Dit is een nieuw samenwerkingsverband van pak hem beet 30 scholen (in juni in ieder geval, het zouden er nu meer of minder kunnen zijn). Deze scholen hebben samen het vak haco ingevoerd. Dit vak is het standaard projectwerk. In het artikel van Trouw wordt als voorbeeld genoemd dat de leerlingen hadden bedacht dat het toch handig zou zijn wanneer je boter uit een tube zou spuiten in plaats van dat je het uit een kuipje smeert. De leerlingen moeten dit idee verder uitwerken: uitzoeken hoe je dat kan maken, hoe je die tube opnieuw kan vullen op een praktische manier enz.
Andere voorbeelden: schilderijen voor blinden of een MP3-speler die in een muts wordt verwerkt (daar bestaat al jarenlang minstens 1 commerciële variant van maar dat terzijde).
De gedachte achter dit nieuwe vak is dat de havisten zodoende beter worden voorbereid op het CGO van het HBO en dat een groter deel van de HAVO-scholieren slaagt (maar ten koste van de kwaliteit?). Deze scholen stellen tevens voor om de naam van het HAVO te veranderen in VHBO.
Ook voor andere vakken willen deze scholen meer CGO invoeren, als voorbeeld wordt gegeven dat leerlingen leren hoe je een sollicitatiebrief moet schrijven vlak voor de maatschappelijke stage. Ze moeten dan toch een brief schrijven dus is dat het ideale moment om de leerlingen dat te leren en feedback te geven.
Tot nu toe lijkt het erop dat de leerlingen dankzij deze wijzigingen beter meekunnen op het HBO.
Bron: www.trouw.nl/onderwijs/nieuws/article3084919.ece/Havo_is_geen__VWO__maar_dan_makkelijker_.html?all=true
Opvallend citaat uit het artikel:
“Het Cambreurcollege is een van de ongeveer dertig scholen die zich hebben verenigd in het samenwerkingsverband ’Havisten competent’. Het nieuwe vak haco is er het opvallendste resultaat van, maar uiteindelijk is het de bedoeling dat dat vak een vernieuwing van het hele havo- onderwijs op gang brengt.
Dat is nodig, vinden haco-scholen, want het gaat niet goed met de havo. Te veel havo-leerlingen slepen zich ongemotiveerd door hun schooltijd heen. En te vaak lopen zij vervolgens vast in het hbo. Een paar cijfers bewijzen dat. Bijvoorbeeld het percentage zittenblijvers. In het hele voortgezet onderwijs ligt dat gemiddeld op 4 à 5. Maar in de derde klas van de havo blijft 8 procent zitten, in de vierde zelfs 16 procent. Eenmaal in het hbo wisselt een kwart van hen al in het eerste jaar van studie, meer dan mbo’ers en vwo’ers op de hogeschool. Daardoor duurt het ook langer voor zij een hbo-diploma halen.”
Zo schrikbaarwekkend zijn die cijfers toch helemaal niet?? Zeker niet nu in een korte tijd zoveel groter percentage van de Nederlandse leerlingen HAVO-onderwijs volgt.
vorm boven inhoud
Ik krijg de indruk dat vorm de voorkeur verdient boven inhoud. Als je maar een goede sollicatiebrief kunt schrijven, als je attitude maar correct, als je maar creatieve ingevingen hebt.
Ik zou liever zien dat eerst de vakinhoud het belangrijkst is.
En dat iemand die sollicitatiebrieven leest toch het eerst kijkt naar vakinhoudelijke bekwaamheden.
Dat men daar later een creatief idee mee op de markt kan zetten is dan een mooi gevolg. Maar het is een gevolg. Producten ontwikkelen in overheidstijd, gefinancierd door een afgeperste geldstroom, is toch echt niet te vergelijken met de echte markt.
Eerst komt de kennis, later het spelen ermee.
En als een HAVO de lef heeft vast te houden aan duidelijke kennisnormen, hoeft zo’n HAVO het zich niet aan te trekken als grote percentages het niveau niet kunnen halen. Het gevraagde niveau is de standaard. Want alleen zo weet iedereen wat een HAVO-diploma betekent: een gestandaardiseerd kennisniveau.
Al eerder
Dit onderwerp stelde ik al eerder aan de orde naar aanleiding van een artikel in het onderwijsblad: beteronderwijsnederland.net/node/7078
Laten we proberen dubbele discussies te voorkomen.