De Vakmanschap Checklist

Mensen die door procedures, richtlijnen en controlemaatregelen, niet hun werk maar wel hun vak kwijt zijn geraakt, kunnen vanaf 11-1-11 hun management confronteren met de vakmanschap checklist. Dit lijstje van 11 maatregelen om vakmanschap een plaats in organisaties te geven die het verdient, zouden directeuren en bestuurders eens op zichzelf kunnen betrekken. De eerste tien maatregelen zijn voor de directeur, de elfde voor de bestuurder (de ‘hij’ in alle maatregelen kan ook ‘zij’ zijn).

1. Wie is goed?
Directeur, ga na wie in uw team ergens heel goed in is. Dat kan een kennisgebied zijn waar hij alles over weet. Zoveel, dat iedereen in zijn schaduw staat. Het kan ook een vaardigheid zijn die hij ver boven gemiddeld beheerst (behendig in conflicten oplossen met ouders, creatief in lesprogramma’s opzetten, briljant zijn in praten met ‘moeilijke leerlingen’, zeer deskundig in het begeleiden van beginnende leerkrachten)

2. Benut deze kwaliteit volledig
Directeur, Leerkrachten geven les, maar zorg er voor dat hij daarnaast heel frequent dat kan gaan doen waarin hij goed is. Zet hem zo in zijn kracht. Haal taken bij hem weg die hem te veel hinderen om volledig in zijn werk op te gaan.

3. Praat veel met hem
Directeur, praat met hem veel over zijn werk. Wat hij meemaakt, wat hij ziet, wat zijn mening is, welke ideeën hij er op nahoudt. Dat helpt hem zijn gedachten te ordenen en u hoort veel van de praktijk van alledag waar u uw voordeel mee kunt doen.

4. Bescherm hem
Directeur, beoordeel of de richtlijnen en procedures die u van bovenaf op uw dak krijgt, uw vakman hinderen of helpen. Hinderen hem deze, kies er dan voor deze richtlijnen niet op hem van toepassing te verklaren. Maak uw handelwijze niet expliciet richting uw meerderen (zij vertellen u ook niet alles).

5. Val hem niet lastig
Directeur, vraag hem niet naar zijn leerwensen. Vraag hem helemaal niet een persoonlijk ontwikkelingsplan te schrijven. Bij de vakman zit het leren ingebakken in zijn werk. Daardoor is hij nu juist uitgegroeid tot vakman. Wil hij iets gaan leren dat hem verder zal helpen in zijn vak dat hij niet in zijn dagelijks werk kan ontwikkelen, dan komt hij daar zelf wel mee.

6. Behandel hem anders
Directeur, u beoordeelt een keer in het jaar uw mensen door een beoordelingsgesprek te voeren. Dan maakt u onderscheid tussen uw mensen. Doet u dat ook maar op alle werkdagen van het jaar. Als iemand zich ontwikkelt in ‘ergens heel goed in zijn’, treedt dan per direct ook hem anders tegemoet.

7. Verras hem
Directeur, u bent verantwoordelijk voor het behalen van uw doelstellingen. Maar kijkend naar uw vakman, komt u vast op een idee om uw doelstelling wat op te rekken waardoor uw vakman iets kan gaan leveren waar uw organisatie misschien nog extra van zou kunnen profiteren. Verras hem met een voorstel.

8. Laat u zich niet intimideren
Directeur, uw medewerkers zullen gaan merken dat u uw vakman anders behandelt. Heb daar geen boodschap aan. Stuur uw teamleden zakelijk en met respect aan. Iedereen krijgt van u wat hij verdient.

9. Waardeer hem gepast
Directeur, iedereen wil gewaardeerd worden voor wat hij doet. Vakmensen zijn doorgaans bescheiden. Waardeer uw vakman daarom op een gepaste wijze. Noem zijn naam terloops in overlegsituaties om zijn inhoudelijke bijdrage. Te veel aandacht maakt mensen in uw branche snel jaloers, is de vakman gauw te veel en maakt hem snel kopschuw; ‘speelt er iets niet-inhoudelijks dat ik zo in de schijnwerpers wordt gezet?’.

10. Geef hem het voordeel van de twijfel
Directeur, ook de vakman kan wel eens naar u toekomen met een idee of voorstel waar u de nodige bedenkingen bij kunt hebben. Besef dat de kans groot is dat hij iets ziet wat u nog niet ziet. Geef hem daarom altijd het voordeel van de twijfel.

11. Stel managers aan met vakinhoudelijke kennis
Raden van bestuur en toezichthouders; stel op het hoogste en hogere niveaus mensen aan die verstand hebben van en veel onderwijservaring hebben en, eufemistisch gezegd, “iets met het onderwijs hebben”.
Deze elfde maatregel beoogt een kritische massa van managers met gevoel voor inhoud hoog in de organisatie te laten ontstaan. De directeuren gaan de wind in de rug voelen (windrichting top-down) om de tien maatregelen in de praktijk te brengen waardoor het vakmanschap weer een factor van betekenis gaat worden in het dagelijkse werk van vele, vele mensen die in het onderwijs werken.

Ergens goed in zijn en dat dagelijks kunnen doen, daar worden mensen gelukkig van. En organisaties worden er beter van omdat vakmanschap iets heeft met duurzaamheid. Daarom is vakmanschap van grote economische waarde. En, wie bewondert vakmanschap nou niet?

Marc Oskam

Deze column is een aangepaste versie van de oorspronkelijke column die op 10 januari 2011 geplaatst op ManagementSite.
Ik ben de auteur van het boek “Venijn in de start, een essayistisch handboek voor hen die leidinggeven aan een team”.

1 Reactie

  1. parodie
    Ik hoop werkelijk dat dit een parodie is.
    In onderwijsland is zoiets lang niet altijd duidelijk.

Reacties zijn gesloten.