, onderwijs op HBO- en universitair niveau vooral ziet als een door de overheid in leven gehouden voorziening ziet die vooral de studenten ten goede komt en wel in financiële zin. Studeren is een investering van een student in zichzelf en rechtoe rechtaan geworden. Je zou kunnen stellen dat dat een gezonde houding is omdat de universiteiten en hogescholen in principe opleiden voor de gehele Europese Economische Gemeenschap en de staat er niet meer van uit kan gaan dat zij na het afstuderen van een docent enig voordeel heeft van wat de student na zijn opleiding gaat doen. Maar dan had de staat er wel een stokje voor moeten steken dat hogescholen op volle kracht proberen studenten uit andere EEG landen in te schrijven. Zo lang EEG-studenten nog niet kostendekkend collegegeld betalen is dat verspilling van overheidsgelden. Overigens geldt in de deelstaten van de USA WEL dat studenten uit andere deelstaten kostendekkend collegegeld moeten betalen.

Het is bizar dat enerzijds de Nederlandse studenten steeds meer collegegeld moeten betalen en aan steeds strengere tempo-eisen moeten voldoen en anderzijds de overheid geld voor Hoger Onderwijs over de balk gooit door de studie van buitenlandse studenten gedeeltelijk te subsidiërn.

De bezuinigingen op Hoger Onderwijs en de strenge eisen die aan studenten en HBO-leerlingen gesteld worden staan in schril contrast met de kosten nog moeite die ondanks “passend onderwijs” uitgegeven worden aan niet gewillige laagpresterende leerlingen aan de onderkant van het gesubsidieerd onderwijs. Het lesgeven in kleinere klassen is nu grotendeels voorbij maar de begeleiding is nog enorm en de kwaliteit van het onderwijs aan de normale kinderen zal door het mengen van kinderen met zeer uiteenlopende potenties nog verder achteruit gaan. “Ruimte voor talent” is ver te zoeken.

Ik weet niet of de coalitie zal besluiten om het lesgeld voor de bovenbouw HAVO en VWO opnieuw in te voeren. Het profijtbeginsel voor het individu zou dan 2 à 3 jaar eerder starten. Het navrante van deze ontwikkeling is de onverholen gedwongen winkelnering. Studenten en ouders van leerlingen en studenten betalen voor onderwijs waarover ze niets te zeggen hebben. Ze moeten als belastingbetaler eerst betalen voor onderwijs door te laag opgeleide leraren aan kinderen in grote heterogene klassen zodat hun kinderen weinig profijt hebben (“passend” onderwijs). Dat ouders aan het onderwijs voor alle kinderen via de belastingen naar draagkracht bijdragen is een verworvenheid die maar weinig mensen willen terugdraaien. Maar het steekt wel dat je, in elk geval in de praktijk, als ouder niet mag meepraten over het onderwijs aan jouw eigen kinderen. Er zou een compromis moeten zijn tussen wat de overheid van het onderwijs wil en wat de ouders voor hun eigen kinderen willen. Om een voorbeeld te geven: als er een voldoende aantal ouders is dat wil dat hun kinderen op de basisschool efficiënt en goed contextvrij leren rekenen of daar goed zinnen leren ontleden moet de overheid in principe de belasting betalende ouder hierin tegemoet komen tenzij zwaar wegende redenen zich daartegen verzetten. Het mag daarbij natuurlijk niet alleen de overheid zijn die het gewicht van de opgevoerde redenen mag vaststellen.

Wat het secundair onderwijs betreft is de afweging van de wensen van de overheid en van de ouders m.b.t. hun eigen kinderen vaak eenvoudiger. Wordt een Vlaams ASO-diploma erkend door het hoger onderwijs? Dan moet het bij voldoende belangstelling mogelijk worden om zich in Nederland gesubsidieerd op het halen van een ASO-diploma voor te breiden. Hetzelfde geldt voor een Internationaal Baccalaureat. De overheid is toch zo verrukt van zelfstandig werken? Wat is er voor bezwaar tegen dat een kind zich thuis door middel van een schriftelijke cursus verzorgd door een gerenommeerd instituut (zoals b.v. het LOI) op het staatsexamen voorbereid? Moeilijker ligt het als ouders niets zien in freudenthal”wiskunde” en hun kinderen graag het wiskundeprogramma van het voormammoetse Gymnasium-ß willen laten volgen. Maar als de universiteiten zeggen dat zo’n programma voor hen aanvaardbaar is zou de overheid niet gemakkelijk met steekhoudend bezwaar zich daartegen kunnen verzetten.

Wat het Hoger Onderwijs betreft heb ik al gesteld dat een student zijn onderwijsinstelling zou moeten kunnen aanklagen wegens een wanprestatie. Een wanprestatie is het ook wanneer sommige studenten onverdiend hun diploma krijgen. Daarmee gaat immers de waarde van het diploma omlaag en dat is niet fair tegenover een student die zijn diploma eerlijk verdiend heeft. Het is ook niet terecht dat een HBO-leerling binnen het gesubsidieerd onderwijs alleen maar CGO-onderwijs kan volgen. Er bestaan immers gerenommeerde particuliere HBO-scholen die door de arbeidsmarkt graag geziene afstudeerders leveren. Dat probleem zou kunnen worden opgelost als de overheid haar Hoger Onderwijs helemaal kostendekkend zou maken en elke student een stukje studiebeurs zou verstrekken.

Seger Weehuizen

Reacties zijn gesloten.