Geluk zit in een klein schoolbankje.

Geluk zit in een klein schoolbankje.

We hebben het voor elkaar hoor. Een nieuwe lessenreeks is ingevoerd in het voortgezet onderwijs. Niet zomaar een lessenreeks, een heus onderzoek met een heuse onderzoeksprofessor gaan de leerlingen die ‘gelukslessen’ krijgen volgen in hun verdere leven om uit te zoeken of de ‘gelukslesleerling’ gelukkiger is dan zijn soortgenoot de ‘ nietgeluklesleerling’. Aangezien dat verdere leven van de leerlingen nog wel een tijdje kan duren is de aller-gelukkigste de geluksprofessor die de rest van zijn carrière gesubsidieerd tegemoet kan zien.

Iedereen die dacht dat het niet gekker meer kon in deze snel veranderende wereld krijgt ongelijk. Een lerares biologie type ongeleide zweefteef vond dat er te veel nadruk lag op alle negatieve dingen in het leven van de puberende leerling. Tienerzwangerschappen, verlies van iPod of MP3 speler, het naderende verplicht gestelde bromfietsrijbewijs, de verlaging van het zakgeld wegens kredietcrisis bij vader en moeder, alles zo negatief, dat maakt een jong mens zo ongelukkig. Daarom bedacht ze een lessenreeks ‘gelukkig worden’ en geeft nu les in geluk in plaats van voortplanting.

“ Waar word je gelukkig van?” is de eerste vraag van de lessenreeks. De leerlingen mogen dan op het volgende blad invullen waar ze zoal gelukkig van worden. De ene van voetballen, de andere van zijn vriendinnetje en nog een ander van de ondergaande zon. Het is allemaal Oké zegt de bezemberijdster, “ en dat moeten jullie nu vasthouden”. Dat wil zeggen dat de puistige puber aan voetballen moet denken als hij ongelukkig wordt van een slecht cijfer voor wiskunde, aan iets positiefs denken als iets negatiefs op het levenspad komt. Dat is niet de kop in het zand steken, maar op een andere manier denken en nadenken beweert de positiva ‘ daar worden ze gelukkiger van’. De jongeren in de klas knikken gedwee als de toverkol hen oplegt om elke dag in hun geluksschriftje een cijfer te noteren op hun geluksbarometer. Hoe gelukkig voelen ze zich vandaag, is het een mager zesje of een dikke acht. Een jongen had elke dag een tien, maar het is mogelijk dat dit geluksgevoel het gevolg was van zijn dagelijkse uitjes met mr. Joint.

De staatsecretaresse kan wel stoppen met haar ‘plusscholen’ initiatief. Dat zijn scholen waar naast de kernteams, mentoren, coaches, leerlingbegeleiders, schoolregisseurs ook nog een maatschappelijk werker, jeugdwerker, sociaal werker, jeugd- en/of kinderpsycholoog, straathoekregisseur en gezinshelper te vinden zijn. Die moeten er voor zorgen dat leerlingen de school niet voortijdig verlaten. Dat doen ze door “structuur en verbondenheid” te bieden aan zowel de leerling als het gezin waartoe deze behoort. Voor de gemakkelijkheid hebben de schoolbestuurderen al beslist dat dit allemaal achterstandsgezinnen zijn, je weet maar nooit of dat meer geld oplevert dan een gewoon probleemgezin.

Is het gek als ik mij afvraag in welk gekkenhuis ik beland ben. Ben ik bevooroordeeld als ik denk dat deze onnoemelijke vertrutting het gevolg is van de graaizucht en hebberigheid van bestuurderen en managers? Per slot heb ik de structuur die geboden werd door een lessenrooster dat er niet uitzag als een gatenkaas zien verdwijnen als sneeuw voor de zon, ten faveure van zelfstandige ophokuren. Dan wil ik het niet hebben over de megascholen met twee-drie- en soms wel vierduizend leerlingen waar niemand niemand kent en waardoor de leerling dus ook nergens veilig is.

Als ik het goed begrepen heb komt de leerling straks mijn lokaal in, heeft zijn huiswerk niet gemaakt en als ik hem daarop aanspreek dan verwijst hij me door naar de een of andere geschifte auralezer die een duimendik dossier heeft samengesteld over die leerling en het gezin. Of ik daar maar eventjes rekening mee wil houden alvorens de leerling op zijn donder te geven. Het schijnt niet goed te zijn voor de tere kinderziel.

Gelukkig hebben we nu de gelukslessen van mevrouw de zweefliegeres. Zij is al ingehuurd door de plusscholen om de leerlingen duidelijk te maken dat in geval van ongelukkig zijn er nog altijd de zon, de maan en de sterren zijn om aan te denken. Zo blijft alles leuk, gelukkig.

Sjeekspier

1 Reactie

  1. @Geluk zit in een klein schoolbankje
    Misschien is het niet verkeerd als sommige pubers af en toe geleerd wordt hoe ze zich iets gelukkiger kunnen voelen. Punt is dat dit niet een taak van de school is. We zijn er niet voor opgeleid. Er zijn mensen die daar een opleiding voor gehad hebben. Laat die het doen. Als wij dat gaan doen, blijft het steken in de hobbysfeer met de kans dat we meer ongeluk brengen dan geluk.
    Iets anders is dat van elke leraar verwacht mag worden dat hij “ongelukkige” leerlingen probeert te ondersteunen en helpen. Mijn ervaring is dat ze het meest opfleuren van goede cijfers. En daar zijn leraren juist weer goed in: Overbrengen van kennis.
    Klaas Wilms
    P.S. Of ga ik nu te serieus in op je stukje?

Reacties zijn gesloten.